Outils pour utilisateurs

Outils du site


transparencia:groupes-locaux:bru-schaerbeek:bruschcnscmn:2019-12-18_gbrucmnsch-cnscmn_sp-pv:start
                      CONSEIL COMMUNAL DE SCHAERBEEK
                       GEMEENTERAAD VAN SCHAARBEEK


                               SEANCE DU 18 DÉCEMBRE 2019
                            VERGADERING VAN 18 DECEMBER 2019


PRÉSENTS-AANWEZIG : Mme-mevr. Cécile Jodogne, Bourgmestre ff-Présidente-wnd
   Burgemeester-Voorzitster; MM.-hh. Vincent Vanhalewyn, Sadik Koksal, Échevins-
   Schepenen; M.-h. Mehmet Bilge, Echevin-Schepen; Mme-mevr. Adelheid Byttebier,
   Échevine-Schepene; M.-h. Michel De Herde, Échevin-Schepen; M.-h. Frederic Nimal,
   Mmes-mevr. Sihame Haddioui, Deborah Lorenzino, M.-h. Thomas Eraly, Mme-mevr.
   Lorraine de Fierlant, Echevin-Schepenen; MM.-hh. Bernard Guillaume, Bernard Clerfayt,
   Georges Verzin, Emin Ozkara, Ibrahim Dönmez, Abobakre Bouhjar, Mme-mevr. Angelina
   Chan, MM.-hh. Axel Bernard, Hasan Koyuncu, Mmes-mevr. Sophie Querton, Done
   Sonmez, M.-h. Quentin van den Hove, Mme-mevr. Fatiha El Khattabi, MM.-hh. Arnaud
   Verstraete, Taoufik Ben addi, Matthieu Degrez, Mmes-mevr. Claire Geraets, Leila
   Lahssaini, Myriam Boxus, M.-h. Youssef Hammouti, Mmes-mevr. Fatima Ben Abbou,
   Leticia Sere, Lucie Petre, MM.-hh. Abdelhakim El Karaoui, Emel Dogancan, Yusuf Yildiz,
   Mohammed Abkoui, Mmes-mevr. Naima Belkhatir, Emel Kose, Vanessa Loodts, Marie
   Nyssens, MM.-hh. Hamza BOUKHARI, Cedric Mahieu, Elyass EL YAKOUBI, Mamadou Bah,
   Conseillers communaux-Gemeenteraadsleden; M.-h. David Neuprez, Secrétaire
   Communal-Gemeentesecretaris.

ABSENTS-AFWEZIG : -

EXCUSÉS-VERONTSCHULDIGD : Mme-mevr. Emilie Desmedt, Conseillère communale-
   Gemeenteraadslid.

EN DÉBUT DE SÉANCE-IN HET BEGIN VAN DE VERGADERING : Mme-mevr. Dogancan, Conseillère
   communale-Gemeenteraadslid


   Mme Jodogne, Bourgmestre, préside l'assemblée qu'elle ouvre en séance publique à
18 heures et 40 minutes.
   De openbare vergadering wordt geopend om 18.40 uur onder voorzitterschap van mvr.
Jodogne, Burgemeester.

    Elle est satisfaite au prescrit de l'article 89 de la nouvelle loi communale et le procès-
verbal de la séance du 27/11/2019 (18:30) est tenu sur le bureau à la disposition des
membres du Conseil.
    Er wordt voldaan aan de voorschriften van artikel 89 van de nieuwe gemeentewet en de
notulen van de vergadering van 27/11/2019 (18:30) zijn ter beschikking van de raadsleden
ter tafel neergelegd.

   Madame Lorenzino est désignée par le sort pour voter la première lors du vote par appel
nominal.
   Mevrouw Lorenzino is door het lot aangewezen om als eerste te stemmen bij hoofdelijke
stemming.

   La traduction simultanée des débats est assurée par Monsieur Van Wassenhoven.
   De vertaling staande vergadering wordt door de heer Van Wassenhoven verzekerd.




                                                 1
                           COMMUNICATIONS – MEDEDELINGEN



                                        ****
                            Monsieur Bouhjar intervient
 Madame la Bourgmestre ff répond et propose de modifier l'ordre des points à l'ordre du
    jour du conseil communal. Elle propose de globaliser les débats Budget et taxes.
                                        ****


                                       ****
                 Monsieur Bernard intervient concernant le point 67
Monsieur De Herde répond et précise que ce point traite bien que de l'enseignement de la
                                 promotion sociale.
                                       ****



                       SEANCE PUBLIQUE - OPENBARE VERGADERING



POINT(S) INSCRIT(S) À LA DEMANDE D’HABITANTS -=- PUNT(EN) OPGETEKEND OP VERZOEK VAN INWONERS
SP 1.- La sécurité des habitants de la commune de Schaerbeek en cas d'accident nucléaire
   grave ou moyen - Demande de Madame Marie-France Deprez -=- De veiligheid van de
   inwoners van Schaarbeek bij een erg of minder erg nucleair ongeval - Verzoek van
   Mevrouw Marie-France Deprez

       Madame Deprez expose le point
       Madame la Bourgmestre ff répond
       Monsieur Dönmez intervient
       Madame la Bourgmestre ff répond
       Madame Chan, Madame Petre, Madame Loodts, Madame Lahssaini et Madame
       Nyssens interviennent
       Madame la Bourgmestre ff répond


SP 2.- La suppression définitive du marché Lehon - Demande de Monsieur Abdelaziz
   Lamsoudi, Monsieur Ygit Jonathan et Monsieur Sauvenière Didier -=- De definitieve
   afschaffing van de Lehon markt - Verzoek van de heer Abdelaziz Lamsoudi, de heer Ygit
   Jonathan en de heer Sauvenière Didier

       Monsieur Sauvenière expose le point
       Monsieur Vanhalewyn et Madame de Fierlant répondent
       Monsieur Hammouti, Madame Köse, Monsieur Koyuncu, Monsieur Verzin, Madame
       Boxus et Madame Loodts interviennent
       Madame la Bourgmestre ff répond



SECRÉTAIRE COMMUNAL -=- GEMEENTESECRETARIS
Maîtrise des processus -=- Procesbeheer
SP 3.- Convention entre la commune de Schaerbeek et l'Oeuvre des Colonies Scolaires
   (OCS) - Approbation -=- Overeenkomst tussen de gemeente Schaarbeek en "Oeuvre des
   Colonies Scolaires" (OCS) - Goedkeuring




                                                2
DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. Un membre n'a pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. Een lid heeft niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
                       Approuvé à l'unanimité. Un membre n'a pas voté

Vu l'article 26 du règlement communal du 27 mars 2019 relatif aux subventions communales,
Conformément à l'article 29 du règlement communal du 27 mars 2019 relatif aux justificatifs
utiles au Service Contrôle chargé de la liquidation du subside,
Vu que l'Oeuvre des Colonies Scolaires (OCS) a pris connaissance du règlement du 27 mars
2019 relatif aux subventions communales et déclare en accepter toutes les dispositions,
Sur proposition du Collège du 10 décembre 2019,
DECIDE :
d'adopter le projet de texte de la convention annexé à la présente délibération entre la
Commune et l'Oeuvre des Colonies Scolaires (OCS).

                                  DE GEMEENTERAAD
           Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. Een lid heeft niet gestemd

Gelet op artikel 26 van het gemeentereglement van 27 maart 2019 betreffende de
gemeentesubsidies,
Overeenkomstig artikel 29 van het gemeentereglement van 27 maart 2019 betreffende de
nuttige bewijsstukken voor de dienst controle belast met de liquidatie van de subsidie,
Gelet op het feit dat de vereniging Oeuvre des Colonies Scolaires (OCS) kennis heeft
genomen van het reglement van 27 maart 2019 betreffende de gemeentesubsidies en alle
beschikkingen ervan aanvaarden,
Op voorstel van het College van 10 december 2019,
BESLIST :
het ontwerp van de tekst van de overeenkomst, als bijlage, die de toepassingsmodaliteiten
tussen de Gemeente en de vereniging l'Oeuvre des Colonies Scolaires (OCS) vastleggen, aan
te nemen.



FINANCES / RECEVEUR COMMUNAL -=- FINANCIËN / GEMEENTEONTVANGER
Budget -=- Begroting
SP 4.- CPAS - Modification budgétaire 2 de l'exercice 2019 - Approbation -=- Ocmw -
    Begrotingswijziging 2 voor het dienstjaar 2019 - Goedkeuring

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Décidé, par 31 voix contre 14 et 0 abstention(s). Un membre n'a pas voté -=- Besloten, met
31 stem(men) tegen 14 en 0 onthouding(en). Een lid heeft niet gestemd

                                   LE CONSEIL COMMUNAL
           Décidé, par 31 voix contre 14 et 0 abstention(s). Un membre n'a pas voté

Vu l'article 117 de la nouvelle loi communale
Vu l'article 800, §2 de la loi dy 8 juillet 1976, organique des Centres Publics d'Action Sociale,
modifiée par l'Ordonnance du 14 mars 2019
Vu la délibération du Conseil de l'Action Sociale du 4 décembre 2019 approuvant la
modification budgétaire 2 de l'exercice 2019 n'ayant aucun impact sur la dotation
communale au CPAS
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins du 10 décembre 2019
DECIDE :
D'approuver la modification budgétaire 2 de l'exercice 2019 du CPAS




                                                  3
                                   DE GEMEENTERAAD
    Besloten, met 31 stem(men) tegen 14 en 0 onthouding(en). Een lid heeft niet gestemd

Gelet op artikel 117 van de Nieuwe Gemeentewet
Gelet op artikel 55 §2 van de wet van 8 juli 1976 tot regeling van de Openbare Centra voor
Maatschappelijk Welzijn, gewijzigd bij de Ordonnantie van 14 maart 2019
Gelet op de beraadslaging van 4 december 2019 waarbij de Raad voor Maatschappelijke
Welzijn de begrotingswijziging 2 van het dienstjaar 2019, zonder invloed op de gemeente
dotatie aan het OCMW, vastlegt.
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen van 10 december 2019
BESLUIT :
De begrotingswijziging 2 van het dienstjaar 2019 van het OCMW goed te keuren


Contrôle -=- Controle
SP 5.- CPAS - Budget pour l'exercice 2020 - Approbation -=- Ocmw - Begroting voor het
   dienstjaar 2020 - Goedkeuring

       Madame Querton et Monsieur Eraly exposent le point
       Monsieur Degrez, Monsieur Bernard, Monsieur El Yakoubi, Monsieur Mahieu,
       Monsieur Verzin, Madame Loodts et Monsieur Dönmez interviennent
       Madame Querton et Monsieur Eraly répondent
       Monsieur Degrez, Monsieur Bernard, Monsieur Mahieu, Monsieur Verzin, madame
       Loodts et Monsieur Dönmez interviennent
       Madame Querton, Monsieur Eraly et Madame la Bourgmestre ff répondent

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Décidé, par 24 voix contre 19 et 2 abstention(s). Un membre n'a pas voté -=- Besloten, met
24 stem(men) tegen 19 en 2 onthouding(en). Een lid heeft niet gestemd

                                   LE CONSEIL COMMUNAL
           Décidé, par 24 voix contre 19 et 2 abstention(s). Un membre n'a pas voté

Vu l'article 117 de la nouvelle loi communale;
Vu l'article 88 de la loi du 8 juillet 1976, organique des Centres Publics d'Action Sociale,
modifié par la loi du 29 décembre 1988, par la loi du 5 août 1992 et modifié par l'article 29 de
l'ordonnance du 3 juin 2003 relative à la tutelle administrative et aux règles financières,
budgétaires et comptables des CPAS;
Vu l'Arrêté du Collège réuni de la COCOM de la Région de Bruxelles - Capitale du 26 octobre
1995 portant règlement de la nouvelle comptabilité des CPAS de la région;
Vu les articles 26bis et ter de la loi organique des Centres Publics d'Action Sociale du 8 juillet
1976;
Vu l'article 72 de la loi organique des Centres Publics d'Action Sociale du 8 juillet 1976;
Vu la décision d'approbation du Comité de concertation commune/CPAS du 18 novembre
2019 portant sur le budget 2020 du C.P.A.S;
Vu la délibération du Conseil de l'Action Sociale du 20 novembre 2019 arrêtant le budget
2020 du C.P.A.S;
Vu la décision du Collège du 10 décembre 2019 approuvant le budget 2020 du C.P.A.S;
DECIDE :
      1.     D'approuver le budget de l'exercice 2020 du CPAS - Administration centrale -
             arrêté par son Conseil le 20 novembre 2019 à la somme de 152.954.975,00€.
      2.     De fixer à 42.059.500€ le montant de l'intervention communale 2020 pour couvrir
             le manque de ressources du CPAS
      3.     De fixer à 1.822.979€le montant de la dotation de la commune 2020 résultant de
             la restructuration des hôpitaux




                                                  4
                                   DE GEMEENTERAAD
    Besloten, met 24 stem(men) tegen 19 en 2 onthouding(en). Een lid heeft niet gestemd

Gelet op artikel 117 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op artikel 88 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra
voor Maatschappelijk Welzijn gewijzigd door de wet van 29 december 1988 en de wet van 5
augustus 1992, en door artikel 29 van de ordonnantie van 3 juni 2003 betreffende het
administratief toezicht en financiële, budgettaire en boekhoudkundige voorschriften
betreffende de OCMW's;
Gelet op het besluit van het College van de GEMGECOM van het Brusselse Hoofdstedelijk
Gewest van 26 oktober 1995 houdende vaststelling van het Nieuwe Boekhoudingsreglement
voor de OCMW's;
Gelet op artikelen 26bis en ter van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de
Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn;
Gelet op artikel 72 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de Openbare Centra
voor Maatschappelijk Welzijn;
Gezien de beslissing van het overlegcomité gemeente/OCMW van 18 november 2019 tot
goedkeuring over de begroting 2020 van O.C.M.W;
Gelet op de beraadslaging van 20 november 2019 waarbij de Raad voor Maatschappelijk
Welzijn de begroting voor het dienstjaar 2020 vastlegt;
Gelet op de beslissing van het College van 10 december 2019 die de begroting voor het
dienstjaar 2020 van het OCMW vastlegt;
BESLUIT :
      1.    De begroting van het dienstjaar 2020 van het OCMW - Centrale Administratie -
            vastgesteld door zijn Raad op 20 november 2019 goed te keuren op
            152.954.975,00€.
      2.    Het bedrag van de gemeentelijke tussenkomst voor het begrotingstekort van het
            OCMW voor 2020 op 42.059.500€ vast te stellen;
      3.    Het bedrag van de gemeentelijke tussenkomst voortvloeiend uit de
            herstructurering van ziekenhuizen voor 2020 op 1.822.979€ vast te stellen



                                          ***
       Madame Dogancan entre en séance. Monsieur Özkara quitte la séance -=- Mevrouw
       Dogancan treedt ter vergadering. De Heer Özkara verlaat de vergadering
                                          ***



SP 6.- CPAS - Budget 2020 - Douzièmes provisoires pour les mois de janvier et février 2020 -
   Approbation -=- Ocmw - Begroting 2020 - Voorlopige twaalfden voor de maanden
   januari en februari 2020 - Goedkeuring

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Décidé, par 31 voix contre 14 et 0 abstention(s). Un membre n'a pas voté -=- Besloten, met
31 stem(men) tegen 14 en 0 onthouding(en). Een lid heeft niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
          Décidé, par 31 voix contre 14 et 0 abstention(s). Un membre n'a pas voté

Vu l’article 88 de la loi du 8 juillet 1976, organique des Centres Publics d’Action Sociale,
relatif au budget des recettes et dépenses du Centre pour l’exercice 2020 à soumettre à
l’approbation du Conseil Communal;
Considérant que le budget 2020 a été arrêté par le Conseil; qu’il y a lieu de faire face aux
dépenses et d’assurer le bon fonctionnement des services du CPAS,




                                                 5
Vu l’article 13 de l’Arrêté du 26 octobre 1995 du Collège Réuni de la Commission
Communautaire Commune portant règlement général de la comptabilité des Centres Publics
d’Action Sociale de la Région de Bruxelles-Capitale,
Considérant la décision du conseil communal du 18 décembre 2019;
Considérant qu’il y a lieu de pourvoir aux crédits nécessaires pour les mois de janvier et
février 2020.
Vu les articles 26bis, 111 et 113 de la loi du 8 juillet 1976 organique des Centres Publics
d’Action Sociale,
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins du 10 décembre 2019;
DECIDE :
d’arrêter les crédits provisoires pour les mois de janvier et février 2020 au douzième
d’allocations du budget 2020 pour faire face aux dépenses de traitements, salaires, pensions
et charges sociales, de fonctionnement normal des services, de force majeure et relatives à la
dette.

                                   DE GEMEENTERAAD
    Besloten, met 31 stem(men) tegen 14 en 0 onthouding(en). Een lid heeft niet gestemd

Gelet op artikel 88 van de organieke wet van 8 juli 1976, betreffende de Openbare Centra
voor Maatschappelijk Welzijn aangaande de begroting van de ontvangsten en uitgaven van
het Centrum voor het dienstjaar 2020, die aan de goedkeuring van de Gemeenteraad moet
voorgelegd worden;
Overwegende dat de begroting 2020 door de Raad goedgekeurd wordt; dat de uitgaven
dienen te worden voldaan om de goede werking van de diensten van het OCMW te
verzekeren;
Gelet op artikel 13 van het Besluit van 26 oktober 1995 van het Verenigd College van de
Gemeenschappelijke Communautaire Commissie houdende algemeen reglement over de
boekhouding van de centra voor maatschappelijk welzijn van het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest;
Overwegende de beslissing van de gemeenteraad op 18 december 2019;
Overwegende dat de nodige kredieten moeten voorzien worden voor de maanden januari en
februari 2020.
Gelet op de artikelen 26bis, 111 en 113 van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de
Openbare Centra voor Maatschappelijk Welzijn;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen van 10 december 2019;
BESLUIT:
de voorlopige kredieten vast te stellen voor de maanden januari en februari 2020 op het
respectievelijke twaalfde van de begroting van het dienstjaar 2020 om aan de uitgaven te
voldoen voor de wedden, salarissen, pensioenen en sociale lasten, de normale werking van
de diensten, bij overmacht en betreffende de schuld.


Budget -=- Begroting
SP 7.- Budget 2020 - Services ordinaire et extraordinaire - Approbation -=- Begroting 2020 -
   Buitengewone en gewone diensten - Goedkeuring

       Madame la Bourgmestre ff et Monsieur De Herde exposent le point



                                          ****
   Le Conseil communal traite les points 17 et 18 -=- De gemeenteraad handeld over de
                                     punten 17 en 18
                                         *****




                                                6
Enrôlement -=- Inkohieringen
SP 17.- Prime Be Home Schaerbeekoise - Exercice 2020 -=- Schaarbeekse premie Be Home -
   Aanslagjaar 2020

       Monsieur Nimal et Madame la Bourgmestre ff exposent le point
       Monsieur Mahieu dépose un amendement pour le point 17 : A l'article 4, 1 ère ligne,
       remplacer le chiffre 70 par 120.
       Monsieur De Herde intervient

       Vote à mains levées sur cet amendement -=- Stemming met handopsteken op dit
       amendement :
       5 voix pour, 24 voix contre et 16 abstentions -=- 5 stemmen voor, 24 stemmen tegen
       en 6 onthoudingen

       L'amendement est rejetéé -=- Het amendement wordt niet weerhouden


Vote à mains levées sur le point -=- Stemming met handopsteken op het punt :
38 voix pour, 0 voix contre et 7 abstentions -=- 38 stemmen voor, 0 stemmen tegen en 7
onthoudingen

Le point est approuvé -=- Het punt wordt aangenomen

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
                        Décidé, par 38 voix contre 0 et 7 abstention(s).

Vu la nouvelle loi communale, notamment les articles 117, alinéa 1er, et 118, alinéa 1er ;
Vu l’ordonnance du 12 décembre 2016 portant la deuxième partie de la réforme fiscale et
modifiée par l’ ordonnance du 23 novembre 2017 effectuant les adaptations législatives en
vue de la reprise du service du précompte immobilier par la Région de Bruxelles-Capitale,
notamment les articles 15 à 17 inclus ;
Vu l’arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-Capitale du 22 février 2018 exécutant
l’ordonnance du 23 novembre 2017 effectuant les adaptations législatives en vue de la
reprise du service du précompte immobilier par la Région de Bruxelles-Capitale, notamment
les articles 5 à 16 inclus ;
Revu sa délibération du 21 novembre 2018 votant le règlement de la prime Be Home
Schaerbeekoise pour l’exercice 2019 ;
Vu sa délibération du 18 décembre 2019 fixant à 3.810 pour l’exercice d’imposition 2020 les
centimes additionnels communaux au précompte immobilier à charge des propriétaires de
biens immobiliers imposables dans la commune au 1er janvier ;
Considérant l’écart existant entre le taux des centimes additionnels au précompte immobilier
d’application en notre commune et la moyenne générale des communes bruxelloises, pour
ne pas pénaliser les propriétaires occupants Schaerbeekois, il y a lieu qu’ils puissent
bénéficier d’une prime en compensation ;
Vu, pour le surplus, le rapport du Collège des Bourgmestre et Echevins du 3 décembre 2019
et le dossier administratif ;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins ;
ARRETE :
Article 1
Une prime destinée à encourager l’accès à la propriété à Schaerbeek est octroyée pour
l’année 2020 conformément aux prescriptions définies ci-après.
Article 2
Dans le cadre de l’application du présent règlement, les notions reprises ci-après doivent être
comprises comme suit :
       1.    ménage :
             ◦     soit l’ensemble des personnes qui, conformément à l’article 3, 9°, de la loi
                   du 8 août 1983 organisant un Registre national des personnes physiques,
                   composent un ménage ;

                                                 7
           ◦      soit la personne inscrite comme personne isolée au registre de population
                  ou au registre des étrangers ;
     2.    habitation : un bien immobilier qui est destiné au logement, y compris les
           dépendances qui sont l’accessoire habituel et souvent indispensables du
           logement ;
     3.    être domicilié dans une habitation : être inscrit au registre de population ou au
           registre des étrangers à l’adresse de cette habitation ;
     4.    titulaire d’un droit réel sur l’habitation : le plein propriétaire, possesseur,
           emphytéote, superficiaire ou usufruitier du bien immobilier concerné ;
     5.    prime : la prime destinée à encourager l’accès à la propriété de l’habitation
           propre dans la commune de Schaerbeek ;
     6.    ordonnance du 23 novembre 2017 : ordonnance effectuant les adaptations
           législatives en vue de la reprise du service du précompte immobilier par la Région
           de Bruxelles-Capitale ;
     7.    arrêté du 22 février 2018 : arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles-
           Capitale exécutant l’ordonnance du 23 novembre 2017 effectuant les adaptations
           législatives en vue de la reprise du service du précompte immobilier par la Région
           de Bruxelles-Capitale.
Article 3
Pour avoir droit à la prime, les conditions cumulatives suivantes doivent être remplies par le
bénéficiaire au 1er janvier de l’année pour laquelle la prime est octroyée :
      1.     être titulaire d’un droit réel sur l’habitation;
      2.     être domicilié à l’adresse de cette habitation ;
      3.     être redevable d’un précompte immobilier pour le bien concerné ;
      4.     il n’y a pas d’autre membre du ménage qui peut bénéficier de la prime.
Article 4
Le montant de la prime est fixé à 70€. La prime ne peut être accordée qu’une fois par
ménage.
La prime due au contribuable qui reçoit l'avertissement-extrait de rôle du précompte
immobilier pour l'habitation ou les habitations visées à l’article 3.
Article 5
Les modalités relatives à l’octroi de la prime, à son paiement, à son éventuel retrait, à la
condamnation à une amende en cas de fraude et à la procédure de recours sont réglées
conformément à l’ordonnance du 23 novembre 2017 et conformément à l’arrêté du 22
février 2018.
Article 6
La totalité de la gestion de cette prime est confiée au Service public régional de Bruxelles
Fiscalité.
Article 7
Le présent règlement sera transmis à l’autorité de tutelle et au Service public régional de
Bruxelles Fiscalité.
Article 8
Le présent règlement entre en vigueur au 1er janvier 2020

                                     DE GEMEENTERAAD
                  Besloten, met 38 stem(men) tegen 0 en 7 onthouding(en).

Gelet op de Nieuwe gemeentewet, artikel 117 alinea 1 en artikel 118, alinea 1;
Gelet op de ordonnantie van 12 december 2016 houdende het tweede deel van de fiscale
hervorming en gewijzigd bij de ordonnantie van 23 november 2017 houdende wetgevende
aanpassingen met het oog op de overname van de dienst onroerende voorheffing door het
Brussels Hoofdstedelijk Gewest in het bijzonder artikelen 15 tot en met 17;
Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 22 februari 2018 tot
uitvoering van de ordonnantie van 23 november 2017 houdende wetgevende aanpassingen
met het oog op de overname van de dienst onroerende voorheffing door het Brussels
Hoofdstedelijk Gewest, in het bijzonder artikelen 5 tot en met 16 ;
Herziende zijn raadsbesluit van 21 november 2018 stemmend het reglement van de
Schaarbeekse premie Be Home voor het aanslagjaar 2019;


                                                8
Gelet op zijn raadsbesluit van 18 december 2019 vaststellend de gemeentelijke opcentiemen
voor het aanslagjaar 2020 inzake de onroerende voorheffing op 3.810, ten laste van
eigenaars van onroerende goederen welke belast worden in de gemeente op 1 januari;
Overwegende het verschil tussen de gemeentelijke opcentiemen inzake de onroerende
voorheffing van toepassing in onze gemeente en het algemene gemiddelde van de Brusselse
gemeenten moeten de Schaarbeekse eigenaar-bewoners, om hen niet te straffen, van een
compensatie kunnen genieten;
Gelet bovendien, op het verslag van het College van Burgemeester en Schepenen van 3
december 2019 en het administratief dossier;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen;
BESLUIT :
Artikel 1
Een premie ter aanmoediging van het bezit van zijn eigen woning in Schaarbeek wordt
toegekend voor het jaar 2020 in overeenstemming met de voorschriften hierna bepaald.
Artikel 2
In het kader van de toepassing van dit reglement, dienen de hierna opgesomde begrippen als
volgt te worden begrepen:
      1.    gezin :
            ◦      ofwel het geheel van de personen die, overeenkomstig artikel 3, 9°, van de
                   wet van 8 augustus 1983 tot regeling van een Rijksregister van de
                   natuurlijke personen, deel uitmaken van eenzelfde gezin ;
            ◦      ofwel een persoon die als alleenstaande is ingeschreven in het
                   bevolkingsregister of het vreemdelingenregister;
      2.    woning : een onroerend goed dat tot huisvesting bestemd is, met inbegrip van de
            bijhorigheden die de gewone en meestal onontbeerlijke aanvulling van de
            huisvesting zijn;
      3.    gedomicilieerd zijn in een woning : ingeschreven zijn in het bevolkingsregister of
            in het vreemdelingenregister op het adres van die woning;
      4.    houder van een zakelijk recht op de woning : de volle eigenaar, bezitter,
            erfpachter, opstalhouder of vruchtgebruiker van het betrokken onroerend goed;
      5.    premie : de premie ter aanmoediging van het bezit van een eigen woning in de
            gemeente van Schaarbeek;
      6.    ordonnantie van 23 november 2017 : ordonnantie houdende wetgevende
            aanpassingen met het oog op de overname van de dienst onroerende voorheffing
            door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;
      7.    besluit van 22 februari 2018: besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering
            tot uitvoering van de ordonnantie van 23 november 2017 houdende wetgevende
            aanpassingen met het oog op de overname van de dienst onroerende voorheffing
            door het Brussels Hoofdstedelijk Gewest.
Artikel 3
Om in aanmerking te komen voor deze premie, moet de begunstigde aan de volgende
cumulatieve voorwaarden voldoen op 1 januari van het betrokken jaar waarvoor de premie
wordt toegekend:
      1.    houder zijn van een zakelijk recht op de woning;
      2.    gedomicilieerd zijn op het adres van die woning;
      3.    onroerende voorheffing verschuldigd zijn voor het betrokken goed;
      4.    er is geen ander lid van het gezin dat kan genieten van de premie.
Artikel 4
Het bedrag van de premie is vastgelegd op 70 euro. De premie wordt slechts één keer per
gezin toegekend.
De premie komt toe aan de belastingplichtige die het aanslagbiljet van de onroerende
voorheffing ontvangt voor de in artikel 3 vermelde woning of woningen.
Artikel 5
De modaliteiten met betrekking tot de: toekenning van de premie, de betaling van de
premie, de eventuele intrekking van de premie, de oplegging van een boete in geval van
fraude en de beroepsprocedure worden geregeld overeenkomstig de ordonnantie van 23
november 2017 en overeenkomstig het besluit van 22 februari 2018.


                                                9
Artikel 6
Het beheer van deze premie is toevertrouwd aan de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel
Fiscaliteit.
Artikel 7
Dit reglement zal overgemaakt worden aan de toezichthoudende overheid en aan de
Gewestelijke Overheidsdienst Brussel Fiscaliteit.
Artikel 8
Dit reglement treedt in werking op 1 januari 2020.


SP 18.- Primes d'accompagnement social - Exercice 2020 - Approbation -=- Sociale
   begeleidingspremie - Aanslagjaar 2020 - Goedkeuring

      Monsieur Nimal expose le point et propose deux amendements :
          1. Supprimer le montant maximum tel que décrit à l'article 2
          2. Supprimer tout ce qui concerne la multipropriété

      Vote à mains levées sur le 1er amendement -=- Stemming met handopsteken op het
      1ste amendement :
      45 voix pour, 0 voix contre et 0 abstentions -=- 45 stemmen voor, 0 stemmen tegen en
      0 onthoudingen

      L'amendement est maintenu -=- Het amendement is weerhouden


      Vote à mains levées sur le 2ème amendement -=- Stemming met handopsteken op
      het 2de amendement :
      27 voix pour, 18 voix contre et 0 abstentions -=- 27 stemmen voor, 18 stemmen tegen
      en 0 onthoudingen

      L'amendement est maintenu -=- Het amendement is weerhouden


Vote à mains levées sur le point amendé -=- Stemming met handopsteken op het
geamendeerde punt :
37 voix pour, 0 voix contre et 8 abstentions -=- 37 stemmen voor, 0 stemmen tegen en 8
onthoudingen

Le point est approuvé -=- Het punt wordt aangenomen

                                 LE CONSEIL COMMUNAL
                       Décidé, par 37 voix contre 0 et 8 abstention(s).

Vu la nouvelle loi communale, notamment les articles 117, alinéa 1er et 118, alinéa 1er ;
Revu sa délibération du 27 mars 2019 renouvelant le règlement sur les primes
d’accompagnement social pour l’exercice 2019 ;
Vu sa délibération du 28 mars 2001 fixant la taxe additionnelle à l’impôt des personnes
physiques à 7,5% pour l’exercice 2001 ;
Vu sa délibération du 21 novembre 2018 fixant la taxe additionnelle à l’impôt des personnes
physiques à 5,8% pour l’exercice 2019 ;
Vu sa délibération du 28 mars 2001 fixant à 2.570 pour 2001 les centimes additionnels
communaux au précompte immobilier à charge des propriétaires de biens immobiliers
imposables dans la commune au 1er janvier ;
Vu sa délibération du 18 décembre 2019 fixant à 3.810 pour 2020 les centimes additionnels
communaux au précompte immobilier à charge des propriétaires de biens immobiliers
imposables dans la commune au 1er janvier ;




                                               10
Considérant l’écart existant entre le taux des centimes additionnels au précompte immobilier
d’application en notre commune et la moyenne générale des communes bruxelloises, un
effort de la commune doit être consenti pour ne pas pénaliser les Schaerbeekois occupant
leur bien immobilier;
Considérant que, dans cette optique, une prime destinée à atténuer la hausse des centimes
additionnels communaux au précompte immobilier peut être établie au bénéfice des
administrés se trouvant dans une maison de repos ;
Considérant que, également, le propriétaire qui est obligé de mettre en location une partie
de son bien unique afin de supporter les charges quotidiennes et qui par ailleurs s’engage
aussi à la lutte contre les immeubles inoccupés peut bénéficier de cette prime, néanmoins
adaptée ;
Vu, pour le surplus, le rapport du Collège des Bourgmestre et Echevins du 10 décembre 2019
et le dossier administratif ;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins ;
ARRETE :
Article 1
Sur requête, une prime d’accompagnement destinée à atténuer la hausse des centimes
additionnels au précompte immobilier est octroyée pour l’exercice 2020 conformément aux
prescriptions définies ci-après.
Pour pouvoir bénéficier de cette prime, il faut que le demandeur soit soumis à l’impôt des
personnes physiques à Schaerbeek.
Le demandeur doit se trouver dans l’une des situations suivantes :
            être titulaire d’un droit de propriété, ou d’usufruit ou d’emphytéose, sur un bien
             immeuble situé à Schaerbeek et occuper ce bien immeuble personnellement ;
            être titulaire d’un droit de propriété, ou d’usufruit ou d’emphytéose, sur un bien
             immeuble situé à Schaerbeek et pour lequel aucun revenu locatif n’a été reçu au
             cours de la période pendant laquelle le titulaire séjourne en maison de repos;
Article 2
La prime est octroyée annuellement
Elle est égale à la différence entre le montant qui découle de l’application, sur le revenu
cadastral indexé, d’un pourcentage de 15,50, et le montant qui résulte de la diminution, par
rapport à l’exercice 2001, de la part communale additionnelle à l’impôt des personnes
physiques (1,7%) réclamée au ménage.
Le chiffre de 15,50 est fixé en référence à la différence entre l’augmentation, par rapport à
2001, du taux communal schaerbeekois en matière d’additionnels au précompte immobilier
(32,13) et le taux voté par le Conseil Communal pour l’exercice 2020 (47,63).
À chaque calcul de prime positif, un montant forfaitaire de 45€ sera ajouté.
Lorsque ladite propriété se compose de plusieurs copropriétaires, chaque copropriétaire doit
satisfaire aux conditions visées à l'article 1 du présent règlement. Dans le cas contraire, la
prime sera calculée selon la part virile dans la co-propriété.
Lorsque l’immeuble n’est pas occupé dans son intégralité par le propriétaire et son ménage,
la prime sera accordée à 50%.
Article 3
A titre de preuve, le requérant fournira à l’administration communale de Schaerbeek une
déclaration sur l’honneur établissant qu’il occupe - ou le ménage dont il fait partie - le bien
immeuble personnellement.
Pour le demandeur séjournant en maison de repos, ou qui a confié la gestion de son bien à
une Agence Immobilière sociale, le demandeur fournira à l’administration une attestation de
l’organisme.
Article 4
En complément à sa demande, le requérant doit déposer une copie simple des
avertissements extraits de rôle en matière d’impôt des personnes physiques de l’exercice
d’imposition précédent et, en matière de précompte immobilier, relatif à l’exercice
d’imposition propre.
Article 5
La demande de prime devra être introduite dans les trois mois de l’envoi de l’avertissement
extrait de rôle en matière de précompte immobilier.


                                                11
Article 6
Les cas non prévus par le présent règlement seront soumis à l’examen du Collège des
Bourgmestre et Echevins pour décision.
Article 7
Le Collège des Bourgmestre et Echevins est chargé des modalités d’application et de
l’exécution du présent règlement.
Article 8
Le présent règlement entre en vigueur au 1er janvier 2020.

                                    DE GEMEENTERAAD
                 Besloten, met 37 stem(men) tegen 0 en 8 onthouding(en).

Gelet op de nieuwe Gemeentewet namelijk artikel 117 alinea 1 en artikel 118, alinea 1;
Herziende zijn raadsbesluit van 27 maart 2019 hernieuwend het reglement op de sociale
begeleidingspremie voor het aanslagjaar 2019;
Gelet zijn raadsbesluit van 28 maart 2001 vaststellend de aanvullende gemeentebelasting
geheven op de personenbelasting voor het aanslagjaar 2001 op 7,5 %;
Gelet zijn raadsbesluit van 21 november 2018 vaststellend de aanvullende
gemeentebelasting geheven op de personenbelasting voor het aanslagjaar 2019 op 5,8 %;
Gelet zijn raadsbesluit van 28 maart 2001 vaststellend de gemeentelijke opcentiemen voor
het aanslagjaar 2001 inzake de onroerende voorheffing op 2.570, ten laste van eigenaars van
onroerende goederen welke belast worden in de gemeente op 1 januari;
Gelet zijn raadsbesluit van 18 december 2019 vaststellend de gemeentelijke opcentiemen
voor het aanslagjaar 2020 inzake de onroerende voorheffing op 3.810, ten laste van
eigenaars van onroerende goederen welke belast worden in de gemeente op 1 januari;
Overwegende het verschil tussen de gemeentelijke opcentiemen inzake de onroerende
voorheffing van toepassing in onze gemeente en het algemene gemiddelde van de Brusselse
gemeenten moet met een inspanning van de gemeente worden ingestemd om de
Schaarbekenaren, die hun eigen vastgoed bewonen, niet te straffen;
Overwegende dat, vanuit dit standpunt, een premie bedoeld om deze verhoging van de
gemeentelijke opcentiemen bij de onroerende voorheffing te verzachten, kan ingevoerd
worden ten voordele van de burgers die zich in een rusthuis bevinden;
Overwegende dat ook de eigenaar die genoodzaakt is een deel van zijn enige woning te
verhuren om zo de dagdagelijkse lasten te kunnen dragen en hierdoor ook de strijd aangaat
tegen de leegstand van woongelegenheden, beroep kan doen op deze premie, weliswaar
aangepast;
Gelet bovendien, op het verslag van het College van Burgemeester en Schepenen van 10
december 2019 en het administratief dossier;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen;
BESLUIT :
Artikel 1
Op verzoek wordt een begeleidingspremie met als doel de verhoging van de opcentiemen op
de onroerende voorheffing af te zwakken, toegekend voor het aanslagjaar 2020 in
overeenstemming met de voorschriften hierna bepaald.
Om in aanmerking te komen voor deze premie, moet de aanvrager onderworpen zijn aan de
personenbelasting te Schaarbeek.
De aanvrager moet zich in één van de volgende situaties bevinden:
           titularis zijn van een eigendomsrecht of vruchtgebruik of erfpacht op een
            onroerende goed gelegen te Schaarbeek en het onroerend goed zelf bewonen;
           titularis zijn van een eigendomsrecht of vruchtgebruik of erfpacht op een
            onroerende goed gelegen te Schaarbeek en waarvoor geen huurgelden worden
            ontvangen tijdens de periode dat de titularis zich in een rusthuis bevindt;
Artikel 2
Deze premie wordt jaarlijks toegekend.
Zij komt overeen met het verschil tussen het bedrag dat voortvloeit door het toepassen bij
het kadastraal inkomen, van een percentage van 15,50 en het bedrag dat voortvloeit uit de
vermindering, ten opzichte van het aanslagjaar 2001, van het gemeentelijke aandeel in de
aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting (1,7%) van het gezin.

                                              12
Het cijfer van 15,50 komt overeen met het verschil tussen de verhoging ten opzichte van
2001 van de Schaarbeekse gemeentelijke aanslagvoet (32,13) inzake de opcentiemen op de
onroerende voorheffing en de aanslagvoet gestemd door de Gemeenteraad voor het
aanslagjaar 2020 (47,63).
Bij elke positieve premieberekening wordt een forfaitair bedrag van 45€ toegevoegd.
Wanneer de bedoelde eigendom bestaat uit meerdere mede-eigenaars, moet iedere mede-
eigenaar voldoen aan de voorwaarden voorzien in artikel 1 van huidig reglement. In het
andere geval zal de premie berekend worden à rato het aandeel in de mede-eigendom.
Wanneer het onroerende goed niet in zijn geheel wordt bewoond door de eigenaar en zijn
gezin, zal de premie slechts voor 50% worden toegekend.
Artikel 3
Als bewijsmiddel zal de aanvrager de hiernavolgende elementen overmaken aan het
Gemeentebestuur van Schaarbeek een verklaring op eer, vermeldend dat hij of het gezin
waartoe hij behoort, het gebouw persoonlijk bewoont.
Voor de aanvrager zich bevindend in een rusthuis of die het beheer van zijn goed heeft
toevertrouwd aan een Sociaal Verhuurkantoor, levert hij aan het gemeentebestuur een
attest van de instelling.
Artikel 4
Ter vervolledigen van zijn aanvraag dient de aanvrager een éénvoudig afschrift van de
aanslagbiljetten inzake personenbelasting van het vorige aanslagjaar en inzake de
onroerende voorheffing betreffende het aanslagjaar zelf, in te dienen.
Artikel 5
De aanvraag voor de toekenning van de premie moet geschieden binnen de drie maanden
vanaf de datum van verzending van het aanslagbiljet betreffende de onroerende voorheffing.
Artikel 6
De gevallen niet voorzien door huidig reglement worden onderworpen aan het onderzoek
van het College van Burgemeester en Schepenen voor beslissing.
Artikel 7
Het College van Burgemeester en Schepenen is bevoegd voor de toepassingsmodaliteiten en
de uitvoering van huidig reglement.
Artikel 8
Dit reglement treedt in voege op 1 januari 2020.



                                        ****
Le Conseil communal reprend le débat sur le point 7 -=- De gemeenteraad hervat het debat
                                      over punt 7
                                       *****



Budget -=- Begroting
SP 7.- Budget 2020 - Services ordinaire et extraordinaire - Approbation -=- Begroting 2020 -
   Buitengewone en gewone diensten - Goedkeuring

      Madame Boxus, Monsieur Bouhjar, Monsieur Verzin, Monsieur Bernard, Monsieur
      Mahieu, Madame Loodts et Monsieur Dönmez interviennent
      Madame la Bourgmestre ff répond
      Monsieur Degrez, Madame Belkhatir, Monsieur Abkoui, Monsieur Koyuncu et
      Monsieur Clerfayt interviennent
      Madame la Bourgmestre ff répond
      Monsieur Bouhjar intervient
      Madame la Bourgmestre ff, Monsieur De Herde, Monsieur Nimal, Monsieur Eraly,
      Madame la Bourgmestre ff, Madame Byttebier et Madame Haddioui répondent
      Madame Boxus et Monsieur Bouhjar interviennent
      Monsieur Verzin intervient et demande un vote séparé sur l'article 840/040/371 :
      PRI



                                              13
       Monsieur Mahieu et Madame Loodts interviennent
       Madame la Bourgmestre ff répond
       Monsieur Dönmez, Monsieur Degrez et Monsieur Koyuncu interviennent
       Monsieur De Herde répond
       Monsieur Koyuncu intervient
       Monsieur De Herde, Monsieur Nimal et Madame la Bourgmestre ff répondent

       Vote à mains levées sur l'article budgétaire 840/040/371 -=- Stemming met
       handopsteken op het begrotingsartikel 840/040/371 :
       24 voix pour, 21 voix contre et 0 abstentions -=- 24 stemmen voor, 21 stemmen tegen
       en 0 onthoudingen

       L'article budgétaire est maintenu -=- Het begrotingsartikel wordt behouden

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Décidé, par 24 voix contre 19 et 2 abstention(s). Un membre n'a pas voté -=- Besloten, met
24 stem(men) tegen 19 en 2 onthouding(en). Een lid heeft niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
          Décidé, par 24 voix contre 19 et 2 abstention(s). Un membre n'a pas voté

Vu les articles 96, 240, 241, 242, et 247 de la Nouvelle loi communale;
Vu les articles 9, 11, 12, 13 et 14 de l'Arrêté royal du 02/08/1990 portant le règlement
général de la comptabilité communale;
Vu l'article 40 de la loi du 7 décembre 1998 organisant un service de police intégré, structuré
à deux niveaux;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins du 10 décembre 2019;
DECIDE
d'approuver le budget initial 2020 de la commune.

                                   DE GEMEENTERAAD
    Besloten, met 24 stem(men) tegen 19 en 2 onthouding(en). Een lid heeft niet gestemd

Gelet op artikels 96, 240, 241, 242 en 247 van de Nieuwe Gemeentewet;
Gelet op artikels 9, 11, 12, 13 en 14 van het Koninklijk besluit houdende het algemeen
reglement op de gemeentelijke comptabiliteit;
Gelet op artikel 40 van de wet van 7 december 1998 die een geïntegreerde politiedienst
organiseert, gestructureerd op twee niveau's;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen van de 10 december 2019;
BESLUIT
de initiële begroting 2020 van de gemeente goed te keuren.


SP 8.- Budget pour l'exercice 2020 - Douzièmes provisoires - Approbation -=- Begroting voor
   het dienstjaar 2020 - Voorlopige twaalfde - Goedkeuring

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Décidé, par 31 voix contre 14 et 0 abstention(s). Un membre n'a pas voté -=- Besloten, met
31 stem(men) tegen 14 en 0 onthouding(en). Een lid heeft niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
          Décidé, par 31 voix contre 14 et 0 abstention(s). Un membre n'a pas voté

Vu l'article 247 de la Nouvelle loi communale;
Vu l'article 14 de l'Arrêté Royal du 2 août 1990, portant règlement général sur la
Comptabilité communale;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins du 10 décembre 2019;



                                                14
DECIDE:
d’arrêter les crédits provisoires pour les mois de janvier et février 2020 au douzième
d’allocations du budget 2020 pour faire face aux dépenses de traitements, salaires, pensions
et charges sociales, de fonctionnement normal des services, de force majeure et relatives à la
dette.

                                   DE GEMEENTERAAD
    Besloten, met 31 stem(men) tegen 14 en 0 onthouding(en). Een lid heeft niet gestemd

Gelet op artikel 247 van de Nieuwe Gemeentewet;
Gelet op artikel 14 van het Koninklijk Besluit van 2 augustus 1990 houdende algemeen
reglement op de gemeentelijke boekhouding;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen van 10 december 2019;
BESLUIT:
de voorlopige kredieten vast te stellen voor de maanden januari en februari 2020 op de
respectievelijke twaalfde van de begroting van het dienstjaar 2020 om aan de uitgaven te
voldoen voor de wedden, salarissen, pensioenen en sociale lasten, de normale werking van
de diensten, bij overmacht en betreffende de schuld;



                                            *****
Vote nominal sur les point 3, 4, 5, 6, 7 et 8 -=- Hoofdelijke stemming voor de punten 3, 4, 5,
                                            6, 7 en 8
                                            *****



Contrôle -=- Controle
SP 9.- ASBL "Harmonisation Sociale Schaerbeekoise" - Contrat de gestion 2020-Mai 2025 -
   Approbation -=- Vzw "Harmonisation Sociale Schaerbeekoise" - Beheercontract 2020-
   Mei 2025 – Goedkeuring

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                 LE CONSEIL COMMUNAL
                     Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117 et 123 de la Nouvelle Loi Communale;
Vu la Loi du 14 novembre 1983 relative au contrôle de l'octroi et de l'emploi de certains
subsides;
Vu la délibération du Conseil communal du 27 mars 2019 adoptant le règlement relatif à
l'octroi, l'emploi et le contrôle de subventions communales;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins du 26 novembre 2019;
DECIDE :
d'approuver le contrat de gestion 2020-Mai 2025 liant la Commune à l'ASBL "Harmonisation
Sociale Schaerbeekoise" .

                                 DE GEMEENTERAAD
         Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikelen 117 en 123 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning van het
gebruik van sommige toelagen;
Gelet op de beraadslaging van de Gemeenteraad van 27 maart 2019 goedkeurend het
reglement betreffende de uitreiking, het gebruik en de controle van gemeentelijke toelagen,
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen van 26 november 2019;

                                               15
BESLIST :
het beheercontract 2020-Mei 2025 tussen de gemeente en de vzw "Harmonisation Sociale
Schaerbeekoise", goed te keuren


SP 10.- ASBL "La Balsamine" - Convention cadre pluriannuelle 2020-Mai 2025 -
   Approbation -=- VZW "La Balsamine" - Meerjarige overeenkomst 2020-Mei 2025 –
   Goedkeuring

       Madame Loodts intervient
       Madame Haddioui répond
       Madame Loodts intervient
       Madame Haddioui répond

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                 LE CONSEIL COMMUNAL
                     Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117 et 123 de la Nouvelle Loi Communale;
Vu la Loi du 14 novembre 1983 relative au contrôle de l'octroi et de l'emploi de certains
subsides;
Vu la délibération du Conseil communal du 27 mars 2019 adoptant le règlement relatif à
l'octroi, l'emploi et le contrôle de subventions communales;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins du 10 décembre 2019;
DECIDE
d'approuver la convention cadre pluriannuelle 2020-Mei 2025 liant la Commune de
Schaerbeek et l'ASBL "La Balsamine".

                                 DE GEMEENTERAAD
         Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikelen 117 en 123 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning van het
gebruik van sommige toelagen;
Gelet op de beraadslaging van de Gemeenteraad van 27 maart 2019 goedkeurend het
reglement betreffende de uitreiking, het gebruik en de controle van gemeentelijke toelagen,
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen van 10 december 2019;
BESLUIT
De meerjarige overeenkomst 2020-Mei 2025 tussen de Gemeente Schaarbeek en de VZW "La
Balsamine", goed te keuren.


SP 11.- ASBL Académie des arts de la Parole, de la danse et de la musique de Saint-Josse-
   Ten-Noode/Schaerbeek - Comptes 2017 - Prise d'acte -=- VZW Académie des arts de la
   Parole, de la danse et de la musique de Saint-Josse-Ten-Noode/Schaerbeek -
   Rekeningen 2017 - Akte nemen

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                 LE CONSEIL COMMUNAL
                     Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117 et 123 de la Nouvelle Loi Communale.

                                               16
Vu la loi du 14 novembre 1983 relative au contrôle de l’octroi et de l’emploi de certaines
subventions.
Vu la délibération du Conseil communal du 27 mars 2019 adoptant le règlement relatif aux
subventions communales.
Considérant que les comptes de l’ASBL «Académie des arts de la Parole, de la danse et de la
musique de Saint-Josse-Ten-Noode/Schaerbeek» affichent un résultat négatif de -78.481,09€
et des fonds propres s'élevant à 49.151,41€ pour l’exercice 2017.
Vu la décision du 03 décembre 2019 par laquelle le Collège prend acte du résultat négatif de
-78.481,09€ et des fonds propres s'élevant à 49.151,41€ pour l'exercice 2017.
DECIDE
de prendre acte des comptes 2017 de l’ASBL «Académie des arts de la Parole, de la danse et
de la musique de Saint-Josse-Ten-Noode/Schaerbeek», déposés au dossier, qui affichent un
résultat négatif de -78.481,09€ et des fonds propres s'élevant à 49.151,41€.

                                DE GEMEENTERAAD
        Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikelen 117 en 123 van de nieuwe gemeentewet.
Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en het
gebruik van sommige toelagen.
Gelet op de beraadslaging van de Gemeenteraad van 27 maart 2019 goedkeurend het
reglement betreffende de gemeentelijke toelagen.
Overwegende dat de rekeningen van de VZW “Académie des arts de la Parole, de la danse et
de la musique de Saint-Josse-Ten-Noode/Schaerbeek” een negatief saldo van -78.481,09€ en
eigen vermogen ter waarde van 49.151,41€ voor het dienstjaar 2017 vertonen.
Gelet op de beslissing van 03 december 2019 waar het College akte neemt van het negatief
saldo van -78.481,09€ en eigen vermogen van 49.151,41€ voor het dienstjaar 2017.
BESLUIT
akte te nemen van de rekeningen 2017 van de VZW “Académie des arts de la Parole, de la
danse et de la musique de Saint-Josse-Ten-Noode/Schaerbeek”, bij het dossier gehecht, die
een negatief saldo van -78.481,09€ en eigen vermogen van 49.151,41€ vertonen.


SP 12.- ASBL "FAPEO" - Comptes 2018 - Prise d'acte -=- VZW "FAPEO" - Rekeningen 2018 -
   Akte nemen

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                 LE CONSEIL COMMUNAL
                     Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117 et 123 de la Nouvelle Loi Communale.
Vu la loi du 14 novembre 1983 relative au contrôle de l’octroi et de l’emploi de certaines
subventions.
Vu la délibération du Conseil communal du 27 mars 2019 adoptant le règlement relatif aux
subventions communales.
Considérant que les comptes de l’ASBL «FAPEO» affichent un résultat positif de 6.777,06€ et
des fonds propres s'élevant à 61.820,69€ pour l’exercice 2018.
Vu la décision du 10 décembre 2019 par laquelle le Collège prend acte du résultat positif de
6.777,06€ et des fonds propres s'élevant à 61.820,69€ pour l'exercice 2018.
DECIDE
de prendre acte des comptes 2018 de l’ASBL «FAPEO», déposés au dossier, qui affichent un
résultat positif de 6.777,06€ et des fonds propres s'élevant à 61.820,69€ .




                                               17
                                DE GEMEENTERAAD
        Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikelen 117 en 123 van de nieuwe gemeentewet.
Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en het
gebruik van sommige toelagen.
Gelet op de beraadslaging van de Gemeenteraad van 27 maart 2019 goedkeurend het
reglement betreffende de gemeentelijke toelagen.
Overwegende dat de rekeningen van de VZW “FAPEO” een positief saldo van 6.777,06€ en
eigen vermogen ter waarde van 61.820,69€ voor het dienstjaar 2018 vertonen.
Gelet op de beslissing van 10 december 2019 waar het College akte neemt van het positief
saldo van 6.777,06€ en eigen vermogen van 61.820,69€ voor het dienstjaar 2018.
BELSUIT
akte te namen van de rekeningen 2018 van de VZW “FAPEO”, bij het dossier gehecht, die een
positief saldo van 6.777,06€ en eigen vermogen van 61.820,69€ vertonen.


SP 13.- ASBL Académie des arts de la Parole, de la danse et de la musique de Saint-Josse-
   Ten-Noode/Schaerbeek - Comptes 2018 - Prise d'acte -=- VZW Académie des arts de la
   Parole, de la danse et de la musique de Saint-Josse-Ten-Noode/Schaerbeek -
   Rekeningen 2018 - Akte nemen

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                 LE CONSEIL COMMUNAL
                     Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117 et 123 de la Nouvelle Loi Communale.
Vu la loi du 14 novembre 1983 relative au contrôle de l’octroi et de l’emploi de certaines
subventions.
Vu la délibération du Conseil communal du 27 mars 2019 adoptant le règlement relatif aux
subventions communales.
Considérant que les comptes de l’ASBL «Académie des arts de la Parole, de la danse et de la
musique de Saint-Josse-Ten-Noode/Schaerbeek» affichent un résultat positif de 26.093,94€
et des fonds propres s'élevant à 75.245,35€ pour l’exercice 2018.
Vu la décision du 10 décembre 2019 par laquelle le Collège prend acte du résultat positif de
26.093,94€ et des fonds propres s'élevant à 75.245,35€ pour l'exercice 2018.
DECIDE
de prendre acte des comptes 2018 de l’ASBL «Académie des arts de la Parole, de la danse et
de la musique de Saint-Josse-Ten-Noode/Schaerbeek», déposés au dossier, qui affichent un
résultat positif de 26.093,94€ et des fonds propres s'élevant à 75.245,35€.

                                DE GEMEENTERAAD
        Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikelen 117 en 123 van de nieuwe gemeentewet.
Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en het
gebruik van sommige toelagen.
Gelet op de beraadslaging van de Gemeenteraad van 27 maart 2019 goedkeurend het
reglement betreffende de gemeentelijke toelagen.
Overwegende dat de rekeningen van de VZW “Académie des arts de la Parole, de la danse et
de la musique de Saint-Josse-Ten-Noode/Schaerbeek” een positief saldo van 26.093,94€ en
eigen vermogen ter waarde van 75.245,35€ voor het dienstjaar 2018 vertonen.
Gelet op de beslissing van 10 december 2019 waar het College akte neemt van het positief
saldo van 26.093,94€ en eigen vermogen van 75.245,35€ voor het dienstjaar 2018.



                                               18
BESLIST
akte te nemen van de rekeningen 2018 van de VZW “Académie des arts de la Parole, de la
danse et de la musique de Saint-Josse-Ten-Noode/Schaerbeek”, bij het dossier gehecht, die
een positief saldo van 26.093,94€ en eigen vermogen van 75.245,35€ vertonen.


SP 14.- ASBL "FC Kosova Schaerbeek" - Comptes 2018 - prise d'acte -=- VZW "FC Kosova
   Schaerbeek" - rekeningen 2018 - akte nemen

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                 LE CONSEIL COMMUNAL
                     Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117 et 123 de la Nouvelle Loi Communale;
Vu la Loi du 14 novembre 1983 relative au contrôle de l'octroi et de l'emploi de certains
subsides;
Vu la délibération du Conseil communal du 27 mars 2019 adoptant le règlement relatif à
l'octroi, l'emploi et le contrôle de subventions communales;
Considérant que les comptes de l’ASBL «FC Kosova Schaerbeek» affichent un résultat négatif
de 11.376,33 € pour l’exercice 2018.
Vu la décision du 26 novembre 2019 par laquelle le Collège prend acte du résultat négatif de
11.376,33 € pour l'exercice 2018.
DECIDE
de prendre acte des comptes 2018 de l’ASBL «FC Kosova Schaerbeek», déposés au dossier,
qui affichent un résultat négatif de 11.376,33€.

                                DE GEMEENTERAAD
        Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikelen 117 en 123 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning van het
gebruik van sommige toelagen;
Gelet op de beraadslaging van de Gemeenteraad van 27 maart 2019 goedkeurend het
reglement betreffende de uitreiking, het gebruik en de controle van gemeentelijke toelagen,
Overwegende dat de rekeningen van de VZW “FC Kosova Schaerbeek” een negatief saldo van
11.376,33 € voor het dienstjaar 2018 vertonen.
Gelet op de beslissing van 26 november 2019 waar het College akte neemt van het negatief
saldo van 11.376,33€ voor het dienstjaar 2018.
BESLUIT
akte te nemen van de rekeningen 2018 van de VZW “FC Kosova Schaerbeek”, bij het dossier
gehecht, die een negatief saldo van 11.376,33€ vertonen.


SP 15.- ASBL Maison Biloba - Comptes 2018 - Prise d'acte -=- VZW Huis Biloba - Rekeningen
   2018 - Akte nemen

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                 LE CONSEIL COMMUNAL
                     Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117 et 123 de la Nouvelle Loi Communale.



                                               19
Vu la loi du 14 novembre 1983 relative au contrôle de l’octroi et de l’emploi de certaines
subventions.
Vu les délibérations du Conseil communal du 27 mars 2019 adoptant le règlement relatif aux
subventions communales.
Considérant que les comptes 2018 de l’ASBL «Maison Biloba» affichent un résultat négatif de
-8.915,00€ et des fonds propres s'élevant à 5.281,07€ pour l’exercice 2018.
Vu la décision du 10 décembre 2019 par laquelle le Collège prend acte du résultat négatif de
-8.915,00€ et des fonds propres s'élevant à 5.281,07€ pour l'exercice 2018.
DECIDE
de prendre acte des comptes 2018 de l’ASBL «Biloba», déposés au dossier, qui affichent un
résultat négatif de -8.915,00€ et des fonds propres s'élevant à 5.281,07€.

                                DE GEMEENTERAAD
        Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikelen 117 en 123 van de nieuwe gemeentewet.
Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en het
gebruik van sommige toelagen.
Gelet op de beraadslagingen van de Gemeenteraad van 27 maart 2019 goedkeurend het
reglement betreffende de gemeentelijke toelagen.
Overwegende dat de rekeningen van de VZW “Huis Biloba” een negatief saldo van -8.915,00€
en eigen vermogen ter waarde van 5.281,07€ voor het dienstjaar 2018 vertonen.
Gelet op de beslissing van 10 december 2019 waar het College akte neemt van het negatief
saldo van -8.915,00€ en eigen vermogen van 5.281,07€ voor het dienstjaar 2018.
BESLUIT
akte te nemen van de rekeningen 2018 van de VZW “Huis Biloba”, bij het dossier gehecht, die
een negatief saldo van -8.915,00€ en eigen vermogen van 5.281,07€ vertonen.


SP 16.- ASBL Mission Locale de Schaerbeek pour l'Emploi et la Formation - Comptes 2018 -
   Prise d'acte -=- VZW Mission Locale de Schaerbeek pour l'Emploi et la Formation -
   Rekeningen 2018 - Akte nemen

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                 LE CONSEIL COMMUNAL
                     Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117 et 123 de la Nouvelle Loi Communale.
Vu la loi du 14 novembre 1983 relative au contrôle de l’octroi et de l’emploi de certaines
subventions.
Vu la délibération du Conseil communal du 27 mars 2019 adoptant le règlement relatif aux
subventions communales.
Considérant que les comptes 2018 de l’ASBL «Mission Locale de Schaerbeek pour l'Emploi et
la Formation» affichent un résultat positif de 279.263,31€ et des fonds propres positifs
s'élevant à 10.896,00€.
Vu la décision du 03 décembre 2019 par laquelle le Collège prend acte du résultat positif de
279.263,31€ et des fonds propres positifs s'élevant à 10.896,00€ pour l'exercice 2018.
DECIDE
de prendre acte des comptes 2018 de l’ASBL "Mission Locale de Schaerbeek pour l'Emploi et
la Formation", déposés au dossier, qui affichent un résultat positif de 279.263,31€ et des
fonds propres positifs s'élevant à 10.896,00€.




                                               20
                                DE GEMEENTERAAD
        Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikelen 117 en 123 van de nieuwe gemeentewet.
Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en het
gebruik van sommige toelagen.
Gelet op de beraadslaging van de Gemeenteraad van 27 maart 2019 goedkeurend het
reglement betreffende de gemeentelijke toelagen.
Overwegende dat de rekeningen van de VZW “Mission Locale de Schaerbeek pour l'Emploi et
la Formation” een positief saldo van 279,263,31€ en eigen positief vermogen ter waarde van
10.896,00€ voor het dienstjaar 2018 vertonen.
Gelet op de beslissing van 03 december 2019 waar het College akte neemt van het positief
saldo van 279.263,31€ en eigen positief vermogen van 10.896,00€ voor het dienstjaar 2018.
BESLUIT
akte te nemen van de rekeningen 2018 van de VZW “Mission Locale de Schaerbeek pour
l'Emploi et la Formation”, bij het dossier gehecht, die een positief saldo van 279.263,31€ en
eigen positief vermogen van 10.896,00€ vertonen.


Enrôlement -=- Inkohieringen
SP 17.- Prime Be Home Schaerbeekoise - Exercice 2020 -=- Schaarbeekse premie Be Home -
   Aanslagjaar 2020

      Ce point a été traité pendant le débat du point 7 -=- Dit punt werd behandeld tijdens
      de bespreking van punt 7


SP 18.- Primes d'accompagnement social - Exercice 2020 - Approbation -=- Sociale
   begeleidingspremie - Aanslagjaar 2020 - Goedkeuring

      Ce point a été traité pendant le débat du point 7 -=- Dit punt werd behandeld tijdens
      de bespreking van punt 7


SP 19.- Règlement redevance sur les marchés, brocantes, foires, braderies et autres
   activités ambulantes - Exercices 2020 à 2024 – Renouvellement et modification -=-
   Retributiereglement op markten, rommelmarkten, kermissen, braderijen en andere
   ambulante activiteiten - Aanslagjaren 2020 tot 2024 – Hernieuwing en wijziging

      Monsieur van den Hove intervient
      Madame la Bourgmestre ff et Monsieur Nimal répondent

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Décidé, par 26 voix contre 12 et 5 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté -=- Besloten, met
26 stem(men) tegen 12 en 5 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
         Décidé, par 26 voix contre 12 et 5 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté

Revu sa délibération du 21 novembre 2018 votant le règlement-redevance sur les marchés,
brocantes, foires, braderies et autres activités ambulantes pour un terme expirant le 31
décembre 2023 ;
Vu l’article 117 de la nouvelle loi communale ;
Vu le règlement communal relatif à l’exercice et l’organisation des activités ambulantes sur
les marchés publics adopté par le Conseil Communal en séance du 28 mai 2014 ;
Vu la situation financière de la commune ;
Considérant la nécessité pour la commune de remplir ses obligations dans le respect des
exigences du plan de gestion et du prescrit de l’article 252 NLC lequel impose aux Communes
de réaliser l’équilibre budgétaire ;

                                               21
Vu la nécessité pour la commune de prélever des recettes pour couvrir les dépenses qu’exige
l’ensemble de ses activités, et en particulier d’assurer les recettes permettant de faire face
aux charges financières liées à son obligation d’assurer la tranquillité publique, la sécurité
publique et la propreté publique :
Considérant que le maintien de cette source de revenus se justifie.
Considérant que les charges financières inhérentes à ces activités - notamment celles liées à
la gestion administrative, au contrôle de l’application des lois et règlements et au nettoyage
des aires de marchés représentent un débours important pour l’autorité communale ;
Considérant que les règlements précédents stipulaient que les frais éventuels d'électricité
seront directement mis à la charge des commerçants ambulants ou des forains, mais que
cela était difficile à réaliser en pratique sur les marchés, il va de soi que moyennant une
redevance forfaitaire, en fonction de la catégorie d'utilisateur, ce coût considérable pour la
commune est récupéré;
Considérant qu’il s’impose de faire participer les demandeurs de service aux charges
générées ;
Considérant le fait de promouvoir le paiement anticipatif lors d’une brocante, il convient
d’appliquer un tarif avantageux ;
Considérant l'objectif de faire participer le riverain à la vie sociale et culturelle, il est
nécessaire de lui offrir un tarif attractif lors d’une brocante ;
Considérant que les montants des redevances sont proportionnels au coût du service rendu ;
Considérant que le site internet de la commune de Schaerbeek veut être un outil
d’information et de communication des services proposés par la commune à destination de
toute personne intéressée, à titre privé ou professionnel, un Espace Personnel a été mis en
place par le biais duquel le citoyen pourra effectuer un maximum de démarches en ligne.
Vu, pour le surplus, les rapports du Collège des Bourgmestre et Echevins des 22 octobre, 5 et
26 novembre et 3 décembre 2019 et le dossier administratif ;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins,
ARRETE :
Article 1
Tout commerçant ambulant autorisé à occuper un emplacement sur un marché public
d’approvisionnement se verra réclamer, au 1erjanvier 2020, une redevance de :
       1.    65,84€ par mètre courant et par trimestre, lorsqu’il s’agit d’un commerçant
             ambulant abonné à un marché hebdomadaire (TAUX 1). L’abonnement est
             renouvelable par paiement anticipatif, un mois avant l’échéance.
       2.    6,50€ par mètre courant et par jour de fréquentation de marché, lorsqu’il s’agit
             d’un commerçant ambulant participant occasionnellement à un marché
             hebdomadaire ou journalier (TAUX 2)
       3.    7,14€ par mètre courant à l’occasion d’un marché annuel (TAUX 3).
Le commerçant ambulant faisant usage des infrastructures communales relatives à
l’électricité se verra réclamer, au 1erjanvier 2020, une redevance forfaitaire de :
       1.    24,48€ par trimestre et par marché pour les petits consommateurs (éclairage,
             balance,..), lorsqu’il s’agit d’un commerçant ambulant abonné à un marché
             hebdomadaire (TAUX 4) par paiement anticipatif au moment de l’abonnement ;
       2.    48,96€ par trimestre et par marché pour les gros consommateurs (comptoir
             frigorifique, réfrigérateur, rôtissoire,...), lorsqu’il s’agit d’un commerçant
             ambulant abonné à un marché hebdomadaire (TAUX 5) par paiement anticipatif
             au moment de l’abonnement ;
       3.    2,04€ par jour et par marché pour les petits consommateurs (éclairage,
             balance,..), lorsqu’il s’agit d’un commerçant ambulant participant
             occasionnellement à un marché hebdomadaire ou journalier ou annuel (TAUX 6) ;
       4.    4,08€ par jour et par marché pour les gros consommateurs (comptoir frigorifique,
             réfrigérateur, rôtissoire,...), lorsqu’il s’agit d’un commerçant ambulant participant
             occasionnellement à un marché hebdomadaire ou journalier ou annuel (TAUX 7) ;
Les redevances reprises aux points 2, 3, 6 et 7 sont acquittées par paiement électronique, à
l’attribution de l’emplacement.




                                                 22
Ces taux seront majorés au 1er janvier de l’année suivante de 2%, conformément au tableau
ci-dessous:
                 Exercice 2021       Exercice 2022          Exercice 2023       Exercice 2024
[Taux 1]         67,16 €             68,50 €                69,87 €             71,27 €
[Taux 2]         6,63 €              6,76 €                 6,90 €              7,04 €
[Taux 3]         7,28 €              7,43 €                 7,58 €              7,73 €
[Taux 4]         24,97 €             25,47 €                25,98 €             26,50 €
[Taux 5]         49,94 €             50,94 €                51,96 €             53,00 €
[Taux 6]         2,08 €              2,12 €                 2,16 €              2,21 €
[Taux 7]         4,16 €              4,24 €                 4,33 €              4,42 €
Article 2
Tout particulier participant à une brocante, c’est-à-dire à une vente occasionnelle de biens
faisant partie de son patrimoine, se verra réclamer au 1erjanvier 2020, pour un emplacement
standard d’une dimension approximative de trois mètres sur deux, une redevance de :
        1.     12,00€ par jour lorsque la redevance est acquittée en avance (TAUX 8) ;
        2.     15,00€ par jour lorsque la redevance est acquittée le jour de la brocante (TAUX 9)
               ;
        3.     5,00€ par jour lorsqu’il s’agit d’un participant riverain (TAUX 10).
Article 3
Tout commerçant ambulant souhaitant exercer son activité sur le territoire de la commune
en dehors de l’aire et des périodes de marchés régulièrement organisés par l’administration,
se verra réclamer une redevance au 1erjanvier 2020, de :
a) s’il utilise un véhicule automobile ou une remorque aménagée en étal de ventes pouvant
être tractée par un tel véhicule:
        1.     29,58€ par jour (TAUX 11) ;
        2.     111,69€ par semaine (TAUX 12) ;
        3.     372,91€ par mois (TAUX 13) ;
        4.     1.492,87€ par an (TAUX 14).
En tout état de cause, un montant minimal de 74,46€ sera perçu afin de couvrir les frais
administratifs (TAUX 15).
b) s’il utilise tout autre moyen de transport, ou s’il se déplace à pied, :
Les taux 11 à 14 seront diminués de moitié, étant entendu que la redevance minimale reste
fixée à 74,46€ (TAUX 15).
Ces taux seront majorés au 1er janvier de l’année suivante de 2%, conformément au tableau
ci-dessous :
                  Exercice 2021        Exercice 2022         Exercice 2023      Exercice 2024
[Taux 11]         30,17 €              30,78 €               31,39 €            32,02 €
[Taux 12]         113,92 €             116,20 €              118,53 €           120,90 €
[Taux 13]         380,37 €             387,98 €              395,74 €           403,65 €
[Taux 14]         1.522,73 €           1.553,18 €            1.584,25 €         1.615,93 €
[Taux 15]         75,95 €              77,47 €               79,02 €            80,60 €
Article 4
Lors des foires, il est perçu à charge des forains une redevance pour l’occupation du domaine
public. Le montant de la redevance est fixé, au 1erjanvier 2020, à :
        1.     39,17€ par mètre courant d’occupation au sol pour toute la durée de la
               manifestation lors de la foire du quartier (TAUX 16).
        2.     77,01€ par mètre courant d’occupation au sol pour toute la durée de la
               manifestation lors de la foire annuelle (TAUX 17).
Tout industriel forain autorisé à exploiter son métier sur la voie publique en dehors des dates
de foire fixées par le Collège des Bourgmestre et Echevins sera soumis à une redevance fixée
à:
        1.     44,47€ par jour d’exploitation (TAUX 18)
        2.     149,12€ par semaine d’exploitation (TAUX 19) ;
        3.     447,58€ par mois d’exploitation (TAUX 20) ;
        4.     1.791,63€ par année d’exploitation (TAUX 21).
En tout état de cause, un montant minimum de 74,46€ sera perçu afin de couvrir les frais
administratifs (TAUX 22).



                                                 23
Ces taux seront majorés au 1er janvier de l’année suivante de 2%, conformément au tableau
ci-dessous :
                Exercice 2021       Exercice 2022      Exercice 2023      Exercice 2024
[Taux 16]       39,95 €             40,75 €            41,57 €            42,40 €
[Taux 17]       78,55 €             80,12 €            81,72 €            83,36 €
[Taux 18]       45,36 €             46,27 €            47,19 €            48,14 €
[Taux 19]       152,11 €            155,15 €           158,25 €           161,42 €
[Taux 20]       456,53 €            465,66 €           474,97 €           484,47 €
[Taux 21]       1.827,46 €          1.864,01 €         1.901,29 €         1.939,32 €
[Taux 22]       75,95 €             77,47 €            79,02 €            80,60 €
Article 5
A moins qu’un autre règlement n’en dispose autrement, les frais éventuels de raccordement
et de consommation d’eau, de gaz et/ou d’électricité seront directement mis à la charge des
forains qui prendront également en charge les formalités nécessaires aux raccordements.
Article 6
Tout commerçant ambulant en dehors des marchés ou forain ne sera autorisé à exercer son
activité sur le territoire de la commune qu’après avoir obtenu une autorisation écrite
délivrée par les autorités compétentes et après avoir acquittée la redevance prévue auprès
du service de la Recette communale.
Article 7
Les redevances sont acquittées soit par virement au compte BE45 0961 2568 0089 de la
commune, soit via son espace personnel sur le site de l’Administration communale, ou par
paiement électronique conformément aux modalités prescrites par le règlement.
Article 8
Le présent règlement entre en vigueur le 1erjanvier 2020 et remplace le règlement approuvé
par le Conseil communal en sa séance du 21 novembre 2018.

                                  DE GEMEENTERAAD
  Besloten, met 26 stem(men) tegen 12 en 5 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

Gezien het raadsbesluit van 21 november 2018 stemmend het retributiereglement op
markten, rommelmarkten, kermissen, braderijen en andere ambulante activiteiten voor een
termijn vervallend op 31 december 2023;
Gelet artikel 117 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet het gemeentereglement voor de uitoefening en organisatie van ambulante activiteiten
op de openbare markten aangenomen door de Gemeenteraad in zitting van 28 mei 2014;
Gelet op de financiële toestand van de gemeente;
Overwegende de noodzaak voor de gemeente om aan haar verplichtingen te voldoen in
overeenstemming met de eisen van het beheersplan en de vereisten van artikel 252 NGW,
welke de gemeenten verplicht een begroting in evenwicht te realiseren;
Gezien de noodzaak voor de gemeente om ontvangsten te heffen ter dekking van de kosten
die door al haar activiteiten worden gemaakt, en voornamelijk om inkomsten te verzekeren
om te kunnen voldoen aan de financiële lasten in verband met haar verplichting om de
openbare rust, openbare veiligheid en openbare netheid te waarborgen;
Overwegende dat het behoud van deze bron van inkomsten gerechtvaardigd is;
Overwegende dat de financiële lasten die inherent zijn aan deze activiteiten - waaronder die
met betrekking tot het administratieve beheer, de controle op de toepassing van wet- en
regelgeving en het reinigen van marktplaatsen vertegenwoordigen een aanzienlijke kost voor
de gemeente;
Overwegende dat de voorgaande reglementen bepaalden dat de eventuele
elektriciteitskosten rechtstreeks ten laste worden gelegd van de leurders of foorkramers,
maar dit in de praktijk moeilijk te verwezenlijken is op de markten, is het vanzelfsprekend dat
via een forfaitaire retributie naargelang de categorie van gebruiker, deze aanzienlijke kost
voor de gemeente wordt teruggevorderd;
Overwegende dat het noodzakelijk is om de vragers naar een dienst te betrekken tot de
gegenereerde lasten;




                                                24
Overwegende het feit om ter gelegenheid van een rommelmarkt, het op voorhand te betalen
te bevorderen, is het passend om een voordeliger tarief toe te passen;
Overwegende de doelstelling om de buurtbewoner te betrekken bij het sociale en culturele
leven, is het nodig om hen aantrekkelijke tarieven ter gelegenheid van een rommelmarkt aan
te bieden;
Overwegende dat de bedragen van de retributies in verhouding zijn tot de kosten van de
geleverde dienst;
Overwegende de website van de gemeente Schaarbeek die bedoeld is als informatie- en
communicatiemiddel voor alle personen die persoonlijk of beroepsmatig belangstelling
hebben voor de gemeentelijke diensten die worden aangeboden, daarom een Persoonlijke
Ruimte heeft waarmee de burger een maximaal aantal formaliteiten online kan uitvoeren;
Gelet bovendien, op de verslagen van het College van Burgemeester en Schepenen van 22
oktober, 5 en 26 november en 3 december 2019 en het administratief dossier;
Op het voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen,
BESLUIT:
Artikel 1
Iedere leurder welke de toelating heeft om een plaats te bezetten op een openbare
bevoorradingsmarkt zal op 1 januari 2020 worden onderworpen aan een retributie
vastgesteld op:
      1.    65,84€ per strekkende meter en per trimester wanneer het een leurder betreft
            met abonnement op een wekelijkse markt (VOET 1). Het abonnement is
            verlengbaar door betaling, één maand voor de vervaldatum.
      2.    6,50€ per strekkende meter en per dag marktbezoek, wanneer het een leurder
            betreft welke bij gelegenheid aan een wekelijkse of dagelijkse markt deelneemt
            (VOET 2).
      3.    7,14€ per strekkende meter ter gelegenheid aan een jaarlijkse markt (VOET 3).
De leurder die gebruik maakt van de gemeentelijke infrastructuur betreffende de elektriciteit
zal op 1 januari 2020 onderworpen worden aan een forfaitaire retributie van:
      1.    24,48 € per trimester en per markt voor de kleine verbruikers (verlichting,
            weegschaal, ...), wanneer het een leurder betreft met abonnement op een
            wekelijkse markt (VOET 4) op voorhand betaald samen met het abonnement;
      2.    48,96 € per trimester en per markt voor de grote verbruikers (koeltoonbank,
            koelkast, elektrische grill,…), wanneer het een leurder betreft met abonnement
            op een wekelijkse markt (VOET 5) op voorhand betaald samen met het
            abonnement;
      3.    2,04 € per dag en per markt voor de kleine verbruikers (verlichting,
            weegschaal,...), wanneer het een leurder betreft welke bij gelegenheid aan een
            wekelijkse of dagelijkse of jaarmarkt deelneemt (VOET 6);
      4.    4,08 € per dag en per markt voor de grote verbruikers (koeltoonbank, koelkast,
            elektrische grill,...), wanneer het een leurder betreft welke bij gelegenheid aan
            een wekelijkse of dagelijkse of jaarmarkt deelneemt (VOET 7)
De retributies vermeld in punt 2, 3 6 en 7 zijn te voldoen per elektronische betaling, op
moment van toewijzing van de standplaats.
Deze aanslagvoeten zullen per 1 januari van het volgende jaar worden verhoogd met 2%,
volgens onderstaande tabel:
                   Aanslagjaar 2021 Aanslagjaar 2022 Aanslagjaar 2023 Aanslagjaar 2024
[aanslagvoet 1] 67,16 €                 68,50 €            69,87 €             71,27 €
[aanslagvoet 2] 6,63 €                  6,76 €             6,90 €              7,04 €
[aanslagvoet 3] 7,28 €                  7,43 €             7,58 €              7,73 €
[aanslagvoet 4] 24,97 €                 25,47 €            25,98 €             26,50 €
[aanslagvoet 5] 49,94 €                 50,94 €            51,96 €             53,00 €
[aanslagvoet 6] 2,08 €                  2,12 €             2,16 €              2,21 €
[aanslagvoet 7] 4,16 €                  4,24 €             4,33 €              4,42 €
Artikel 2
Iedere particulier welke aan een rommelmarkt deelneemt, d.w.z een gelegenheidsverkoop
van goederen welke deel uitmaken van zijn patrimonium, zal op 1 januari 2020, voor een
standaardplaats van een benaderende oppervlakte van drie meter op twee, een retributie
worden gevraagd, vastgesteld op


                                               25
     1.    12,00€ per dag wanneer de retributie op voorhand werd vereffend (VOET 8) ;
     2.    15,00€ per dag wanneer de retributie op de dag van de rommelmarkt wordt
           vereffend (VOET 9) ;
       3.  5,00€ per dag wanneer de deelnemer een plaatselijke bewoner is (VOET 10).
Artikel 3
Iedere leurder welke verlangt zijn activiteit op het grondgebied van de gemeente uit te
oefenen buiten de zone en de periodes van de regelmatig door de administratie ingerichte
markten, zal op 1 januari 2020, een vergoeding worden gevraagd van:
a) wanneer hij gebruik maakt van een autovoertuig of een aanhangwagen welke is ingericht
als uitstalkraam welke door zo een voertuig kan worden getrokken
       1.    29,58€ per dag (VOET 11);
       2.    111,69€ per week (VOET 12);
       3.    372,91€ per maand (VOET 13);
       4.    1.492,87€ per jaar (VOET 14);
In ieder geval zal een minimaal bedrag van 74,46€ worden geïnd om de administratieve
kosten te dekken (VOET 15).
b) wanneer een andere vervoermiddel wordt gebruikt, of wanneer hij zich te voet verplaatst:
De aanslagvoeten 11 tot 14 worden met de helft verminderd, in acht genomen dat de
minimale vergoeding behouden blijft op 74,46€ (VOET 15).
Deze aanslagvoeten zullen per 1 januari van het volgende jaar worden verhoogd met 2%,
volgens onderstaande tabel:
                    Aanslagjaar 2021 Aanslagjaar 2022 Aanslagjaar 2023 Aanslagjaar 2024
[aanslagvoet 11] 30,17 €                30,78 €            31,39 €         32,02 €
[aanslagvoet 12] 113,92 €               116,20 €           118,53 €        120,90 €
[aanslagvoet 13] 380,37 €               387,98 €           395,74 €        403,65 €
[aanslagvoet 14] 1.522,73 €             1.553,18 €         1.584,25 €      1.615,93 €
[aanslagvoet 15] 75,95 €                77,47 €            79,02 €         80,60 €
Artikel 4
Ter gelegenheid van kermissen wordt er, ten laste van de foorreizigers, een retributie
gevorderd voor de bezetting van het openbaar domein.
Het bedrag van de retributie wordt vastgesteld op 1 januari 2020, op:
       1.    39,17€ per strekkende meter grondinneming, voor de hele duur van de
             manifestatie, tijdens de wijkkermis (VOET 16);
       2.    77,01€ per strekkende meter grondinneming, voor de hele duur van de
             manifestatie, tijdens de jaarlijkse kermis (VOET 17);
Iedere foorkramer welke de toelating heeft zijn ambacht uit te baten op de openbare weg
buiten de data van de kermissen vastgesteld door het College van Burgemeester en
Schepenen, zal onderworpen worden aan de betaling van een vergoeding vastgesteld op:
       1.    44,47€ per exploitatiedag (VOET 18);
       2.    149,12€ per exploitatieweek (VOET 19);
       3.    447,58€ per exploitatiemaand (VOET 20);
       4.    1.791,63€ per exploitatiejaar (VOET 21).
In ieder geval zal een minimaal bedrag van 74,46€ worden gevraagd om de administratieve
kosten te dekken (VOET 22).
Deze aanslagvoeten zullen per 1 januari van het volgende jaar worden verhoogd met 2%,
volgens onderstaande tabel:
                    Aanslagjaar 2021 Aanslagjaar 2022 Aanslagjaar 2023 Aanslagjaar 2024
[aanslagvoet 16] 39,95 €                40,75 €            41,57 €         42,40 €
[aanslagvoet 17] 78,55 €                80,12 €            81,72 €         83,36 €
[aanslagvoet 18] 45,36 €                46,27 €            47,19 €         48,14 €
[aanslagvoet 19] 152,11 €               155,15 €           158,25 €        161,42 €
[aanslagvoet 20] 456,53 €               465,66 €           474,97 €        484,47 €
[aanslagvoet 21] 1.827,46 €             1.864,01 €         1.901,29 €      1.939,32 €
[aanslagvoet 22] 75,95 €                77,47 €            79,02 €         80,60 €
Artikel 5
Tenzij een ander reglement het anders bepaalt, zullen de eventuele aansluitingskosten en
het waterverbruik rechtstreeks ten laste worden gelegd van de foorkramers die tevens de
nodige formaliteiten tot aansluiting ten laste nemen.


                                              26
Artikel 6
Iedere leurder buiten de wekelijkse markten of foorkramer zal slechts toegelaten worden zijn
beroepsactiviteit op het grondgebied van de gemeente uit te oefenen na de schriftelijke
toelating te hebben bekomen van de bevoegde instanties en de voorziene retributie te
hebben voldaan aan de Gemeentekas.
Artikel 7
De retributies zijn betaalbaar hetzij per overschrijving op rekeningnummer BE45 0961 2568
0089 van de gemeente, hetzij via de persoonlijke ruimte op de website van het
gemeentebestuur, of elektronisch in overstemming met de modaliteiten bepaald in bijgaand
reglement.
Artikel 8
Dit onderhavige reglement treedt in voege op 1 januari 2020 en vervangt het reglement
goedgekeurd door de Gemeenteraad van 21 november 2018.



                                         ***
       Madame Geraets et Monsieur Hammouti quittent la séance -=- Mevrouw Geraets en
       de heer Hammouti verlaten de vergadering
                                         ***



SP 20.- Règlement fixant les redevances sur les services librement demandés et la
   délivrance de documents administratifs – Modification -=- Reglement vaststellend de
   retributies op de vrij gevraagde diensten en de afgifte van administratieve stukken –
   Wijziging

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Décidé, par 31 voix contre 12 et 0 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté -=- Besloten, met
31 stem(men) tegen 12 en 0 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

                                   LE CONSEIL COMMUNAL
          Décidé, par 31 voix contre 12 et 0 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté

Vu l’article 173, de la Constitution ;
Vu l’article 117 de la nouvelle loi communale ;
Revu sa délibération du 18 décembre 2018 votant le règlement qui fixe les redevances sur les
services librement demandés et la délivrance de documents administratifs;
Considérant l’arrêt du Conseil d’Etat du 18 avril 2016 annulant la disposition du règlement
redevance sur l’établissement et/ou la délivrance de certificats et de documents concernant
la redevance réclamée de 2.500€ pour la délivrance par le Bourgmestre de l'attestation
préalable à l'octroi d'une licence de classe C délivrée par la Commission des jeux de hasard, il
convient, à la suite de cet arrêt, d’instaurer un montant correspondant au service rendu ;
Vu la loi du 7 mai 1999 sur les jeux de hasard, les paris, les établissements de jeux de hasard
et la protection des joueurs et plus particulièrement son article 41, lequel prévoit que, « Pour
pouvoir obtenir une licence de classe C, le demandeur doit jouir pleinement de ses droits
civils et politiques et être d’une conduite répondant aux exigences de la fonction si c’est une
personne physique. Si le demandeur est une personne morale, chaque administrateur ou
gérant doit jouir pleinement de ses droits civils et politiques et être d’une conduite
répondant aux exigences de la fonction. Le demandeur doit produire un avis émanant du
service public fédéral Finances et attestant qu’il s’est acquitté de toutes ses dettes fiscales,
certaines et non contestées » ;
Vu l’arrêté royal du 22 décembre 2000 relatif au fonctionnement et à l’administration des
établissements de jeux de hasard de classe III, aux modalités de demande et à la forme de la
licence de classe C et plus particulièrement son article 1er, lequel dispose que la demande de
licence de classe C est introduite au moyen du formulaire joint en annexe I dudit arrêté ;




                                                27
Considérant qu’il ressort du point 5 de l’annexe précitée qu’à la demande de licence de
classe C doit être joint l’avis du Bourgmestre de la commune où l’établissement de jeux de
hasard est exploité, disposant que toutes les conditions légales sont remplies au niveau de
l’exploitation du débit de boissons concerné ;
Considérant que cet avis doit également être joint à toute demande de renouvellement
d’une licence de classe C dont la période de validité est limitée à 5 ans ;
Considérant que la Commission des jeux de hasard a établi une liste des communes et/ou
villes pour lesquelles l’avis du Bourgmestre doit obligatoirement être joint à la demande de
licence de classe C et que la commune de Schaerbeek en fait partie ;
Considérant que l’avis qui doit être rendu dans le cadre de la demande de renouvellement de
licence de classe C pour les établissements de jeux de hasard de classe III se fait dans les
mêmes conditions et selon les mêmes modalités que l’avis qui doit être rendu pour une
première demande ;
Considérant que l’avis qui est rendu dans le cadre d’une demande de renouvellement d’une
licence de classe C implique dès lors un travail comparable à celui qui doit être fourni dans le
cadre d’une première demande ;
Considérant que la délivrance d’un avis dans le cadre de l’octroi d’une licence de classe C ou
d’une demande de renouvellement implique que les services communaux et de police
attestent notamment des éléments suivants :
             que l’établissement est bien situé sur le territoire de la commune ;
             que l’établissement jouit ou non d’une bonne réputation ;
             que l’exploitant n’a pas fait l’objet de sanctions administratives, de mesures de
              polices ou de p-v d’infractions ;
             que l’établissement dispose des autorisations requises en matière d’exploitation
              de débits de boissons fermentées ou spiritueuses ;
             que l’établissement répond à toutes les conditions légales en termes
              d’urbanisme, d’environnement, d’hygiène, de sécurité et de nuisances sonores ;
             que l’exploitant jouit de ses droits civils et politiques ou, s’il s’agit d’une personne
              morale, que son administrateur ou son gérant ne se trouve pas dans un cas
              d’exclusion pour tenir un débit de boisson ;
             que l’exploitant est en ordre de paiement en matière de taxes communales
              relatives aux débits de boissons.
Considérant que le Bourgmestre doit également produire une copie du certificat de bonnes
vie et mœurs de la ou des personnes concernées par l’obtention d’une licence de classe C ;
Considérant que l’administration communale intervient également dans le cadre de la
recherche et de la constatation d’infractions à la loi du 7 mai 1999 sur les jeux de hasards, les
paris, les établissements de jeux de hasards et la protection des joueurs et ses arrêtés
d’exécution, en communiquant tout document utile ou tout renseignement complémentaire
ainsi qu’en fournissant l’assistance des services de police aux officiers de police judiciaire et
officiers auxiliaires du Procureur du Roi désignés à cet effet par la Commission des jeux de
hasard (article 5 §1er, alinéas 2,3 et 5 de la loi du 7 mai 1999) ;
Considérant que le service qui est rendu par la commune et les services de police, dont elle
assume en partie le financement, justifie l’établissement d’une redevance qui en est la
contrepartie ;
Considérant que la liberté du commerce et de l’industrie, consacrée par les articles II.3 et II.4
du code de droit économique, n’est pas illimitée et n’est en tout cas pas de nature à entraver
le pouvoir de la commune d’établir une redevance destinée à couvrir des dépenses
occasionnées par une activité commerciale ;
Considérant qu’une redevance de 2.500€ représente une somme de 500€ par an ou de 41,7€
par mois, soit une somme modique qui n’est pas de nature à entraver de manière
disproportionnée la liberté de commerce des redevables ;
Considérant que cette redevance est due dans le cadre d’un avis qui doit être rendu pour une
demande de licence de classe C, ainsi que pour un avis qui doit être rendu dans le cadre
d’une demande renouvellement de licence de classe C ;
Considérant qu’elle est payable dès la demande d’avis du Bourgmestre et avant la délivrance
de celui-ci ;
Considérant que cette redevance couvre une période de 5 ans équivalente à la période de
validité de la licence ;


                                                   28
Considérant par ailleurs, que la commune entend lutter contre la multiplication des jeux de
bingo dans les débits de boissons installés sur le territoire de la Commune ;
Considérant que ces jeux ont des effets néfastes, que ce soit sur la santé financière, physique
ou morale des joueurs ;
Considérant qu’afin de limiter le risque de dépendance et de restreindre l’assuétude des
joueurs de bingos, la commune entend limiter le nombre de jeux de bingos présents dans un
débit de boissons ;
Considérant que les débits de boissons sont en effet des lieux facilement accessibles et dont
l’environnement est propice à pousser la clientèle à la consommation des jeux qui y sont
présents ;
Considérant que, pour ces motifs, la commune entend diminuer le montant de la redevance
pour les exploitants de jeux de bingos dont la licence de classe C est limitée à un jeu de
bingo ;
Considérant que le bénéfice de cette diminution sera octroyé au demandeur qui fournit la
preuve que le formulaire de demande de licence de classe C comporte la mention expresse
que l’autorisation sollicitée vise l’exploitation d’un jeu de bingo ;
Considérant que pour ces derniers, le montant de la redevance est fixé à 1.250€ ;
Considérant les charges qu’entraînent pour la commune l’établissement et/ou la délivrance
de certificats et documents administratifs ;
Vu l’article 84 de la nouvelle loi communale, lequel prévoit que :
« §1er Aucun acte, aucune pièce concernant l'administration, ne peut être soustrait à
l'examen des membres du conseil.
§.2 Les conseillers communaux peuvent obtenir copie des actes et pièces relatifs à
l'administration de la commune dans les conditions arrêtées par le règlement d'ordre
intérieur établi par le conseil. Ce règlement précise également les conditions de visite des
établissements et des services communaux.
La redevance éventuellement réclamée pour la copie ne peut en aucun cas excéder le prix de
revient. » ;
Vu l’ordonnance du 18 mars 2004 sur l'accès à l'information relative à l'environnement et à
l'aménagement du territoire dans la Région de Bruxelles-Capitale, qui a pour objet de
transposer la directive 2003/4/CE du Parlement européen et du Conseil du 28 janvier 2003
concernant l'accès du public à l'information en matière d'environnement et qui vise la
promotion de l'utilisation des technologies de télécommunication informatique et/ou des
technologies électroniques ;
Vu l’ordonnance du 30 novembre 2017 réformant le Code bruxellois de l'aménagement du
territoire et l'ordonnance du 5 juin 1997 relative aux permis d'environnement et modifiant
certaines législations connexes ;
Vu pour le surplus, le rapport du Collège des Bourgmestre et Echevins du 3 décembre 2019
et le dossier administratif ;
Vu la situation financière de la commune ;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins ;
DECIDE :
Article 1
Il est établi au profit de la Commune des redevances payables au comptant sur les services
librement demandés ou sur l'établissement et/ou la délivrance de certificats et documents
administratifs.
Article 2
Ces redevances sont dues par les personnes physiques et morales à qui sont délivrés, d'office
ou à leur demande, les services et/ou pièces, sans préjudice de toute autre contribution
demandée par une autre autorité.
Article 3
Les redevances sont fixées sur base des taux suivants :
§1 POPULATION – ETAT CIVIL
1) Cartes d’identité aux nationaux et titres de séjour aux étrangers
        a) Procédure normale :
               Pour la première délivrance ou tout renouvellement                      3,90€
        b) Procédure d’extrême urgence :
               Pour toute délivrance                                                   46,40€
        c) Procédure d’extrême urgence avec retrait au SPF Intérieur :


                                                29
              Pour toute délivrance                                                     40,20€
       d) Pour toute demande de duplicata de code visant toute carte d’identité         5,00€
       électronique y compris la carte reprise aux points 2) et 3)
       e) Complémentairement à la redevance prélevée en exécution des
       dispositions ci-dessus énoncées, une redevance cumulable de 20€ est exigée
       à partir de la 2ièmedemande de duplicata de carte d’identité électronique y
       compris la carte visée aux points 2) et 3). Ainsi, hors cas de vol, agression ou
       de force majeure, il sera perçu au 2ièmeduplicata, une redevance
       complémentaire de 20€ ; au 3ièmeduplicata, 40€ ; … Cette disposition n’étant
       par ailleurs pas applicable aux personnes de 75 ans et plus.
2) Titres de séjour contenant des données biométriques pour étrangers
       a) Procédure normale :
              Pour la première délivrance ou tout renouvellement                        3,40€
       b) Procédure d’extrême urgence :
              Pour toute délivrance                                                     46,40€
3) Cartes d’identité pour enfants belges de moins de 12 ans (Kids-ID)
       a) Procédure normale :                                                           1,60€
       b) Procédure d’extrême urgence
              Pour une seule carte                                                      46,10€
              Pour les cartes suivantes demandées au même moment, pour les              46,10€
              enfants de la même famille, inscrits à la même adresse
       c) Procédure d’extrême urgence avec retrait au SPF Intérieur :
              Pour toute délivrance                                                     39,90€
4) Certificat d’identité pour enfants étrangers de moins de 12 ans
              Pour toute délivrance                                                     2,00€
5) Passeports /titres de voyage
       a) Procédure normale :
              Passeport /titres de voyage adulte                                        16,00€
              Passeport /titres de voyage enfant                                        16,00€
       b) Procédure d’urgence :
              Passeport /titres de voyage adulte                                        35,00€
              Passeport /titres de voyage enfant                                        35,00€
6) Permis de conduire
       a) Procédure normale :
              Pour le permis de conduire électronique                                   7,00€
              Pour le permis de conduire provisoire                                     3,75€
              Duplicata                                                                 3,75€
              Pour le permis de conduire international                                  11,00€
7) Transcription d’actes étrangers                                                      40,00€
8) Prise en charge (annexe 3bis - AR 08/10/1981)                                        20,00€
9) Prise en charge (annexe 32 - AR 08/10/1981)                                          20,00€
10) Certificats, attestations et extrait émanant des registres de l’Etat civil et de la 8,00€
Population, réquisitoire :
       Ne sont pas concernés par cette redevance: les copies d'acte, les extraits
       d'acte et les actes de mariage, de naissance, de décès, de nationalité et du
       registre supplétoire, les extraits du casier judiciaire, le récépissé de demande
       de placement ou d'enlèvement de monument funéraire, les certificats de
       résidence, de résidence avec historique, de composition de ménage, de
       nationalité, de vie, d'honorabilité, de moralité, de cohabitation légale, de
       données électorales, l'annexe 18 ainsi que les modèles 2, 2bis et 8.
11) Légalisation de signature à destination des autorités publiques                     8,00€
12) Légalisation de signature sous seing privé, par dérogation à la législation         8,00€
prévoyant que cette démarche doit être réalisée chez un notaire, en cas de prêt de
courte durée (maximum 3 mois) d'un véhicule
13) Copies conformes, par page :                                                        8,00€
       excepté pour les Communautés Française, Flamande et Germanophone sur
       base d'une preuve de demande explicite



                                                 30
14) Constitution d’un dossier :
       - de nationalité                                                                   60,00€
       - de régularisation sur base de l’article 9 de la loi du 15.12.1980 :
              a. première demande                                                         25,00€
              b. demandes ultérieures                                                     75,00€
       - en matière de cohabitation légale                                                30,00€
       - d’inscription après radiation d’office                                           30,00€
       - de changement de genre                                                           Gratuit
15) Documents délivrés en vertu de l’arrêté royal du 8 octobre 1981 sur l’accès au
territoire, le séjour, l’établissement et l’éloignement des étrangers (sauf titre de
séjour électronique)
       a) Par document ou par prorogation de validité de documents. Sont                  8,00€
       concernés les annexes 3, 33, 35, 41 et 41bis, l’attestation de réception
       art25/2 (annexe1), l’attestation de réception art.9bis (annexe3) et
       l’attestation d’immatriculation
       b) Toute prolongation de l'attestation d'immatriculation                           8,00€
16) Permis de travail                                                                     1,00€
17) Correction sur base de document probant :
       - de nom                                                                           30,00€
       - de prénom                                                                        30,00€
       - de date de naissance                                                             30,00€
18) Changement de prénom:
       - première demande                                                                 150,00€
              a. Excepté pour les citoyens dans le cadre de la demande de                 Gratuit
              nationalité belge et ne possédant pas de prénom à l'origine (circulaire
              du 11 juillet 2018 relative à la loi du 18 juin 2018 portant dispositions
              diverses en matière de droit civil et des dispositions en vue de
              promouvoir des formes alternatives de résolution des litiges première
              demande si jamais
              b. Dans le cadre d’un changement de genre                                   15,00€
       - toute demande supplémentaire                                                     490,00€
              a. Dans le cadre d’un changement de genre                                   49,00€
19) Carnet de mariage :                                                                   30,00€
20) Recherche généalogique, par heure :                                                   35,00€
§2 URBANISME – TRAVAUX
1) Certificats, attestations et autres pièces de toute nature comprenant :
       a) Renseignements urbanistiques :
                   Procédure normale :                                                   80,50€
                   Procédure d’urgence :                                                 161,00€
       b) Attestation de conformité pour un hébergement touristique:
              - pour les hébergement touristiques de trois chambres ou moins              100,00€
              - pour les hébergement touristiques de quatre chambres ou plus              200,00€
       c) Les permis et certificats d’urbanisme ayant pour objet :
              - construire, reconstruire, transformer et/ou placer une installation fixe 250,00€
              (ex. terrasse)
              - modifier la destination ou l’utilisation de tout ou partie d’un bien bâti 250,00€
              ou non bâti (ex. parking)
              - modifier le nombre de logements dans une construction existante           250,00€
              - placer des dispositifs de publicité                                       250,00€
              - placer des enseignes et/ou des dispositifs de publicité associés à        125,00€
              l’enseigne
              - autres (abattage d’arbre à haute tige, travaux de démolition,             60,00€
              prorogation de permis…)
       d) Les permis et certificats d’environnement ayant pour objet :
              - une déclaration de classe 3 pour l’exploitation d’un chantier             100,00€
              - une déclaration de classe 3 pour toute autre installation classée         50,00€
              - une nouvelle demande de classe 2                                          150,00€


                                                  31
             - une nouvelle demande de classe 1B                                    250,00€
             - une nouvelle demande de classe 1A                                    500,00€
             - une modification de permis                                           100,00€
             - une prolongation de permis                                           150,00€
             - un changement de titulaire de permis                                 50,00€
      e) Les permis d’urbanisme en régularisation d’une infraction constatée
      entraînant :
             - un procès-verbal d’infraction urbanistique                           1.000,00€
             - une mise en demeure                                                  500,00€
      f) Les permis d’environnement en régularisation d’une infraction, constatée   500,00€
      par procès-verbal:
      g) Frais de reproduction de documents (photocopies)
             Noir et blanc - A4 - par feuille                                       0,15€
             Noir et blanc – A3 - par feuille                                       0,25€
             Couleur - A4 - par feuille                                             1,00€
             Couleur – A3 - par feuille                                             1,50€
      h) Demande de confirmation de destination urbanistique et/ou du nombre        100,00€
      de logements d’un bien
      i) Demande de renseignements « sol » relatifs aux activités à risque de       100,00€
      pollution du sol sur une parcelle
2) Reproduction ou transmission de documents et plans d'archives de
l’urbanisme et de l’environnement
      Scan des documents et plan sur une clé USB, fournie par l’administration      6,05€
      communale et au prix coûtant
3) Documents relatifs aux adjudications publiques et aux appels d'offre généraux
      a) Cahier des charges, métrés descriptions, modèles de soumission
             - taux fixe                                                            5,00€
             - supplément par page ou fraction de page                              0,25€
      b) Plans, croquis schémas
             - par mètre carré ou fraction de mètre carré délivré                   2,50€
4) Documents relatifs aux appels d'offres restreints
      a) Cahier des charges, métrés descriptions, modèles de soumission
             - moins de 10 pages                                                    Gratuit
             - 10 pages                                                             2,50€
             - supplément par page ou fraction de page au-delà de la 10ième         0,25€
      b) Plans, croquis schémas
             - moins d'un mètre carré                                               Gratuit
             - par mètre carré ou fraction de mètre carré au-delà du mètre carré    2,50€
5) Plan de la Commune sur papier opaque
      - au 5000ème                                                                  7,50€
      - au 10000ème                                                                 6,20€
6) Placement
      a) de tapis de cérémonie                                                      250,00€
      b) de plantes ornementales                                                    124,00€
§3 ARCHIVES
1) Reproductions de documents d’archives
      a) Demande de photocopies :
             Noir et blanc - A4 - par feuille                                       0,15€
             Noir et blanc – A3 - par feuille                                       0,25€
      b) Demande de scans :
             Petit format – max A3 - par feuille                                    0,40€
             Grand format - par feuille                                             5,00€
             + sur DVD                                                              2,50€
      c) Droits de reproductions :
             Usage privé ou dans le cadre d’une recherche scientifique (mémoire,    Gratuit
             thèse, etc.)
             Usage public à titre informatif et non commercial                      Gratuit
             Usage commercial, forfait                                              25,00€

                                              32
2) Frais de recherches de documents d’archives
        a) par ¼ heure :                                                                  8,50€
        b) par heure :                                                                    16,00€
               - la redevance est plafonnée à une durée de trois heures de recherches
§4 SECRETARIAT
Communication sous forme de copie de tout document administratif au sens de               0,15€
l'article 2,2°, de la loi du 12 novembre 1997 relative à la publicité de
l'administration dans les Provinces et les Communes, des articles 3, 2° et 5 de
l’ordonnance du 18 mars 2004 sur l'accès à l'information relative à
l'environnement et à l'aménagement du territoire dans la Région de Bruxelles-
Capitale ainsi que de l’article 84 de la nouvelle loi communale , par feuille
§5 DIVERS
1) Etablissement de déclarations d’abattage pour la Fête du Sacrifice :
        - hors abattoir communal schaerbeekois                                            15,00€
        - avec rendez-vous sur le site d’abattage communal schaerbeekois                  25,00€
        Enregistrement comme abatteur                                                     10,00€
2) Envoi de rappels de paiement relatif à une créance non contestée (fiscale ou 15,00€
autre), à partir du 2ièmerappel
3) Autorisation de détention d’une arme à feu de défense                                  25,00€
4) Constitution du dossier administratif lors des demandes en vue
        a) de l’ouverture, la réouverture, la reprise, etc. des débits de boissons,       300,00€
        restaurants, cercles privés et tout établissement public assimilé
        b) de dérogation aux heures d’ouverture d’un débit de boissons                    300,00€
        c) de l’étalage de marchandises sur les trottoirs et le placement de tables,      50,00€
        chaises, etc. sur la voie publique
        d) de l’obtention d’un certificat de conformité pour l’exploitation :
               - d’un salon de prostitution                                               1.500,00€
               - d’une « carrée »                                                         250,00€
        e) de la délivrance par le Bourgmestre :
               - de l’avis préalable à l’octroi d’une licence de classe C délivrée par la 2 500,00€
               Commission de jeux de hasard en vertu de l’arrêté royal du 22
               décembre 2000 relatif au fonctionnement et à l’administration des
               établissements de jeux de hasard de classe III, aux modalités des
               demandes et à la forme de la licence de classe C
               - de l’avis préalable à l’octroi d’une licence de classe C délivrée par la 1.250,00€
               Commission de jeux de hasard en vertu de l’arrêté royal du 22
               décembre 2000 relatif au fonctionnement et à l’administration des
               établissements de jeux de hasard de classe III, aux modalités des
               demandes et à la forme de la licence de classe C, lorsque la demande
               de licence est explicitement limitée à l’exploitation d’un seul jeu de
               bingo

Article 4
Les redevances réclamées conformément au présent règlement sont payables
anticipativement, contre quittance, entre les mains du Receveur communal et de ses
préposés ou des agents percepteurs désignés à cet effet.
Article 5
Sont exemptés de la redevance :
      1.    Les certificats et les pièces dont la délivrance est déjà soumise au paiement d'un
            droit au profit de la Commune, en vertu d'une loi, d'un arrêté royal ou d'un
            règlement de l'autorité; exception faite toutefois, pour les droits revenant d'office
            aux communes lors de la délivrance de passeports et qui sont prévus par l'article
            5 du tarif III annexé à la loi du 4 juillet 1956 portant tarif des taxes consulaires et
            des droits de chancellerie ;
      2.    Les certificats et pièces délivrés aux autorités judiciaires, aux administrations de
            l'État, des Régions, des Communautés, des provinces, des communes ou aux
            établissements publics ou destinés à être produits à ces mêmes autorités à la
            demande de ces dernières ;



                                                  33
     3.    Les certificats et pièces destinés aux autorités judiciaires, aux administrations de
           l'Etat, des Régions, des Communautés, des Provinces, des communes ou aux
           établissements publics pour servir en matière, soit de nomination ou de
           désignation à des emplois, soit d'admission au bénéfice de rémunérations ou de
           subventions ;
     4.    Les certificats et pièces qui doivent être délivrés gratuitement par l'administration
           communale en vertu d'une loi, d'un arrêté royal ou d'un règlement quelconque
           de l'autorité ;
     5.    Les certificats et pièces délivrés pour faire titre de l'autorisation d'organiser une
           manifestation politique, religieuse, culturelle ou sportive ;
     6.    Les certificats et pièces délivrés pour faire titre de l'autorisation d’exploiter un
           centre d'hébergement de tourisme social ;
     7.    Les certificats et pièces destinés à faire titre de l'autorisation d'exercer une
           activité qui, comme telle, est déjà frappée d'une imposition ou d'une redevance
           au profit de la Commune ;
     8.    Les expéditions, copies ou extraits des décisions du Conseil communal et du
           Collège des Bourgmestre et Echevins, en tant que ces décisions les concernent,
           aux agents et anciens agents de l'administration communale ainsi qu'à leurs
           ayants droits ;
     9.    Les passeports délivrés en exemption du droit établi au profit de l’Etat ;
     10.   Les cartes, titres d’identité et duplicata visés à l’article 3, points 1, 2, 4 et 9
           délivrés à toute personne victime de vol ou subissant les contrefaits d’un attentat
           pour autant qu’il soit établi à suffisance qu’une plainte sur le vol ou sur la perte
           ou destruction (dans le cas précité) des documents concernés a été déposée
           auprès d’une autorité compétente pour dresser procès-verbal ; sur présentation
           de l’attestation du bureau d’aide aux victimes ;
     11.   Les simples attestations de présence au cimetière ou à l'hôtel communal, pour
           des funérailles, un mariage, etc. délivrées aux personnes concernées ;
     12.   La délivrance de la carte à laquelle est soumise la participation comme vendeur à
           une manifestation visée à l’article 7 de l’arrêté royal du 3 avril 1995 portant
           exécution de la loi du 25 juin 1993 sur l’exercice d’activités ambulantes et
           l’organisation des marchés publics, pour la première année d’application de la
           nouvelle réglementation en la matière ;
     13.   Les documents délivrés en vertu de l’arrêté royal du 8 octobre 1981 sur l’accès au
           territoire, le séjour, l’établissement, l’éloignement des étrangers - ressortissants
           de l’Union Européenne ou membre de leur famille - à savoir :
           ◦      attestation d’enregistrement (annexe 8 – format papier) ;
           ◦      document attestant de la permanence du séjour (annexe 8bis – format
                  papier) ;
           ◦      demande d’attestation d’enregistrement (annexe 19 - AR 08/10/1981) ;
           ◦      demande de carte de séjour de membre de la famille d’un citoyen de
                  l’Union Européenne (annexe 19ter - AR 08/10/1981).
           ◦      déclaration de présence (annexe 3ter - AR 08/10/1981)
     14.   Les documents établis en application de la loi du 13 juin 1986 sur le prélèvement
           et la transplantation d’organes.
     15.   La redevance prévue à l'article 3, § 2, 6° a) n’est pas due à l’occasion d’un mariage
           d’un membre du personnel
     16.   La redevance prévue à l'article 3, § 3, 2° n’est pas due à l’occasion d’une demande
           de recherche par un étudiant
Article 6
Tout litige concernant la redevance sera poursuivi devant les juridictions civiles compétentes.
Le redevable qui conteste devoir la redevance qui lui est réclamée est cependant tenu d'en
consigner le montant entre les mains du Receveur communal jusqu'à ce qu'il ait été statué
sur sa réclamation.
Dans ce cas, le Receveur communal lui délivre gratuitement récépissé de son versement.
Article 7
Tous les frais d'expédition des certificats et des documents administratifs délivrés en vertu
du présent règlement sont mis à charge des particuliers et des établissements privés qui les
demandent, même dans le cas où la délivrance de ces certificats et documents est gratuite.


                                                34
Article 8
Le présent règlement entre en vigueur le 1erjanvier 2020 et remplace la délibération du 17
décembre 2018 visée dans le préambule.

                                  DE GEMEENTERAAD
  Besloten, met 31 stem(men) tegen 12 en 0 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikel 173, van de grondwet;
Gelet op artikel 117 van de nieuwe gemeentewet;
Herziende het raadsbesluit van 18 december 2018 stemmend het retributiereglement op de
vrij gevraagde diensten en de afgifte van getuigschriften en administratieve stukken;
Overwegende het arrest van de Raad van State van 18 april 2016 vernietigend de bepaling
van het reglement vaststellend de retributies voor de opstelling en/of afgifte van
getuigschriften en administratieve stukken betreffende de gevraagde retributie van 2.500€,
voor de afgifte van een attest door de burgemeester, noodzakelijk bij het verkrijgen van een
licentie klasse C uitgegeven door de Kansspelencommissie, het gepast is, ten gevolge van dat
arrest, een bedrag in te voeren dat gelijk is aan de geleverde dienst;
Gelet de wet van 7 mei 1999 op de kansspelen, de kansspelinrichtingen en de bescherming
van de spelers en meer bepaald haar artikel 41, dat voorziet dat, “Om een vergunning klasse
C te kunnen verkrijgen moet de aanvrager, indien het gaat om een natuurlijk persoon,
volledig zijn burgerlijke en politieke rechten genieten en zich gedragen op een wijze die
beantwoordt aan de vereisten van de functie. Indien het gaat om een rechtspersoon, moeten
de bestuurders en zaakvoerders volledig hun burgerlijke en politieke rechten genieten en
zich gedragen op een wijze die beantwoordt aan de vereisten van de functie. De aanvrager
dient een advies voor te leggen uitgaande van de federale overheidsdienst Financiën dat
aantoont dat hij al zijn vaststaande en onbetwiste belastingschulden heeft voldaan”;
Gelet op het koninklijk besluit van 22 december 2000 betreffende de werking en het beheer
van de kansspelinrichtingen klasse III, de wijze van aanvraag en de vorm van de vergunning
van klasse C en meer bepaald zijn artikel 1, dat bepaalt dat de vergunningsaanvraag klasse C
wordt ingediend middels het formulier toegevoegd aan bijlage I van dit besluit;
Overwegende dat uit punt 5 van de voornoemde bijlage blijkt dat bij de vergunningsaanvraag
klasse C het advies dient te worden bijgevoegd van de Burgemeester van de gemeente waar
de kansspelinrichting wordt uitgebaat, bepalend dat alle wettelijke voorwaarden zijn vervuld
voor wat betreft de uitbating van de betreffende drankgelegenheid;
Overwegende dat dit advies eveneens dient te worden toegevoegd aan iedere aanvraag tot
hernieuwing van een vergunning klasse C waarvan de geldigheidsperiode beperkt is tot 5
jaar;
Overwegende dat de Kansspelencommissie een lijst heeft opgesteld met de gemeente en/of
steden waarvoor het advies van de Burgemeester verplicht dient te worden toegevoegd aan
de vergunningaanvraag klasse C en dat de gemeente Schaarbeek hier deel van uitmaakt;
Overwegende dat het advies dat dienst te worden uitgebracht in het kader van de
hernieuwingsaanvraag van vergunning klasse C voor de kansspelinrichtingen van klasse III
onder dezelfde voorwaarden en volgens dezelfde modaliteiten wordt uitgebracht als het
advies dat moet worden verstrekt voor een eerste aanvraag;
Overwegende dat het advies dat wordt uitgebracht in het kader van een
hernieuwingsaanvraag voor een vergunning van klasse C bijgevolg een werk inhoudt dat
vergelijkbaar is met heet werk dat dient te worden geleverd in het kader van een eerste
aanvraag;
Overwegende dat de aflevering van een advies in het kader van de toekenning van een
vergunning van klasse C of van een hernieuwingsaanvraag betekent dat de gemeente- en
politiediensten met name volgende elementen bevestigen:
            dat de inrichting zich wel degelijk bevindt op het grondgebed van de gemeente;
            dat de inrichting al dan niet een goede reputatie geniet;
            dat de uitbater geen administratieve sancties, politiemaatregelen of pv’s van
             overtreding kreeg opgelegd;
            dat de inrichting over de vereiste toelatingen beschikt inzake de uitbating van
             gelegenheden van gegiste en geestrijke dranken;
            dat de inrichting beantwoordt aan alle wettelijke voorwaarden inzake
             stedenbouw, leefmilieu, hygiëne, veiligheid en geluidsoverlast;


                                               35
            dat de uitbater in orde is met de betaling van de gemeentebelastingen op
             drankgelegenheden.
Overwegende dat de Burgemeester tevens een kopie dient voor te leggen van het bewijs van
goed zedelijk gedrag van de persoon of personen waarvoor de vergunning van klasse C is
bestemd;
Overwegende dat de gemeentelijke administratie tevens optreedt in het kader van het
onderzoek en de vaststellingen op de wet van 7 mei 1999 op de kansspelen, de
kansspelinrichtingen en de bescherming van de spelers en haar uitvoeringsbesluiten, door
ieder nuttig document of aanvullende inlichting mee te delen alsook door de bijstand van de
politiediensten te leveren aan de gerechtelijke politieofficiers en hulpofficiers van de
Procureur des Konings die hiertoe werden aangeduid door de Kansspelcommissie (artikel
15§1, lid 2, 3 en 5 van de wet van 7 mei 1999);
Overwegende dat de dienst die wordt verstrekt door de gemeente en de politiediensten,
waarvan zij de financiering gedeeltelijk op zich neemt, de invoering verantwoordt van een
retributie die hier een compensatie voor is;
Overwegende dat de vrijheid van handel en industrie, bekrachtigd door de artikelen II.3 en
II.4 van het Wetboek van Economisch recht, niet onbeperkt is en in ieder geval niet van die
aard is dat zij de macht hindert van de gemeente om een belasting in te voeren bestemd om
de uitgaven te dekken die een commerciële activiteit met zich meebrengt;
Overwegende dat een retributie van 2.500€, een som vertegenwoordigt van 500€ per jaar of
van 41,70€ per maand, hetzij een bescheiden som die niet van dien aard is dat zij de vrijheid
van handel van de belastingplichtigen buitenmatig hindert;
Overwegende dat deze retributie verschuldigd is zowel in het kader van een advies dat dient
te worden verstrekt voor een vergunningsaanvraag van klasse C als voor een advies dat dient
te worden verstrekt in het kader van een hernieuwingsaanvraag van vergunning klasse C;
Overwegende dat deze betaalbaar is vanaf de aanvraag tot advies van de Burgemeester en
voor de aflevering ervan;
Overwegende dat deze retributie een periode dekt van 5 jaar overeenkomstig met de
geldigheidsperiode van de vergunning;
Overwegende dat de gemeente overigens wenst te strijden tegen de vermenigvuldiging van
de bingospelen in de drankgelegenheden gevestigd op het grondgebied van de gemeente;
Overwegende dat deze spelen noodlottige gevolgen hebben op de financiële, lichamelijke of
mentale gezondheid van de spelers;
Overwegende dat de gemeente teneinde het risico op afhankelijkheid te beperken en de
verslaving van de bingospelers aan banden te leggen, het aantal bingospelen aanwezig in een
drankgelegenheid wil beperken;
Overwegende dat drankgelegenheden immers gemakkelijk toegankelijke plaatsen zijn,
waarvan de omgeving gunstig is om het cliënteel aan te zetten tot de consumptie van de
spelen die er aanwezig zijn;
Overwegende dat de gemeente om deze redenen het bedrag van de retributie wil
verminderen voor de uitbaters van bingospelen waarvan de vergunning klasse C beperkt is
tot één bingospel;
Overwegende dat het voordeel van deze vermindering zal worden toegekend aan de
aanvrager die het bewijs bezorgt dat het aanvraagformulier voor de vergunning van klasse C
de uitdrukkelijke vermelding bevat dat de gevraagde toelating betrekking heeft op de
uitbating van één bingospel;
Overwegende dat voor deze laatsten het bedrag van de retributie wordt vastgesteld op
1.250€;
Overwegende de kosten voor de gemeente voortvloeiend uit het opmaken en/of uitreiken
van getuigschriften en administratieve stukken;
Gelet artikel 84 van de nieuwe gemeentewet, die bepaalt dat:
Ҥ1 Geen akte, geen stuk betreffende het bestuur mag aan het onderzoek van de raadsleden
worden onttrokken.
§2 De gemeenteraadsleden kunnen een afschrift verkrijgen van de akten en stukken
betreffende het bestuur van de gemeente onder de voorwaarden bepaald door in het door
de raad opgestelde reglement van orde. Het reglement bepaalt eveneens de voorwaarden
waaronder de gemeenschappelijke instellingen en diensten toegankelijk zijn. De vergoeding
die eventueel wordt gevraagd voor het afschrift, mag in geen geval meer bedragen dan de
kostprijs.";



                                               36
Gelet de Ordonnantie van 18 maart 2004 inzake toegang tot milieu-informatie en tot
informatie betreffende de ruimtelijke ordening in het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, welke
tot doel heeft de omzetting van richtlijn 2003/4/EG van het Europees Parlement en de Raad
van 28 januari 2003 inzake de toegang van het publiek tot milieu-informatie en beoogt het
gebruik van onder meer computertelecommunicatie en/of elektronische technologie te
bevorderen;
Gelet de Ordonnantie van 30 november 2017 tot hervorming van het Brussels Wetboek van
Ruimtelijke Ordening en van de ordonnantie van 5 juni 1997 betreffende de
milieuvergunningen en tot wijziging van aanverwante wetgevingen;
Gelet bovendien op het verslag van het College van Burgemeester en Schepenen van 3
december 2019 en het administratief dossier;
Gelet op de financiële toestand van de gemeente;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen;
BESLUIT :
Artikel 1
Er worden ten gunste van de Gemeente contant te betalen retributies vastgesteld voor de
dienstverstrekkingen, of de opstelling en/of afgifte van getuigschriften en administratieve
stukken.
Artikel 2
Deze retributies zijn verschuldigd door de natuurlijke- en rechtspersonen waaraan,
ambtshalve of op eigen aanvraag, de diensten en/of stukken worden afgeleverd, zonder
afbreuk te doen aan elke andere gevraagde bijdrage door een andere overheid.
Artikel 3
De retributies worden vastgesteld op grond van de hierna vermelde bedragen;
§1 BEVOLKING – BURGERLIJKE STAND
1) Identiteitskaarten aan landgenoten en verblijfsvergunningen voor
vreemdelingen
      a) Normale procedure
             voor de eerste uitreiking of iedere vernieuwing                   3,90€
      b) Zeer dringende procedure
             voor iedere uitreiking                                            46,40€
      c) Zeer dringende procedure met afhaling bij FOD Binnenlandse Zaken
             voor iedere uitreiking                                            40,20€
      d) Voor iedere aanvraag van duplicaat van code betreffende iedere        5,00€
      elektronische identiteitskaart alsook de kaart vermeld in de rubrieken
      2) en 3)
      e) Ter aanvulling van de gevraagde retributie in uitvoering van de
      bovenvermelde beschikkingen, wordt een cumulerende retributie
      gevraagd van 20€ vanaf de 2deaanvraag van duplicaat van de
      elektronische identiteitskaart alsook de kaart bedoeld in de rubrieken
      2) en 3). Dus, behalve in geval van diefstal, geweld of overmacht, zal
      men voor de 2deduplicaat een bijkomende retributie eisen van 20€;,bij
      de 3deduplicaat, 40€; … Deze bepaling is echter niet van toepassing voor
      personen van 75 jaar en ouder.
2) Verblijfsvergunningen voor vreemdelingen met biometrische
identificatiemiddelen
      a) Normale procedure
             voor de eerste uitreiking of iedere vernieuwing                   3,40€
      b) Zeer dringende procedure
             voor iedere uitreiking                                            46,40€
3) Identiteitsbewijs voor Belgische kinderen van minder dan 12 jaar (Kids-
ID)
      a) Normale procedure                                                     1,60€
      b) Zeer dringende procedure
             voor één kaart                                                    46,10€
             voor de volgende kaarten gevraagd op hetzelfde tijdstip, voor 46,10€
             kinderen van hetzelfde gezin, gedomicilieerd op hetzelfde adres




                                              37
      c) Zeer dringende procedure met afhaling bij FOD Binnenlandse Zaken
             voor iedere uitreiking                                               39,90€
4) Identiteitsbewijs voor buitenlandse kinderen van minder dan 12 jaar
             voor iedere uitreiking                                               2,00€
5) Reispassen / reisdocumenten:
      a) Normale procedure
             Reispas / reisdocumenten volwassenen                                 16,00€
             Reispas / reisdocumenten kinderen                                    16,00€
      b) Spoedprocedure
             Reispas / reisdocumenten volwassenen                                 35,00€
             reispas / reisdocumenten kinderen                                    35,00€
6) Rijbewijzen :
      a) Normale procedure
             Voor het electronische rijbewijs                                     7,00€
             Voor het voorlopige rijbewijs                                        3,75€
             Duplicaat                                                            3,75€
             Voor het internationaal rijbewijs                                    11,00€
7) Overschrijving van in het buitenland opgestelde akten                          40,00€
8) Attest van tenlastneming (annexe 3bis - KB 08/10/1981)                         20,00€
9) Attest van tenlastneming (annexe 32 - KB 08/10/1981)                           20,00€
10) Afschrift of uittreksel uit de akten van het register van de burgerlijke      8,00€
stand of Bevolking, aanklacht:
      Zijn niet onderworpen aan deze retributie: kopieën van akten,
      uittreksels van akten en akten van huwelijk, geboorte, overlijden,
      nationaliteit en van bijgevoegd register, het strafregister, het bewijs
      van aanvraag of verwijdering van een grafzerk, attesten van woonst,
      woonst met historiek, gezinsamenstelling, nationaliteit, leven,
      betrouwbaarheid, zedelijkheid, wettelijke samenwoning, kiesgegevens,
      bijlage 18 en de modellen 2, 2bis en 8.
11) Wettiging van handtekening bedoeld voor de overheden                          8,00€
12) Wettiging van handtekening van private overeenkomst, in afwijking van         8,00€
de wetgeving die bepaalt dat dit moet gebeuren door een notaris, in het
geval van uitlening van een voertuig voor korte termijn (maximaal 3
maanden)
13) Voor eensluidend verklaren, per pagina :                                      8,00€
      Uitgezonderd voor de Franstalige-, Vlaamse- en Duitstalige
      Gemeenschappen op basis van een bewijs van expliciete vraag
14) Samenstelling van een dossier betreffende:
      - de nationaliteit                                                          60,00€
      - de regularisatie op basis van artikel 9 van de wet van 15.12.1980:
             a. eerste aanvraag                                                   25,00€
             b. volgende aanvragen                                                75,00€
      - de wettelijke samenwoning                                                 30,00€
      - de inschrijving na ambtshalve schrapping                                  30,00€
      - de aanpassing van de geslachtsregistratie                                 gratis
15) De documenten afgeleverd in uitvoering van het koninklijk besluit van 8
oktober 1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de
vestiging en de verwijdering van vreemdelingen (behalve de elektronische
verblijfsvergunning)
      a) Per document of per verlenging van de geldigheidsduur van                8,00€
      documenten. Zijn bedoeld de bijlagen 3, 33, 35, 41 et 41bis,
      ontvangstbewijs art25/2 (bijlage 1), ontvangstbewijs art.9bis (bijlage 3)
      en inschrijvingsbewijs
      b) Iedere verlenging van het inschrijvingsbewijs                            8,00€
16) Arbeidsvergunning:                                                            1,00€




                                                38
17) Verbetering op basis van een gestaafd document:
     - van naam                                                                  30,00€
     - van voornaam                                                              30,00€
     - van geboortedatum                                                         30,00€
18) Wijziging van voornaam:
     - eerste aanvraag                                                           150,00€
            a.Uitgezonderd de personen van vreemde nationaliteit die een         gratis
            verzoek tot verkrijging van de Belgische nationaliteit hebben
            ingediend en geen voornaam hebben (Omzendbrief van 11 juli
            2018 betreffende de wet van 18 juni 2018 houdende diverse
            bepalingen inzake burgerlijk recht en bepalingen met het oog op
            de bevordering van alternatieve vormen van geschillenoplossing)
            b. In het kader van een geslachtswijziging                           15,00€
     - iedere bijkomende wijziging                                               490,00€
            a. In het kader van een geslachtswijziging                           49,00€
19) Huwelijksboekje:                                                             30,00€
20) Genealogische inlichtingen, per opzoekingsuur:                               35,00€
§2 STEDENBOUW – WERKEN
1) Getuigschriften, bewijzen en andere stukken van alle aard, omvattende:
     a) de stedenbouwkundige inlichtingen :
                  Normale procedure:                                            80,50€
                  Spoedprocedure:                                               161,00€
     b) het gelijkvormigheidattest voor toeristische logies
            - voor toeristische logies van drie kamers of minder                 100,00€
            - voor toeristische logies van vier kamers of meer                   200,00€
     c) de stedenbouwkundige vergunningen en attesten met als voorwerp:
            - bouwen, heropbouwen, verbouwen en/of plaatsing van een             250,00€
            vaste inrichting (bvb terras)
            - wijziging van bestemming of gebruik van het ganse of gedeelte      250,00€
            van het bebouwd of onbebouwd goed (bvb parking)
            - wijziging van aantal woongelegenheden in een bestaand              250,00€
            gebouw
            - plaatsen van reclameborden                                         250,00€
            - plaatsen van uithangborden en/of reclameborden verwijzend          125,00€
            naar het uithangbord
            - andere (kappen van hoogstammige bomen, afbraakwerken,              60,00€
            verlenging van vergunningen…)
     d) de milieuvergunningen en certificaten met als voorwerp:
            - een aangifte van klasse 3 voor het uitbaten van een werf           100,00€
            - een aangifte van klasse 3 voor elke andere ingedeelde inrichting   50,00€
            - een nieuwe aanvraag van klasse 2                                   150,00€
            - een nieuwe aanvraag van klasse 1B                                  250,00€
            - een nieuwe aanvraag van klasse 1A                                  500,00€
            - een verandering van vergunning                                     100,00€
            - een verlenging van vergunning                                      150,00€
            - een wijziging van vergunninghouder                                 50,00€
     e) de stedenbouwkundige vergunningen ter regularisatie van een
     vastgestelde inbreuk, voortkomend uit:
            - een proces-verbaal van stedenbouwkundige inbreuk                   1.000,00€
            - een ingebrekestelling                                              500,00€
     f) de milieuvergunningen ter regularisatie van een inbreuk, vastgesteld     500,00€
     bij proces-verbaal:
     g) Reproductiekosten van documenten (fotokopies)
            zwart en wit - A4 - per blad                                         0,15€
            zwart en wit – A3 - per blad                                         0,25€
            kleur - A4 - per blad                                                1,00€
            kleur – A3 - per blad                                                1,50€


                                               39
      h) aanvraag tot bevestiging van de stedenbouwkundige bestemming           100,00€
      en/of van het aantal wooneenheden van een gebouw:
      i) inlichtingenaanvraag « bodem » betreffend een risicoactiviteit voor 100,00€
      bodemverontreiniging op een perceel:
2) Reproductie of overmaken van documenten en gearchiveerde plannen
van stedenbouw en van leefmilieu:
      Scan van documenten en plan op een USB-stick, afgeleverd door het         6,05€
      gemeentebestuur aan kostprijs
3) Documenten aangaande openbare en beperkte aanbestedingen en
algemene offertes
      a) lastenkohier, metingen, beschrijvingen, inschrijvingsmodellen,
              - vast bedrag                                                     5,00€
              - supplement per bladzijde of deel van bladzijde                  0,25€
      b) plannen, schetsen, schema's
              - per vierkante meter of deel van vierkante meter afgeleverd plan 2,50€
4) Documenten aangaande beperkte offertes:
      a) lastenkohier, metingen, beschrijvingen, inschrijvingsmodellen,,
              - minder dan 10 bladzijden                                        Gratis
              - 10 bladzijden                                                   2,50€
              - supplement per bladzijde of deel van bladzijde boven de 10de 0,25€
      b) plannen, Schetsen, schema's
              - minder dan één vierkante meter                                  Gratis
              - per meter of deel van vierkante meter boven de vierkante        2,50€
              meter
5) Plan van de Gemeente op ondoorschijnend papier:
      - op 1/5000ste                                                            7,50€
      - op 1/10.000ste                                                          6,20€
6) Plaatsen van
      a) ceremonietapijten                                                      250,00€
      b) sierplanten                                                            124,00€
§3 ARCHIEVEN
1) Reproductie van archiefdocumenten
      a) aanvraag van fotokopieën:
              zwart en wit - A4 - per blad                                      0,15€
              zwart en wit – A3 - per blad                                      0,25€
      b) aanvraag van gescande documenten:
              Klein formaat – max A3 – per blad                                 0,40€
              Groot formaat – per blad                                          5,00€
              + op DVD                                                          2,50€
      c) Reproductierechten:
              Privaat gebruikt of in het kader van een wetenschappelijk         Gratis
              onderzoek (memorie, thesis, enz.)
              Openbaar gebruik ter informatieve titel en niet commercieel       Gratis
              Commercieel gebruik, forfait                                      25,00€
2) Opzoekingen van archiefdocumenten
      a) per ¼ uur :                                                            8,50€
      b) per uur :                                                              16,00€
              - de retributie is begrensd tot drie uren opzoekingen
§4 SECRETARIAAT
Mededeling in de vorm van een kopie van een bestuursdocument volgens            0,15€
artikel 2, 2°, van de wet van 12 november 1997 betreffende de openbaarheid
van bestuur in de provincies en gemeenten, de artikelen 3, 2° en 5 van de
ordonnantie van 18 maart 2004 inzake toegang tot milieu-informatie en tot
informatie betreffende de ruimtelijke ordening in het Brussels Hoofdstedelijk
Gewest en artikel 84 van de nieuwe gemeentewet, per blad:
§5 DIVERS
1) Opmaak van slachtbewijzen voor het Offerfeest:
      - buiten het gemeentelijk slachthuis van Schaarbeek                       15,00€

                                               40
      - met afspraak op het gemeentelijke slachthuis van Schaarbeek               25,00€
      Inschrijving als slachter                                                   10,00€
2) Verzenden van betaalherinneringen betreffende een niet betwiste                15,00€
vordering (fiscaal of andere), vanaf de 2deherinnering
3) Toelating voor het bezit van een verdedigingsvuurwapen                         25,00€
4) Samenstelling van het administratief dossier op het ogenblik van de
aanvragen met het oog op
      a) de opening, de heropening, de overname enz. van drankslijterijen,        300,00€
      restaurants, privé-kringen en elke gelijkgestelde openbare gelegenheid
      b) een afwijking van de openingsuren van drankgelegenheden                  300,00€
      c) op de uitstalling van goederen op de voetpaden en het plaatsen van       50,00€
      tafels, stoelen, enz. op de openbare weg
      d) Voor het verkrijgen van een conformiteitscertificaat voor de
      uitbating van:
             - een prostitutie salon                                              1.500,00€
             - een « peeskamer »                                                  250,00€
      e) de aflevering door de burgemeester:
             - van een advies, noodzakelijk bij het verkrijgen van een licentie   2 500,00€
             klasse C uitgegeven door de Kansspelencommissie volgens het
             koninklijk besluit van 22 december 2000 betreffende de werking
             en het beheer van de kansspelinrichtingen klasse III, de wijze van
             aanvraag en de vorm van de vergunning klasse C
             - van een advies, noodzakelijk bij het verkrijgen van een licentie   1 250,00€
             klasse C uitgegeven door de Kansspelencommissie volgens het
             koninklijk besluit van 22 december 2000 betreffende de werking
             en het beheer van de kansspelinrichtingen klasse III, de wijze van
             aanvraag en de vorm van de vergunning klasse C, wanneer de
             licentieaanvraag uitdrukkelijk beperkt is tot de uitbating van één
             enkel bingospel

Artikel 4
De retributie aangerekend overeenkomstig onderhavig reglement dient vooraf, tegen
ontvangstbewijs, betaald te worden in handen van de gemeenteontvanger, zijn aangestelden
of de bedienden die met de inning van de bedragen belast zijn.
Artikel 5
Zijn van retributie vrijgesteld:
      1.    De getuigschriften en stukken waarvan de afgifte reeds aan het betalen van een
            recht ten voordele van de Gemeente onderworpen is krachtens een wet, een
            koninklijk besluit of door een overheidsverordening; een uitzondering wordt
            evenwel gemaakt voor de rechten die van overheidswege toekomen aan de
            gemeenten, bij afleveren van reispassen en die voorzien zijn door het artikel 5
            van het tarief gevoegd bij de wet van 4 juli 1956 houdende tarief op de consulaire
            belastingen en de kanselarijrechten;
      2.    De getuigschriften en stukken afgeleverd aan de gerechtelijke overheden, aan de
            besturen van de Staat, de Gewesten, de Gemeenschappen, de provincies, de
            gemeenten en de openbare instellingen of bestemd te worden opgemaakt voor
            deze autoriteiten op aanvraag van deze laatsten;
      3.    De getuigschriften en stukken bestemd voor de gerechtelijke overheden, de
            besturen van de Staat, de Gewesten, de Gemeenschappen, de provincies, de
            gemeenten of de openbare instellingen om te dienen in zake benoeming of
            aanstelling in een betrekking, of voor toelating tot het genot van bezoldigingen of
            toelagen;
      4.    De getuigschriften en stukken welke krachtens een wet, een Koninklijk Besluit of
            andere overheidsverordening kosteloos door het gemeentebestuur dienen te
            worden afgeleverd;
      5.    De getuigschriften en stukken die afgeleverd worden om als titel te dienen voor
            de machtiging tot inrichting van een politieke, godsdienstige, culturele of
            sportmanifestatie;



                                                41
     6.    De getuigschriften en stukken die afgeleverd worden om als titel te dienen voor
           de machtiging tot inrichting van een verblijfscentra voor sociaal toerisme;
     7.    De getuigschriften en stukken die als titel moeten dienen voor de machtiging tot
           het uitoefenen van een bedrijvigheid die, als dusdanig, reeds onderworpen is aan
           een belasting of een recht ten behoeve van de Gemeente;
     8.    De verzendingen, afschriften of uittreksels van beslissingen van de Gemeenteraad
           en van het College van Burgemeester en Schepenen, afgeleverd voor zover die
           beslissingen hen betreffen, aan aangestelden of gewezen aangestelden van het
           gemeentebestuur, en aan hun rechthebbenden;
     9.    De reispassen afgeleverd in vrijstelling van het recht ten voordele van de Staat;
     10.   De kaarten, de identiteitsbewijzen en de duplicaten bedoeld in artikel 3, punt 1, 2,
           4 en 9, voor iedereen die slachtoffer is van diefstal of de gevolgen ondergaat van
           een aanslag voor zover op voldoende wijze wordt vastgesteld dat klacht werd
           ingediend voor de diefstal of verlies of vernietiging (in het bovenstaande geval)
           van de betreffende documenten bij een instantie bevoegd voor het opstellen van
           een proces-verbaal; op voordracht van een bewijs van slachtofferhulp;
     11.   De gewone bewijzen van aanwezigheid op het kerkhof of in het gemeentehuis
           voor een begrafenis, een huwelijk, enz. afgeleverd aan belanghebbende
           personen;
     12.   De afgifte van de kaart waaraan de deelname als verkoper aan een manifestatie
           bedoeld in artikel 7 van het Koninklijk Besluit van 3 april 1995 tot uitvoering van
           de wet van 25 juni 1993 betreffende de uitoefening van ambulante activiteiten en
           de organisatie van openbare markten, voor het eerste jaar van toepassing van de
           nieuwe reglementering terzake;
     13.   De documenten afgeleverd in uitvoering van het koninklijk besluit van 8 oktober
           1981 betreffende de toegang tot het grondgebied, het verblijf, de vestiging en de
           verwijdering van vreemdelingen - onderdaan van de Europese Unie of een lid van
           zijn familie - hetzij;
           ◦      verklaring van inschrijving (bijlage 8 – papier versie)
           ◦      document ter staving van duurzaam verblijf (bijlage 8bis – papier versie)
           ◦      aanvraag van een verklaring van inschrijving (bijlage 19 – KB 08/10/1981)
           ◦      aanvraag van de verblijfskaart van een familielid van een onderdaan van de
                  Europese Unie (bijlage 19ter – KB 08/10/1981)
           ◦      melding van aanwezigheid (bijlage 3ter - KB 08/10/1981)
     14.   De documenten die opgesteld worden in toepassing van de wet van 13 juni 1986
           betreffende het wegnemen en transplanteren van organen.
     15.   De bij artikel 3, §2, 6° a) bedoelde retributie is niet verschuldigd ter gelegenheid
           van het huwelijk van een personeelslid
     16.   De bij artikel 3, §3, 2° bedoelde retributie is niet verschuldigd ter gelegenheid van
           een vraag tot opzoeking door een student
Artikel 6
Iedere betwisting betreffende de retributie zal behandeld worden door de bevoegde
burgerlijke rechtbank.
De belastingplichtige die de betaling van de retributie die van hem gevorderd wordt, betwist,
is er echter toe gehouden het bedrag van in bewaring te geven in handen van de
Gemeenteontvanger, tot dat over zijn bezwaar uitspraak gedaan wordt.
Artikel 7
Alle verzendingskosten van de getuigschriften en de administratieve stukken, uitgereikt
krachtens het onderhavige reglement, zijn ten laste van de natuurlijke rechtspersonen en de
private instellingen die ze aanvragen zelfs in het geval waarin de afgifte van deze
getuigschriften en documenten gratis is. De bepalingen van de artikelen 5 en 6 worden
toegepast op de terugbetaling van deze kosten.
Artikel 8
Onderhavig reglement wordt van kracht op 1 januari 2020 en vervangt het raadsbesluit van
17 december 2018 hernomen in de inleiding.




                                                42
SP 21.- Règlement fixant les centimes additionnels communaux au précompte immobilier -
   Exercice 2020- Renouvellement et modification -=- Reglement vaststellend de
   gemeentelijke opcentiemen geheven op de onroerende voorheffing - Aanslagjaar 2020 -
   Hernieuwing en wijziging

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Décidé, par 26 voix contre 17 et 0 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté -=- Besloten, met
26 stem(men) tegen 17 en 0 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

                                   LE CONSEIL COMMUNAL
          Décidé, par 26 voix contre 17 et 0 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté

Vu le Code des Impôts sur les Revenus 1992, notamment l’article 464,1 ;
Vu la nouvelle loi communale, notamment l’article 117, alinéa 1er, l’article 118, alinéa 1er, et
l’article 260;
Revu sa délibération du 21 novembre 2018 fixant pour 2019 le taux des centimes
additionnels communaux au précompte immobilier à 3.390;
Compte tenu de la nécessité de garder des ressources financières suffisantes pour faire face
aux besoins de notre population ;
Vu le rapport du Collège des Bourgmestre et Echevins du 3 décembre 2019,
Vu la situation financière de la commune,
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins,
ARRETE :
Article 1. : Il sera perçu pour l'exercice 2020, 3.810 centimes additionnels communaux au
précompte immobilier à charge des propriétaires de biens immobiliers imposables, à
l’exception du matériel et outillage, dans la Commune au premier janvier de l'année qui
donne son nom à cet exercice.

                                  DE GEMEENTERAAD
  Besloten, met 26 stem(men) tegen 17 en 0 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikel 464, 1 van het Wetboek op de inkomstenbelastingen 1992;
Gelet op de nieuwe gemeentewet, bijzonder artikel 117, alinea 1, artikel 118, alinea 1 en
artikel 260;
Gelet op zijn raadsbesluit van 21 november 2018 vaststellend de gemeentelijke opcentiemen
geheven op de onroerende voorheffing voor het aanslagjaar 2019 op 3.390;
Rekeninghoudend met de noodzaak om over de nodige financiële middelen te beschikken
om aan de behoeften van onze bevolking te voldoen;
Gelet op het verslag van het College van Burgemeester en Schepenen van 3 december 2019,
Gelet op de financiële toestand van de gemeente,
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen,
BESLUIT :
Artikel 1 - Er worden, voor het aanslagjaar 2020, 3.810 gemeentelijke opcentiemen geheven
op de onroerende voorheffing ten laste van de eigenaars van onroerende goederen
belastbaar in de gemeente, met uitzondering van materieel en outillage, op 1 januari van het
jaar dat zijn naam geeft aan dit aanslagjaar.


SP 22.- Règlement-taxe fixant les centimes additionnels à la taxe régionale sur les
   établissements d’hébergement touristique - Exercice 2020- Renouvellement -=-
   Reglement vaststellend de opcentiemen op de gewestelijke belasting op de inrichtingen
   van toeristische logies - Aanslagjaar 2020 - Hernieuwing

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Décidé, par 31 voix contre 12 et 0 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté -=- Besloten, met
31 stem(men) tegen 12 en 0 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd




                                                 43
                                   LE CONSEIL COMMUNAL
          Décidé, par 31 voix contre 12 et 0 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté

Vu l’article 170, § 4 de la Constitution ;
Vu l’article 117 de la Nouvelle loi communale ;
Vu l’ordonnance du 23 décembre 2016 relative à la taxe régionale sur les établissements
d’hébergement touristique, article 13 ;
Vu l’ordonnance du 21 décembre 2012 établissant la procédure fiscale en Région de
Bruxelles-Capitale, chapitres III, IV, V, VI, VII, et VIII du Titre I, et ses modifications
ultérieures ;
Vu l’ordonnance du 14 mai 1998 organisant la tutelle administrative sur les communes de la
Région de Bruxelles-Capitale, et ses modifications ultérieures ;
Vu l’arrêté du 16 juillet 1998 relatif à la transmission au Gouvernement des actes des
autorités communales en vue de l’exercice de la tutelle administrative, et ses modifications
ultérieures ;
Revu sa délibération du 21 novembre 2018 fixant pour 2019 le taux des centimes
additionnels communaux à la taxe régionale sur les établissements d’hébergement
touristique à 4.384;
Considérant que la commune se doit d’obtenir des recettes afin de se procurer les ressources
nécessaires en vue du financement des dépenses de sa politique générale et le financement
de ses missions de service public ;
Vu pour le surplus, le rapport du Collège des Bourgmestre et Echevins du 3 décembre 2019
et le dossier administratif,
Vu la situation financière de la commune,
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins,
ARRETE :
Article 1
Il est établi, au profit de la commune de Schaerbeek, pour l'exercice 2020, 4.384 centimes
additionnels à la taxe régionale sur les établissements d’hébergement touristique.
Article 2
L’établissement et la perception de ces centimes additionnels s’effectueront par les soins du
Service public régional de Bruxelles Fiscalité.
Article 3
Le présent règlement sera transmis à l’autorité de tutelle et au Service public régional de
Bruxelles Fiscalité.

                                  DE GEMEENTERAAD
  Besloten, met 31 stem(men) tegen 12 en 0 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikel 170, §4, van de Grondwet;
Gelet op artikel 117 van de Nieuwe Gemeentewet;
Gelet op de ordonnantie van 23 december 2016 betreffende de gewestbelasting op de
inrichtingen van toeristische logies, artikel 13;
Gelet op de ordonnantie van 21 december 2012 tot vaststelling van de fiscale procedure in
het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, hoofdstukken III, IV, V,VI, VII et VIII van Titel I en latere
wijzigingen;
Gelet op de ordonnantie van 14 mei 1998 houdende regeling van het administratief toezicht
op de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest en latere wijzigingen;
Gelet op het besluit van de Brusselse Hoofdstedelijke Regering van 16 juli 1998 betreffende
de overlegging aan de Regering van de akten van de gemeenteoverheden met het oog op de
uitoefening van het administratief toezicht en latere wijzigingen;
Herziende zijn raadsbesluit van 21 november 2018 vaststellend de gemeentelijke
opcentiemen geheven op de gewestelijke belasting op de inrichtingen van toeristische logies
voor het aanslagjaar 2019 op 4.384;
Overwegende dat de gemeente inkomsten moet hebben om zich de nodige middelen te
verschaffen om de uitgaven van haar algemeen beleid te financieren en haar opdrachten als
openbare dienst te financieren.
Gelet bovendien, op het verslag van het College van Burgemeester en Schepenen van 3
december 2019 en het administratief dossier,

                                                 44
Gelet op de financiële toestand van de gemeente,
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen,
BESLUIT :
Artikel 1
Er worden, voor het aanslagjaar 2020, ten voordele van de gemeente Schaarbeek, 4.384
opcentiemen geheven op de gewestelijke belasting op de inrichtingen van toeristische logies.
Artikel 2
De vaststelling en de inning van deze opcentiemen zullen gebeuren door toedoen van
de Gewestelijke Overheidsdienst Brussel Fiscaliteit.
Artikel 3
Deze verordening wordt overgemaakt aan de toezichthoudende overheid en aan de
Gewestelijke Overheidsdienst Brussel Fiscaliteit


SP 23.- Règlement-taxe sur la malpropreté publique et les faits générateurs de salissures
   sur les voies et lieux publics ou visibles de ceux-ci ainsi que sur les conteneurs à déchets
   commerciaux- Exercices 2020 à 2024 – Renouvellement et modification -=-
   Gemeentebelasting op de openbare vervuiling of de oorzaken van vervuiling van de
   openbare wegen en plaatsen of zichtbaar vanaf deze alsmede op containers voor
   commercieel afval - Aanslagjaren 2020 tot 2024 – Hernieuwing en wijziging

       Ce point est retiré de l'ordre du jour -=- Dit punt werd aan de agenda onttrokken


SP 24.- Règlement-taxe sur la malpropreté publique et les faits générateurs de salissures
   sur les voies et lieux publics ou visibles de ceux-ci ainsi que sur les conteneurs à déchets
   commerciaux- Exercices 2020 à 2024 – Renouvellement et modification - Approbation -
   =- Gemeentebelasting op de openbare vervuiling of de oorzaken van vervuiling van de
   openbare wegen en plaatsen of zichtbaar vanaf deze alsmede op containers voor
   commercieel afval - Aanslagjaren 2020 tot 2024 – Hernieuwing en wijziging -
   Goedkeuring

       Monsieur Nimal et Madame la Bourgmestre ff exposent le point
       Madame Chan, Monsieur Degrez, Monsieur Mahieu et Monsieur van den Hove
       interviennent
       Monsieur Nimal et Madame Lorenzino répondent
       Madame Nyssens intervient
       Madame la Bourgmestre ff répond

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Décidé, par 26 voix contre 4 et 13 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté -=- Besloten, met
26 stem(men) tegen 4 en 13 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

                                   LE CONSEIL COMMUNAL
          Décidé, par 26 voix contre 4 et 13 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté

Vu la délibération du 17 décembre 2014, votant la modification du règlement relatif à la taxe
sur les salissures sur les voies et lieux publics ou visibles de ceux-ci, pour les exercices 2015 à
2019 ;
Vu l’article 170, § 4 de la Constitution, qui consacre l’autonomie fiscale des Communes sous
réserve des exceptions légales ;
Vu la nouvelle loi communale, notamment l’article 117, alinéa 1 et l’article 118, alinéa 1 ;
Vu l’ordonnance du Conseil de la Région de Bruxelles-Capitale du 3 avril 2014 relative à
l’établissement, au recouvrement et au contentieux en matière des taxes communales ;
Vu la loi du 23 mars 1999 relative à l’organisation judiciaire en matière fiscale ;
Vu l’ordonnance du 14 mai 1998 organisant la tutelle administrative sur les communes de la
Région de Bruxelles-Capitale, telle que modifiée à ce jour ;
Vu l’ordonnance 14 juin 2012 relative aux déchets et le règlement régional du 19 décembre
2008 relatif à l’enlèvement par la collecte des immondices ;



                                                  45
Vu les bilans statistiques du service Schaerbeek Propreté & Espaces Verts, notamment ceux
de l’année 2018 et du dernier trimestre 2019 indiquant une forte augmentation des
salissures sur l’espace public nécessitant un nombre croissant d’intervention du Service
Schaerbeek Propreté & Espaces Verts ;
Vu le bilan et le programme de la cellule pédagogique du service Schaerbeek Propreté &
Espaces Verts, visant à informer et sensibiliser les schaerbeekois depuis leur enfance au
respect de la propreté dans l’espace public ;
Vu la situation financière de la commune ;
Considérant la nécessité pour la commune de remplir ses obligations dans le respect des
exigences du plan de gestion et du prescrit de l’article 252 NLC lequel impose aux Communes
de réaliser l’équilibre budgétaire ;
Vu la nécessité pour la commune de prélever des recettes pour couvrir les dépenses qu’exige
l’ensemble de ses activités, et en particulier d’assurer des recettes permettant de faire face
aux charges financières liées à son obligation d’assurer la propreté publique ;
Considérant que le maintien de cette source de revenus se justifie ;
Considérant que les communes ont entre autres compétences d’assurer et de rétablir la
propreté publique et qu’à cet égard il est admissible qu’elles fassent contribuer les citoyens à
cet objectif ;
Considérant que les agents communaux du service Schaerbeek Propreté & Espaces Verts
effectuent en moyenne 6.500 interventions par mois pour l’enlèvement des déchets
sauvages sur l’espace public et collectent en moyenne 19 tonnes de déchets par jour sur
l’espace public (hors collecte des sacs-poubelles effectuée par l’Agence Bruxelles-Propreté et
nonobstant le balayage communal des rues, effectué au minimum 5 jours sur 7) ;
Vu la nécessité de prévoir un traitement différencié en fonction de la nature et du volume de
l’objet déposé clandestinement en raison des difficultés liées à son enlèvement ;
Considérant qu’une différenciation raisonnable du montant de la taxe par sac d’immondices
abandonné en fonction de sa conformité ou non avec les réglementations régionales et
communales s’impose ;
Que ceci incite au respect des réglementations précitées ;
Que pour le sac, récipient ou paquet d’immondice présenté conformément aux dispositions
réglementaires régionales et communales (sac agréé et fermé, récipient ou paquet
conforme, poids maximum, nature des déchets, heures et lieu de dépôt), mais non rentré
après ne pas avoir été récolté par le service compétent, l’existence du fait générateur doit
s’apprécier en tenant compte de l’article 22, alinéa 5, du règlement général de police de la
Commune ;
Considérant que l'entreposage irrégulier d'un conteneur à déchets sur la voie publique nuit à
la libre circulation des personnes et/ou des véhicules et induit potentiellement des atteintes
à la propreté publique ;
Vu la nécessité de prévoir sur ce point un traitement différencié en fonction de la qualité du
redevable de la taxe, privée ou professionnelle ;
Considérant que l’utilisation des conteneurs à déchets commerciaux s’avère dans la pratique
spécifiquement problématique pour la propreté et la commodité de passage ; que
l’utilisation d’un conteneur commercial permet le bon déroulement d’une activité
commerciale, laquelle génère des revenus ; qu’il s’indique d’assurer la nécessaire
sensibilisation des commerces au volume de leurs déchets ; que les commerces étant
souvent regroupés sur une même artère, côte à côte, les conteneurs s’avoisinent pas
définition, risquant de nuire à la sécurité des piétons et des véhicules ;
Considérant que l’un des objectifs du présent règlement est de dissuader l’accomplissement
de tels faits portant ou pouvant porter atteinte à la propreté publique ;
Considérant que la nécessaire lutte contre les actes de malpropreté justifie l'application
d'une majoration de la taxe à toutes les formes de salissures en cas de récidive ;
Considérant qu’il convient de promouvoir la propreté publique et de responsabiliser
davantage le citoyen en cette matière ;
Considérant à cet égard que la cellule pédagogique d’éducation à la propreté et au respect
de la nature prend en charge l’important volet lié à l’information (notamment aux primo-
arrivants) et à la sensibilisation (organisation d’activités dans les écoles, partenariats avec les
asbl locales/comités de quartier afin de promouvoir et favoriser les initiatives citoyennes (par
exemple « Schaerbeek Tout Propre »), et participe à des évènements thématiques ;



                                                  46
Vu le rapport du Collège des Bourgmestre et Echevins du 10 décembre 2019 et le dossier
administratif, lequel reprend notamment les règlements antérieurs taxant les salissures sur
les voies et lieux publics ou visibles de ceux-ci ;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins,
DECIDE :
SECTION I - Dispositions relatives à la malpropreté publique et les faits générateurs de
salissures autres que ceux concernant les conteneurs à déchets commerciaux
Article 1
Il est établi pour les exercices 2020 à 2024 une taxe communale sur la malpropreté publique
et les faits générateurs de salissures sur les voies et lieux publics ou visibles de ceux-ci.
Sont visés :
       1.     le dépôt ou l’abandon de déchets ou d’objets en dehors des endroits prévus ou
              spécialement aménagés à cet effet ainsi que le dépôt de sacs de déchets dans une
              corbeille publique ;
Au sens du présent règlement, les déchets sont toute substance ou tout objet dont le
détenteur se défait ou dont il a l’intention ou l’obligation de se défaire ;
       1.     le dépôt ou l’abandon d’immondices ou de déchets assimilés aux immondices en
              dehors des lieux et heures prévus pour leur enlèvement, ainsi que le dépôt ou
              l’abandon d’immondices ou de déchets assimilés aux immondices dans les fosses
              d’arbres ;
Au sens du présent règlement, les immondices sont les déchets provenant de l’activité
normale des ménages ;
       1.     le fait d’apposer ou de coller des affiches ou des autocollants sur le mobilier
              urbain ou sur un immeuble ou un ouvrage public ou privé ;
       2.     le fait ayant pour conséquence de salir les voies ou lieux publics, ou d’y porter
              atteinte à la propreté publique.
Article 2
La taxe est due solidairement par :
       1.     la personne qui a effectué le dépôt ou l’abandon ou le détenteur originel de la
              chose déposée ou abandonnée, lorsque le dépôt ou l’abandon est effectué sur la
              voie publique, ou, dans les autres cas, l’auteur du dépôt ou de l’abandon, le
              détenteur originel de la chose déposée ou abandonnée, ou l’occupant ou le
              propriétaire du fonds sur lequel le dépôt ou l’abandon est effectué;
       2.     le propriétaire, le responsable ou le gardien de la personne, de l’animal ou de la
              chose, au sens des articles 1384 à 1386 du Code civil qui a effectué le dépôt ou
              l’abandon ou qui a engendré la salissure ;
       3.     le propriétaire ou l’éditeur responsable de l’affiche ou de l’autocollant, ou la
              personne qui a apposé ou collé l’affiche ou l’autocollant ;
       4.     la personne dont l’acte est constitutif d’une salissure au sens du présent
              règlement.
Article 3
Les taux de la taxe fixés sont :
par m² de voirie salie à l’occasion d’un chantier (par exemple par le passage d’un
engin tel que, notamment, une grue ou un camion). En tout état de cause, un
montant minimal de € 500,00 sera perçu (TAUX 1)                                               20,00 €
pour toute salissure occasionnée par une personne ou par la chose, l’animal ou la
personne qu’elle a sous sa garde (TAUX 2)                                                     135,00 €
par avaloir bouché (TAUX 3)                                                                   180,00 €
par sac, récipient ou paquet d’immondice destiné à l’enlèvement des immondices à
domicile, présenté conformément aux dispositions réglementaires régionales et
communales (sac agréé et fermé, récipient ou paquet conforme, poids maximum,
nature des déchets, lieu de dépôt) mais en dehors des heures de collecte, ou par sac,
récipient ou paquet d’immondice présenté conformément aux dispositions
réglementaires régionales et communales (sac agréé et fermé, récipient ou paquet
conforme, poids maximum, nature des déchets, heures et lieu de dépôt), mais non
rentré après ne pas avoir été récolté par le service compétent (TAUX 4)                       90,00 €




                                                  47
par sac , récipient ou paquet d’immondice présenté sans respect des dispositions
réglementaires régionales et communales (sac agréé et fermé, paquet compact muni
d’un lien solide, récipient conforme, poids maximum, nature des déchets, heure et
lieu de dépôt), en telle sorte qu’il n’est pas pris en charge par le service compétent
(TAUX 5)                                                                                    180,00 €
par m³ de déchets contenant du papier et/ou du carton non destinés à l’enlèvement
par collecte des immondices. En tout état de cause, la taxe sera perçue pour une
quantité minimale d’1m³ (TAUX 6)                                                            275,00 €
par m³ d’encombrants, sacs, récipients, objets ou déchets non destinés à l’enlèvement
par collecte des immondices, à l’exception des déchets de papier, de carton, de
construction, démolition ou rénovation tels des gravats, résidus de peinture, plaques
de ciment, châssis de portes et fenêtres, etc. En tout état de cause, la taxe sera perçue
pour une quantité minimale d’1m³ (TAUX 7)                                                   455,00 €
par m² ou fraction de m² de superficie salie par des affiches ou autocollants. En tout
état de cause, la taxe sera perçue pour une surface minimale d’1m². (TAUX 8)                245,00 €
par m³ de déchets de construction, démolition ou rénovation tels des gravats, résidus
de peinture, plaques de ciment, châssis de portes et fenêtres, etc. En tout état de
cause, la taxe sera perçue pour une quantité minimale d’1m³ (TAUX 9)                        895,00 €
En cas de récidive dans les 2 ans, le taux initial est augmenté de 50%
SECTION II – Dispositions spécifiques aux conteneurs à déchets commerciaux
Article 4
Il est établi pour les exercices 2020 à 2024 une taxe communale sur les conteneurs à déchets
commerciaux présents sur la voie publique en dehors des jours, heures ou lieux prévus pour
leur enlèvement.
Article 5
La taxe est due par l’utilisateur du conteneur ou, à défaut d’identification de l’utilisateur, par
la personne qui met à disposition de l’utilisateur le conteneur ou, à défaut d’identification de
cette personne, par le propriétaire du conteneur.
Article 6
Le taux de la taxe est fixé comme suit :
par conteneur à déchets commerciaux présent sur la voie publique en dehors des
jours, heures ou lieux mentionnées dans le contrat d’enlèvement passé avec «
Bruxelles-Propreté » ou avec un opérateur agréé, étant entendu qu’une tolérance de
2 heures sera d’application en ce qui concerne les heures d’entreposage indiquées
dans le contrat :
             conteneur de 240 litres (TAUX 10)                                             90,00
             conteneur de 660 litres (TAUX 11)                                             180,00
             conteneur de 1.110 litres (TAUX 12)                                           270,00
En cas de récidive dans les 2 ans, le taux initial est augmenté de 50%
Article 7
Les utilisateurs de conteneurs à déchets doivent indiquer sur ceux-ci les informations
suivantes :
             Propriétaire du conteneur (ABP/organisme agréé/commerçant)
             Nom et adresse de l’établissement qui utilise le conteneur
             Numéro d’entreprise
             Organisme chargé de la collecte (ABP ou collecteur agréé)
             Jours de collecte
             Heures de collecte
             Endroit de la collecte (nom de rue et numéro)
En cas d’absence d’indication des données reprises ci-dessus, l’utilisateur du conteneur se
verra infliger une amende administrative d’un montant de :
             100 € en cas de premier constat d’infraction ;
             250 € en cas de second constat d’infraction ;
             500 € pour les constats postérieurs.
Un délai de 1 mois doit toutefois séparer deux constats d’infraction.




                                                 48
SECTION III – Dispositions communes
Article 8
Toute infraction aux obligations prévues par l’article 6 de l’ordonnance du 3 avril 2014
relative à l’établissement, au recouvrement et au contentieux en matière de taxes
communales, commise par un redevable ou un tiers en lien avec l’établissement d’une taxe
prévue par le présent règlement, donne lieu à une amende administrative de :
            100 € en cas de premier constat d’infraction ;
            250 € en cas de second constat d’infraction ;
            500 € pour les constats postérieurs.
Un délai de 1 mois doit toutefois séparer deux constats d’infraction.
Article 9
La taxe est recouvrée au comptant, soit via son espace personnel sur le site de
l’Administration communale, soit par paiement électronique au compte de la commune.
Lorsque la perception ne peut être effectuée au comptant, la taxe est enrôlée.
Article 10
Les rôles de la taxe sont arrêtés et rendus exécutoires par le Collège des Bourgmestre et
Echevins au plus tard le 30 juin de l’année qui suit l’exercice d’imposition.
La taxe enrôlée est payable dans les deux mois de l’envoi de l’avertissement-extrait de rôle.
Article 11
La taxe est recouvrée par le Receveur communal conformément aux règles établies pour la
perception des impôts au profit de l’Etat.
Article 12
§1er - Le redevable ou son représentant peut introduire une réclamation, par écrit (par
courrier ou par e-mail), contre le montant de l’imposition établie, y compris toutes
majorations et amendes, auprès du Collège des Bourgmestre et Echevins, qui agit en tant
qu’autorité administrative. A peine de nullité, cette réclamation doit être signée et motivée
et elle doit mentionner : les nom, qualité, adresse ou siège du redevable à charge duquel
l’imposition est établie, l’objet de la réclamation et un exposé des faits et moyens.
§2 - Les réclamations doivent être introduites sous peine de déchéance, dans un délai de
trois mois, à compter du troisième jour ouvrable suivant la date d’envoi de l’avertissement-
extrait de rôle ou à compter de la date de la perception au comptant de la taxe.
Un accusé de réception sera notifié dans les 15 jours après l’envoi ou du dépôt de la
réclamation.
§3 - Si le contribuable ou son représentant souhaite être entendu dans le cadre de l’examen
de sa réclamation, il doit en faire la demande explicite dans sa réclamation.
Article 13
Le présent règlement entre en vigueur le 1erjanvier 2020 et remplace le règlement approuvé
par le Conseil communal en sa séance du 17 décembre 2014.

                                  DE GEMEENTERAAD
  Besloten, met 26 stem(men) tegen 4 en 13 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

Gezien het raadsbesluit van 17 december 2014 stemmend de wijziging van het
belastingreglement op het vervuilen van de openbare wegen en plaatsen of zichtbaar vanaf
deze; voor de aanslagjaren 2015 tot 2019;
Gelet artikel 170, § 4 van de Grondwet, die zich wijdt aan de fiscale autonomie van de
gemeenten onder voorbehoud van wettelijke beperkingen;
Gelet op de nieuwe gemeentewet namelijk het artikel 117, alinea 1 en artikel 118, alinea 1;
Gelet op de ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijke Raad van 3 april 2014 betreffende
de vestiging, de invordering en de geschillen inzake gemeentebelastingen;
Gelet op de wet van 23 maart 1999 betreffende de gerechtelijke regeling op gebied van
fiscaliteit;
Gelet op de ordonnantie van 14 mei 1998 betreffende de regeling van administratief toezicht
op de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, zoals gewijzigd tot op heden;
Gelet op de ordonnantie van 14 juni 2012 betreffende afvalstoffen en het gewestelijk
reglement van 19 december 2008 betreffende de verwijdering van afval door middel van
ophalingen;




                                               49
Gezien de statistische rapporten van de dienst Schaarbeek Netheid & Groene Ruimtes, met
name die voor 2018 en het laatste kwartaal van 2019 welke wijzen op een sterke toename
van de vervuiling van de openbare ruimte en die een toenemend aantal interventies door de
dienst Schaarbeek Netheid & Groene Ruimtes vereist;
Gezien het bilan en het programma van de pedagogische cel van de dienst Schaarbeek
Netheid & Groene Ruimtes, gericht op het informeren en sensibiliseren van
Schaarbeekenaren, vanaf hun kindertijd, tot het respecteren van de netheid in de openbare
ruimte;
Gelet op de financiële toestand van de gemeente;
Overwegende de noodzaak voor de gemeente om aan haar verplichtingen te voldoen in
overeenstemming met de eisen van het beheersplan en de vereisten van artikel 252 NGW,
welke de gemeenten verplicht een begroting in evenwicht te realiseren;
Gezien de noodzaak voor de gemeente om ontvangsten te heffen ter dekking van de kosten
die door al haar activiteiten worden gemaakt, en voornamelijk om inkomsten te verzekeren
om te kunnen voldoen aan de financiële lasten in verband met haar verplichting om de
openbare netheid te waarborgen;
Overwegende dat het behoud van deze bron van inkomsten gerechtvaardigd is;
Overwegende dat de gemeenten onder andere bevoegd zijn om de openbare netheid te
verzekeren en te herstellen en dat het in dit opzicht toelaatbaar is dat zij burgers een
bijdrage doen leveren aan dit doel;
Overwegende dat de gemeentelijke beambten van de dienst Schaarbeek Netheid & Groene
Ruimtes gemiddeld 6.500 interventies per maand uitvoeren voor het verwijderen van
zwerfafval in de openbare ruimte en gemiddeld 19 ton afval per dag in de openbare ruimte
verzamelen (exclusief de inzameling van vuilniszakken welke wordt uitgevoerd door het
Agentschap Net Brussel en niettegenstaande het gemeentelijk vegen van de straten,
uitgevoerd ten minste 5 van de 7 dagen);
Gezien de noodzaak om te voorzien in een verschillende behandeling, afhankelijk van de aard
en het volume van het clandestien gedeponeerd object vanwege de moeilijkheden in
verband met de verwijdering ervan;
Overwegende dat een redelijke differentiatie van het bedrag van de belasting per zak afval
achtergelaten noodzakelijk is volgens de overeenstemming ervan of niet met de gewestelijke
en gemeentelijke voorschriften;
Dat dit de naleving van de bovengenoemde voorschriften bevordert;
Dat voor de zak, recipiënt of huisvuilpakket die is ingediend in overeenstemming met de
regionale en gemeentelijke voorschriften (erkende zak en dichtgemaakt, conform recipiënt
of verpakking, maximaal gewicht, aard van afval, uren en plaats van buitenzetten), maar
werd niet terug binnen genomen nadat deze niet werd ingezameld door de bevoegde dienst,
het ontstaan van een belastbaar feit veroorzaakt door de inachtneming van artikel 22, alinea
5, van het algemene politiereglement van de gemeente;
Overwegende dat de onjuiste opslag van een afvalcontainer op de openbare weg het vrije
verkeer van personen en / of voertuigen belemmert en mogelijk leidt tot inbreuken op de
openbare netheid (clandestiene stortingen, enz.);
Gezien de noodzaak om op dit punt een gedifferentieerde behandeling te voorzien,
afhankelijk van de hoedanigheid van de belastingbetaler, particulier of professioneel;
Overwegend dat het gebruik van containers voor commercieel afval in de praktijk specifiek
problematisch is voor de netheid en het gemak van doorgang; dat het gebruik van een
commerciële container de goede werking van een commerciële activiteit mogelijk maakt,
wat inkomsten genereert; dat het is aangewezen is om voor de nodige sensibilisering te
zorgen bij de bedrijven voor hun hoeveelheid afval; dat de winkels vaak gegroepeerd zijn in
dezelfde straat, naast elkaar, de containers aan elkaar grenzen, dit per definitie gevaarlijk is
voor de voetgangers en voertuigen;
Overwegende dat één van de doelen van dit reglement het ontmoedigen is van de
totstandkoming van dergelijke feiten die de openbare netheid schaden of kunnen schaden;
Overwegende dat de noodzakelijke strijd tegen daden van vervuiling de toepassing van een
verhoging van de belasting op alle vormen van vuil rechtvaardigt in geval van recidive;
Overwegende dat het noodzakelijk is de openbare netheid te bevorderen en de
verantwoordelijkheid van de burger op dit gebied te vergroten;




                                                50
Overwegende dat in dit verband, de pedagogische cel voor sensibilisering in netheid en
respect voor de natuur, zorgt voor het belangrijke aspect met betrekking tot informatie
(vooral voor nieuwkomers) en bewustmaking (organisatie van activiteiten in scholen,
samenwerkingsverbanden met lokale verenigingen / wijkcomités om burgerinitiatieven te
promoten (bijv. "Schaarbeek in het Net"), en deel te nemen aan thematische evenementen;
Gelet op het verslag van het College van Burgemeester en Schepenen van 10 december 2019
en het administratief dossier, die met name de vorige belastingreglementen bevat op het
vervuilen van de openbare wegen en plaatsen of zichtbaar vanaf deze;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen,
BESLUIT :
AFDELING I – Bepalingen aangaande de openbare vervuiling of de oorzaken van vervuiling
andere dan deze betreffende containers voor commercieel afval
Artikel 1
Voor de aanslagjaren 2020 tot 2024 wordt een gemeentebelasting vastgesteld op de
openbare vervuiling of de oorzaken van vervuiling van de openbare wegen en plaatsen of
zichtbaar vanaf deze.
Worden bedoeld:
      1.    het plaatsen of achterlaten van afval of objecten buiten de voorziene of speciaal
            daartoe aangelegde plaatsen of iedere plaatsing van een zak met afval in een
            openbare afvalbak;
In de zin van het huidig reglement, verwijst afval naar elke stof of elk voorwerp waarvan de
houder zich ontdoet, voornemens is zich te ontdoen of zich moet ontdoen;
      1.    het plaatsen of achterlaten van huisvuil of met huisvuil gelijkgesteld afval buiten
            de plaatsen en tijdstippen voorzien voor de ophaling ervan, evenals het storten of
            achterlaten van huisvuil of afval gelijkgesteld met huisvuil in een boomkuil;
In de zin van het huidig reglement, is huisvuil afval van normale huishoudelijke activiteiten;
      1.    het ophangen of aanplakken van affiches of zelfklevers op het stadsmeubilair of
            op een openbaar of privaat gebouw of bouwwerk;
      2.    het feit dat leidt tot de vervuiling van openbare wegen of plaatsen of de
            openbare netheid in het gedrang brengt.
Artikel 2
De belasting is hoofdelijk verschuldigd door:
      1.    de persoon die het afval achterlaat of de persoon die het achtergelaten goed
            aanvankelijk in zijn bezit had, als dit is gebeurd op de openbare weg, en in de
            andere gevallen, de auteur, de persoon die het achtergelaten goed aanvankelijk
            in zijn bezit had of de bezetter of de eigenaar van de bodem waarop het afval
            achtergelaten wordt;
      2.    de eigenaar, de verantwoordelijke of de houder van de persoon, het dier of de
            zaak, in de zin van artikel 1384 tot 1386 van het Burgerlijk Wetboek, die het afval
            heeft achtergelaten of er de vervuiling van heeft teweeggebracht;
      3.    de eigenaar of de verantwoordelijke uitgever van de affiche of de zelfklever, of de
            persoon die de affiche heeft opgehangen of opgeplakt of de zelfklever;
      4.    de persoon die een handeling stelt die in de zin van onderhavig reglement tot
            vervuiling kan leiden.
Artikel 3
De vastgestelde aanslagvoeten zijn:
per m² vervuilde weg veroorzaakt door een werf (bvb. door het doorrijden van een
werfvoertuig zoals een vrachtwagen of een kraan). In ieder geval, zal een minimum
bedrag van € 500,00 worden aangerekend (VOET 1)                                           20,00 €
voor elke vervuiling veroorzaakt door een persoon of door het ding, het dier of de
persoon over wie hij/zij de hoede heeft (VOET 2)                                          135,00 €
per verstopte straatkolk (VOET 3)                                                         180,00 €
per zak, recipiënt of huisvuilpakket bestemd voor huisvuilophaling, buitengezet
conform de gewestelijke en gemeentelijke regelgeving (erkende zak en dichtgemaakt,
conform recipiënt of verpakking, maximaal gewicht, aard van afval, plaats van
buitenzetten),maar buiten de voorziene uren voor de ophaling, of de zak, recipiënt of
huisvuilpakket buitengezet conform de gewestelijke en gemeentelijke regelgeving
(erkende zak en dichtgemaakt, conform recipiënt of verpakking, maximaal gewicht,
aard van afval, uren en plaats van buitenzetten), maar niet terug binnen genomen          90,00 €

                                                51
nadat deze niet werd ingezameld door de bevoegde dienst (VOET 4)
per zak, recipiënt of huisvuilpakket buitengezet niet-conform de gewestelijke en
gemeentelijke regelgeving (erkende zak en dichtgemaakt, compact pakket dat stevig is
ingebonden, conform recipiënt, maximaal gewicht, aard van het afval, op de
voorziene uren en plaatsen), op zodanige wijze dat hij niet werd opgehaald door de
bevoegde diensten (VOET 5)                                                              180,00 €
per m³ afval bestaande uit papier en/of karton dat niet bestemd is voor de
huisvuilophaling. In ieder geval zal een minimale hoeveelheid van 1m³ worden
aangerekend (VOET 6)                                                                    275,00 €
per m³ grof vuil, zakken, recipiënten, voorwerpen of afval dat niet bestemd is voor de
huisvuilophaling, met uitzondering van papier, karton, bouw-, afbraak- of
renovatieafval zoals puin, verfresten, cementplaten, venster- en deurramen, enz. In
ieder geval zal een minimale hoeveelheid van 1m³ worden aangerekend (VOET 7)            455,00 €
per m² of per fractie m² bevuilde oppervlakte door een affiche of zelfklever waarbij
een minimale oppervlakte van 1m² zal worden aangerekend. (VOET 8)                       245,00 €
per m³ bouw-, afbraak- of renovatieafval zoals puin, verfresten, cementplaten,
venster- en deurramen, enz. In ieder geval zal een minimale hoeveelheid van 1m³
worden aangerekend (VOET 9)                                                             895,00 €
In geval van recidive binnen de 2 jaar, zal de initiële aanslagvoet worden verhoogd met 50%
AFDELING II – Specifieke bepalingen betreffende containers voor commercieel afval
Artikel 4
Voor de aanslagjaren 2020 tot 2024 wordt een gemeentebelasting vastgesteld op de
containers voor commercieel afval zich bevindend op de openbare weg buiten de dagen,
uren en plaatsen voorzien voor hun inzameling.
Artikel 5
De belasting is verschuldigd door de gebruiker van de container of, bij gebrek aan
identificatie van de gebruiker, door de persoon die de container beschikbaar stelt aan de
gebruiker of, bij gebrek aan identificatie van die persoon, door de eigenaar van de container.
Artikel 6
De vastgestelde aanslagvoet is:
per container voor commercieel afval zich bevindend op de openbare weg buiten de
dagen, uren en plaatsen vermeld in het contract met "Net Brussel" of met een
erkende operator, met dien verstande dat een tolerantie van 2 uur van toepassing is
op uren gespecificeerd in het contract:
            container van 240 liter (VOET 10)                                          90,00
                                                                                        €
            container van 660 liter (VOET 11)                                          180,00
                                                                                        €
            container van 1.110 liter (VOET 12)                                        270,00
                                                                                        €
In geval van recidive binnen de 2 jaar, zal de initiële aanslagvoet worden verhoogd met 50%
Artikel 7
De gebruikers van afvalcontainers moeten op deze de volgende informatie vermelden:
            Eigenaar van de container (ANB/erkende organisatie/handelaar)
            Naam en adres van de vestiging die de container gebruikt
            Ondernemingsnummer
            Organisatie belast met de inzameling (ANB of erkend ophaler)
            Ophaaldagen
            Ophaaltijden
            Locatie van inzameling (straatnaam en nummer)
Bij gebrek aan een indicatie van de bovenstaande gegevens zal de gebruiker van de container
een administratieve boete ontvangen van:
            100 € in geval van een eerste vaststelling van inbreuk;
            250 € in geval van een tweede vaststelling van inbreuk;
            500 € voor iedere verdere vaststelling.
Een periode van 1 maanden moet echter de twee vaststellingen van inbreuk scheiden.




                                               52
AFDELING III – Gemeenschappelijke bepalingen
Artikel 8
Elke schending, van de verplichtingen van artikel 6 van de Ordonnantie van 3 april 2014
betreffende de vestiging, de invordering en de geschillen inzake gemeentebelastingen,
gepleegd door een belastingplichtige of een derde in verband met de vaststelling van een
belasting waarin dit reglement voorziet, veroorzaakt een administratieve boete ontvangen
van:
           100 € in geval van een eerste vaststelling van inbreuk;
           250 € in geval van een tweede vaststelling van inbreuk;
           500 € voor iedere verdere vaststelling.
Een periode van 1 maanden moet echter de twee vaststellingen van inbreuk scheiden.
Artikel 9
De belasting is contant te voldoen, hetzij via de persoonlijke ruimte op de website van het
gemeentebestuur, of per elektronische betaling op rekening van de gemeente. Als de inning
niet contant kan gebeuren, wordt de belasting ten kohiere gebracht.
Artikel 10
De kohieren van de belasting worden door het College van Burgemeester en Schepenen
opgemaakt en uiterlijk op 30 juni van het jaar volgend op het aanslagjaar afgesloten en
uitvoerbaar verklaard.
De ingekohierde belasting is te betalen binnen de twee maanden na verzending van het
aanslagbiljet.
Artikel 11
De belasting is door de Gemeenteontvanger ingevorderd volgens de regels vastgesteld voor
het innen van belastingen ten voordele van de Staat.
Artikel 12
§1 - De belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger kan een bezwaar schriftelijk indienen
(per brief of per e-mail) tegen de geheven belasting, bij het College van Burgemeester en
Schepenen, die als bestuursoverheid handelt. Om de ongeldigheid te vermijden, moet het
bezwaarschrift ondertekend en met redenen omkleed zijn en moet vermelden: de naam,
hoedanigheid, adres of de zetel van de belastingplichtige waarvoor de belasting is
vastgesteld alsook het onderwerp van het bezwaar en een uiteenzetting van feiten en
middelen.
§2 - De bezwaren moeten ingediend worden, op straffe van nietigheid, binnen de termijn van
drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van
het aanslagbiljet of te rekenen vanaf de dag van de contante inning van de belasting.
Van het bezwaarschrift zal schriftelijk ontvangst bericht worden binnen de 15 dagen na de
verzending of de indiening van het bezwaarschrift.
§3 - Indien de belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger wenst gehoord te worden in het
kader van het onderzoek van zijn bezwaar, moet hij dit uitdrukkelijk vragen in zijn
bezwaarschrift
Artikel 13
Dit onderhavige reglement treedt in voege op 1 januari 2020 en vervangt het reglement
goedgekeurd door de Gemeenteraad van 17 december 2014.


SP 25.- Règlement-taxe sur les résidences non principales - Exercices 2020 à 2024 –
   Renouvellement et modification -=- Belasting op de andere dan hoofdverblijven -
   Aanslagjaren 2020 tot 2024 – Hernieuwing en wijziging

      Madame Chan intervient
      Madame la Bourgmestre ff et Monsieur Nimal répondent

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Décidé, par 26 voix contre 12 et 5 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté -=- Besloten, met
26 stem(men) tegen 12 en 5 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd




                                               53
                                  LE CONSEIL COMMUNAL
         Décidé, par 26 voix contre 12 et 5 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté

Revu sa délibération du 21 novembre 2018 votant le règlement relatif à la taxe sur les
résidences non principales pour un terme de 5 ans, expirant le 31 décembre 2023 ;
Vu l’article 170, § 4 de la Constitution qui consacre l’autonomie fiscale des Communes sous
réserve des exceptions légales.
Vu la nouvelle loi communale, notamment l’article 117, alinéa 1 et l’article 118, alinéa 1 ;
Vu l’ordonnance du Conseil de la Région de Bruxelles-Capitale du 3 avril 2014 relative à
l’établissement, au recouvrement et au contentieux en matière des taxes communales, telle
que modifiée à ce jour ;
Vu la loi du 23 mars 1999 relative à l’organisation judiciaire en matière fiscale ;
Vu l’ordonnance du 14 mai 1998 organisant la tutelle administrative sur les communes de la
Région de Bruxelles-Capitale, telle que modifiée à ce jour ;
Vu la situation financière de la commune ;
Considérant la nécessité pour la commune de remplir ses obligations dans le respect des
exigences du plan de gestion et du prescrit de l’article 252 NLC lequel impose aux Communes
de réaliser l’équilibre budgétaire ;
Vu la nécessité pour la commune de prélever des recettes pour couvrir les dépenses qu’exige
l’ensemble de ses activités, et en particulier d’assurer les recettes permettant de faire face
aux charges financières liées à son obligation d’assurer la tranquillité publique, la sécurité
publique et la propreté publique :
Considérant que le maintien de cette source de revenus se justifie.
Considérant que les usagers d'une résidence non-principales peuvent bénéficier de toutes les
infrastructures communales mises à disposition inscrites ou non sur le territoire de la
commune, en ce compris de ses voiries et parcs ;
Considérant qu’il est raisonnable et adéquat de faire participer ces personnes au
financement des services communaux utiles à la collectivité des personnes, tout comme les
personnes physiques dont le domicile fiscal est établi à l’adresse du logement qu’ils occupent
y participent ;
Considérant que les personnes non-inscrites échappent généralement au paiement des
toutes taxes communales ;
Considérant qu’il convient de prendre des mesures afin de favoriser l’augmentation du
nombre de déclarations en résidences non-principales, par une taxation d’office avec une
majoration de 100% de la taxe en cas d’absence de déclaration spontanée endéans le mois
de leur installation dans la commune ou de déclaration incomplète ou inexacte ;
Considérant que la taxe ne s’applique pas lorsque le logement est soumis à l’ordonnance du
23 décembre 2016 relative à la taxe régionale sur les établissements d’hébergement
touristique ;
Considérant que la taxe ne s’applique pas aux étudiants inscrits régulièrement à des cours du
jour de plein exercice en raison notamment de leur statut particulier et de leur faible
capacité contributive ;
Considérant que la taxe ne s’applique pas aux personnes résidant dans des maisons de soins
étant donné que c’est souvent temporairement et indépendant de leur propre volonté ;
Considérant qu'une simplification de la procédure de déclaration est appropriée afin de
réduire la charge administrative pour le contribuable et les services communaux;
Vu, pour le surplus, les rapports du Collège des Bourgmestre et Echevins des 22 octobre et 26
novembre 2019 et le dossier administratif ;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins,
ARRETE :
Article 1
Il est établi pour les exercices 2020 à 2024, au profit de la commune de Schaerbeek, une taxe
mensuelle sur les résidences non-principales.
Article 2
- Par résidence non-principale, il faut entendre tout logement privé dont l’usager peut
disposer à tout moment que ce soit en qualité de propriétaire, de locataire, voire d’usager à
titre gratuit, sans être inscrit pour ce logement aux registres de la population.
- Est censée disposer d’une résidence non-principale, la personne qui peut l’occuper, même
d’une façon intermittente, durant l’exercice fiscal.

                                               54
Article 3
Sur demande expresse de l’administration communale, le propriétaire est tenu de
communiquer par écrit l’identité et les coordonnées de son (ses) locataire(s). Ce formulaire
de renseignements devra être complété et retourné dans les quinze jours à compter de sa
réception qui est présumée avoir lieu trois jours ouvrables après l’envoi.
Article 4
Le taux de la taxe pour l’exercice 2020 est fixé au 1erjanvier à 120€ par mois d’occupation et
par résidence non principale.
Ce taux sera majoré au 1er janvier de l’année suivante au taux de 2%, conformément au
tableau ci-dessous :
Exercice 2021             Exercice 2022            Exercice 2023           Exercice 2024
122,40 €                  124,85 €                 127,34 €                129,89 €
Article 5
La cessation de l’occupation devra être notifiée à l’administration communale et le
contribuable doit fournir la preuve qu’il n’occupe plus cette résidence. Cette preuve
déterminera la durée de l’occupation à prendre en compte pour le calcul de la taxe.
Pour l'application de la présente disposition, tout mois entamé compte en entier.
Article 6
Le redevable de la taxe est la personne qui réunit une ou plusieurs des conditions ci-après :
       1.   être propriétaire à Schaerbeek d’un logement privé et s’en réserver l’usage sans
            être inscrit aux registres de la population à l’adresse de ce logement.
       2.   être propriétaire à Schaerbeek d’un logement privé donné en location à une ou
            plusieurs personnes non inscrites dans les registres de la population à l’adresse de
            ce logement et être resté en défaut de communiquer l’identité de son (ses)
            locataire(s) alors même que l’administration communale lui en a fait la demande
            sur pied de l’article 3 du présent règlement.
       3.   avoir loué ou disposer (voire à titre gratuit) d’un logement à Schaerbeek, sans
            être inscrit aux registres de la population à l’adresse de ce logement.
L’usager principal des lieux sera censé s’en réserver l’usage s’il ne peut faire la preuve de leur
location ou de leur cession gratuite à des tiers ou de leur inoccupation totale et permanente.
La taxe est due solidairement par le propriétaire et l’occupant du (des) logement(s).
Article 7
Ne donnent pas lieu à la perception de la taxe :
       1.   Les logements tombant sous l’application de l’ordonnance du 23 décembre 2016
            relative à la taxe régionale sur les établissements d’hébergement touristique ;
       2.   Les chambres d’étudiants tombant sous l’application de la taxe communale sur la
            mise à disposition et location de chambres et appartements ;
       3.   Les logements des personnes résidant dans des maisons de soins.
Article 8
§1er- Pour un exercice d’imposition donné, le contribuable est tenu de remettre à
l’Administration communale une déclaration. Il peut aussi remplir cette déclaration par son
espace personnel sur le site de l’Administration communale au plus tard dans le moisde
l'affectation à usage de résidence non principale, de l'entrée en propriété ou de l'occupation.
§2 - Toutefois, l’administration communale peut dispenser un contribuable de l’obligation de
déclaration et lui envoyer une proposition de déclaration. Cette proposition mentionne la
base imposable ainsi que tous les renseignements et données qui ont été pris en
considération.
§3 - Si, dans la proposition de déclaration figurent des inexactitudes ou des omissions, ou si
les données pré imprimées ne correspondent pas à la base imposable, le contribuable est
tenu, dans un délai de 15 jours après l'expédition de la proposition de déclaration, de
soumettre à l’Administration la proposition de déclaration dûment corrigée, complétée,
datée et signée.
C’est au contribuable de prouver qu'il / elle a déposé dans les délais la proposition de
déclaration (corrigée ou complétée).
Si la proposition de déclaration ne contient pas d'inexactitudes ou d'omissions et que les
données imprimées correspondent au statut fiscal, le contribuable ne doit pas retourner la
proposition de déclaration.
§4 - La proposition de déclaration, complétée par les éléments que le contribuable a signalé
dans le délai visé au §3, vaut déclaration.


                                                 55
Toutefois, lorsque le contribuable n’a pas respecté l’obligation visée au §3, alinéa 1 er, la
proposition de déclaration est assimilée à une déclaration inexacte ou incomplète.
§5 - Le contribuable qui n’a pas reçu de formule de déclaration ou de proposition de
déclaration est néanmoins tenu de déclarer spontanément à l'administration communale les
éléments nécessaires à la taxation, au plus tard dans le mois de l'affectation à usage de
résidence non principale, de l'entrée en propriété ou de l'occupation.
§6 - La déclaration reste valable pour les exercices d’imposition suivants jusqu’à révocation.
En cas de modification de la base imposable, le contribuable doit se procurer une nouvelle
formule de déclaration et la renvoyer, dûment complétée et signée, à l’Administration
communale dans les dix jours de la survenance du fait. Sans préjudice des dispositions du
présent règlement, le nouveau formulaire de déclaration sert de base aux enrôlements
ultérieurs et vaut révocation expresse de la formule de déclaration précédente.
Article 9
Le contribuable est tenu de faciliter le contrôle de sa déclaration notamment en fournissant
tous les documents et renseignements qui lui seront réclamés à cet effet. En cas de non
remise de document, d’absence de coopération ou d'empêchement du contrôle fiscal par le
contribuable ou par un tiers, une amende administrative de 50€ sera imposée. Cette amende
sera établie et recouvrée selon les mêmes règles que celles prévues aux articles 11 à 13 du
présent règlement.
Article 10
L’absence de déclaration dans les délais prévus ou la déclaration incorrecte, incomplète ou
imprécise de la part du contribuable entraîne l’enrôlement d’office de la taxe sur base des
données dont la Commune dispose. Dans ce cas, la taxe enrôlée d’office est majorée d’un
montant égal à celui de la taxe due.
Avant de procéder à la taxation d’office, l’Administration communale notifie au contribuable,
par lettre recommandée à la poste, les motifs pour lesquels elle recourt à cette procédure,
les éléments sur lesquels se base la taxation, le mode de détermination de ces éléments,
ainsi que le montant de la taxe.
Le contribuable dispose d’un délai de trente jours calendrier, à compter du troisième jour
ouvrable suivant la date d’envoi de la notification, pour faire valoir ses observations par écrit.
Le contribuable est tenu de produire la preuve de l’exactitude des éléments qu’il invoque.
L’Administration communale procédera à l’enrôlement d’office de la taxe si au terme de ce
délai, le contribuable n’a émis aucune observation qui justifie l’annulation de cette
procédure.
Article 11
La taxe est recouvrée, soit via son espace personnel sur le site de l’Administration
communale, ou par paiement électronique au compte de la commune.
Article 12
Les rôles de la taxe sont arrêtés et rendus exécutoires par le Collège des Bourgmestre et
Echevins au plus tard le 30 juin de l’année qui suit l’exercice d’imposition.
La taxe enrôlée est payable dans les deux mois de l’envoi de l’avertissement-extrait de rôle.
A défaut de paiement dans ce délai, les sommes dues sont productives au profit de
l’Administration, de l’intérêt de retard calculé d’après les règles fixées par l’article 414 du
Code des impôts sur les revenus de 1992.
Article 13
La taxe est recouvrée par le Receveur communal conformément aux règles établies pour la
perception des impôts au profit de l’Etat.
Article 14
§1er- Le redevable ou son représentant peut introduire une réclamation, par écrit, contre le
montant de l’imposition établie, y compris toutes majorations et amendes, auprès du Collège
des Bourgmestre et Echevins, qui agit en tant qu’autorité administrative. A peine de nullité,
cette réclamation doit être signée et motivée et elle doit mentionner : les nom, qualité,
adresse ou siège du redevable à charge duquel l’imposition est établie, l’objet de la
réclamation et un exposé des faits et moyens.
§2 - Les réclamations doivent être introduites sous peine de déchéance, dans un délai de
trois mois, à compter du troisième jour ouvrable suivant la date d’envoi de l’avertissement-
extrait de rôle.
Un accusé de réception sera notifié dans les 15 jours après l’envoi ou du dépôt de la
réclamation.

                                                 56
§3 - Si le contribuable ou son représentant souhaite être entendu dans le cadre de l’examen
de sa réclamation, il doit en faire la demande explicite dans sa réclamation.
Article 15
Le présent règlement entre en vigueur le 1erjanvier 2020 et remplace le règlement approuvé
par le Conseil communal en sa séance du 21 novembre 2018.

                                  DE GEMEENTERAAD
  Besloten, met 26 stem(men) tegen 12 en 5 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

Gezien het raadsbesluit van 21 november 2018 stemmende het belastingreglement op de
andere dan hoofdverblijven, voor een termijn van 5 jaar, vervallend op 31 december 2023;
Gelet artikel 170, § 4 van de Grondwet, die zich wijdt aan de fiscale autonomie van de
gemeenten onder voorbehoud van wettelijke beperkingen;
Gelet op de nieuwe gemeentewet namelijk artikel 117, alinea 1, en artikel 118, alinea 1;
Gelet op de ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijke Raad van 3 april 2014 betreffende
de vestiging, de invordering en de geschillen inzake gemeentebelastingen, zoals gewijzigd tot
op heden;
Gelet op de wet van 23 maart 1999 betreffende de gerechtelijke regeling op gebied van
fiscaliteit;
Gelet op de ordonnantie van 14 mei 1998 betreffende de regeling van administratief toezicht
op de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, zoals gewijzigd tot op heden;
Gelet op de financiële toestand van de gemeente;
Overwegende de noodzaak voor de gemeente om aan haar verplichtingen te voldoen in
overeenstemming met de eisen van het beheersplan en de vereisten van artikel 252 NGW,
welke de gemeenten verplicht een begroting in evenwicht te realiseren;
Gezien de noodzaak voor de gemeente om ontvangsten te heffen ter dekking van de kosten
die door al haar activiteiten worden gemaakt, en voornamelijk om inkomsten te verzekeren
om te kunnen voldoen aan de financiële lasten in verband met haar verplichting om de
openbare rust, openbare veiligheid en openbare netheid te waarborgen;
Overwegende dat het behoud van deze bron van inkomsten gerechtvaardigd is;
Overwegende dat de gebruikers van een andere dan hoofdverblijfplaats kunnen genieten van
alle gemeenschappelijke faciliteiten voorzien op het grondgebied van de gemeente, inclusief
de wegen en parken, of zij ingeschreven zijn of niet;
Overwegende dat het redelijk en passend is om deze mensen te betrekken bij de financiering
van de gemeentelijke diensten die nuttig zijn voor de gemeenschap, net zoals bij de
individuen wier fiscale woonplaats is gevestigd op het adres dat zij bewonen;
Overwegende dat de niet-ingeschrevene in het algemeen ontsnapt aan de betaling van
iedere vorm van gemeentelijke belasting;
Overwegende dat het past om maatregelen te treffen om het aantal aangiftes andere dan
hoofdverblijven te verhogen, door een ambtshalve belasting te vestigen met een verhoging
van 100% van de belasting in geval van ontbreken van een spontane aangifte binnen de
maand van hun installatie in de gemeente of bij een onvolledige of onjuiste aangifte;
Overwegende dat de belasting niet van toepassing omdat de woongelegenheid onderworpen
is aan de ordonnantie van 23 december 2016 betreffende de gewestbelasting op de
inrichtingen van toeristische logies;
Overwegende dat de belasting niet van toepassing is voor studenten ingeschreven in een
voltijds dagonderwijs om reden van hun bijzonder statuut evenals hun beperkte financiële
draagkracht;
Overwegende dat het wonen in verpleeg-en verzorgingstehuis vaak tijdelijk en niet uit de
vrije wil is van deze personen en, is de belasting hen niet verschuldigd;
Overwegende dat een vereenvoudiging van de aangifteprocedure aangewezen is ten einde
het administratief werk van zowel de belastingplichtige als van de gemeentelijke diensten te
verminderen;
Gelet bovendien, op de verslagen van het College van Burgemeester en Schepenen van 22
oktober en 26 november 2019 en het administratief dossier;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen;




                                               57
BESLUIT:
Artikel 1
Er wordt voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2024, ten voordele van de gemeente
Schaarbeek, een maandelijkse belasting geheven op de andere dan hoofdverblijven.
Artikel 2
- Onder andere dan hoofdverblijfplaats moet men verstaan elke private woongelegenheid
waarover de gebruiker te allen tijde mag beschikken, hetzij in hoedanigheid van eigenaar,
huurder of als kosteloze gebruiker, zonder te zijn ingeschreven op dit adres in het
bevolkingsregister.
- Wordt geacht te beschikken over een andere dan hoofdverblijfplaats de persoon die haar
kan gebruiken, zelfs op een intermitterende wijze, gedurende het aanslagjaar.
Artikel 3
Op uitdrukkelijke vraag van het gemeentebestuur, is de eigenaar ertoe gehouden de
identiteitgegevens en andere gegevens van zijn huurder(s) over te maken. Dit
inlichtingenformulier dient te worden ingevuld en teruggestuurd, binnen de vijftien dagen te
tellen vanaf zijn ontvangst wat verondersteld wordt plaats gehad te hebben drie werkdagen
na zijn verzending na verzending van de zending bevattende de vraag van het
gemeentebestuur.
Artikel 4
De aanslagvoet voor het aanslagjaar 2020 is vastgesteld per 1 januari op 120€ per bezette
maand en per andere dan hoofdverblijf.
Deze maandelijkse aanslagvoet zal per 1 januari van het volgende jaar worden verhoogd met
2%, volgens onderstaande tabel:
Aanslagjaar 2021          Aanslagjaar 2022        Aanslagjaar 2023      Aanslagjaar 2024
122,40 €                  124,85 €                127,34 €              129,89 €
Artikel 5
De stopzetting van de bezetting dient te worden betekend aan het Gemeentebestuur en de
belastingplichtige zal de beëindiging van de bewoning dienen aan te tonen. Dit bewijsstuk
bepaalt de looptijd van de bezetting die gebruikt zal worden bij de berekening van de
belasting.
Voor de toepassing van de bijgaande bepalingen, zal iedere begonnen maand voor haar
totaliteit worden gerekend.
Artikel 6
De belastingschuldige is de persoon die aan een of meerdere van de volgende voorwaarden
voldoet:
       1.    eigenaar zijn van een private woongelegenheid gelegen te Schaarbeek en er zich
             het recht toe voorbehouden deze te gebruiken zonder te zijn ingeschreven in de
             bevolkingsregisters op het adres van deze woongelegenheid.
       2.    eigenaar zijn van een private woongelegenheid gelegen te Schaarbeek en deze ter
             verhuring stellen aan één of meerdere personen die niet zijn ingeschreven in de
             bevolkingsregisters op het adres van deze woongelegenheid en het in gebreke
             blijven van overmaken van de identiteitsgegevens van zijn huurder(s) wanneer
             het gemeentebestuur hem dit heeft gevraagd op basis van artikel 3 van huidig
             reglement.
       3.    hebben gehuurd of te beschikken (zie kosteloos) van een private
             woongelegenheid te Schaarbeek, zonder te zijn ingeschreven in de
             bevolkingsregisters op het adres van deze woongelegenheid.
De hoofdgebruiker van deze plek wordt geacht zich het gebruik ervan voor te behouden
tenzij hij het bewijs van verhuring of zijn kosteloze afstand aan derden of het in zijn totaliteit
en voortdurend niet gebruik ervan kan leveren.
De belasting is solidair verschuldigd door de eigenaar en de gebruiker van de
woongelegenheid.
Artikel 7
Zijn belastingvrij:
       1.    De woongelegenheden vallend onder de toepassing van de ordonnantie van 23
             december 2016 betreffende de gewestbelasting op de inrichtingen van
             toeristische logies
       2.    De studentenkamers vallend onder de toepassing van de gemeentebelasting op
             het ter beschikking stellen en de verhuur van kamers en appartementen

                                                 58
       3.     De woongelegenheden van personen verblijvend in verzorgingstehuizen
Artikel 8
§1 - Voor een welbepaald aanslagjaar, is de belastingplichtige ertoe gehouden aangifte te
doen bij het Gemeentebestuur. Hij kan deze aangifte ook doen via zijn persoonlijke ruimte op
de website van het gemeentebestuur dit uiterlijk binnen de maandvan de bestemming tot
het gebruik van tweede verblijf, van de eigendomsoverdracht of van het in gebruik nemen.
§2 - Echter, het Gemeentebestuur kan een belastingplichtige vrijstellen van de verplichting
tot aangifte en hem een voorstel van aangifte toesturen. Dit voorstel vermeldt de belastbare
grondslag alsook alle informatie en gegevens die in aanmerking zijn genomen.
§3 - Indien op het voorstel van aangifte onjuistheden of onvolledigheden zijn vermeld of
indien de voorgedrukte gegevens niet overeenstemmen met de belastbare toestand, moet
de belastingplichtige het voorstel van aangifte binnen de termijn van 15 dagen na
verzending, gedag- en ondertekend indienen bij het gemeentebestuur, met een duidelijke en
volledige vermelding en opgave op het voorstel van aangifte van de correcte gegevens en/of
alle verbeteringen of aanvullingen. Het is de belastingplichtige die dient te bewijzen dat
hij/zij het (verbeterd of vervolledigd) voorstel van aangifte tijdig indiende.
Indien het voorstel van aangifte evenwel geen onjuistheden of onvolledigheden bevat en alle
voorgedrukte gegevens stroken met de belastbare toestand, moet de belastingplichtige het
voorstel van aangifte niet indienen bij het gemeentebestuur.
§4 - Het voorstel van aangifte, aangevuld met elementen door de belastingplichtige binnen
de periode bedoeld in §3, geldt als aangifte.
Echter, wanneer de belastingplichtige niet heeft voldaan aan de in §3, 1 stealinea beoogde
verplichting, wordt de voorgestelde aangifte beschouwd als een onjuiste of onvolledige
verklaring.
§5 - De belastingplichtigen die geen aangifteformulier of voorstel van aangifte ontvangen
hebben, zijn niettemin ertoe gehouden spontaan en op eigen initiatief aan het
gemeentebestuur de vóór de belasting vereiste elementen mede te delen en dit uiterlijk
binnen de maandvan de bestemming tot het gebruik van tweede verblijf, van de
eigendomsoverdracht of van het in gebruik nemen.
§6 - De aangifte blijft geldig voor de volgende aanslagjaren, tot herroeping.
In het geval van wijzigingen in de belastinggrondslag, moet de belastingplichtige een nieuw
aangifteformulier aanvragen en deze naar behoren invullen, ondertekenen en terugsturen
naar de gemeente dit binnen de tien dagen na het ontstaan van de gebeurtenis.
Onverminderd de bepalingen van deze verordening, de nieuwe aangifte vormt de basis bij de
volgende inkohieringen en herroept uitdrukkelijk het vorige aangifteformulier.
Artikel 9
De belastingplichtige wordt ertoe gehouden de controle van zijn aangifte te
vergemakkelijken voornamelijk door het verstrekken van alle documenten en inlichtingen die
hem hierbij zouden worden gevraagd. Bij het niet voorleggen van documenten, gebrek aan
medewerking of verhinderen van de fiscale controle door de belastingplichtige of een derde,
wordt een administratieve geldboete opgelegd van 50€. Deze boete wordt gevestigd en
ingevorderd volgens dezelfde regels als voorzien in de artikels 11 tot 13 van dit reglement.
Artikel 10
Bij het ontbreken van de aangifte binnen de voorziene termijnen, of de onjuiste, onvolledige
of onduidelijke aangifte vanwege de belastingplichtige zal de aanslag van ambtshalve worden
gevestigd op basis van de gegevens waarover de Gemeente beschikt. In dit geval zal de
ingekohierde belasting worden verhoogd met het bedrag gelijk aan deze van de
verschuldigde belasting.
Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve inkohiering, zal het gemeentebestuur per
aangetekend schrijven, de motieven betekenen aan de belastingplichtige, welke aanleiding
geven tot deze procedure, de elementen waarop de belasting is gebaseerd, de manier
waarop deze elementen werden vastgesteld en het bedrag van de belasting.
De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen, te rekenen vanaf
de derde werkdag die volgt op de verzending van de betekening, om schriftelijk zijn
opmerkingen te doen gelden. De belastingplichtige is ertoe gehouden het bewijs leveren van
de juistheid van de door hem aangevoerde elementen.
Het gemeentebestuur zal aan het einde van deze periode overgaan tot de ambtshalve
inkohiering indien de belastingplichtige geen opmerkingen heeft gemaakt die de annulering
van deze procedure rechtvaardigt.



                                              59
Artikel 11
De belasting is te voldoen, hetzij via de persoonlijke ruimte op de website van het
gemeentebestuur, of per elektronische betaling op rekening van de gemeente.
Artikel 12
De kohieren van de belasting worden door het College van Burgemeester en Schepenen
opgemaakt en uiterlijk op 30 juni van het jaar volgend op het aanslagjaar afgesloten en
uitvoerbaar verklaard.
De ingekohierde belasting is te betalen binnen de twee maanden na verzending van het
aanslagbiljet.
Bij gebrek aan betaling binnen de vastgestelde termijn zullen verwijlinteresten worden
gevorderd, berekend volgens de bepalingen vastgelegd in artikel 414 van het Wetboek op de
inkomstenbelastingen voor 1992
Artikel 13
De belasting is door de Gemeenteontvanger ingevorderd volgens de regels vastgesteld voor
het innen van belastingen ten voordele van de Staat.
Artikel 14
§1 - De belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger kan een bezwaar schriftelijk indienen
tegen de geheven belasting, alsook alle verhogingen of boetes, bij het College van
Burgemeester en Schepenen, die als bestuursoverheid handelt. Om de ongeldigheid te
vermijden, moet het bezwaarschrift ondertekend en met redenen omkleed zijn en moet
vermelden: de naam, hoedanigheid, adres of de zetel van de belastingplichtige waarvoor de
belasting is vastgesteld alsook het onderwerp van het bezwaar en een uiteenzetting van
feiten en middelen.
§2 - De bezwaren moeten ingediend worden, op straffe van nietigheid, binnen de termijn van
drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van
het aanslagbiljet.
Van het bezwaarschrift zal schriftelijk ontvangst bericht worden binnen de 15 dagen na de
verzending of de indiening van het bezwaarschrift.
§3 - Indien de belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger wenst gehoord te worden in het
kader van het onderzoek van zijn bezwaar, moet hij dit uitdrukkelijk vragen in zijn
bezwaarschrift
Artikel 15
Dit onderhavige reglement treedt in voege op 1 januari 2020 en vervangt het reglement
goedgekeurd door de Gemeenteraad van 21 november 2018.


SP 26.- Taxe communale additionnelle à l’impôt des personnes physiques – Exercice 2020 –
   Renouvellement et modification -=- Aanvullende gemeentebelasting op de
   personenbelasting – Aanslagjaar 2020 - Hernieuwing et wijziging

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Décidé, par 35 voix contre 0 et 8 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté -=- Besloten, met
35 stem(men) tegen 0 en 8 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
          Décidé, par 35 voix contre 0 et 8 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté

Vu le Code des Impôts sur les revenus 1992, notamment les articles 465 à 470 ;
Vu la nouvelle loi communale, notamment l’article 117, alinéa 1er, l’article 118, alinéa 1eret
l’article 260 ;
Revu sa délibération du 21 novembre 2018 fixant à 5,8 % la taxe communale additionnelle à
l’impôt des personnes physiques pour l’exercice 2019 ;
Compte tenu de la nécessité de garder des ressources financières suffisantes pour faire face
aux besoins de notre population, il s’avère indispensable de maintenir cette source de
revenus tout en conservant un taux acceptable ;
Vu le rapport du Collège des Bourgmestre et Echevins du 3 décembre 2019,
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins,




                                                60
ARRETE:
Article 1
Il est établi, pour l'exercice 2020, une taxe communale additionnelle à l'impôt des personnes
physiques à charge des habitants du Royaume qui sont imposables dans la Commune au 1er
janvier de l'année qui donne son nom à l'exercice.
Article 2
La taxe est fixée à 4,9% de la partie calculée conformément aux articles 466 et 466 bis du
Code des Impôts sur les Revenus 1992 », comme stipulé à l’article 468 du Code des Impôts
sur les Revenus 1992

                                  DE GEMEENTERAAD
   Besloten, met 35 stem(men) tegen 0 en 8 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op het Wetboek van de Inkomstenbelasting 1992, bijzonder de artikelen 465 tot 470;
Gelet op de nieuwe Gemeentewet, bijzonder artikel 117, alinea 1, artikel 118, alinea 1, en
artikel 260;
Herziende zijn raadsbesluit van 21 november 2018 houdende vaststelling op 5,8% van de
aanvullende gemeentebelasting op de personenbelasting voor het aanslagjaar 2019;
Rekeninghoudend met de behoefte om over de nodige financiële middelen te beschikken om
aan de behoeften van onze bevolking te voldoen, het noodzakelijk is deze bron van financiën
te behouden mits het bewaren van een acceptabele aanslagvoet;
Gelet op het verslag van het College van Burgemeester en Schepenen van 3 december 2019
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen,
B E S L U I T:
Artikel 1
Er wordt, voor het aanslagjaar 2020, een aanvullende gemeentebelasting geheven op de
personenbelasting ten laste van de inwoners van het Koninkrijk welke belast worden in de
Gemeente op 1 januari van het jaar dat aan dit aanslagjaar zijn naam geeft.
Artikel 2
De belasting is vastgesteld op 4,9 % van het gedeelte berekend overeenkomstig de artikelen
466 en 466bis van het Wetboek van de inkomstenbelastingen van 1992, zoals gesteld in
artikel 468 van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992


SP 27.- Taxe sur des emplacements de parcage - Exercices 2020 à 2024 – Renouvellement et
   modification - Approbation -=- Belasting op de parkeerplaatsen - Aanslagjaren 2020 tot
   2024 – Hernieuwing en wijziging - Goedkeuring

       Monsieur Verstraete intervient
       Monsieur Nimal et Madame Byttebier répondent

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Décidé, par 30 voix contre 8 et 5 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté -=- Besloten, met
30 stem(men) tegen 8 en 5 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
          Décidé, par 30 voix contre 8 et 5 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté

Revu sa délibération du 29 novembre 2017 votant le règlement relatif à la taxe sur des
emplacements de parcage pour un terme de 5 ans, expirant le 31 décembre 2022;
Vu l’article 170, § 4 de la Constitution qui consacre l’autonomie fiscale des Communes sous
réserve des exceptions légales;
Vu la nouvelle loi communale, notamment l’article 117, alinéa 1 et l’article 118, alinéa 1 ;
Vu l’ordonnance du Conseil de la Région de Bruxelles-Capitale du 3 avril 2014 relative à
l’établissement, au recouvrement et au contentieux en matière des taxes communales telle
que modifiée à ce jour ;
Vu la loi du 23 mars 1999 relative à l’organisation judiciaire en matière fiscale ;
Vu l’ordonnance du 14 mai 1998 organisant la tutelle administrative sur les communes de la
Région de Bruxelles-Capitale, telle que modifiée à ce jour ;

                                               61
Vu le Projet du Plan d’action Communal de Stationnement voté par le Conseil Communal du
23 septembre 2015 ;
Vu la situation financière de la commune ;
Considérant la nécessité pour la commune de remplir ses obligations dans le respect des
exigences du plan de gestion et du prescrit de l’article 252 NLC lequel impose aux Communes
de réaliser l’équilibre budgétaire ;
Vu la nécessité pour la commune de prélever des recettes pour couvrir les dépenses qu’exige
l’ensemble de ses activités, et en particulier d’assurer les recettes permettant de faire face
aux charges financières liées à son obligation d’assurer la tranquillité publique, la sécurité
publique et la propreté publique :
Considérant que le maintien de cette source de revenus se justifie.
Considérant que la matière visée par le règlement taxe engendre dans ses alentours
immédiats une surveillance particulière des services de police et davantage d’interventions
en matière de propreté et de sécurité publique de la part des services communaux ;
Considérant que la taxe sur les emplacements de parcage est pertinente quant au type de
redevables: à savoir les propriétaires de plus de 10 emplacements desservant des immeubles
de bureaux ou affectés à une activité commerciale, industrielle ou artisanale ou
d’exploitation, qui ont un patrimoine d'une certaine ampleur et pour lesquels lesdits parkings
créent un certain enrichissement ;
Considérant que le prélèvement de cette taxe aux taux proposés tient compte de la capacité
contributive des contribuables ; les taux n’influencent pas de manière significative leur
activité d’autant plus que, comme la plupart des taxes communales, cela est déductible à
titre de charges d’exploitation ;
Considérant la nécessité de favoriser des partenariats entre la Commune et les opérateurs
privés pour que soit facilitée l’utilisation des emplacements de parcage pendant les heures
de fermeture des établissements et ce, afin de remédier aux difficultés de stationnement
dans certains quartiers schaerbeekois où l’indisponibilité en stationnement, notamment
nocturne, est élevée ;
Considérant la nécessité de prendre des mesures pour rendre la mutualisation de ces
emplacements de parcage plus attractifs, en accordant une réduction de la taxe les premiers
exercices d'imposition de partenariat, ceci en compensation du financement des
investissements de gestion du parking partagé ;
Considérant qu'il est juste que les contribuables qui ont déjà un partenariat existant et
ininterrompu avec la commune, ou avec une société reconnue par la commune avant
l'entrée en vigueur du présent règlement ne seront pas sanctionnés par la diminution de la
réduction, mais continuent à bénéficier de la réduction de 100% pour les deux exercices
d'imposition suivant l’entrée en vigueur du présent règlement comme ceux qui vont
mutualiser ces emplacements de parcage.
Considérant que l’exonération consentie aux surfaces de parking de moins de dix
emplacements se justifie puisque la capacité contributive de ces contribuables sera dès lors
aussi moindre ;
Considérant que l’exonération établie au profit des surfaces de parking servant aux hôpitaux,
aux cliniques, aux polycliniques et aux œuvres de bienfaisance, non utilisées dans le cadre
d’activités lucratives ou commerciales, se justifie par la circonstance que l’exercice sur le
territoire de la Commune des activités ainsi visées influence directement et favorablement la
vie de ses habitants ; qu’il est donc justifié que par le bais de cette exonération, les autorités
communales entendent soutenir ces activités ;
Considérant que les emplacements de parcage servant comme stockage de véhicules non
immatriculés faisant l’objet d’un permis d’urbanisme et/ou d’un permis d’environnement
ou utilisés par l’occupant lui-même pour stationner ses propres véhicules utilitaires en
dehors des heures normales d’ouverture ne sont pas mutualisables et qu’au vu de la
politique locale poursuivie, ceux-ci ne peuvent donc pas être imposés ;
Considérant qu'une simplification de la procédure de déclaration est appropriée afin de
réduire la charge administrative pour le contribuable et les services communaux ;
Vu, pour le surplus, les rapports du Collège des Bourgmestre et Echevins des 22 octobre, 5 et
26 novembre et 10 décembre 2019 et le dossier administratif ;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins ;




                                                 62
ARRETE :
Article 1
Il est établi, pour les exercices 2020 à 2024, une taxe communale annuelle sur des
emplacements de parcage.
Sont visées :
       1.     les surfaces de parking affectées aux bureaux et/ou aux équipements d'intérêt
              collectif ou de service public ;
       2.     les surfaces de parking connexes à une activité commerciale, industrielle,
              artisanale ou à une activité de production de services matériels ou de biens
              immatériels ;
       3.     l’exploitation commerciale d’emplacements de parcage.
Article 2
§ 1 - Pour l’application des présentes dispositions, il faut entendre par emplacement de
parcage : une surface délimitée destinée au stationnement d’un véhicule motorisé, située
dans un espace clos ou à l’air libre, sur ou dans un bien immobilier, mise à disposition à titre
gratuit ou onéreux par toute personne physique ou morale et affectée à l'accueil soit de
personnes qui y travaillent quel que soit leur statut, soit de clients, soit de fournisseurs, soit
de visiteurs.
§ 2 - Pour l’application des présentes dispositions, le bien immobilier est défini par son
affectation urbanistique.
§ 3 - En cas de contestation quant au nombre d'emplacements de parcage existants,
notamment en cas d’absence de marquage au sol, le calcul se fera en divisant la surface
affectée au stationnement renseignée au cadastre et/ou au permis d’urbanisme et/ou au
permis d’environnement et/ou au permis mixte par une surface forfaitaire de 13 m² (surface
d'un emplacement).
Article 3
Les taux de la taxe pour l’exercice 2020 sont fixés à :
             130,00€ par emplacement pour les surfaces de parking desservant des bureaux
              et/ou aux équipements d'intérêt collectif ou de service public [taux 1];
             160,00€ par emplacement pour les surfaces de parking connexes à une activité
              commerciale, industrielle, artisanale ou de production de services matériels ou de
              biens immatériels [taux 2];
             80,00€ par emplacement pour l’exploitation commerciale d’emplacements de
              parcage [taux 3].
Ces taux seront majorés au 1er janvier de l’année suivante au taux de 2%, conformément au
tableau ci-dessous:
                Exercice 2021        Exercice 2022       Exercice 2023         Exercice 2024
[Taux 1]        132,60 €             135,25 €            137,96 €              140,72 €
[Taux 2]        163,20 €             166,46 €            169,79 €              173,19 €
[Taux 3]        81,60 €              83,23 €             84,90 €               86,59 €
Une réduction de 80 % du taux 1 et 2 est accordée aux établissements qui s’engagent dans le
processus de mise à disposition d’emplacements de parcage (d’au moins 10 heures
consécutives) au bénéfice des riverains en dehors des heures d’ouverture normales de leur
établissement.
Toutefois, cette réduction est étendue à 100% pour les trois premiers exercices d'imposition
lors de la signature d'un premier partenariat avec la commune, ou avec une société reconnue
par la commune, spécialisée dans la gestion de places de stationnement disponibles pour les
riverains, en dehors des heures d'ouverture normales de l’établissement visé à l'article 1 er,
points 1 et 2.
Le contribuable qui, avant l'entrée en vigueur du présent règlement, a déjà un partenariat
existant et ininterrompu avec la commune ou avec une société reconnue par la commune,
conservera la réduction de 100% pour les deux exercices d'imposition suivant l’entrée en
vigueur du présent règlement.
Cette réduction porte exclusivement sur le nombre d’emplacements mis à disposition et est
accordée entièrement par exercice quel que soit le mois au cours duquel la mise à disposition
est réalisée.




                                                 63
Lorsque dans un même bien, sont rassemblés aussi d’autres emplacements de parcage que
ceux mis à disposition des riverains, il y a lieu de distinguer les uns des autres au moyen
d’une signalisation appropriée. A défaut de signalisation, les emplacements de parcage mis à
disposition des riverains ne seront pas considérés comme tels.
Chaque engagement en vue d’une réduction de la taxe doit être soumis pour approbation au
Collège des Bourgmestre et Echevins.
Article 4
La taxe est due par le propriétaire des emplacements de parcage visés à l’article premier. En
cas d’emphytéose ou de superficie, la taxe est due solidairement par le tréfoncier et
respectivement, par l’emphytéote et le superficiaire. En cas d’usufruit, la taxe est due
solidairement par le nu-propriétaire et l’usufruitier.
En cas de copropriété, la taxe est due pour la totalité de la surface de parking, que
l’ensemble des copropriétaires détiennent ; elle n’est, néanmoins, exigée qu’à concurrence
de la part individuelle de chacun d’eux dans la copropriété.
Article 5
La taxe est due pour l’année entière quelle que soit la date de début ou de fin de l’affectation
visée à l’article premier.
Article 6
Ne seront pas soumises au présent règlement, les surfaces de parking :
       1.    de moins de 10 emplacements ;
       2.    servant aux hôpitaux, aux cliniques, aux polycliniques et œuvres de bienfaisance,
             à l’exception des surfaces de parking utilisées dans le cadre de la pratique
             d’opérations lucratives ou commerciales ;
       3.    qui sont utilisées comme stockage de véhicules non immatriculés pour autant que
             ceci est spécifié au permis d’urbanisme et/ou au permis d’environnement et/ou
             au permis mixte ;
       4.    qui sont utilisées par l’occupant lui même pour stationner ses véhicules utilitaires
             en dehors des heures normales d'ouverture.
Article 7
§1er - Pour un exercice d’imposition donné, le contribuable est tenu de remettre à
l’Administration communale une déclaration. Il peut aussi remplir cette déclaration par son
espace personnel sur le site de l’Administration communale.
§2 - Toutefois, l’administration communale peut dispenser un contribuable de l’obligation de
déclaration et lui envoyer une proposition de déclaration. Cette proposition mentionne la
base imposable ainsi que tous les renseignements et données qui ont été pris en
considération.
§3 - Si, dans la proposition de déclaration figurent des inexactitudes ou des omissions, ou si
les données pré imprimées ne correspondent pas à la base imposable, le contribuable est
tenu, dans un délai de 15 jours après l'expédition de la proposition de déclaration, de
soumettre à l’Administration la proposition de déclaration dûment corrigée, complétée,
datée et signée.
C’est au contribuable de prouver qu'il / elle a déposé dans les délais la proposition de
déclaration (corrigée ou complétée).
Si la proposition de déclaration ne contient pas d'inexactitudes ou d'omissions et que les
données imprimées correspondent au statut fiscal, le contribuable ne doit pas retourner la
proposition de déclaration.
§4 - La proposition de déclaration, complétée par les éléments que le contribuable a signalé
dans le délai visé au §3, vaut déclaration.
Toutefois, lorsque le contribuable n’a pas respecté l’obligation visée au §3, alinéa 1er, la
proposition de déclaration est assimilée à une déclaration inexacte ou incomplète.
§5 - Le contribuable qui n’a pas reçu de formule de déclaration ou de proposition de
déclaration a l’obligation d’en réclamer une et est tenu de la renvoyer, dûment complétée et
signée, au plus tard le 31 décembre de l’année de l’exercice considéré.
§6 - La déclaration reste valable pour les exercices d’imposition suivants jusqu’à révocation.
En cas de modification de la base imposable, le contribuable doit se procurer une nouvelle
formule de déclaration et la renvoyer, dûment complétée et signée, à l’Administration
communale dans les dix jours de la survenance du fait. Sans préjudice des dispositions du
présent règlement, le nouveau formulaire de déclaration sert de base aux enrôlements
ultérieurs et vaut révocation expresse de la formule de déclaration précédente.

                                                 64
Article 8
Le contribuable est tenu de faciliter le contrôle de sa déclaration notamment en fournissant
tous les documents et renseignements qui lui seront réclamés à cet effet. En cas de non
remise de document, d’absence de coopération ou d'empêchement du contrôle fiscal par le
contribuable ou par un tiers, une amende administrative de 50€ sera imposée. Cette amende
sera établie et recouvrée selon les mêmes règles que celles prévues aux articles 10 à 12 du
présent règlement.
Article 9
L’absence de déclaration dans les délais prévus ou la déclaration incorrecte, incomplète ou
imprécise de la part du contribuable entraîne l’enrôlement d’office de la taxe sur base des
données dont la Commune dispose. Dans ce cas, la taxe enrôlée d’office est majorée d’un
montant égal à la moitié de la taxe due.
Avant de procéder à la taxation d’office, l’Administration communale notifie au contribuable,
par lettre recommandée à la poste, les motifs pour lesquels elle recourt à cette procédure,
les éléments sur lesquels se base la taxation, le mode de détermination de ces éléments,
ainsi que le montant de la taxe.
Le contribuable dispose d’un délai de trente jours calendrier, à compter du troisième jour
ouvrable suivant la date d’envoi de la notification, pour faire valoir ses observations par écrit.
Le contribuable est tenu de produire la preuve de l’exactitude des éléments qu’il invoque.
L’Administration communale procédera à l’enrôlement d’office de la taxe si au terme de ce
délai, le contribuable n’a émis aucune observation qui justifie l’annulation de cette
procédure.
Article 10
La taxe est recouvrée, soit via son espace personnel sur le site de l’Administration
communale, ou par paiement électronique au compte de la commune.
Article 11
Les rôles de la taxe sont arrêtés et rendus exécutoires par le Collège des Bourgmestre et
Echevins au plus tard le 30 juin de l’année qui suit l’exercice d’imposition.
La taxe enrôlée est payable dans les deux mois de l’envoi de l’avertissement-extrait de rôle.
A défaut de paiement dans ce délai, les sommes dues sont productives au profit de
l’Administration, de l’intérêt de retard calculé d’après les règles fixées par l’article 414 du
Code des impôts sur les revenus de 1992.
Article 12
La taxe est recouvrée par le Receveur communal conformément aux règles établies pour la
perception des impôts au profit de l’Etat.
Article 13
§1er - Le redevable ou son représentant peut introduire une réclamation, par écrit, contre le
montant de l’imposition établie, y compris toutes majorations et amendes, auprès du Collège
des Bourgmestre et Echevins, qui agit en tant qu’autorité administrative. A peine de nullité,
cette réclamation doit être signée et motivée et elle doit mentionner : les nom, qualité,
adresse ou siège du redevable à charge duquel l’imposition est établie, l’objet de la
réclamation et un exposé des faits et moyens.
§2 - Les réclamations doivent être introduites sous peine de déchéance, dans un délai de
trois mois, à compter du troisième jour ouvrable suivant la date d’envoi de l’avertissement-
extrait de rôle.
Un accusé de réception sera notifié dans les 15 jours après l’envoi ou du dépôt de la
réclamation.
§3 - Si le contribuable ou son représentant souhaite être entendu dans le cadre de l’examen
de sa réclamation, il doit en faire la demande explicite dans sa réclamation.
Article 14
Le présent règlement entre en vigueur le 1erjanvier 2020 et remplace le règlement approuvé
par le Conseil communal en sa séance du 29 novembre 2017.

                                  DE GEMEENTERAAD
   Besloten, met 30 stem(men) tegen 8 en 5 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

Gezien het raadsbesluit van 29 november 2017, houdende stemming van het reglement
betreffende de belasting op parkeerplaatsen, voor een termijn van 5 jaar, vervallend op 31
december 2022;

                                                 65
Gelet artikel 170, § 4 van de Grondwet, die zich wijdt aan de fiscale autonomie van de
gemeenten onder voorbehoud van wettelijke beperkingen;
Gelet op de nieuwe gemeentewet namelijk artikel 117, alinea 1, en artikel 118, alinea 1;
Gelet op de ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijke Raad van 3 april 2014 betreffende
de vestiging, de invordering en de geschillen inzake gemeentebelastingen, zoals gewijzigd tot
op heden;
Gelet op de wet van 23 maart 1999 betreffende de gerechtelijke regeling op gebied van
fiscaliteit;
Gelet op de ordonnantie van 14 mei 1998 betreffende de regeling van administratief toezicht
op de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, zoals gewijzigd tot op heden;
Gelet het Ontwerp Gemeentelijk Parkeer Actieplan gestemd door de gemeenteraad van 23
september 2015;
Gelet op de financiële toestand van de gemeente;
Overwegende de noodzaak voor de gemeente om aan haar verplichtingen te voldoen in
overeenstemming met de eisen van het beheersplan en de vereisten van artikel 252 NGW,
welke de gemeenten verplicht een begroting in evenwicht te realiseren;
Gezien de noodzaak voor de gemeente om ontvangsten te heffen ter dekking van de kosten
die door al haar activiteiten worden gemaakt, en voornamelijk om inkomsten te verzekeren
om te kunnen voldoen aan de financiële lasten in verband met haar verplichting om de
openbare rust, openbare veiligheid en openbare netheid te waarborgen;
Overwegende dat het behoud van deze bron van inkomsten gerechtvaardigd is;
Overwegende het feit dat de materie beoogd in dit belastingreglement in zijn onmiddellijke
omgeving een bijzonder toezicht van de politie en meer interventies in de netheid en de
openbare veiligheid door de gemeentelijke diensten vraagt;
Overwegende dat de belasting op parkeerplaatsen ook relevant is voor het type van
belastingplichtigen, namelijk de eigenaars van parkeerplaatsen van meer dan 10 plaatsen die
dienen voor kantoorgebouwen of een commerciële, industriële of ambachtelijke activiteit of
uitbating, die een patrimonium van een zekere omvang hebben en voor dewelke de
genoemde parkings een zekere verrijking creëren;
Overwegende dat de inning van deze belasting aan het voorgestelde tarief rekening houdt
met de mogelijkheid om te betalen door de belastingplichtige; de tarieven zullen geen
significante invloed op hun activiteiten hebben omdat de meeste gemeentelijke belastingen
als operationele kost wordt afgetrokken;
Overwegende de noodzaak om het partnerschap tussen de Gemeente en privé-
ondernemingen te bevorderen zodat het gebruik van parkeerplaatsen tijdens de
sluitingsuren van de instellingen wordt vergemakkelijkt zodat er verholpen kan worden aan
de parkeerproblemen in bepaalde Schaarbeekse wijken waar de parkeerdruk, met name ’s
nachts, groot is;
Gezien de noodzaak om maatregelen te nemen om het delen van deze parkeerlocaties
aantrekkelijker te maken, door een belastingvermindering toe te kennen de eerste
aanslagjaren van een partnerschap, ter compensatie van de financieringen noodzakelijk voor
deze investeringen;
Overwegende dat het redelijk is, dat de belastingplichtige die voorafgaand het in voege
treden van huidig reglement reeds een bestaande en ononderbroken partnerschap heeft met
de Gemeente of met een door de gemeente erkend bedrijf niet wordt bestraft door de
verlaging van de belastingvermindering, maar dat ze hun vermindering van 100% blijven
behouden voor de twee aanslagjaren volgend het in voege treden van huidig reglement;
Overwegende het feit dat de parkeerterreinen met minder dan tien plaatsen worden
vrijgesteld gerechtvaardigd is omdat de fiscale capaciteit dan de belastingschuldige hierdoor
ook minder is;
Overwegende dat de vrijstelling is vastgesteld voor het gebruik van de parkeerplaatsen die
worden gebruikt voor ziekenhuizen, klinieken, polyklinieken en liefdadigheidswerken, die
niet voor activiteiten worden gebruikt lucratief of commercieel, wordt gerechtvaardigd door
het feit dat de uitoefening op het grondgebied van de gemeente van deze activiteiten aldus
rechtstreeks en gunstig zijn gericht op het leven van zijn inwoners; dat het derhalve
gerechtvaardigd is dat de gemeentelijke autoriteiten door deze vrijstelling deze activiteiten
steunen;




                                               66
Overwegende de parkeerplaatsen die dienen als opslag voor niet- ingeschreven voertuigen
die onderworpen zijn aan een stedenbouwkundige vergunning en / of een milieuvergunning
of die door de bezetter gebruikt worden om zijn eigen bedrijfsvoertuigen te parkeren buiten
de normale openingstijden en die dus niet omvormbaar zijn en dat zij derhalve niet belast
kunnen worden in het licht van het nagestreefde lokale beleid;
Overwegende dat een vereenvoudiging van de aangifteprocedure aangewezen is ten einde
het administratief werk van zowel de belastingplichtige als van de gemeentelijke diensten te
verminderen;
Gelet bovendien, op de verslagen van het College van Burgemeester en Schepenen van 22
oktober, 5 en 26 november en 10 december 2019 en het administratief dossier;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen,
B E S L U I T:
Artikel 1
Er wordt voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2024 een jaarlijkse gemeentebelasting
gevestigd op parkeerplaatsen.
Worden bedoeld:
       1.    parkeerplaatsen bestemd voor kantoren en/of voor de voorzieningen van
             collectief belang of van openbare diensten;
       2.    parkeerplaatsen verbonden aan handels-, industriële, ambachtelijke activiteiten
             of vervaardiging van materiële diensten of immateriële goederen;
       3.    parkeerplaatsen uitgebaat voor commerciële doeleinden.
Artikel 2
§ 1 - Voor de toepassing van de huidige beschikkingen moet men onder een parkeerplaats
verstaan: een afgebakende oppervlakte die bestemd is voor het plaatsen van een
gemotoriseerd voertuig in een open of gesloten ruimte, op of in een onroerend goed, gratis
of betalend ter beschikking gesteld aan iedere natuurlijke persoon of rechtspersoon en
bestemd voor het onthaal van hetzij personen die er werken ongeacht hun statuut, hetzij
klanten, hetzij leveranciers, hetzij bezoekers.
§ 2 - Voor de toepassing van de huidige beschikkingen wordt het onroerend goed
gedefinieerd aan de hand van zijn kadastrale referentie.
§ 3 - Bij betwisting van het aantal bestaande parkings, in het bijzonder bij het ontbreken van
een markering op de grond, zal de berekening van het aantal parkeerplaatsen gebeuren door
de oppervlakte bestemd voor het stationeren vermeld bij het kadaster en/of in de
stedenbouwkundige vergunning en/of in de milieuvergunning en/of de gemengde
vergunning te delen door een forfaitaire oppervlakte van 13 m² (oppervlakte van een plaats).
Artikel 3
De belastingvoet wordt voor het aanslagjaar 2020 vastgesteld als volgt:
            130,00€ per parkeerplaats bestemd voor kantoren en/of voor de voorzieningen
             van collectief belang of van openbare diensten [aanslagvoet 1];
            160,00€ per parkeerplaats commercieel uitgebaat of voor parkeerruimten
             verbonden aan handels-, industriële, ambachtelijke activiteiten of vervaardiging
             van materiële diensten of immateriële goederen [aanslagvoet 2];
            80,00€ per commercieel uitgebate parkeerplaats [aanslagvoet 3];
Deze aanslagvoeten zullen per 1 januari van het volgende jaar worden verhoogd met 2%,
volgens onderstaande tabel:
            Aanslagjaar 2021      Aanslagjaar 2022    Aanslagjaar 2023      Aanslagjaar 2024
[Voet 1] 132,60 €                 135,25 €            137,96 €              140,72 €
[Voet 2] 163,20 €                 166,46 €            169,79 €              173,19 €
[Voet 3] 81,60 €                  83,23 €             84,90 €               86,59 €
Een vermindering met 80%, op de aanslagvoet 1 en 2, wordt toegestaan aan de
belastingplichtigen die zich engageren tot het project van het beschikbaar stellen van
parkeerplaatsen (minstens 10 opeenvolgende uren) ten behoeve van de buurtbewoners,
buiten de normale openingstijden van hun instelling.
Echter, deze vermindering wordt uitgebreid tot 100% voor de eerste drie aanslagjaren bij
ondertekening van een eerste partnerschap met de Gemeente of met een door de gemeente
erkend bedrijf gespecialiseerd in het beheren van beschikbare parkeerplaatsen ten behoeve
van de buurtbewoners, buiten de normale openingstijden van een onderneming beschreven
in artikel 1, punten 1 en 2.


                                               67
De belastingplichtige die voorafgaand het in voege treden van huidig reglement reeds een
bestaande en ononderbroken partnerschap heeft met de Gemeente of met een door de
gemeente erkend bedrijf, blijft de vermindering van 100% behouden voor de twee
aanslagjaren volgend het in voege treden van huidig reglement.
Deze vermindering heeft uitsluitend betrekking op het aantal beschikbare parkeerplaatsen
en wordt in zijn geheel toegestaan voor het dienstjaar ongeacht de maand waarin de ter
beschikkingstelling wordt gerealiseerd.
Wanneer er in één en hetzelfde goed niet alle parkeerplaatsen ter beschikking worden
gesteld, is het aangewezen deze door een aangepaste signalisatie van elkaar te
onderscheiden. Bij gebrek aan signalisatie worden alle parkeerplaatsen geacht als niet ter
beschikking te zijn gesteld
Ieder engagement met betrekking tot de vermindering van de belasting dient ter
goedkeuring worden voorgelegd aan het College van Burgemeester en Schepenen.
Artikel 4
De belasting is verschuldigd door de eigenaar van de parkeerplaatsen bedoeld in artikel 1,
behoren. Bij erfpacht of opstal is de belasting hoofdelijk verschuldigd door de opstalgever en
respectievelijk door de erfpachter en de opstalhouder. Bij vruchtgebruik is de belasting
hoofdelijk verschuldigd door de blote eigenaar en de vruchtgebruiker.
In geval van mede-eigendom, is de belasting verschuldigd voor de totaliteit van de
parkeerplaatsen, dat behoort aan het geheel van mede-eigenaars; echter wordt de belasting
geëist volgens ieders individuele aandeel in deze mede-eigendom.
Artikel 5
De belasting is voor het ganse jaar verschuldigd welke ook de datum van aanvang of de
datum van stopzetting van de bovenvermelde bestemming in artikel één wezen.
Artikel 6
Worden niet aan bijgaand reglement onderworpen, de parkeerruimten:
       1.     minder dan 10 parkeerplaatsen;
       2.     welke ten dienste staan van de hospitalen, de klinieken, de poliklinieken en
              liefdadigheidswerken met uitzondering van de parkeerplaatsen gebruikt in het
              kader van winstgevende of handelspraktijken;
       3.     welke gebruikt worden als stockage van niet-ingeschreven voertuigen in zoverre
              dit vermeld is in de stedenbouwkundige vergunning en/of in de milieuvergunning
              en/of de gemengde vergunning;
       4.     welke gebruikt worden buiten de normale openingstijden, voor het stallen van de
              bedrijfsvoertuigen van de gebruiker.
Artikel 7
§1 - Voor een welbepaald aanslagjaar, is de belastingplichtige ertoe gehouden aangifte te
doen bij het Gemeentebestuur. Hij kan deze aangifte ook doen via zijn persoonlijke ruimte op
de website van het gemeentebestuur.
§2 - Echter, het Gemeentebestuur kan een belastingplichtige vrijstellen van de verplichting
tot aangifte en hem een voorstel van aangifte toesturen. Dit voorstel vermeldt de belastbare
grondslag alsook alle informatie en gegevens die in aanmerking zijn genomen.
§3 - Indien op het voorstel van aangifte onjuistheden of onvolledigheden zijn vermeld of
indien de voorgedrukte gegevens niet overeenstemmen met de belastbare toestand, moet
de belastingplichtige het voorstel van aangifte binnen de termijn van 15 dagen na
verzending, gedag- en ondertekend indienen bij het gemeentebestuur, met een duidelijke en
volledige vermelding en opgave op het voorstel van aangifte van de correcte gegevens en/of
alle verbeteringen of aanvullingen. Het is de belastingplichtige die dient te bewijzen dat
hij/zij het (verbeterd of vervolledigd) voorstel van aangifte tijdig indiende.
Indien het voorstel van aangifte evenwel geen onjuistheden of onvolledigheden bevat en alle
voorgedrukte gegevens stroken met de belastbare toestand, moet de belastingplichtige het
voorstel van aangifte niet indienen bij het gemeentebestuur.
§4 - Het voorstel van aangifte, aangevuld met elementen door de belastingplichtige binnen
de periode bedoeld in §3, geldt als aangifte.
Echter, wanneer de belastingplichtige niet heeft voldaan aan de in §3, 1 ste alinea beoogde
verplichting, wordt de voorgestelde aangifte beschouwd als een onjuiste of onvolledige
verklaring.




                                               68
§5 - De belastingplichtigen die geen aangifteformulier of voorstel van aangifte ontvangen
hebben, worden verzocht er één te vragen en zijn ertoe gehouden deze terug te sturen,
behoorlijk ingevuld en ondertekend, uiterlijk op 31 december van het desbetreffende
dienstjaar.
§6 - De aangifte blijft geldig voor de volgende aanslagjaren, tot herroeping.
In het geval van wijzigingen in de belastinggrondslag, moet de belastingplichtige een nieuw
aangifteformulier aanvragen en deze naar behoren invullen, ondertekenen en terugsturen
naar de gemeente dit binnen de tien dagen na het ontstaan van de gebeurtenis.
Onverminderd de bepalingen van deze verordening, de nieuwe aangifte vormt de basis bij de
volgende inkohieringen en herroept uitdrukkelijk het vorige aangifteformulier.
Artikel 8
De belastingplichtige wordt ertoe gehouden de controle van zijn aangifte te
vergemakkelijken voornamelijk door het verstrekken van alle documenten en inlichtingen die
hem hierbij zouden worden gevraagd. Bij het niet voorleggen van documenten, gebrek aan
medewerking of verhinderen van de fiscale controle door de belastingplichtige of een derde,
wordt een administratieve geldboete opgelegd van 50€. Deze boete wordt gevestigd en
ingevorderd volgens dezelfde regels als voorzien in de artikels 10 tot 12 van dit reglement.
Artikel 9
Bij het ontbreken van de aangifte binnen de voorziene termijnen, of de onjuiste, onvolledige
of onduidelijke aangifte vanwege de belastingplichtige zal de aanslag van ambtshalve worden
gevestigd op basis van de gegevens waarover de Gemeente beschikt. In dit geval zal de
ingekohierde belasting worden verhoogd met het bedrag gelijk aan de helft van de
verschuldigde belasting.
Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve inkohiering, zal het gemeentebestuur per
aangetekend schrijven, de motieven betekenen aan de belastingplichtige, welke aanleiding
geven tot deze procedure, de elementen waarop de belasting is gebaseerd, de manier
waarop deze elementen werden vastgesteld en het bedrag van de belasting.
De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen, te rekenen vanaf
de derde werkdag die volgt op de verzending van de betekening, om schriftelijk zijn
opmerkingen te doen gelden. De belastingplichtige is ertoe gehouden het bewijs leveren van
de juistheid van de door hem aangevoerde elementen.
Het gemeentebestuur zal aan het einde van deze periode overgaan tot de ambtshalve
inkohiering indien de belastingplichtige geen opmerkingen heeft gemaakt die de annulering
van deze procedure rechtvaardigt.
Artikel 10
De belasting is te voldoen, hetzij via de persoonlijke ruimte op de website van het
gemeentebestuur, of per elektronische betaling op rekening van de gemeente.
Artikel 11
De kohieren van de belasting worden door het College van Burgemeester en Schepenen
opgemaakt en uiterlijk op 30 juni van het jaar volgend op het aanslagjaar afgesloten en
uitvoerbaar verklaard.
De ingekohierde belasting is te betalen binnen de twee maanden na verzending van het
aanslagbiljet.
Bij gebrek aan betaling binnen de vastgestelde termijn zullen verwijlinteresten worden
gevorderd, berekend volgens de bepalingen vastgelegd in artikel 414 van het Wetboek op de
inkomstenbelastingen voor 1992
Artikel 12
De belasting is door de Gemeenteontvanger ingevorderd volgens de regels vastgesteld voor
het innen van belastingen ten voordele van de Staat.
Artikel 13
§1 - De belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger kan een bezwaar schriftelijk indienen
tegen de geheven belasting, alsook alle verhogingen of boetes, bij het College van
Burgemeester en Schepenen, die als bestuursoverheid handelt. Om de ongeldigheid te
vermijden, moet het bezwaarschrift ondertekend en met redenen omkleed zijn en moet
vermelden: de naam, hoedanigheid, adres of de zetel van de belastingplichtige waarvoor de
belasting is vastgesteld alsook het onderwerp van het bezwaar en een uiteenzetting van
feiten en middelen.




                                              69
§2 - De bezwaren moeten ingediend worden, op straffe van nietigheid, binnen de termijn van
drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van
het aanslagbiljet.
Van het bezwaarschrift zal schriftelijk ontvangst bericht worden binnen de 15 dagen na de
verzending of de indiening van het bezwaarschrift.
§3 - Indien de belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger wenst gehoord te worden in het
kader van het onderzoek van zijn bezwaar, moet hij dit uitdrukkelijk vragen in zijn
bezwaarschrift
Artikel 14
Dit onderhavige reglement treedt in voege op 1 januari 2020 en vervangt het reglement
goedgekeurd door de Gemeenteraad van 29 november 2017.


SP 28.- Taxe sur la diffusion d’imprimés publicitaires - Exercices 2020 à 2024 –
   Renouvellement et modification -=- Belasting op de verspreiding van
   publiciteitsdrukwerken - Aanslagjaren 2020 tot 2024 – Hernieuwing en wijziging

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Décidé, par 35 voix contre 8 et 0 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté -=- Besloten, met
35 stem(men) tegen 8 en 0 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
          Décidé, par 35 voix contre 8 et 0 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté

Revu sa délibération du 21 novembre 2018 votant le règlement taxe sur la diffusion
d’imprimés publicitaires pour les exercices 2019 à 2023;
Vu l’article 170, § 4 de la Constitution qui consacre l’autonomie fiscale des Communes sous
réserve des exceptions légales;
Vu la nouvelle loi communale, notamment l’article 117, alinéa 1 et l’article 118, alinéa 1 ;
Vu l’ordonnance du Conseil de la Région de Bruxelles-Capitale du 3 avril 2014 relative à
l’établissement, au recouvrement et au contentieux en matière des taxes communales, telle
que modifiée à ce jour ;
Vu la loi du 23 mars 1999 relative à l’organisation judiciaire en matière fiscale ;
Vu l’ordonnance du 14 mai 1998 organisant la tutelle administrative sur les communes de la
Région de Bruxelles-Capitale, telle que modifiée à ce jour ;
Vu les dispositions du règlement général de police ;
Vu la situation financière de la commune ;
Considérant la nécessité pour la commune de remplir ses obligations dans le respect des
exigences du plan de gestion et du prescrit de l’article 252 NLC lequel impose aux Communes
de réaliser l’équilibre budgétaire ;
Vu la nécessité pour la commune de prélever des recettes pour couvrir les dépenses qu’exige
l’ensemble de ses activités, et en particulier d’assurer les recettes permettant de faire face
aux charges financières liées à son obligation d’assurer la tranquillité publique, la sécurité
publique et la propreté publique :
Considérant que le maintien de cette source de revenus se justifie.
Considérant que la diffusion d’imprimés publicitaires nuit généralement au dépôt normal du
courrier adressé ainsi qu’à la propreté des voies publiques et qu’il convient de limiter ou de
faire rétribuer les prestations engendrées par cette situation qui oblige la commune à
augmenter les moyens qu’elle doit mettre en œuvre pour assumer sa mission légale en
matière de propreté de la voie publique ;
Considérant que l’apposition d’imprimés publicitaires sur des véhicules en stationnement
engendre aussi des nuisances importantes en matière de propreté publique puisque dans la
plus grande majorité des cas, ces imprimés échouent sur la voie publique ;
Considérant que les imprimés publicitaires non adressés ouverts à tous les annonceurs ou
émanant d'un seul commerçant ou d'un groupe de commerçant et comportant 40% de
textes rédactionnels non publicitaires sont exonérés de la taxe;
Considérant que les textes rédactionnels non publicitaires ont comme but de jouer un rôle
social et d'information générale et non pas d'aboutir à une transaction commerciale;



                                               70
Considérant de promouvoir les activités commerciales locales, il n'y a pas lieu de les
sanctionner, la publicité distribuée à domicile par les soins de commerçants dans le cadre
d’une campagne publicitaire de quartier avec un maximum de 7.000 exemplaires par an est
exonérée, quel que soit le nombre de distributions;
Considérant qu'une simplification de la procédure de déclaration est appropriée afin de
réduire la charge administrative pour le contribuable et les services communaux ;
Vu, pour le surplus, les rapports du Collège des Bourgmestre et Echevins des 22 octobre, 5 et
26 novembre 2019 et le dossier administratif ;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins,
ARRETE:
Article 1
§1. - Il est établi, pour les exercices 2020 à 2024, une taxe sur la diffusion d’imprimés
publicitaires. Est visée : la distribution à domicile de feuilles, de cartes, de catalogues et de
journaux contenant de la publicité à caractère commercial, lorsque ces imprimés sont non
adressés ainsi que l’apposition d’imprimés publicitaires sur des véhicules situés sur la voie
publique.
§2. - Est uniquement visée la diffusion gratuite dans le chef des destinataires.
Article 2
§1. - Sont visés par les présentes dispositions, les imprimés publicitaires ouverts à tous les
annonceurs ou émanant d’un seul commerçant ou d’un groupe de commerçants et
comportant moins de 40 % de textes rédactionnels non publicitaires.
§2. - Par textes rédactionnels, il faut entendre :
- les textes écrits par les journalistes dans l'exercice de leur profession ;
- les textes qui, au niveau de la population de la commune, jouent un rôle social et
d'information générale en dehors des informations commerciales ou apportent une
information officielle d'utilité publique en faveur de l'ordre ou du bien être comme les
services d'aide, les services publics, les mutuelles, les hôpitaux, les services de garde
(médecins, infirmiers, pharmaciens) ou des informations d'utilité publique tels que les
informations communales et les faits divers nationaux et internationaux ;
- les nouvelles générales et régionales, politiques, sportives, culturelles, artistiques,
folkloriques, littéraires et scientifiques et les informations non commerciales aux
consommateurs ;
- les informations sur les cultes, les annonces d'activités telles que fêtes et kermesses, fêtes
scolaires, activités des maisons de jeunes et des centres culturels ;
- la propagande électorale ;
- les petites annonces non commerciales émanant de particuliers, les annonces notariales et
les offres d'emploi.
§3. - Sont considérés comme textes publicitaires à caractère commercial, les textes ou les
articles :
- dans lesquels, il est fait mention, soit explicitement, soit implicitement, de firmes ou de
produits déterminés ;
- qui, sous une forme directe ou voilée, renvoient le lecteur à des réclames commerciales ;
- qui, d'une façon générale, visent à signaler, à faire connaître, à recommander des firmes,
des produits ou services en vue d'aboutir à une transaction commerciale.
- qui comprennent une ou des annonces émanant de particuliers ou de professionnels
relatives à des transactions mobilières ou immobilières.
Article 3
§1. - La taxe est due par l'éditeur des imprimés visés par les présentes dispositions.
§2. - Le distributeur des imprimés soumis à l'imposition est solidairement responsable du
paiement de la taxe.
§3. - Si ni l’éditeur ni le distributeur ne sont identifiables, la taxe est due par la personne
physique ou morale au profit de laquelle l’imprimé est distribué ou apposé. Par personne
physique ou morale pour compte de laquelle l’imprimé publicitaire est distribué ou apposé,
on entend la personne physique ou morale qui est susceptible de tirer bénéfice de la
publicité.




                                                 71
Article 4
Les taux d'imposition pour l’exercice 2020 sont fixés comme suit :
- La distribution à domicile :
§1.- carte et feuille publicitaire dont la surface totale n’excède pas celle du format A4 : 0,69€
par tranche de 100 exemplaires d’un même imprimé distribué [Taux 1] ;
§2.- carte et feuille publicitaire dont la surface totale excède celle du format A4 : 3,36€ par
tranche de 100 exemplaires d’un même imprimé distribué [Taux 2] ;
§3.- catalogue ou journal publicitaire : 6,79€ par tranche de 100 exemplaires d’un même
imprimé distribué [Taux 3].
Est considéré comme catalogue ou journal publicitaire, la réunion, quel que soit le procédé
utilisé (agrafe, collage, insertion ou autres,...), d’au moins 2 feuilles ou cartes publicitaires.
- L’apposition sur véhicules :
§1.- 43,07€ par tranche de 100 exemplaires d’un même imprimé publicitaire apposé [Taux 4]
avec un minimum de 430,66€ toujours dû [Taux 5]
Toute tranche entamée étant due.
Ces taux seront majorés de 2% au 1er janvier de l’année suivante conformément au tableau
ci-dessous:
              Exercice 2021         Exercice 2022         Exercice 2023         Exercice 2024
[Taux 1]      0,70 €                0,71 €                0,73 €                0,74 €
[Taux 2]      3,42 €                3,49 €                3,56 €                3,63 €
[Taux 3]      6,92 €                7,06 €                7,20 €                7,35 €
[Taux 4]      43,93 €               44,81 €               45,71 €               46,62 €
[Taux 5]      439,28 €              448,06 €              457,02 €              466,16 €
Article 5
A la demande écrite du contribuable, le Collège des Bourgmestre et Echevins est autorisé à
accorder un régime d'imposition forfaitaire mensuel, à raison de douze fois par an dans les
cas de distributions répétitives, en remplacement des cotisations ponctuelles.
Article 6
Les taux de l’imposition forfaitaire mensuelle pour l’exercice 2020 sont fixés comme suit :
- La distribution à domicile:
§1.- carte et feuille publicitaire d’une même nature commerciale dont la surface totale
n’excède pas celle du format A4 : 555,57€ par mois quel que soit le nombre d'exemplaires
distribués au cours du mois [Taux 6] ;
§2.- carte et feuille publicitaire d’une même nature commerciale dont la surface totale
excède celle du format A4 : 2.779,43€ par mois quel que soit le nombre d'exemplaires
distribués au cours du mois [Taux 7] ;
§3.- catalogue ou journal publicitaire d’une même nature commerciale : 5.565,10€ par mois
quel que soit le nombre d'exemplaires distribués au cours du mois[Taux 8] ;
- L’apposition sur véhicules :
§1.- 1.292,18€ par mois quel que soit le nombre d’exemplaires d’un même imprimé apposé
au cours du mois [Taux 9]
Ces taux seront majorés de 2% au 1er janvier de l’année suivante conformément au tableau
ci-dessous:
              Exercice 2021         Exercice 2022         Exercice 2023         Exercice 2024
[Taux 6]      566,69 €              578,02 €              589,58 €              601,37 €
[Taux 7]      2.835,02 €            2.891,72 €            2.949,55 €            3.008,54 €
[Taux 8]      5.676,40 €            5.789,93 €            5.905,73 €            6.023,84 €
[Taux 9]      1.318,02 €            1.344,38 €            1.371,27 €            1.398,69 €
Article 7
La publicité distribuée à domicile par les soins de commerçants dans le cadre d’une
campagne publicitaire de quartier avec un maximum de 7.000 exemplaires est exonérée ce,
quel que soit le nombre de distributions par an.
Article 8
§1. - Le contribuable est tenu de faire, préalablement à chaque distribution, une déclaration
à l'administration communale, contenant tous les renseignements nécessaires à l'imposition,
à transmettre au plus tard dans le courant de la deuxième quinzaine du mois qui précède la
distribution. Il peut aussi remplir cette déclaration par son espace personnel sur le site de
l’Administration communale.


                                                 72
§2 - Toutefois, l’administration communale peut dispenser un contribuable de l’obligation de
déclaration et lui envoyer une proposition de déclaration. Cette proposition mentionne la
base imposable ainsi que tous les renseignements et données qui ont été pris en
considération.
§3 - Si, dans la proposition de déclaration figurent des inexactitudes ou des omissions, ou si
les données pré imprimées ne correspondent pas à la base imposable, le contribuable est
tenu, dans un délai de 15 jours après l'expédition de la proposition de déclaration, de
soumettre à l’Administration la proposition de déclaration dûment corrigée, complétée,
datée et signée.
C’est au contribuable de prouver qu'il / elle a déposé dans les délais la proposition de
déclaration (corrigée ou complétée).
Si la proposition de déclaration ne contient pas d'inexactitudes ou d'omissions et que les
données imprimées correspondent au statut fiscal, le contribuable ne doit pas retourner la
proposition de déclaration.
§4 - La proposition de déclaration, complétée par les éléments que le contribuable a signalé
dans le délai visé au §3, vaut déclaration.
Toutefois, lorsque le contribuable n’a pas respecté l’obligation visée au §3, alinéa 1 er, la
proposition de déclaration est assimilée à une déclaration inexacte ou incomplète.
§5. - La déclaration qui accompagnera la demande de taxation forfaitaire est quant à elle
valable jusqu’au 31 décembre de l’exercice en cours, sauf révocation expresse du
contribuable notifiée à l’administration avec un préavis d’un mois.
Article 9
Le contribuable est tenu de faciliter le contrôle de sa déclaration notamment en fournissant
tous les documents et renseignements qui lui seront réclamés à cet effet. En cas de non
remise de document, d’absence de coopération ou d'empêchement du contrôle fiscal par le
contribuable ou par un tiers, une amende administrative de 50€ sera imposée. Cette amende
sera établie et recouvrée selon les mêmes règles que celles prévues aux articles 11 à 13 du
présent règlement.
Article 10
L’absence de déclaration dans les délais prévus ou la déclaration incorrecte, incomplète ou
imprécise de la part du contribuable entraîne l’enrôlement d’office de la taxe sur base des
données dont la Commune dispose. Dans ce cas, la taxe enrôlée d’office est majorée d’un
montant égal à la moitié de la taxe due.
Avant de procéder à la taxation d’office, l’Administration communale notifie au contribuable,
par lettre recommandée à la poste, les motifs pour lesquels elle recourt à cette procédure,
les éléments sur lesquels se base la taxation, le mode de détermination de ces éléments,
ainsi que le montant de la taxe.
Le contribuable dispose d’un délai de trente jours calendrier, à compter du troisième jour
ouvrable suivant la date d’envoi de la notification, pour faire valoir ses observations par écrit.
Le contribuable est tenu de produire la preuve de l’exactitude des éléments qu’il invoque.
L’Administration communale procédera à l’enrôlement d’office de la taxe si au terme de ce
délai, le contribuable n’a émis aucune observation qui justifie l’annulation de cette
procédure.
Article 11
La taxe est recouvrée, soit via son espace personnel sur le site de l’Administration
communale, ou par paiement électronique au compte de la commune.
Article 12
Les rôles de la taxe sont arrêtés et rendus exécutoires par le Collège des Bourgmestre et
Echevins au plus tard le 30 juin de l’année qui suit l’exercice d’imposition.
La taxe enrôlée est payable dans les deux mois de l’envoi de l’avertissement-extrait de rôle.
A défaut de paiement dans ce délai, les sommes dues sont productives au profit de
l’Administration, de l’intérêt de retard calculé d’après les règles fixées par l’article 414 du
Code des impôts sur les revenus de 1992.
Article 13
La taxe est recouvrée par le Receveur communal conformément aux règles établies pour la
perception des impôts au profit de l’Etat.




                                                 73
Article 14
§1er- Le redevable ou son représentant peut introduire une réclamation, par écrit, contre le
montant de l’imposition établie, y compris toutes majorations et amendes, auprès du Collège
des Bourgmestre et Echevins, qui agit en tant qu’autorité administrative. A peine de nullité,
cette réclamation doit être signée et motivée et elle doit mentionner : les nom, qualité,
adresse ou siège du redevable à charge duquel l’imposition est établie, l’objet de la
réclamation et un exposé des faits et moyens.
§2 - Les réclamations doivent être introduites sous peine de déchéance, dans un délai de
trois mois, à compter du troisième jour ouvrable suivant la date d’envoi de l’avertissement-
extrait de rôle.
Un accusé de réception sera notifié dans les 15 jours après l’envoi ou du dépôt de la
réclamation.
§3 - Si le contribuable ou son représentant souhaite être entendu dans le cadre de l’examen
de sa réclamation, il doit en faire la demande explicite dans sa réclamation.
Article 15
Le présent règlement entre en vigueur le 1erjanvier 2020 et remplace le règlement approuvé
par le Conseil communal en sa séance du 21 novembre 2018.

                                  DE GEMEENTERAAD
   Besloten, met 35 stem(men) tegen 8 en 0 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

Gezien het raadsbesluit van 21 november 2018 betreffende de belasting op de verspreiding
van publiciteitsdrukwerken, goedkeurt voor de dienstjaren 2019 tot 2023;
Gelet artikel 170, § 4 van de Grondwet, die zich wijdt aan de fiscale autonomie van de
gemeenten onder voorbehoud van wettelijke beperkingen;
Gelet op de nieuwe gemeentewet namelijk artikel 117, alinea 1, en artikel 118, alinea 1;
Gelet op de ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijke Raad van 3 april 2014 betreffende
de vestiging, de invordering en de geschillen inzake gemeentebelastingen, zoals gewijzigd tot
op heden;
Gelet op de wet van 23 maart 1999 betreffende de gerechtelijke regeling op gebied van
fiscaliteit;
Gelet op de ordonnantie van 14 mei 1998 betreffende de regeling van administratief toezicht
op de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, zoals gewijzigd tot op heden;
Gelet op de beschikkingen van het algemeen politiereglement;
Gelet op de financiële toestand van de gemeente;
Overwegende de noodzaak voor de gemeente om aan haar verplichtingen te voldoen in
overeenstemming met de eisen van het beheersplan en de vereisten van artikel 252 NGW,
welke de gemeenten verplicht een begroting in evenwicht te realiseren;
Gezien de noodzaak voor de gemeente om ontvangsten te heffen ter dekking van de kosten
die door al haar activiteiten worden gemaakt, en voornamelijk om inkomsten te verzekeren
om te kunnen voldoen aan de financiële lasten in verband met haar verplichting om de
openbare rust, openbare veiligheid en openbare netheid te waarborgen;
Overwegende dat het behoud van deze bron van inkomsten gerechtvaardigd is;
Overwegend dat de verspreiding van publiciteitsdrukwerken in het algemeen de normale
levering van de geadresseerde post en de netheid van openbare wegen belemmert, die de
gemeente dwingt meer middelen in te zetten om haar wettelijke missie op het gebied van
netheid van de openbare weg te vervullen, te beperken of te doen compenseren;
Overwegende dat het aanbrengen van publicitair drukwerk op geparkeerde voertuigen ook
aanzienlijke overlast veroorzaakt met betrekking tot de openbare netheid, aangezien in de
meeste gevallen dit drukwerk op de openbare weg terechtkomt;
Overwegende dat ongeadresseerd drukwerk voor advertenties, dat openstaat voor alle
adverteerders of afkomstig is van één handelaar of een groep handelaars en dat 40% van
niet-publicitaire redactionele teksten bevat, is vrijgesteld van de belasting;
Overwegend dat niet-publicitaire redactionele teksten bedoeld zijn om een sociale en
algemene rol te spelen en niet om tot een commerciële transactie te leiden;
Overwegende het bevorderen van lokale commerciële activiteiten, is het niet nodig om deze
te straffen, reclame die thuis wordt verspreid door handelaren als onderdeel van een
campagne voor buurtreclame met maximaal 7.000 exemplaren per jaar is vrijgesteld,
ongeacht het aantal distributies;

                                               74
Overwegende dat een vereenvoudiging van de aangifteprocedure aangewezen is ten einde
het administratief werk van zowel de belastingplichtige als van de gemeentelijke diensten te
verminderen;
Gelet bovendien, op de verslagen van het College van Burgemeester en Schepenen van 22
oktober, 5 en 26 november 2019 en het administratief dossier;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen;
BESLUIT:
Artikel 1
§1.- Er wordt voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2024 een belasting geheven op de
verspreiding van publiciteitsdrukwerken. Wordt geviseerd: de aan-huisbedeling van bladen
en -kaarten, catalogi en dagbladen welke publiciteit met handelsoogmerk bevatten wanneer
deze drukwerken niet zijn geadresseerd alsook het aanbrengen van reclamedrukwerk op
voertuigen die zich op de openbare weg bevinden.
§2. - Enkel de gratis verspreiding bij de bestemmelingen wordt geviseerd.
Artikel 2
§1. - Volgende bepalingen treffen de publicitaire drukwerken: welke aan alle aankondigers
worden opengesteld of welke uitgaan van één handelaar of van een groep van handelaars en
welke minder dan 40 % niet publicitaire redactionele teksten bevat.
§2. - Met redactionele teksten dient te worden verstaan:
- de geschreven teksten door journalisten in de uitoefening van hun beroep;
- de teksten welke naar de inwoners van de gemeente toe, een sociale en algemene
voorlichtingsfunctie vermelden, buiten de handelsinformatie of welke een officiële
voorlichting van openbaar nut aanbrengen ten voordele van de orde of het openbare nut,
zoals hulpdiensten, openbare diensten, ziekenfondsen, hospitalen, wachtdiensten (dokters,
verplegers, apothekers) of inlichtingen van openbaar nut zoals gemeentelijke inlichtingen of
nationale en internationale berichten;
- algemene, regionale, politieke, sportieve, culturele, artistieke, folkloristische, litteraire en
wetenschappelijke berichten alsook inlichtingen zonder handelsdoeleinden welke voor de
gebruikers bestemd zijn;
- inlichtingen inzake erediensten, aankondigingen voor activiteiten als festiviteiten,
kermissen, schoolfeesten, activiteiten van jeugdtehuizen en culturele centra ;
- verkiezingspropaganda;
- de kleine niet-commerciële advertenties uitgaande van particulieren, de notariële
aankondigingen, en werkaanbiedingen.
§3. - Worden beschouwd als publicitaire teksten met handelsdoeleinden, de teksten of de
artikels:
- in dewelke uitdrukkelijk of niet, melding wordt gemaakt van bepaalde firma's of bepaalde
producten;
- die, de lezer rechtstreeks of onrechtstreeks, verwijzen naar handelsreclame;
- die, op een algemene wijze, ernaar streven firma's, producten of diensten te vermelden, te
laten kennen, en aan te bevelen teneinde een handelstransactie te kunnen afsluiten;
- die, één of meer advertenties van particulieren of professionals bevatten met betrekking
tot transacties van effecten of onroerende goederen.
Artikel 3
§1. - De belasting is verschuldigd door de uitgever der drukwerken welke door bijgaande
bepalingen wordt getroffen.
§2. - De verdeler van de drukwerken, aan deze belasting onderworpen, is solidair
aansprakelijk door de betaling van de belasting.
§3. – Indien noch de uitgever, noch de verdeler identificeerbaar zijn, is de belasting
verschuldigd door de natuurlijke persoon of de rechtspersoon ten behoeve van wie het
drukwerk is uitgedeeld of aangebracht. Onder natuurlijke persoon of rechtspersoon ten
behoeve van wie het drukwerk is uitgedeeld of aangebracht, verstaan we de natuurlijke
persoon of rechtspersoon die mogelijks voordeel kan trekken uit de publiciteit.
Artikel 4
De aanslagvoeten voor het aanslagjaar 2020 worden als volgt vastgesteld:
- De aan- huisbedeling :
§1. - publiciteitsbladen en -kaarten waarvan de totale oppervlakte deze van het formaat A4
niet overschrijdt: 0,69€ per 100 verdeelde exemplaren van eenzelfde druk [aanslagvoet 1];



                                                 75
§2. - publiciteitsbladen en -kaarten waarvan de totale oppervlakte deze van het formaat A4
overschrijdt: 3,36€ per 100 verdeelde exemplaren van eenzelfde druk [aanslagvoet 2];
§3. - catalogus en publiciteitsdagblad : 6,79€ per 100 verdeelde exemplaren van eenzelfde
druk [aanslagvoet 3].
Wordt beschouwd als catalogus of publiciteitsblad, de samenstelling, wat ook de gebruikte
methode betreft (klem, gelijmd, invoeging,...) van ten minste 2 bladen of publiciteitskaarten.
- Het aanbrengen op een voertuig :
§1. – 43,07€ per schijf van 100 aangebrachte exemplaren van hetzelfde drukwerk
[aanslagvoet 4] met een minimum van 430,66€ dat altijd verschuldigd is [aanslagvoet 5];
De belasting is verschuldigd voor ieder begonnen schijf.
Deze aanslagvoeten zullen per 1 januari van het volgende jaar worden verhoogd met 2%
volgens onderstaande tabel:
                    Aanslagjaar 2021 Aanslagjaar 2022 Aanslagjaar 2023 Aanslagjaar 2024
[aanslagvoet 1] 0,70 €                 0,71 €             0,73 €             0,74 €
[aanslagvoet 2] 3,42 €                 3,49 €             3,56 €             3,63 €
[aanslagvoet 3] 6,92 €                 7,06 €             7,20 €             7,35 €
[aanslagvoet 4] 43,93 €                44,81 €            45,71 €            46,62 €
[aanslagvoet 5] 439,28 €               448,06 €           457,02 €           466,16 €
Artikel 5
Op schriftelijke aanvraag van de belastingplichtige kan, ter vervanging van de
gelegenheidsheffing en in geval van wederkerende bedelingen, het College van
Burgemeester en Schepenen een forfaitair maandelijks belastingstelsel verlenen, dit a rato
van twaalf keer per jaar.
Artikel 6
De maandelijkse forfaitaire aanslagvoeten voor het aanslagjaar 2020 worden als volgt
vastgesteld:
- De aan- huisbedeling :
§1. - publiciteitsbladen en -kaarten van dezelfde commerciële aard en waarvan de totale
oppervlakte deze van het formaat A4 niet overschrijdt: 555,57€ per maand wat ook het
aantal exemplaren is dat in de loop van de maand verdeeld werd [aanslagvoet 6];
§2. - publiciteitsbladen en -kaarten van dezelfde commerciële aard en waarvan de totale
oppervlakte deze van het formaat A4 overschrijdt: 2.779,43€ per maand wat ook het aantal
exemplaren is dat in de loop van de maand verdeeld werd [aanslagvoet 7];
§3. - catalogus en publiciteitsdagblad van dezelfde commerciële aard: 5.565,10€ per maand
wat ook het aantal exemplaren is dat in de loop van de maand verdeeld werd [aanslagvoet
8].
- Het aanbrengen op een voertuig :
§1. – 1.292,18€ per maand, wat ook het aantal exemplaren van hetzelfde drukwerk is dat in
de loop van de maand aangebracht werd [aanslagvoet 9].
Deze aanslagvoeten zullen per 1 januari van het volgende jaar worden verhoogd met 2%,
volgens onderstaande tabel :
                    Aanslagjaar 2021 Aanslagjaar 2022 Aanslagjaar 2023 Aanslagjaar 2024
[aanslagvoet 6] 566,69 €               578,02 €           589,58 €           601,37 €
[aanslagvoet 7] 2.835,02 €             2.891,72 €         2.949,55 €         3.008,54 €
[aanslagvoet 8] 5.676,40 €             5.789,93 €         5.905,73 €         6.023,84 €
[aanslagvoet 9] 1.318,02 €             1.344,38 €         1.371,27 €         1.398,69 €
Artikel 7
De publiciteit, welke door handelaars wordt verdeeld aan huis in het kader van een
publiciteitsactie in de wijk, met een maximum 7.000 exemplaren, ongeacht het aantal
bedelingen per jaar, wordt van deze belasting vrijgesteld.
Artikel 8
§1. - De belastingplichtige is ertoe gehouden voorafgaandelijk aan iedere bedeling, een
aangifte in te vullen bij het gemeentebestuur, welke alle elementen bevat, vereist tot
vaststelling van de belastingaanslag, uiterlijk over te maken in de loop van de tweede helft
van maand voorafgaand de verspreiding. Hij kan deze aangifte ook doen via zijn persoonlijke
ruimte op de website van het gemeentebestuur.




                                                76
§2 - Echter, het Gemeentebestuur kan een belastingplichtige vrijstellen van de verplichting
tot aangifte en hem een voorstel van aangifte toesturen. Dit voorstel vermeldt de belastbare
grondslag alsook alle informatie en gegevens die in aanmerking zijn genomen.
§3 - Indien op het voorstel van aangifte onjuistheden of onvolledigheden zijn vermeld of
indien de voorgedrukte gegevens niet overeenstemmen met de belastbare toestand, moet
de belastingplichtige het voorstel van aangifte binnen de termijn van 15 dagen na
verzending, gedag- en ondertekend indienen bij het gemeentebestuur, met een duidelijke en
volledige vermelding en opgave op het voorstel van aangifte van de correcte gegevens en/of
alle verbeteringen of aanvullingen. Het is de belastingplichtige die dient te bewijzen dat
hij/zij het (verbeterd of vervolledigd) voorstel van aangifte tijdig indiende.
Indien het voorstel van aangifte evenwel geen onjuistheden of onvolledigheden bevat en alle
voorgedrukte gegevens stroken met de belastbare toestand, moet de belastingplichtige het
voorstel van aangifte niet indienen bij het gemeentebestuur.
§4 - Het voorstel van aangifte, aangevuld met elementen door de belastingplichtige binnen
de periode bedoeld in §3, geldt als aangifte.
Echter, wanneer de belastingplichtige niet heeft voldaan aan de in §3, 1stealinea beoogde
verplichting, wordt de voorgestelde aangifte beschouwd als een onjuiste of onvolledige
verklaring.
§5 - De aangifte die de vraag tot forfaitaire belasting vergezeld, zal geldig blijven tot 31
december van het lopende aanslagjaar, in zo verre de herroeping ervan niet schriftelijk wordt
betekend aan het gemeentebestuur met een vooropzeg van één maand.
Artikel 9
De belastingplichtige wordt ertoe gehouden de controle van zijn aangifte te
vergemakkelijken voornamelijk door het verstrekken van alle documenten en inlichtingen die
hem hierbij zouden worden gevraagd. Bij het niet voorleggen van documenten, gebrek aan
medewerking of verhinderen van de fiscale controle door de belastingplichtige of een derde,
wordt een administratieve geldboete opgelegd van 50€. Deze boete wordt gevestigd en
ingevorderd volgens dezelfde regels als voorzien in de artikels 11 tot 13 van dit reglement.
Artikel 10
Bij het ontbreken van de aangifte binnen de voorziene termijnen, of de onjuiste, onvolledige
of onduidelijke aangifte vanwege de belastingplichtige zal de aanslag van ambtshalve worden
gevestigd op basis van de gegevens waarover de Gemeente beschikt. In dit geval zal de
ingekohierde belasting worden verhoogd met het bedrag gelijk aan de helft van de
verschuldigde belasting.
Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve inkohiering, zal het gemeentebestuur per
aangetekend schrijven, de motieven betekenen aan de belastingplichtige, welke aanleiding
geven tot deze procedure, de elementen waarop de belasting is gebaseerd, de manier
waarop deze elementen werden vastgesteld en het bedrag van de belasting.
De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen, te rekenen vanaf
de derde werkdag die volgt op de verzending van de betekening, om schriftelijk zijn
opmerkingen te doen gelden. De belastingplichtige is ertoe gehouden het bewijs leveren van
de juistheid van de door hem aangevoerde elementen.
Het gemeentebestuur zal aan het einde van deze periode overgaan tot de ambtshalve
inkohiering indien de belastingplichtige geen opmerkingen heeft gemaakt die de annulering
van deze procedure rechtvaardigt.
Artikel 11
De belasting is te voldoen, hetzij via de persoonlijke ruimte op de website van het
gemeentebestuur, of per elektronische betaling op rekening van de gemeente.
Artikel 12
De kohieren van de belasting worden door het College van Burgemeester en Schepenen
opgemaakt en uiterlijk op 30 juni van het jaar volgend op het aanslagjaar afgesloten en
uitvoerbaar verklaard.
De ingekohierde belasting is te betalen binnen de twee maanden na verzending van het
aanslagbiljet.
Bij gebrek aan betaling binnen de vastgestelde termijn zullen verwijlinteresten worden
gevorderd, berekend volgens de bepalingen vastgelegd in artikel 414 van het Wetboek op de
inkomstenbelastingen voor 1992




                                               77
Artikel 13
De belasting is door de Gemeenteontvanger ingevorderd volgens de regels vastgesteld voor
het innen van belastingen ten voordele van de Staat.
Artikel 14
§1 - De belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger kan een bezwaar schriftelijk indienen
tegen de geheven belasting, alsook alle verhogingen of boetes, bij het College van
Burgemeester en Schepenen, die als bestuursoverheid handelt. Om de ongeldigheid te
vermijden, moet het bezwaarschrift ondertekend en met redenen omkleed zijn en moet
vermelden: de naam, hoedanigheid, adres of de zetel van de belastingplichtige waarvoor de
belasting is vastgesteld alsook het onderwerp van het bezwaar en een uiteenzetting van
feiten en middelen.
§2 - De bezwaren moeten ingediend worden, op straffe van nietigheid, binnen de termijn van
drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van
het aanslagbiljet.
Van het bezwaarschrift zal schriftelijk ontvangst bericht worden binnen de 15 dagen na de
verzending of de indiening van het bezwaarschrift.
§3 - Indien de belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger wenst gehoord te worden in het
kader van het onderzoek van zijn bezwaar, moet hij dit uitdrukkelijk vragen in zijn
bezwaarschrift
Artikel 15
Dit onderhavige reglement treedt in voege op 1 januari 2020 en vervangt het reglement
goedgekeurd door de Gemeenteraad van 21 november 2018


SP 29.- Taxe sur les immeubles ayant une affectation de bureaux - Exercices 2020 à 2024 –
   Modification et renouvellement -=- Belasting op de gebouwen bestemd voor kantoren -
   Aanslagjaren 2020 tot 2024 – Wijziging en hernieuwing

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Décidé, par 30 voix contre 8 et 5 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté -=- Besloten, met
30 stem(men) tegen 8 en 5 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
          Décidé, par 30 voix contre 8 et 5 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté

Revu sa délibération du 29 novembre 2017 votant le règlement taxe sur les immeubles ayant
une affectation de bureaux pour un terme de 5 ans, expirant le 31 décembre 2022;
Vu l’article 170, § 4 de la Constitution qui consacre l’autonomie fiscale des Communes sous
réserve des exceptions légales.
Vu la nouvelle loi communale, notamment l’article 117, alinéa 1 et l’article 118, alinéa 1 ;
Vu l’ordonnance du Conseil de la Région de Bruxelles-Capitale du 3 avril 2014 relative à
l’établissement, au recouvrement et au contentieux en matière des taxes communales, telle
que modifiée à ce jour ;
Vu la loi du 23 mars 1999 relative à l’organisation judiciaire en matière fiscale ;
Vu l’ordonnance du 14 mai 1998 organisant la tutelle administrative sur les communes de la
Région de Bruxelles-Capitale, telle que modifiée à ce jour ;
Vu la situation financière de la commune ;
Considérant la nécessité pour la commune de remplir ses obligations dans le respect des
exigences du plan de gestion et du prescrit de l’article 252 NLC lequel impose aux Communes
de réaliser l’équilibre budgétaire ;
Vu la nécessité pour la commune de prélever des recettes pour couvrir les dépenses qu’exige
l’ensemble de ses activités, et en particulier d’assurer les recettes permettant de faire face
aux charges financières liées à son obligation d’assurer la tranquillité publique, la sécurité
publique et la propreté publique :
Considérant que le maintien de cette source de revenus se justifie.
Considérant que les propriétaires et les utilisateurs des bureaux peuvent bénéficier de toutes
les infrastructures communales mises à disposition, en ce compris de ses voiries et parcs ;




                                               78
Considérant que la prolifération des bureaux sur le territoire de la commune nécessite des
mesures compensatoire et dissuasives afin de préserver la fonction logement du patrimoine
immobilier dans la commune ;
Considérant qu’il convient d’encourager les propriétaires à reconvertir leurs bureaux vides en
logement et qu’il se justifie, en conséquence, de prévoir une exonération de l’immeuble
ayant une affectation de bureaux pendant les 12 mois qui suivent le mois de délivrance de
l’accusé de réception, de la demande de permis de changement de destination, déclarée
complète ;
Considérant que l’exonération établie au profit des établissements d’enseignement et de
soins (hôpitaux, cliniques, polycliniques, dispensaires…) organisés ou subventionnés par les
pouvoirs publics ainsi qu’à l’égard des surfaces dédiées aux cultes reconnus par le législateur,
aux maisons de laïcité ou aux œuvres de bienfaisance, se justifie par la circonstance que
l’exercice sur le territoire de la Commune des activités ainsi visées influence directement et
favorablement la vie de ses habitants; qu’il est donc justifié que par le bais de cette
exonération, les autorités communales entendent soutenir ces activités ; qu’en outre, ces
établissements ou leurs parties destinées à l’exercice public sont également exonérées du
revenu cadastral en vertu de l'article 12 § 1 du CIR 92;
Considérant que l’exonération des premiers 85 mètres carrés rencontre les objectifs
régionaux en matière de politique économique et démontre que Schaerbeek continue à
poursuivre ses efforts ;
Considérant qu'une simplification de la procédure de déclaration est appropriée afin de
réduire la charge administrative pour le contribuable et les services communaux ;
Vu, pour le surplus, les rapports du Collège des Bourgmestre et Echevins des 22 octobre et 26
novembre 2019 et le dossier administratif ;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins,
ARRETE :
Article 1
Il est établi pour les exercices 2020 à 2024 une taxe annuelle sur les immeubles ayant une
affectation de bureaux.
L’affectation de bureau peut résulter d’une utilisation effective des immeubles à des fins de
bureaux ou, à défaut d'une telle utilisation, du permis d’urbanisme.
Est considéré comme utilisé effectivement à des fins de "bureaux ", le local affecté :
- soit aux travaux de gestion ou d’administration d’une entreprise, commerciale ou agricole,
ou d’un service public ;
- soit à l’activité d’une profession libérale ;
- soit aux activités des entreprises de service intellectuel, en ce compris les activités de
production de biens immatériels c’est-à-dire les activités de conception et/ou de production
de biens immatériels fondées sur un processus intellectuel ou de communication ou liées à la
société de la connaissance (production de biens audio-visuels, de logiciels, studios
d’enregistrement, formation professionnelle spécialisée, service pré-presse, call centers,…)
ou encore relevant des technologies de l’environnement.
Article 2
La taxe a pour base la surface brute de plancher des immeubles.
Par « surface brute de plancher », on entend la totalité des planchers mis à couvert à
l’exclusion des locaux situés sous le niveau du sol qui sont affectés au parcage, aux caves, aux
équipements techniques et aux dépôts. Les dimensions des planchers sont mesurées au nu
extérieur des murs de façade, les planchers étant supposés continus, sans tenir compte de
leur interruption par les cloisons et murs intérieurs, par les gaines, cages d’escalier et
ascenseurs.
Article 3
La taxe est due par le propriétaire des immeubles ayant une affectation de bureaux. En cas
d’emphytéose ou de superficie, la taxe est due solidairement par le tréfoncier et
respectivement, par l’emphytéote et le superficiaire. En cas d’usufruit, la taxe est due
solidairement par le nu-propriétaire et l’usufruitier.
En cas de copropriété, la taxe est due pour la totalité de l’immeuble ayant une affectation de
bureaux, que l’ensemble des copropriétaires détiennent ; elle n’est, néanmoins, exigée qu’à
concurrence de la part individuelle de chacun d’eux dans la copropriété.




                                                79
Article 4
Le taux de la taxe est fixé au 1erjanvier 2020 à 18,50€ par m² de superficie imposable. Ce taux
est majoré au 1erjanvier de l’année suivante au taux de 2%, conformément au tableau ci-
dessous :
Exercice 2021        Exercice 2022       Exercice 2023      Exercice 2024
18,87 €              19,25 €             19,63 €            20,02 €
La taxe est établie sur la base du nombre effectif de mois d’affectation à des bureaux, tout
mois entamé comptant toutefois en entier.
Article 5
Sont exonérés du paiement de la taxe :
- les établissements d’enseignement et de soins (hôpitaux, cliniques, polycliniques,
dispensaires…) organisés ou subventionnés par les pouvoirs publics pour les surfaces qu’ils
utilisent ;
- les surfaces dédiées aux cultes reconnus par le législateur, aux maisons de laïcité ou aux
œuvres de bienfaisance ;
- pendant les 12 mois qui suivent le mois de délivrance de l’accusé de réception, l’immeuble
ayant une affectation de bureaux et pour lequel une demande de permis de changement de
destination est introduite et déclarée complète ;
- les premiers 85 m².
Article 6
§1er- Pour un exercice d’imposition donné, le contribuable est tenu de remettre à
l’Administration communale une déclaration. Il peut aussi remplir cette déclaration par son
espace personnel sur le site de l’Administration communale.
§2 - Toutefois, l’administration communale peut dispenser un contribuable de l’obligation de
déclaration et lui envoyer une proposition de déclaration. Cette proposition mentionne la
base imposable ainsi que tous les renseignements et données qui ont été pris en
considération.
§3 - Si, dans la proposition de déclaration figurent des inexactitudes ou des omissions, ou si
les données pré imprimées ne correspondent pas à la base imposable, le contribuable est
tenu, dans un délai de 15 jours après l'expédition de la proposition de déclaration, de
soumettre à l’Administration la proposition de déclaration dûment corrigée, complétée,
datée et signée.
C’est au contribuable de prouver qu'il / elle a déposé dans les délais la proposition de
déclaration (corrigée ou complétée).
Si la proposition de déclaration ne contient pas d'inexactitudes ou d'omissions et que les
données imprimées correspondent au statut fiscal, le contribuable ne doit pas retourner la
proposition de déclaration.
§4 - La proposition de déclaration, complétée par les éléments que le contribuable a signalé
dans le délai visé au §3, vaut déclaration.
Toutefois, lorsque le contribuable n’a pas respecté l’obligation visée au §3, alinéa 1 er, la
proposition de déclaration est assimilée à une déclaration inexacte ou incomplète.
§5 - Le contribuable qui n’a pas reçu de formule de déclaration ou de proposition de
déclaration a l’obligation d’en réclamer une et est tenu de la renvoyer, dûment complétée et
signée, au plus tard le 31 décembre de l’année de l’exercice considéré.
§6 - La déclaration reste valable pour les exercices d’imposition suivants jusqu’à révocation.
En cas de modification de la base imposable, le contribuable doit se procurer une nouvelle
formule de déclaration et la renvoyer, dûment complétée et signée, à l’Administration
communale dans les dix jours de la survenance du fait. Sans préjudice des dispositions du
présent règlement, le nouveau formulaire de déclaration sert de base aux enrôlements
ultérieurs et vaut révocation expresse de la formule de déclaration précédente.
Article 7
Le contribuable est tenu de faciliter le contrôle de sa déclaration notamment en fournissant
tous les documents et renseignements qui lui seront réclamés à cet effet. En cas de non
remise de document, d’absence de coopération ou d'empêchement du contrôle fiscal par le
contribuable ou par un tiers, une amende administrative de 50€ sera imposée. Cette amende
sera établie et recouvrée selon les mêmes règles que celles prévues aux articles 9 à 11 du
présent règlement.




                                                80
Article 8
L’absence de déclaration dans les délais prévus ou la déclaration incorrecte, incomplète ou
imprécise de la part du contribuable entraîne l’enrôlement d’office de la taxe sur base des
données dont la Commune dispose. Dans ce cas, la taxe enrôlée d’office est majorée d’un
montant égal à la moitié de la taxe due.
Avant de procéder à la taxation d’office, l’Administration communale notifie au contribuable,
par lettre recommandée à la poste, les motifs pour lesquels elle recourt à cette procédure,
les éléments sur lesquels se base la taxation, le mode de détermination de ces éléments,
ainsi que le montant de la taxe.
Le contribuable dispose d’un délai de trente jours calendrier, à compter du troisième jour
ouvrable suivant la date d’envoi de la notification, pour faire valoir ses observations par écrit.
Le contribuable est tenu de produire la preuve de l’exactitude des éléments qu’il invoque.
L’Administration communale procédera à l’enrôlement d’office de la taxe si au terme de ce
délai, le contribuable n’a émis aucune observation qui justifie l’annulation de cette
procédure.
Article 9
La taxe est recouvrée, soit via son espace personnel sur le site de l’Administration
communale, ou par paiement électronique au compte de la commune.
Article 10
Les rôles de la taxe sont arrêtés et rendus exécutoires par le Collège des Bourgmestre et
Echevins au plus tard le 30 juin de l’année qui suit l’exercice d’imposition.
La taxe enrôlée est payable dans les deux mois de l’envoi de l’avertissement-extrait de rôle.
A défaut de paiement dans ce délai, les sommes dues sont productives au profit de
l’Administration, de l’intérêt de retard calculé d’après les règles fixées par l’article 414 du
Code des impôts sur les revenus de 1992.
Article 11
La taxe est recouvrée par le Receveur communal conformément aux règles établies pour la
perception des impôts au profit de l’Etat.
Article 12
§1er- Le redevable ou son représentant peut introduire une réclamation, par écrit, contre le
montant de l’imposition établie, y compris toutes majorations et amendes, auprès du Collège
des Bourgmestre et Echevins, qui agit en tant qu’autorité administrative. A peine de nullité,
cette réclamation doit être signée et motivée et elle doit mentionner : les nom, qualité,
adresse ou siège du redevable à charge duquel l’imposition est établie, l’objet de la
réclamation et un exposé des faits et moyens.
§2 - Les réclamations doivent être introduites sous peine de déchéance, dans un délai de
trois mois, à compter du troisième jour ouvrable suivant la date d’envoi de l’avertissement-
extrait de rôle.
Un accusé de réception sera notifié dans les 15 jours après l’envoi ou du dépôt de la
réclamation.
§3 - Si le contribuable ou son représentant souhaite être entendu dans le cadre de l’examen
de sa réclamation, il doit en faire la demande explicite dans sa réclamation.
Article 13
Le présent règlement entre en vigueur le 1erjanvier 2020 et remplace le règlement approuvé
par le Conseil communal en sa séance du 29 novembre 2017.

                                  DE GEMEENTERAAD
   Besloten, met 30 stem(men) tegen 8 en 5 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

Gezien het raadsbesluit van 29 november 2017 betreffende het belastingreglement op de
gebouwen bestemd voor kantoren voor een termijn van 5 jaar, vervallend op 31 december
2022;
Gelet artikel 170, § 4 van de Grondwet, die zich wijdt aan de fiscale autonomie van de
gemeenten onder voorbehoud van wettelijke beperkingen;
Gelet op de nieuwe gemeentewet namelijk artikel 117, alinea 1, en artikel 118, alinea 1;
Gelet op de ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijke Raad van 3 april 2014 betreffende
de vestiging, de invordering en de geschillen inzake gemeentebelastingen, zoals gewijzigd tot
op heden;



                                                 81
Gelet op de wet van 23 maart 1999 betreffende de gerechtelijke regeling op gebied van
fiscaliteit;
Gelet op de ordonnantie van 14 mei 1998 betreffende de regeling van administratief toezicht
op de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, zoals gewijzigd tot op heden;
Gelet op de financiële toestand van de gemeente;
Overwegende de noodzaak voor de gemeente om aan haar verplichtingen te voldoen in
overeenstemming met de eisen van het beheersplan en de vereisten van artikel 252 NGW,
welke de gemeenten verplicht een begroting in evenwicht te realiseren;
Gezien de noodzaak voor de gemeente om ontvangsten te heffen ter dekking van de kosten
die door al haar activiteiten worden gemaakt, en voornamelijk om inkomsten te verzekeren
om te kunnen voldoen aan de financiële lasten in verband met haar verplichting om de
openbare rust, openbare veiligheid en openbare netheid te waarborgen;
Overwegende dat het behoud van deze bron van inkomsten gerechtvaardigd is;
Overwegende dat de eigenaren en gebruikers van deze kantoren kunnen genieten van alle
gemeentelijke faciliteiten op het grondgebied van de gemeente, met inbegrip van de wegen
en parken;
Overwegende dat de aangroei van kantoren op het grondgebied van de gemeente het nodig
maakt om aanvullende en ontmoedigende maatregelen in te voeren teneinde de
woonfunctie van het onroerend patrimonium te vrijwaren;
Overwegende dat de eigenaren moeten gestimuleerd worden hun leegstaande kantoren om
te vormen tot extra woongelegenheid en dat het dientengevolge gerechtvaardigd is om een
vrijstelling te voorzien voor het gebouw bestemd voor kantoor gedurende de 12 maanden
volgend op de maand waarbij een bericht van ontvangst voor een vergunningsaanvraag van
bestemmingswijziging, volledig wordt verklaard;
Overwegende dat de vrijstelling ten voordele van de onderwijs- en verzorgingsinstellingen
(hospitalen, klinieken, poliklinieken,…) georganiseerd of betoelaagd door de overheid alsook
de instellingen van officieel erkende erediensten, de huizen van het lekendom of
weldadigheidswerken, wordt gerechtvaardigd door het feit dat de uitoefening op het
grondgebied van de gemeente van deze activiteiten aldus rechtstreeks en gunstig zijn gericht
op het leven van zijn inwoners; dat het derhalve gerechtvaardigd is dat de gemeentelijke
autoriteiten door deze vrijstelling deze activiteiten steunen; dat daarenboven deze
instellingen of delen ervan bestemd voor hun openbare uitoefening eveneens zijn vrijgesteld
van kadastraal inkomen volgens artikel 12 § 1 van het WIB 92;
Overwegende dat de vrijstelling van de eerste 85 vierkante meter voldoen aan de regionale
doelstellingen voor het economisch beleid en toont aan dat Schaarbeek deze inspanningen
blijft voortzetten;
Overwegende dat een vereenvoudiging van de aangifteprocedure aangewezen is ten einde
het administratief werk van zowel de belastingplichtige als van de gemeentelijke diensten te
verminderen;
Gelet bovendien, op de verslagen van het College van Burgemeester en Schepenen van 22
oktober en 26 november 2019 en het administratief dossier;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen;
BESLUIT :
Artikel 1
Er wordt voor de dienstjaren 2020 tot en met 2024 een jaarlijkse belasting gevestigd op de
gebouwen bestemd voor kantoren.
De bestemming als kantoor kan het gevolg zijn van het effectief gebruik van de gebouwen als
kantoor of, bij ontbreken van dergelijk gebruik, de stedenbouwkundige vergunning.
Er dient te worden verstaan onder “kantoor”, het lokaal bestemd:
- ofwel voor beheers- of bestuurswerken van een bedrijf, commercieel of landbouw, of een
openbare dienst;
- ofwel voor de activiteit van een vrij beroep;
- ofwel voor de activiteiten van de bedrijven van intellectuele diensten, inbegrepen de
activiteiten van productie van immateriële goederen zoals de conceptieactiviteiten en/of de
productie van immateriële goederen die berusten op een intellectueel of een
communicatieproces of gebonden aan de kennismaatschappij (productie van audiovisuele
goederen, van software, opnamestudio’s, gespecialiseerde professionele vormingen,
voorafgaande persdienst, call centers,…) of zelfs nog behoren aan de technologieën inzake
leefmilieu.

                                              82
Artikel 2
De belasting heeft als basis de bruto vloeroppervlakte van de gebouwen.
Onder “bruto vloeroppervlakte” wordt verstaan, het totaal van de bedekte vloeren met
uitsluiting van de lokalen die zich onder de grond bevinden en bestemd zijn voor het
parkeren, als kelders, voor de technische uitrustingen en als opslagplaatsen. De afmetingen
van de vloeren zijn gemeten tussen de buitenkanten van de muurgevels; de vloeren worden
verondersteld doorlopend te zijn, zonder rekening te houden met een onderbreking door
wanden, binnenmuren, kokers, trappenhuizen en liften.
Artikel 3
De belasting is verschuldigd door de eigenaar van de gebouwen bestemd voor kantoren. Bij
erfpacht of opstal is de belasting hoofdelijk verschuldigd door de opstalgever en
respectievelijk door de erfpachter en de opstalhouder. Bij vruchtgebruik is de belasting
hoofdelijk verschuldigd door de blote eigenaar en de vruchtgebruiker.
In geval van mede-eigendom, is de belasting verschuldigd voor het hele gebouw bestemd
voor kantoren, dat behoort aan het geheel van mede-eigenaars; echter wordt de belasting
geëist volgens ieders individuele aandeel in deze mede-eigendom.
Artikel 4
De aanslagvoet op 1 januari 2020 wordt vastgesteld op 18,50€ per m² belastbare
oppervlakte. Deze aanslagvoet wordt op 1 januari van de volgende jaren verhoogd met 2%,
volgens onderstaande tabel:
Aanslagjaar 2021         Aanslagjaar 2022         Aanslagjaar 2023         Aanslagjaar 2024
18,87 €                  19,25 €                  19,63 €                  20,02 €
De belasting wordt vastgesteld op basis van het effectieve aantal maanden dat de
oppervlakten bestemd zijn als kantoor, iedere begonnen maand zal voor haar totaliteit
worden gerekend.
Artikel 5
Worden van deze belasting vrijgesteld:
- de oppervlakten die gebruikt worden door de onderwijs- en verzorgingsinstellingen
(hospitalen, klinieken, poliklinieken,…) georganiseerd of betoelaagd door de overheid;
- de oppervlakten dienende voor instellingen van officieel erkende erediensten, de huizen
van het lekendom of weldadigheidswerken;
- gedurende de 12 maanden volgend op de maand waarbij een bericht van ontvangst werd
afgeleverd, voor het gebouw bestemd als kantoor waarvoor een vergunningsaanvraag voor
een bestemmingswijziging is aangevraagd, volledig wordt verklaard;
- de eerste 85m².
Artikel 6
§1 - Voor een welbepaald aanslagjaar, is de belastingplichtige ertoe gehouden aangifte te
doen bij het Gemeentebestuur. Hij kan deze aangifte ook doen via zijn persoonlijke ruimte op
de website van het gemeentebestuur.
§2 - Echter, het Gemeentebestuur kan een belastingplichtige vrijstellen van de verplichting
tot aangifte en hem een voorstel van aangifte toesturen. Dit voorstel vermeldt de belastbare
grondslag alsook alle informatie en gegevens die in aanmerking zijn genomen.
§3 - Indien op het voorstel van aangifte onjuistheden of onvolledigheden zijn vermeld of
indien de voorgedrukte gegevens niet overeenstemmen met de belastbare toestand, moet
de belastingplichtige het voorstel van aangifte binnen de termijn van 15 dagen na
verzending, gedag- en ondertekend indienen bij het gemeentebestuur, met een duidelijke en
volledige vermelding en opgave op het voorstel van aangifte van de correcte gegevens en/of
alle verbeteringen of aanvullingen. Het is de belastingplichtige die dient te bewijzen dat
hij/zij het (verbeterd of vervolledigd) voorstel van aangifte tijdig indiende.
Indien het voorstel van aangifte evenwel geen onjuistheden of onvolledigheden bevat en alle
voorgedrukte gegevens stroken met de belastbare toestand, moet de belastingplichtige het
voorstel van aangifte niet indienen bij het gemeentebestuur.
§4 - Het voorstel van aangifte, aangevuld met elementen door de belastingplichtige binnen
de periode bedoeld in §3, geldt als aangifte.
Echter, wanneer de belastingplichtige niet heeft voldaan aan de in §3, 1 stealinea beoogde
verplichting, wordt de voorgestelde aangifte beschouwd als een onjuiste of onvolledige
verklaring.




                                              83
§5 - De belastingplichtigen die geen aangifteformulier of voorstel van aangifte ontvangen
hebben, worden verzocht er één te vragen en zijn ertoe gehouden deze terug te sturen,
behoorlijk ingevuld en ondertekend, uiterlijk op 31 december van het desbetreffende
aanslagjaar.
§6 - De aangifte blijft geldig voor de volgende aanslagjaren, tot herroeping.
In het geval van wijzigingen in de belastinggrondslag, moet de belastingplichtige een nieuw
aangifteformulier aanvragen en deze naar behoren invullen, ondertekenen en terugsturen
naar de gemeente dit binnen de tien dagen na het ontstaan van de gebeurtenis.
Onverminderd de bepalingen van deze verordening, de nieuwe aangifte vormt de basis bij de
volgende inkohieringen en herroept uitdrukkelijk het vorige aangifteformulier.
Artikel 7
De belastingplichtige wordt ertoe gehouden de controle van zijn aangifte te
vergemakkelijken voornamelijk door het verstrekken van alle documenten en inlichtingen die
hem hierbij zouden worden gevraagd. Bij het niet voorleggen van documenten, gebrek aan
medewerking of verhinderen van de fiscale controle door de belastingplichtige of een derde,
wordt een administratieve geldboete opgelegd van 50€. Deze boete wordt gevestigd en
ingevorderd volgens dezelfde regels als voorzien in de artikels 9 tot 11 van dit reglement.
Artikel 8
Bij het ontbreken van de aangifte binnen de voorziene termijnen, of de onjuiste, onvolledige
of onduidelijke aangifte vanwege de belastingplichtige zal de aanslag van ambtshalve worden
gevestigd op basis van de gegevens waarover de Gemeente beschikt. In dit geval zal de
ingekohierde belasting worden verhoogd met het bedrag gelijk aan de helft van de
verschuldigde belasting.
Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve inkohiering, zal het gemeentebestuur per
aangetekend schrijven, de motieven betekenen aan de belastingplichtige, welke aanleiding
geven tot deze procedure, de elementen waarop de belasting is gebaseerd, de manier
waarop deze elementen werden vastgesteld en het bedrag van de belasting.
De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen, te rekenen vanaf
de derde werkdag die volgt op de verzending van de betekening, om schriftelijk zijn
opmerkingen te doen gelden. De belastingplichtige is ertoe gehouden het bewijs leveren van
de juistheid van de door hem aangevoerde elementen.
Het gemeentebestuur zal aan het einde van deze periode overgaan tot de ambtshalve
inkohiering indien de belastingplichtige geen opmerkingen heeft gemaakt die de annulering
van deze procedure rechtvaardigt.
Artikel 9
De belasting is te voldoen, hetzij via de persoonlijke ruimte op de website van het
gemeentebestuur, of per elektronische betaling op rekening van de gemeente.
Artikel 10
De kohieren van de belasting worden door het College van Burgemeester en Schepenen
opgemaakt en uiterlijk op 30 juni van het jaar volgend op het aanslagjaar afgesloten en
uitvoerbaar verklaard.
De ingekohierde belasting is te betalen binnen de twee maanden na verzending van het
aanslagbiljet.
Bij gebrek aan betaling binnen de vastgestelde termijn zullen verwijlinteresten worden
gevorderd, berekend volgens de bepalingen vastgelegd in artikel 414 van het Wetboek op de
inkomstenbelastingen voor 1992
Artikel 11
De belasting is door de Gemeenteontvanger ingevorderd volgens de regels vastgesteld voor
het innen van belastingen ten voordele van de Staat.
Artikel 12
§1 - De belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger kan een bezwaar schriftelijk indienen
tegen de geheven belasting, alsook alle verhogingen of boetes, bij het College van
Burgemeester en Schepenen, die als bestuursoverheid handelt. Om de ongeldigheid te
vermijden, moet het bezwaarschrift ondertekend en met redenen omkleed zijn en moet
vermelden: de naam, hoedanigheid, adres of de zetel van de belastingplichtige waarvoor de
belasting is vastgesteld alsook het onderwerp van het bezwaar en een uiteenzetting van
feiten en middelen.




                                              84
§2 - De bezwaren moeten ingediend worden, op straffe van nietigheid, binnen de termijn van
drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van
het aanslagbiljet.
Van het bezwaarschrift zal schriftelijk ontvangst bericht worden binnen de 15 dagen na de
verzending of de indiening van het bezwaarschrift.
§3 - Indien de belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger wenst gehoord te worden in het
kader van het onderzoek van zijn bezwaar, moet hij dit uitdrukkelijk vragen in zijn
bezwaarschrift
Artikel 13
Dit onderhavige reglement treedt in voege op 1 januari 2020 en vervangt het reglement
goedgekeurd door de Gemeenteraad van 29 november 2017.


SP 30.- Taxe sur les immeubles inachevés - Exercices 2020 à 2024 – Renouvellement et
   modification -=- Belasting op de onafgewerkte gebouwen - Aanslagjaren 2020 tot 2024
   – Hernieuwing en wijziging

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Décidé, par 31 voix contre 12 et 0 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté -=- Besloten, met
31 stem(men) tegen 12 en 0 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
         Décidé, par 31 voix contre 12 et 0 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté

Revu sa délibération du 20 juin 2018 votant le règlement relatif à la taxe sur les immeubles
inachevés pour un terme de 5 ans, expirant le 31 décembre 2022 ;
Vu l’article 170, § 4 de la Constitution, qui consacre l’autonomie fiscale des Communes sous
réserve des exceptions légales ;
Vu la nouvelle loi communale, notamment l’article 117, alinéa 1 et l’article 118, alinéa 1 ;
Vu l’ordonnance du Conseil de la Région de Bruxelles-Capitale du 3 avril 2014 relative à
l’établissement, au recouvrement et au contentieux en matière des taxes communales telle
que modifiée à ce jour ;
Vu la loi du 23 mars 1999 relative à l’organisation judiciaire en matière fiscale ;
Vu l’ordonnance du 14 mai 1998 organisant la tutelle administrative sur les communes de la
Région de Bruxelles-Capitale, telle que modifiée à ce jour ;
Vu la situation financière de la commune ;
Considérant la nécessité pour la commune de remplir ses obligations dans le respect des
exigences du plan de gestion et du prescrit de l’article 252 NLC lequel impose aux Communes
de réaliser l’équilibre budgétaire;
Vu la nécessité pour la commune de prélever des recettes pour couvrir les dépenses qu’exige
l’ensemble de ses activités, et en particulier d’assurer les recettes permettant de faire face
aux charges financières liées à son obligation d’assurer la tranquillité publique, la sécurité
publique et la propreté publique ;
Considérant que le maintien de cette source de revenus se justifie.
Considérant la présence sur le territoire de la commune de Schaerbeek d’immeubles
partiellement ou totalement inachevés ;
Considérant que la présence de ces immeubles est de nature à décourager l’esprit d’initiative
des riverains et à engendrer un processus de désintéressement généralisé en matière
d’habitat ;
Considérant la nécessité de lutter contre les immeubles partiellement ou totalement
inachevés ;
Considérant que cette situation, s’il n’y est pas porté remède, freine et compromet le
renouvellement ou la restauration du patrimoine immobilier ;
Considérant que l’équilibre entre l’offre et la demande en logements est fortement fragilisé ;
Considérant qu’il est souhaitable que sur le territoire de la commune de Schaerbeek, le
logement disponible soit exploité de manière optimale;
Considérant que les immeubles visés par ce règlement perturbent la tranquillité et la sécurité
publique ;



                                               85
Considérant que cette situation occasionne un surcoût en matière de dépenses policières
pour assurer au mieux la sécurité des personnes et des biens ;
Vu, pour le surplus, les rapports du Collège des Bourgmestre et Echevins des 22 octobre, 5 et
26 novembre 2019 et le dossier administratif ;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins ;
ARRETE :
Article 1
Il est établi, au profit de la Commune, pour les exercices 2020 à 2024, une taxe mensuelle sur
les immeubles inachevés, qu'ils soient situés en bordure d'une voie publique ou sur une
parcelle directement attenante à la voie publique.
Sont considérés comme immeubles inachevés,ceux qui n’ont pas été mis sous toit, rendus
habitables et utilisables dans un délai de quatre ans prenant cours à la date de délivrance du
permis d’urbanisme, une année supplémentaire étant accordée en cas de demande de
prolongation du permis d’urbanisme, pour autant que l'inachèvement ne résulte pas du fait
de l'autorité publique. N'est pas considéré comme tel l'arrêt des travaux dû à l'absence d'un
permis d’urbanisme ou dû à la non-conformité des travaux liés à ce permis d’urbanisme.
Article 2
Le taux de base au 1er janvier 2020 par mètre courant de façade et par niveau inachevé est
fixé à 63,54€ par mois et sera majoré au 1er janvier de l’année suivante de 2%,
conformément au tableau ci-dessous:
Exercice 2021              Exercice 2022           Exercice 2023             Exercice 2024
64,81 €                    66,11 €                 67,43 €                   68,78 €
Toutefois, le taux de base sera augmenté de 25% après douze mois d’inachèvement ou de
50% après vingt-quatre mois.
Le taux de base est entièrement augmenté de 100 % au cas où l'immeuble sert de support à
des dispositifs publicitaires ou à l'affichage, sauf pour annoncer la vente ou la location de
l'immeuble.
Le développement en façade et le nombre de niveaux pris en considération sont ceux prévus
au permis d’urbanisme délivré.
Lorsque l'immeuble touche à plus d’une rue, la base de calcul de la taxe est le plus grand
développement à front d'une de ces rues.
Si l'immeuble forme un coin, est pris en considération le plus grand développement en ligne
droite augmenté de la moitié du pan coupé ou arrondi.
S'il s'agit d'un immeuble isolé,la longueur prise en considération est la moitié du
développement total des façades de l'immeuble mesuré horizontalement à chaque niveau.
Lorsque l’immeuble est achevé sans qu’ait été atteint le nombre d’étages prévus au permis
d’urbanisme, la taxe est due pendant cinq exercices consécutifs pour les niveaux non
réalisés.
Article 3
L’expiration du délai visé à l’article 1 du présent règlement fait l’objet d’une notification par
l’administration communale. Suite à cette notification, le contribuable dispose d’un délai de
deux mois pour faire valoir ses observations par lettre recommandée.
Cette notification est valable pour une durée indéterminée, vaut jusqu’à preuve du contraire
et sert de base aux enrôlements successifs ultérieurs
Article 4
La taxe est due par le propriétaire de l’immeuble inachevé. En cas d’emphytéose ou de
superficie, la taxe est due solidairement par le tréfoncier et respectivement, par
l’emphytéote et le superficiaire. En cas d’usufruit, la taxe est due solidairement par le nu-
propriétaire et l’usufruitier.
En cas de copropriété, la taxe est due pour la totalité de l’immeuble inachevé, que
l’ensemble des copropriétaires détiennent ; elle n’est, néanmoins, exigée qu’à concurrence
de la part individuelle de chacun d’eux dans la copropriété.
Article 5
La taxe est due pour la première fois le premier du troisième mois qui suit la notification
prescrite à l’article 3 et reste due jusqu’à ce qu'il soit remédié à l'état d'inachèvement. La
taxe ne sera plus perçue pour le mois au cours duquel le contribuable visé à l'article 4 aura
démontré que l'état d'inachèvement a disparu.




                                                 86
Article 6
Pour les immeubles inachevés, la taxe n’est pas due :
1. s’il s'agit d'un immeuble inachevé édifié sur un terrain vendu par la commune, lorsque
l'acte de vente prévoit des pénalités particulières au cas où l'immeuble ne serait pas achevé
dans le délai fixé contractuellement pour autant que ces pénalités particulières ne soient pas
inférieures au montant de la taxe sur les immeubles inachevés;
2. s’il s’agit d’un immeuble accidentellement sinistré, pendant les vingt-quatre mois qui
suivent le mois au cours duquel le sinistre a eu lieu, à moins qu’il y ait des installations
productives de revenus tels que panneaux d’affichage, pylônes, mâts, antennes et autres
dispositifs de télécommunication, d'émissions de signaux et d'échanges d'informations par la
voie hertzienne, cette liste n’étant pas exhaustive. Cette exonération ne s’applique pas
lorsque l’immeuble en question a déjà fait l’objet de la présente taxe ;
3. si l’inachèvement résulte d'un cas de force majeure.
Article 7
La taxe est recouvrée au comptant, soit via son espace personnel sur le site de
l’Administration communale, ou par paiement électronique au compte de la commune.
Lorsque la perception ne peut être effectuée au comptant, la taxe est enrôlée.
Article 8
Les rôles de la taxe sont arrêtés et rendus exécutoires par le Collège des Bourgmestre et
Echevins au plus tard le 30 juin de l’année qui suit l’exercice d’imposition.
La taxe enrôlée est payable dans les deux mois de l’envoi de l’avertissement-extrait de rôle.
A défaut de paiement dans ce délai, les sommes dues sont productives au profit de
l’Administration, de l’intérêt de retard calculé d’après les règles fixées par l’article 414 du
Code des impôts sur les revenus de 1992.
Article 9
La taxe est recouvrée par le Receveur communal conformément aux règles établies pour la
perception des impôts au profit de l’Etat.
Article 10
§1er- Le redevable ou son représentant peut introduire une réclamation, par écrit, contre le
montant de l’imposition établie, y compris toutes majorations et amendes, auprès du Collège
des Bourgmestre et Echevins, qui agit en tant qu’autorité administrative. A peine de nullité,
cette réclamation doit être signée et motivée et elle doit mentionner : les nom, qualité,
adresse ou siège du redevable à charge duquel l’imposition est établie, l’objet de la
réclamation et un exposé des faits et moyens.
§2 - Les réclamations doivent être introduites sous peine de déchéance, dans un délai de
trois mois, à compter du troisième jour ouvrable suivant la date d’envoi de l’avertissement-
extrait de rôle ou à compter de la date de la perception au comptant de la taxe.
Un accusé de réception sera notifié dans les 15 jours après l’envoi ou du dépôt de la
réclamation.
§3 - Si le contribuable ou son représentant souhaite être entendu dans le cadre de l’examen
de sa réclamation, il doit en faire la demande explicite dans sa réclamation.
Article 11
Le présent règlement entre en vigueur le 1erjanvier 2020 et remplace le règlement approuvé
par le Conseil communal en sa séance du 20 juin 2018.

                                  DE GEMEENTERAAD
  Besloten, met 31 stem(men) tegen 12 en 0 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

Gezien het raadsbesluit van 20 juni 2018, houdende stemming van het reglement
betreffende de belasting op onafgewerkte gebouwen, voor een termijn van 5 jaar, vervallend
op 31 december 2022;
Gelet artikel 170, § 4 van de Grondwet, die zich wijdt aan de fiscale autonomie van de
gemeenten onder voorbehoud van wettelijke beperkingen;
Gelet op de nieuwe gemeentewet namelijk artikel 117, alinea 1, en artikel 118, alinea 1;
Gelet op de ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijke Raad van 3 april 2014 betreffende
de vestiging, de invordering en de geschillen inzake gemeentebelastingen, zoals gewijzigd tot
op heden;
Gelet op de wet van 23 maart 1999 betreffende de gerechtelijke regeling op gebied van
fiscaliteit;

                                                87
Gelet op de ordonnantie van 14 mei 1998 betreffende de regeling van administratief toezicht
op de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, zoals gewijzigd tot op heden;
Gelet op de financiële toestand van de gemeente;
Overwegende de noodzaak voor de gemeente om aan haar verplichtingen te voldoen in
overeenstemming met de eisen van het beheersplan en de vereisten van artikel 252 NGW,
welke de gemeenten verplicht een begroting in evenwicht te realiseren;
Gezien de noodzaak voor de gemeente om ontvangsten te heffen ter dekking van de kosten
die door al haar activiteiten worden gemaakt, en voornamelijk om inkomsten te verzekeren
om te kunnen voldoen aan de financiële lasten in verband met haar verplichting om de
openbare rust, openbare veiligheid en openbare netheid te waarborgen;
Overwegende dat het behoud van deze bron van inkomsten gerechtvaardigd is;
Overwegende de aanwezigheid op het grondgebied van de gemeente Schaarbeek van
gebouwen geheel of gedeeltelijk onafgewerkt;
Overwegende dat de aanwezigheid van deze gebouwen ontmoedigend is tot het nemen van
initiatief voor de lokale bewoners en een algemene desinteresse veroorzaakt op gebied van
woongelegenheid;
Overwegende de noodzaak om de strijd aan te gaan tegen de gebouwen geheel of
gedeeltelijk onafgewerkt;
Overwegende dat deze situatie, als ze niet wordt verholpen, de vernieuwing of herstel van
woningen ondermijnt;
Overwegende dat het evenwicht tussen vraag en aanbod van woningen sterk verzwakt is;
Overwegende dat het wenselijk is dat op het grondgebied van de gemeente Schaarbeek, de
beschikbare woningen optimaal benut worden;
Overwegende dat de gebouwen beoogd door dit reglement, de rust en de openbare
veiligheid verstoren;
Overwegende dat deze situatie extra kosten veroorzaakt voor de politie om de veiligheid van
personen en goederen zo goed mogelijk te kunnen waarborgen;
Gelet bovendien, op de verslagen van het College van Burgemeester en Schepenen van 22
oktober, 5 en 26 november 2019 en het administratief dossier;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen,
BESLUIT :
Artikel 1
Er wordt ten bate van de Gemeente, voor de aanslagjaren 2020 tot 2024, een maandelijkse
belasting geheven op de onafgewerkte gebouwen, voor zover ze gelegen zijn langsheen een
openbare weg of op een perceel direct grenzend aan de openbare weg.
Worden als onafgewerkte gebouwenaanzien, deze die nog niet onder dak staan, bewoonbaar
en bruikbaar gemaakt werden binnen een termijn van vier jaar vanaf de datum van
aflevering van de stedenbouwkundige vergunning, een bijkomend jaar wordt toegestaan in
geval van verlenging van de stedenbouwkundige vergunning, voor zover de onderbreking
niet voortvloeit uit een daad van de overheid. Wordt niet als dusdanig beschouwd, de
stopzetting der werken bij gebrek aan een stedenbouwkundige vergunning.
Artikel 2
De aanslagvoet op 1 januari 2020 per strekkende meter gevellengte en per onafgewerkte
verdieping, wordt gevestigd op 63,54€ per maand en zal voor de volgende jaren worden
verhoogd met 2%, volgens onderstaande tabel:
Aanslagjaar 2021          Aanslagjaar 2022     Aanslagjaar 2023       Aanslagjaar 2024
64,81 €                   66,11 €              67,43 €                68,78 €
Echter, de aanslagvoet zal met 25% worden verhoogd na twaalf maanden onafgewerktheid
en met 50% na vierentwintig maanden.
De aanslagvoet wordt met 100 % verhoogd in geval het gebouw gebruikt wordt als
publiciteitsonderstel of aanplakbord behalve om de verkoop of de verhuring van het gebouw
aan te kondigen.
De totale lengte van de straatgevel en het aantal verdiepingen welke in aanmerking komen,
zijn deze voorzien in de afgeleverde stedenbouwkundige vergunning.
Wanneer het gebouw aan meerdere stratenpaalt, wordt de belasting berekend, rekening
houdend met de grootste gevellengte langs één van deze straten.
Wanneer het gebouw een hoekvormt, wordt de grootste gevellengte in aanmerking
genomen, vermeerderd met de helft van de stompe of afgeronde hoek.


                                              88
Wanneer het een alleenstaand gebouwbetreft, wordt de helft der totale gevellengte van het
gebouw, horizontaal gemeten op iedere verdieping, in aanmerking genomen.
Wanneer een gebouw afgewerkt wordt zonder het aantal verdiepingen te bereiken voorzien
in de stedenbouwkundige vergunning, is de belasting verschuldigd gedurende vijf
opeenvolgende dienstjaren voor de niet gerealiseerde verdiepingen.
Artikel 3
Het verstrijken van de termijn zoals bedoeld in artikel 1 van dit reglement wordt betekend
door het gemeentebestuur. De belastingplichtige beschikt, vanaf deze betekening, over een
termijn van twee maanden om zijn opmerkingen per aangetekend schrijven te laten gelden.
Deze betekening is geldig voor onbepaalde tijd, tot het tegendeel wordt bewezen en zal
dienen als basis bij de later volgende inkohieringen.
Artikel 4
De belasting is verschuldigd door de eigenaar van het onafgewerkt gebouw. Bij erfpacht of
opstal is de belasting hoofdelijk verschuldigd door de opstalgever en respectievelijk door de
erfpachter en de opstalhouder. Bij vruchtgebruik is de belasting hoofdelijk verschuldigd door
de blote eigenaar en de vruchtgebruiker.
In geval van mede-eigendom, is de belasting verschuldigd voor het hele onafgewerkte
gebouw, dat behoort aan het geheel van mede-eigenaars; echter wordt de belasting geëist
volgens ieders individuele aandeel in deze mede-eigendom
Artikel 5
De belasting is voor de eerste keer verschuldigd, de eerste van de derde maand volgend op
de betekening omschreven in artikel 3, en blijft van toepassing totdat er een einde is gesteld
aan de staat van onafgewerktheid. De belasting wordt niet meer in rekening gebracht voor
de maand waarin de belastingplichtige bedoeld in artikel 4, aantoont dat staat van
onafgewerktheid is verdwenen.
Artikel 6
Voor de onafgewerkte gebouwen, is de belasting is niet verschuldigd:
1. wanneer het een onafgewerkt gebouw betreft, opgericht op een terrein verkocht door de
gemeente, en wanneer de verkoopakte bijzondere straffen voorziet in geval het gebouw niet
zou afgewerkt zijn binnen de contractueel bepaalde termijn voor zover de opgelegde boeten
niet minder zijn dan het bedrag van de belasting op de onafgewerkte gebouwen.
2. wanneer het een gebouw betreft dat door onheil werd geteisterd, gedurende de 24
maanden volgend op de maand wanneer het onheil heeft plaatsgehad, tenzij er zich
winstgevende installaties op bevinden zoals aanplakborden, pylonen, masten, antennes en
andere telecommunicatiemiddelen, zendapparatuur voor signalen en informatie-uitwisseling
via hertzgolven. Deze lijst is niet limitatief. De vrijstelling is niet van toepassing wanneer het
gebouw in kwestie reeds voordien werd ingekohierd voor deze belasting.
3. wanneer de onafgewerkte toestand het gevolg is van overmacht;
Artikel 7
De belasting is contant te voldoen, hetzij via de persoonlijke ruimte op de website van het
gemeentebestuur, of per elektronische betaling op rekening van de gemeente. Als de inning
niet contant kan gebeuren, wordt de belasting ten kohiere gebracht.
Artikel 8
De kohieren van de belasting worden door het College van Burgemeester en Schepenen
opgemaakt en uiterlijk op 30 juni van het jaar volgend op het aanslagjaar afgesloten en
uitvoerbaar verklaard.
De ingekohierde belasting is te betalen binnen de twee maanden na verzending van het
aanslagbiljet.
Bij gebrek aan betaling binnen de vastgestelde termijn zullen verwijlinteresten worden
gevorderd, berekend volgens de bepalingen vastgelegd in artikel 414 van het Wetboek op de
inkomstenbelastingen voor 1992
Artikel 9
De belasting wordt door de Gemeenteontvanger ingevorderd volgens de regels vastgesteld
voor het innen van belastingen ten voordele van de Staat.
Artikel 10
§1 - De belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger kan een bezwaar schriftelijk indienen
tegen de geheven belasting, alsook alle verhogingen of boetes, bij het College van
Burgemeester en Schepenen, die als bestuursoverheid handelt. Om de ongeldigheid te
vermijden, moet het bezwaarschrift ondertekend en met redenen omkleed zijn en moet

                                                 89
vermelden: de naam, hoedanigheid, adres of de zetel van de belastingplichtige waarvoor de
belasting is vastgesteld alsook het onderwerp van het bezwaar en een uiteenzetting van
feiten en middelen.
§2 - De bezwaren moeten ingediend worden, op straffe van nietigheid, binnen de termijn van
drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van
het aanslagbiljet of te rekenen vanaf de dag van de contante inning van de belasting.
Van het bezwaarschrift zal schriftelijk ontvangst bericht worden binnen de 15 dagen na de
verzending of de indiening van het bezwaarschrift.
§3 - Indien de belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger wenst gehoord te worden in het
kader van het onderzoek van zijn bezwaar, moet hij dit uitdrukkelijk vragen in zijn
bezwaarschrift
Artikel 11
Dit onderhavige reglement treedt in voege op 1 januari 2020 en vervangt het reglement
goedgekeurd door de Gemeenteraad van 20 juni 2018.


SP 31.- Taxe sur les immeubles inoccupés affectés à des fins professionnelles - Exercices
   2020 à 2024 – Renouvellement et modification -=- Belasting op de leegstaande
   gebouwen bestemd voor professionele doeleinden - Aanslagjaren 2020 tot 2024 –
   Hernieuwing en wijziging

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Décidé, par 35 voix contre 8 et 0 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté -=- Besloten, met
35 stem(men) tegen 8 en 0 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
          Décidé, par 35 voix contre 8 et 0 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté

Revu sa délibération du 25 octobre 2017 votant le règlement relatif à la taxe sur les
immeubles inoccupés affectés à des fins professionnelles pour un terme de 5 ans, expirant le
31 décembre 2022 ;
Vu l’article 170, § 4 de la Constitution qui consacre l’autonomie fiscale des Communes sous
réserve des exceptions légales;
Vu la nouvelle loi communale, notamment l’article 117, alinéa 1 et l’article 118, alinéa 1 ;
Vu l’ordonnance du Conseil de la Région de Bruxelles-Capitale du 3 avril 2014 relative à
l’établissement, au recouvrement et au contentieux en matière des taxes communales telle
que modifiée à ce jour ;
Vu la loi du 23 mars 1999 relative à l’organisation judiciaire en matière fiscale ;
Vu l’ordonnance du 14 mai 1998 organisant la tutelle administrative sur les communes de la
Région de Bruxelles-Capitale, telle que modifiée à ce jour ;
Vu la situation financière de la commune ;
Considérant la nécessité pour la commune de remplir ses obligations dans le respect des
exigences du plan de gestion et du prescrit de l’article 252 NLC lequel impose aux Communes
de réaliser l’équilibre budgétaire ;
Vu la nécessité pour la commune de prélever des recettes pour couvrir les dépenses qu’exige
l’ensemble de ses activités, et en particulier d’assurer les recettes permettant de faire face
aux charges financières liées à son obligation d’assurer la tranquillité publique, la sécurité
publique et la propreté publique :
Considérant que le maintien de cette source de revenus se justifie.
Considérant la présence sur le territoire de la commune de Schaerbeek d’immeubles
partiellement ou totalement inoccupés;
Considérant que la présence de ces immeubles est de nature à décourager l’esprit d’initiative
des riverains et à engendrer un processus de désintéressement généralisé en matière
d’habitat ;
Considérant la nécessité de lutter contre les immeubles partiellement ou totalement
inoccupés;
Considérant que l’équilibre entre l’offre et la demande en logements est fortement fragilisé ;
Considérant la possibilité de destiner ces immeubles inoccupés à une autre affectation,
notamment celle à des fins de logement ;



                                               90
Considérant qu’il est souhaitable que sur le territoire de la commune de Schaerbeek, le
logement disponible soit exploité de manière optimale;
Considérant que les immeubles visés par ce règlement perturbent la tranquillité et la sécurité
publique ;
Considérant que cette situation occasionne un surcoût en matière de dépenses policières
pour assurer au mieux la sécurité des personnes et des biens ;
Considérant qu'une simplification de la procédure de déclaration est appropriée afin de
réduire la charge administrative pour le contribuable et les services communaux ;
Vu, pour le surplus, les rapports du Collège des Bourgmestre et Echevins des 22 octobre, 5 et
26 novembre 2019 et le dossier administratif ;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins ;
ARRETE :
Article 1
Il est établi, au profit de la Commune, pour les exercices 2020 à 2024, une taxe annuelle sur
les immeubles bâtis affectés à des fins professionnelles, partiellement ou totalement
inoccupés.
Sont considérés comme immeubles bâtis affectés à des fins professionnelles, totalement
inoccupés:
- soit ceux pour lesquels pour une période d'au moins 12 mois consécutifs, aucune personne
physique ou morale n’est inscrite à la banque carrefour des entreprises, à moins qu’il soit
prouvé que l’immeuble sert effectivement à des activités économiques de nature
industrielle, agricole, horticole, de commerce ou de services. Ne peut toutefois être
considérée comme occupation d'un immeuble ou d'une partie d'immeuble, celle résultant de
l'occupation du bien sans titre ni droit ;
- soit ceux qui ne sont pas garnis du mobilier ou des installations indispensables à leur
occupation.
Sont considérés comme immeubles bâtis affectés à des fins professionnelles, partiellement
inoccupés,ceux dont certains niveaux ou parties répondent à la définition des alinéas
précédents; ils seront taxés sur la base, à due proportion de la taxe sur les immeubles
entièrement inoccupés.
Article 2
L’impôt a pour base la surface brute de plancher des immeubles ou parties d’immeubles.
Par « surface brute de plancher», on entend la totalité des planchers mis à couvert à
l’exclusion des locaux qui sont affectés aux caves et aux greniers. Les dimensions des
planchers sont mesurées au nu extérieur des murs de façade, les planchers étant supposés
continus, sans tenir compte de leur interruption par les cloisons et murs intérieurs, par les
gaines, cages d’escalier et ascenseurs.
Article 3
Le taux de base au 1er janvier 2020 est fixé à 12,00€ par mètre carré de surface inoccupée.
Ce taux sera majoré au 1er janvier de l’année suivante de 2%, conformément au tableau ci-
dessous:
Exercice 2021              Exercice 2022           Exercice 2023           Exercice 2024
12,24 €                    12,48 €                 12,73 €                 12,99 €
Toutefois, le taux de base sera augmenté de 25% après 24 mois consécutifs d’inoccupation et
de 50% après 36 mois consécutifs.
Le nombre de mois d’occupation effective sur l’année réduit la taxe due par le propriétaire
au prorata.
Article 4
La taxe frappe le bien visé à partir du premier jour du mois qui suit la date d’envoi de la
notification de la formule de déclaration d’inoccupation.
Article 5
La taxe est due par le titulaire du droit réel sur l’immeuble, à savoir, soit le propriétaire, soit
le possesseur, l'emphytéote, le superficiaire selon le cas.
En cas de nue-propriété, à défaut de paiement de la taxe par l’usufruitier, le nu-propriétaire
est tenu de l’acquitter.
En cas de copropriété, la taxe n’est exigée des copropriétaires qu’à concurrence de la part de
chacun d’eux dans la copropriété.




                                                  91
Article 6
Sont exonérés de la taxe :
a) les immeubles accidentellement sinistrés pendant les vingt-quatre mois qui suivent le mois
au cours duquel le sinistre a eu lieu, à moins qu’il y ait des installations productives de
revenus tels que panneaux d’affichage, pylônes, mâts, antennes et/ou autres dispositifs de
télécommunication, d'émissions de signaux et d'échanges d'informations par la voie
hertzienne, cette liste n’étant pas exhaustive. Cette exonération ne s’applique pas lorsque
l’immeuble en question a déjà fait l’objet de la présente taxe ;
b) la personne qui démontre que l’immeuble est inoccupé depuis moins de 12 mois ;
c) la personne qui démontre que l’inoccupation résulte de travaux qui se sont déroulés
durant plus de 12 mois et qui font obstacle à toute jouissance paisible des lieux. Cette
exonération n’est applicable qu’une année. Aucune autre exonération de ce type ne sera
accordée pour l’immeuble en question ;
d) la personne qui démontre qu'elle a introduit une demande de permis de changement de
destination déclarée complète et pour laquelle l’accusé de réception a été délivré, pendant
les 12 mois qui suivent le mois de délivrance de l’accusé de réception ;
e) l’immeuble situé dans le périmètre d’un plan d’expropriation approuvé par l’autorité
compétente ou ne pouvant plus faire l’objet d’un permis d’urbanisme parce qu’un plan
d’expropriation est en préparation ;
f) l’immeuble qui a servi principalement à une activité économique dans la mesure où le
praticien d'origine de cette activité occupe une partie de cet immeuble, et que cette partie
n'est pas séparable;
g) l’immeuble ou partie d’immeuble inoccupé affecté au logement ;
h) l’immeuble ou partie d’immeuble inoccupé affecté à des fins de bureau ;
i) l’immeuble dont l'état visé à l’article 1 résulte d'un cas de force majeure.
Article 7
§1er- Pour un exercice d’imposition donné, le contribuable est tenu de remettre à
l’Administration communale une déclaration. Il peut aussi remplir cette déclaration par son
espace personnel sur le site de l’Administration communale.
§2 - Toutefois, l’administration communale peut dispenser un contribuable de l’obligation de
déclaration et lui envoyer une proposition de déclaration. Cette proposition mentionne la
base imposable ainsi que tous les renseignements et données qui ont été pris en
considération.
§3 - Si, dans la proposition de déclaration figurent des inexactitudes ou des omissions, ou si
les données pré imprimées ne correspondent pas à la base imposable, le contribuable est
tenu, dans un délai de 15 jours après l'expédition de la proposition de déclaration, de
soumettre à l’Administration la proposition de déclaration dûment corrigée, complétée,
datée et signée.
C’est au contribuable de prouver qu'il / elle a déposé dans les délais la proposition de
déclaration (corrigée ou complétée).
Si la proposition de déclaration ne contient pas d'inexactitudes ou d'omissions et que les
données imprimées correspondent au statut fiscal, le contribuable ne doit pas retourner la
proposition de déclaration.
§4 - La proposition de déclaration, complétée par les éléments que le contribuable a signalé
dans le délai visé au §3, vaut déclaration.
Toutefois, lorsque le contribuable n’a pas respecté l’obligation visée au §3, alinéa 1 er, la
proposition de déclaration est assimilée à une déclaration inexacte ou incomplète.
§5 - Le contribuable qui n’a pas reçu de formule de déclaration ou de proposition de
déclaration a l’obligation d’en réclamer une et est tenu de la renvoyer, dûment complétée et
signée, au plus tard le 31 décembre de l’année de l’exercice considéré.
§6 - La déclaration reste valable pour les exercices d’imposition suivants jusqu’à révocation.
En cas de modification de la base imposable, le contribuable doit se procurer une nouvelle
formule de déclaration et la renvoyer, dûment complétée et signée, à l’Administration
communale dans les dix jours de la survenance du fait. Sans préjudice des dispositions du
présent règlement, le nouveau formulaire de déclaration sert de base aux enrôlements
ultérieurs et vaut révocation expresse de la formule de déclaration précédente.




                                               92
Article 8
Le contribuable est tenu de faciliter le contrôle de sa déclaration notamment en fournissant
tous les documents et renseignements qui lui seront réclamés à cet effet. En cas de non
remise de document, d’absence de coopération ou d'empêchement du contrôle fiscal par le
contribuable ou par un tiers, une amende administrative de 50€ sera imposée. Cette amende
sera établie et recouvrée selon les mêmes règles que celles prévues aux articles 10 à 12 du
présent règlement.
Article 9
L’absence de déclaration dans les délais prévus ou la déclaration incorrecte, incomplète ou
imprécise de la part du contribuable entraîne l’enrôlement d’office de la taxe sur base des
données dont la Commune dispose. Dans ce cas, la taxe enrôlée d’office est majorée d’un
montant égal à la moitié de la taxe due.
Avant de procéder à la taxation d’office, l’Administration communale notifie au contribuable,
par lettre recommandée à la poste, les motifs pour lesquels elle recourt à cette procédure,
les éléments sur lesquels se base la taxation, le mode de détermination de ces éléments,
ainsi que le montant de la taxe.
Le contribuable dispose d’un délai de trente jours calendrier, à compter du troisième jour
ouvrable suivant la date d’envoi de la notification, pour faire valoir ses observations par écrit.
Le contribuable est tenu de produire la preuve de l’exactitude des éléments qu’il invoque.
L’Administration communale procédera à l’enrôlement d’office de la taxe si au terme de ce
délai, le contribuable n’a émis aucune observation qui justifie l’annulation de cette
procédure.
Article 10
La taxe est recouvrée, soit via son espace personnel sur le site de l’Administration
communale, ou par paiement électronique au compte de la commune.
Article 11
Les rôles de la taxe sont arrêtés et rendus exécutoires par le Collège des Bourgmestre et
Echevins au plus tard le 30 juin de l’année qui suit l’exercice d’imposition.
La taxe enrôlée est payable dans les deux mois de l’envoi de l’avertissement-extrait de rôle.
A défaut de paiement dans ce délai, les sommes dues sont productives au profit de
l’Administration, de l’intérêt de retard calculé d’après les règles fixées par l’article 414 du
Code des impôts sur les revenus de 1992.
Article 12
La taxe est recouvrée par le Receveur communal conformément aux règles établies pour la
perception des impôts au profit de l’Etat.
Article 13
§1er- Le redevable ou son représentant peut introduire une réclamation, par écrit, contre le
montant de l’imposition établie, y compris toutes majorations et amendes, auprès du Collège
des Bourgmestre et Echevins, qui agit en tant qu’autorité administrative. A peine de nullité,
cette réclamation doit être signée et motivée et elle doit mentionner : les nom, qualité,
adresse ou siège du redevable à charge duquel l’imposition est établie, l’objet de la
réclamation et un exposé des faits et moyens.
§2 - Les réclamations doivent être introduites sous peine de déchéance, dans un délai de
trois mois, à compter du troisième jour ouvrable suivant la date d’envoi de l’avertissement-
extrait de rôle.
Un accusé de réception sera notifié dans les 15 jours après l’envoi ou du dépôt de la
réclamation.
§3 - Si le contribuable ou son représentant souhaite être entendu dans le cadre de l’examen
de sa réclamation, il doit en faire la demande explicite dans sa réclamation.
Article 14
Le présent règlement entre en vigueur le 1erjanvier 2020 et remplace le règlement approuvé
par le Conseil communal en sa séance du 25 octobre 2017.

                                  DE GEMEENTERAAD
   Besloten, met 35 stem(men) tegen 8 en 0 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

Gezien het raadsbesluit van 25 oktober 2017, houdende stemming van het reglement
betreffende de belasting op de leegstaande gebouwen bestemd voor professionele
doeleinden, voor een termijn van 5 jaar, vervallend op 31 december 2022;

                                                 93
Gelet artikel 170, § 4 van de Grondwet, die zich wijdt aan de fiscale autonomie van de
gemeenten onder voorbehoud van wettelijke beperkingen;
Gelet op de nieuwe gemeentewet namelijk artikel 117, alinea 1, en artikel 118, alinea 1;
Gelet op de ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijke Raad van 3 april 2014 betreffende
de vestiging, de invordering en de geschillen inzake gemeentebelastingen, zoals gewijzigd tot
op heden;
Gelet op de wet van 23 maart 1999 betreffende de gerechtelijke regeling op gebied van
fiscaliteit;
Gelet op de ordonnantie van 14 mei 1998 betreffende de regeling van administratief toezicht
op de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, zoals gewijzigd tot op heden;
Gelet op de financiële toestand van de gemeente;
Overwegende de noodzaak voor de gemeente om aan haar verplichtingen te voldoen in
overeenstemming met de eisen van het beheersplan en de vereisten van artikel 252 NGW,
welke de gemeenten verplicht een begroting in evenwicht te realiseren;
Gezien de noodzaak voor de gemeente om ontvangsten te heffen ter dekking van de kosten
die door al haar activiteiten worden gemaakt, en voornamelijk om inkomsten te verzekeren
om te kunnen voldoen aan de financiële lasten in verband met haar verplichting om de
openbare rust, openbare veiligheid en openbare netheid te waarborgen;
Overwegende dat het behoud van deze bron van inkomsten gerechtvaardigd is;
Overwegende de aanwezigheid op het grondgebied van de gemeente Schaarbeek van
gebouwen geheel of gedeeltelijk leegstaand;
Overwegende dat de aanwezigheid van deze gebouwen ontmoedigend is tot het nemen van
initiatief voor de lokale bewoners en een algemene desinteresse veroorzaakt op gebied van
woongelegenheid;
Overwegende de noodzaak om de strijd aan te gaan tegen de gebouwen geheel of
gedeeltelijk leegstaand;
Overwegende dat het evenwicht tussen vraag en aanbod van woningen sterk verzwakt is;
Overwegende de mogelijkheid deze leegstaande gebouwen een andere bestemming te
geven, namelijk als woningen;
Overwegende dat het wenselijk is dat op het grondgebied van de gemeente Schaarbeek, de
beschikbare woningen optimaal benut worden;
Overwegende dat de gebouwen beoogd door dit reglement, de rust en de openbare
veiligheid verstoren;
Overwegende dat deze situatie extra kosten veroorzaakt voor de politie om de veiligheid van
personen en goederen zo goed mogelijk te kunnen waarborgen;
Overwegende dat een vereenvoudiging van de aangifteprocedure aangewezen is ten einde
het administratief werk van zowel de belastingplichtige als van de gemeentelijke diensten te
verminderen;
Gelet bovendien, op de verslagen van het College van Burgemeester en Schepenen van 22
oktober, 5 en 26 november 2019 en het administratief dossier;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen,
BESLUIT:
Artikel 1
Er wordt ten bate van de Gemeente, voor de dienstjaren 2020 tot en met 2024, een jaarlijkse
belasting geheven op de geheel of gedeeltelijk leegstaande gebouwen bestemd voor
professionele doeleinden.
Worden als leegstaande gebouwen bestemd voor professionele doeleindenaanzien:
- deze waar gedurende een periode van 12 opeenvolgende maanden, geen enkele
natuurlijke- of rechtspersoon is ingeschreven bij de Kruispuntbank van Ondernemingen,
tenzij er bewezen wordt dat het gebouw werkelijk wordt gebruikt voor economische
activiteiten van industriële, landbouwkundige, tuinbouwkundige, commerciële of
dienstverlenende aard. Kunnen evenwel niet beschouwd worden als bezetting van een
gebouw of een gedeelte van een gebouw, deze die illegaal gebeuren;
- deze die niet voorzien zijn van meubilair of van de nodige installaties voor een normaal
gebruik;
Worden beschouwd als gedeeltelijk leegstaande gebouwen bestemd voor professionele
doeleinden, deze waarvan slechts een aantal verdiepingen of gedeelten beantwoorden aan
de bepalingen beschreven in de voorgaande alinea’s, zij zullen belast worden in
evenredigheid op basis van de belasting op de volledig leegstaande gebouwen.

                                               94
Artikel 2
De belasting heeft als basis de bruto vloeroppervlakte van de gebouwen.
Onder “bruto vloeroppervlakte” wordt verstaan, het totaal van de bedekte vloeren met
uitsluiting van de lokalen die bestemd zijn als kelder en als zolder. De afmetingen van de
vloeren zijn gemeten tussen de buitenkanten van de muurgevels; de vloeren worden
verondersteld doorlopend te zijn, zonder rekening te houden met een onderbreking door
wanden, binnenmuren, kokers, trappenhuizen en liften.
Artikel 3
De aanslagvoet op 1 januari 2020 per leegstaande oppervlakte wordt gevestigd op 12,00€
per vierkante meter. Deze aanslagvoet zal op de 1stejanuari van de volgende jaren worden
verhoogd met 2%, volgens onderstaande tabel:
Aanslagjaar 2021         Aanslagjaar 2022           Aanslagjaar 2023         Aanslagjaar 2024
12,24 €                  12,48 €                    12,73 €                  12,99 €
Echter, de aanslagvoet zal met 25% worden verhoogd na 24 opeenvolgende maanden
leegstand en met 50% na 36 maanden.
Het aantal maanden werkelijke bezetting gedurende het jaar vermindert de door de eigenaar
verschuldigde belasting in verhouding.
Artikel 4
De belasting op het beoogde goed gaat in vanaf de eerste dag van de maand die volgt op de
dag van verzending van de betekening van het aangifteformulier.
Artikel 5
De belasting is verschuldigd door de houder van het zakelijk recht van het gebouw, hetzij de
eigenaar, de houder van de erfpacht, de opstalhouder naargelang het geval.
Bij naakte eigendom, en bij gebrek aan betaling door de vruchtgebruiker, is de naakte
eigenaar gehouden de belasting te betalen.
Bij mede-eigendom, wordt de belasting van de mede-eigenaars geëist volgens ieders aandeel
ieder in deze mede-eigendom.
Artikel 6
Worden van de belasting vrijgesteld:
a) de gebouwen die door onheil geteisterd werden gedurende de vierentwintig maanden
volgend op de maand wanneer het onheil heeft plaatsgehad, tenzij er zich winstgevende
installaties op bevinden zoals aanplakborden, pylonen, masten, antennes en/of andere
telecommunicatiemiddelen, zendapparatuur voor signalen en informatie-uitwisseling via
hertzgolven. Deze lijst is niet limitatief. De vrijstelling is niet van toepassing wanneer het
gebouw in kwestie reeds voordien werd ingekohierd voor deze belasting.
b) de persoon die aantoont dat het gebouw leeg staat sinds minder dan 12 maanden;
c) de persoon die aantoont dat de leegstand voortvloeit uit de werken uitgevoerd tijdens
meer dan 12 maanden en die een normale vredige ingebruikname van de plaatsen
verhinderd. Deze vrijstelling geldt slechts voor één jaar. Geen enkele andere vrijstelling van
dit type zal worden verleend voor het gebouw in kwestie.
d) de persoon die aantoont dat hij een vergunningsaanvraag voor een bestemmingswijziging
heeft aangevraagd, dat volledig is verklaard en waarbij een bericht van ontvangst werd
afgeleverd, gedurende de 12 maanden volgend op de maand waarbij het bericht van
ontvangst werd afgeleverd;
e) het gebouw gelegen binnen de grenzen van een door de bevoegde overheid goedgekeurd
onteigeningsplan of waarvoor geen stedenbouwkundige vergunning meer wordt afgeleverd
omdat een onteigeningsplan wordt voorbereid.
f) het gebouw dat hoofdzakelijk heeft gediend voor een economische activiteit en waar dat
de oorspronkelijke uitvoerder van deze activiteit een deel van dit gebouw bewoont, en dit
deel niet kan worden afgezonderd.
g) het gebouw of gedeelte van gebouw bestemd als woning.
h) het gebouw of gedeelte van gebouw bestemd als kantoorruimten.
i) het gebouw waarbij zijn toestand bedoeld in artikel 1 het gevolg is van overmacht.
Artikel 7
§1 - Voor een welbepaald aanslagjaar, is de belastingplichtige ertoe gehouden aangifte te
doen bij het Gemeentebestuur. Hij kan deze aangifte ook doen via zijn persoonlijke ruimte op
de website van het gemeentebestuur.




                                               95
§2 - Echter, het Gemeentebestuur kan een belastingplichtige vrijstellen van de verplichting
tot aangifte en hem een voorstel van aangifte toesturen. Dit voorstel vermeldt de belastbare
grondslag alsook alle informatie en gegevens die in aanmerking zijn genomen.
§3 - Indien op het voorstel van aangifte onjuistheden of onvolledigheden zijn vermeld of
indien de voorgedrukte gegevens niet overeenstemmen met de belastbare toestand, moet
de belastingplichtige het voorstel van aangifte binnen de termijn van 15 dagen na
verzending, gedag- en ondertekend indienen bij het gemeentebestuur, met een duidelijke en
volledige vermelding en opgave op het voorstel van aangifte van de correcte gegevens en/of
alle verbeteringen of aanvullingen. Het is de belastingplichtige die dient te bewijzen dat
hij/zij het (verbeterd of vervolledigd) voorstel van aangifte tijdig indiende.
Indien het voorstel van aangifte evenwel geen onjuistheden of onvolledigheden bevat en alle
voorgedrukte gegevens stroken met de belastbare toestand, moet de belastingplichtige het
voorstel van aangifte niet indienen bij het gemeentebestuur.
§4 - Het voorstel van aangifte, aangevuld met elementen door de belastingplichtige binnen
de periode bedoeld in §3, geldt als aangifte.
Echter, wanneer de belastingplichtige niet heeft voldaan aan de in §3, 1 stealinea beoogde
verplichting, wordt de voorgestelde aangifte beschouwd als een onjuiste of onvolledige
verklaring.
§5 - De belastingplichtigen die geen aangifteformulier of voorstel van aangifte ontvangen
hebben, worden verzocht er één te vragen en zijn ertoe gehouden deze terug te sturen,
behoorlijk ingevuld en ondertekend, uiterlijk op 31 december van het desbetreffende
dienstjaar.
§6 - De aangifte blijft geldig voor de volgende aanslagjaren, tot herroeping.
In het geval van wijzigingen in de belastinggrondslag, moet de belastingplichtige een nieuw
aangifteformulier aanvragen en deze naar behoren invullen, ondertekenen en terugsturen
naar de gemeente dit binnen de tien dagen na het ontstaan van de gebeurtenis.
Onverminderd de bepalingen van deze verordening, de nieuwe aangifte vormt de basis bij de
volgende inkohieringen en herroept uitdrukkelijk het vorige aangifteformulier.
Artikel 8
De belastingplichtige wordt ertoe gehouden de controle van zijn aangifte te
vergemakkelijken voornamelijk door het verstrekken van alle documenten en inlichtingen die
hem hierbij zouden worden gevraagd. Bij het niet voorleggen van documenten, gebrek aan
medewerking of verhinderen van de fiscale controle door de belastingplichtige of een derde,
wordt een administratieve geldboete opgelegd van 50€. Deze boete wordt gevestigd en
ingevorderd volgens dezelfde regels als voorzien in de artikels 10 tot 12 van dit reglement.
Artikel 9
Bij het ontbreken van de aangifte binnen de voorziene termijnen, of de onjuiste, onvolledige
of onduidelijke aangifte vanwege de belastingplichtige zal de aanslag van ambtshalve worden
gevestigd op basis van de gegevens waarover de Gemeente beschikt. In dit geval zal de
ingekohierde belasting worden verhoogd met het bedrag gelijk aan de helft van de
verschuldigde belasting.
Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve inkohiering, zal het gemeentebestuur per
aangetekend schrijven, de motieven betekenen aan de belastingplichtige, welke aanleiding
geven tot deze procedure, de elementen waarop de belasting is gebaseerd, de manier
waarop deze elementen werden vastgesteld en het bedrag van de belasting.
De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen, te rekenen vanaf
de derde werkdag die volgt op de verzending van de betekening, om schriftelijk zijn
opmerkingen te doen gelden. De belastingplichtige is ertoe gehouden het bewijs leveren van
de juistheid van de door hem aangevoerde elementen.
Het gemeentebestuur zal aan het einde van deze periode overgaan tot de ambtshalve
inkohiering indien de belastingplichtige geen opmerkingen heeft gemaakt die de annulering
van deze procedure rechtvaardigt.
Artikel 10
De belasting is te voldoen, hetzij via de persoonlijke ruimte op de website van het
gemeentebestuur, of per elektronische betaling op rekening van de gemeente.
Artikel 11
De kohieren van de belasting worden door het College van Burgemeester en Schepenen
opgemaakt en uiterlijk op 30 juni van het jaar volgend op het aanslagjaar afgesloten en
uitvoerbaar verklaard.

                                              96
De ingekohierde belasting is te betalen binnen de twee maanden na verzending van het
aanslagbiljet.
Bij gebrek aan betaling binnen de vastgestelde termijn zullen verwijlinteresten worden
gevorderd, berekend volgens de bepalingen vastgelegd in artikel 414 van het Wetboek op de
inkomstenbelastingen voor 1992
Artikel 12
De belasting is door de Gemeenteontvanger ingevorderd volgens de regels vastgesteld voor
het innen van belastingen ten voordele van de Staat.
Artikel 13
§1 - De belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger kan een bezwaar schriftelijk indienen
tegen de geheven belasting, alsook alle verhogingen of boetes, bij het College van
Burgemeester en Schepenen, die als bestuursoverheid handelt. Om de ongeldigheid te
vermijden, moet het bezwaarschrift ondertekend en met redenen omkleed zijn en moet
vermelden: de naam, hoedanigheid, adres of de zetel van de belastingplichtige waarvoor de
belasting is vastgesteld alsook het onderwerp van het bezwaar en een uiteenzetting van
feiten en middelen.
§2 - De bezwaren moeten ingediend worden, op straffe van nietigheid, binnen de termijn van
drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van
het aanslagbiljet.
Van het bezwaarschrift zal schriftelijk ontvangst bericht worden binnen de 15 dagen na de
verzending of de indiening van het bezwaarschrift.
§3 - Indien de belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger wenst gehoord te worden in het
kader van het onderzoek van zijn bezwaar, moet hij dit uitdrukkelijk vragen in zijn
bezwaarschrift
Artikel 14
Dit onderhavige reglement treedt in voege op 1 januari 2020 en vervangt het reglement
goedgekeurd door de Gemeenteraad van 25 oktober 2017.


SP 32.- Taxe sur les supports de publicité commerciale visibles de la voie publique -
   Exercices 2020 à 2024– Renouvellement et modification - Approbation -=- Belasting op
   commerciële publiciteitsonderstellen zichtbaar vanaf de openbare weg - Aanslagjaren
   2020 tot 2024 – Wijziging en hernieuwing - Goedkeuring

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Décidé, par 35 voix contre 8 et 0 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté -=- Besloten, met
35 stem(men) tegen 8 en 0 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
          Décidé, par 35 voix contre 8 et 0 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté

Revu sa délibération du 21 novembre 2018 votant le règlement taxe sur les supports de
publicité commerciale pour les exercices 2019 à 2023;
Vu l’article 170, § 4 de la Constitution qui consacre l’autonomie fiscale des Communes sous
réserve des exceptions légales.
Vu la nouvelle loi communale, notamment l’article 117, alinéa 1 et l’article 118, alinéa 1 ;
Vu l’ordonnance du Conseil de la Région de Bruxelles-Capitale du 3 avril 2014 relative à
l’établissement, au recouvrement et au contentieux en matière des taxes communales, telle
que modifiée à ce jour ;
Vu la loi du 23 mars 1999 relative à l’organisation judiciaire en matière fiscale ;
Vu l’ordonnance du 14 mai 1998 organisant la tutelle administrative sur les communes de la
Région de Bruxelles-Capitale, telle que modifiée à ce jour ;
Vu le Règlement Régional d’Urbanisme ;
Vu les dispositions du règlement général de police ;
Vu la situation financière de la commune ;
Considérant la nécessité pour la commune de remplir ses obligations dans le respect des
exigences du plan de gestion et du prescrit de l’article 252 NLC lequel impose aux Communes
de réaliser l’équilibre budgétaire ;



                                               97
Vu la nécessité pour la commune de prélever des recettes pour couvrir les dépenses qu’exige
l’ensemble de ses activités, et en particulier d’assurer les recettes permettant de faire face
aux charges financières liées à son obligation d’assurer la sécurité publique ;
Considérant que le maintien de cette source de revenus se justifie.
Considérant la nécessité de freiner l’installation de supports de publicité pour des motifs
environnementaux et esthétiques ;
Considérant qu’il n’est pas discriminatoire de distinguer les supports lumineux et non
lumineux, afin d’avoir un effet dissuasif sur les supports ayant une forte visibilité publicitaire
susceptible de représenter un danger pour l’usager de la route ;
Considérant que la distraction excessive des conducteurs doit être évitée afin de garantir la
sécurité du trafic, il y a lieu de décourager l’utilisation des outils publicitaires librement
programmables et éclairés tels que les écrans numériques ont certaines caractéristiques qui
influencent le comportement visuel et de conduite des usagers de la route en raison d'une
charge mentale et d'une distraction visuelle et cognitive accrues, augmentant
considérablement les risques d'accidents ;
Considérant que les taux sont raisonnables et certes proportionnels aux bénéfices générés
par ce type d’installation de sorte qu’il ne puisse être reproché à la commune qu’il n’a pas
été tenu compte de la capacité contributive des contribuables ;
Considérant que la nature même des établissements de commerce, d’activités ou d’industrie
nécessite l’apposition d’une enseigne ayant pour vocation prépondérante d’informer le
public de la localisation de tels établissements et de leur identité les uns par rapport aux
autres et qui, par conséquent, ne saurait en aucune manière être assimilée à un support de
publicité au sens du présent règlement ;
Considérant que les supports utilisés par une personne morale de droit public, une
association sans but lucratif ou un établissement d'utilité publique pour leur compte
personnel ne devraient, pour les mêmes raisons, pas non plus être considérés comme de la
publicité au sens du présent règlement, cela ajouté au fait que ces supports revêtent une
utilité d’intérêt général ;
Considérant que l'exonération de la taxe frappant les supports affectés exclusivement à une
œuvre de bienfaisance, qui ne sont pas utilisés dans le cadre d'activités lucratives ou
commerciales se justifie par la circonstance que l’exercice sur le territoire de la Commune
des activités ainsi visées influence directement et favorablement la vie de ses habitants ; qu’il
est donc justifié que par le bais de cette exonération, les autorités communales entendent
soutenir ces activités ;
Considérant qu'une simplification de la procédure de déclaration est appropriée afin de
réduire la charge administrative pour le contribuable et les services communaux ;
Vu, pour le surplus, les rapports du Collège des Bourgmestre et Echevins des 5 et 14
novembre et 10 décembre 2019 et le dossier administratif ;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins,
ARRETE:
Article 1
Il est établi, pour les exercices 2020 à 2024, une taxe annuelle sur les supports de publicité
commerciale visibles de la voie publique.
Article 2
Sont exclus du champ d’application du présent règlement :
       1.     les enseignes installées sur un lieu donné qui font connaître l'activité, le
              commerce ou l’industrie qui s’y exploite ;
       2.     les supports utilisés pour leur compte personnel par une personne morale de
              droit public, une association sans but lucratif ou un établissement d’utilité
              publique.
Article 3
Par supports de publicité, on entend toute construction en quelque matériau que ce soit,
située le long de la voie publique ou à tout endroit à ciel ouvert, visible d’une voie publique,
destinée à recevoir la publicité par collage, agrafage, peinture ou tout autre moyen, y
compris les murs ou parties de murs et les clôtures louées ou employées dans le but de
recevoir de la publicité, ainsi que les supports porteurs d’affiches lumineuses ou non ou par
projection lumineuse.




                                                 98
Les supports de publicité comprennent également, pour les applications mobiles et fixes, les
variantes numériques telles que les journaux lumineux, les murs de LED, etc., qui comportent
ou non des textes fixes et mobiles ou d'autres symboles et qui peuvent être contre paiement
ou non mis à la disposition des parties intéressées à la diffusion du message publicitaire.
En ce qui concerne les murs ou parties de mur sur lesquels les publicités sont apposées, la
surface totale couverte doit être considérée comme un seul support, même si plusieurs
publicités s’y trouvent.
Article 4
La taxe annuelle est calculée par demi-mètre carré de surface utile. Par surface utile, il y a
lieu de comprendre la surface susceptible d’être utilisée pour l’affichage à l’exclusion de
l’encadrement.
Les taux par mètre carré sont fixés au 1erjanvier 2020 comme suit :
-Pour les supports non lumineux ou non éclairés : 116,52€ par mètre carré (Taux 1);
-Pour les supports lumineux ou éclairés : 210,00€ par mètre carré (Taux 2);
-Pour les supports numériques : 840,00€ par mètre carré (Taux 3);
Ces taux seront majorés au 1er janvier de l’année suivante au taux de 2% conformément au
tableau ci-dessous :
            Exercice 2021          Exercice 2022         Exercice 2023         Exercice 2024
Taux 1 118,86 €                    121,23 €              123,66 €              126,13 €
Taux 2 214,20 €                    218,48 €              222,85 €              227,31 €
Taux 3 856,80 €                    873,94 €              891,41 €              909,24 €
Toute fraction de demi-mètre carré est arrondie au demi-mètre carré supérieur.
La surface imposable du support est calculée comme suit :
            si il présente une seule face : en fonction des dimensions du support d’affichage ;
            si il présente plusieurs faces : en fonction de la surface totale de toutes les faces
             visibles ;
            si il permet le défilement de publicités successives, le taux de la taxe sur les
             supports lumineux, éclairés, ou non est multiplié par le nombre de faces de
             publicité successivement visibles.
La taxe est due pour l’année entière pour chaque exercice, à compter du 1er janvier, quelle
que soit la date de l’installation du support.
Toutefois, pour les dispositifs essentiellement liés à un chantier, tels que ceux visés au Titre
VI, Chapitre III, Section 1, articles 13 à 15 du Règlement Régional d’Urbanisme du 21/11/2006
(vinyles publicitaires ou assimilés, publicité sur bâche de chantier, publicités sur clôtures de
chantier), le redevable peut solliciter le calcul de la taxe au prorata du nombre de mois
d’installation effective du dispositif au cours de l’année. Tout mois calendrier entamé compte
en entier.
Article 5
Est redevable principalement de la taxe, la personne physique ou morale qui dispose du droit
d’utiliser le support et subsidiairement, si l’utilisateur n’est pas connu ou défaillant, le
propriétaire du terrain ou du mur sur lequel se trouve le support. En cas de copropriété, la
taxe est due pour la totalité du terrain ou du mur, que l’ensemble des copropriétaires
détiennent ; elle n’est, néanmoins, exigée qu’à concurrence de la part individuelle de chacun
d’eux dans la copropriété.
Article 6
Si par suite d’une injonction de l’autorité ou par l’effet de quelque force majeure, le support
est réduit ou supprimé, le redevable ne peut, de ce chef, prétendre à aucun remboursement
de la taxe ou fraction de celle-ci pour la période de l’année restant à courir.
Article 7
Sont exemptés de la présente taxe :
       1.    les supports placés occasionnellement lors de fêtes locales;
       2.    les supports affectés exclusivement à une œuvre ou un organisme sans but
             lucratif ayant un caractère philanthropique, artistique, littéraire, scientifique ou
             d’utilité publique.




                                                 99
Article 8
§1er - Pour un exercice d’imposition donné, le contribuable est tenu de remettre à
l’Administration communale une déclaration. Il peut aussi remplir cette déclaration par son
espace personnel sur le site de l’Administration communale pour le 31 décembre de
l’exercice considéré.
§2 - Toutefois, l’administration communale peut dispenser un contribuable de l’obligation de
déclaration et lui envoyer une proposition de déclaration. Cette proposition mentionne la
base imposable ainsi que tous les renseignements et données qui ont été pris en
considération.
§3 - Si, dans la proposition de déclaration figurent des inexactitudes ou des omissions, ou si
les données pré imprimées ne correspondent pas à la base imposable, le contribuable est
tenu, dans un délai de 15 jours après l'expédition de la proposition de déclaration, de
soumettre à l’Administration la proposition de déclaration dûment corrigée, complétée,
datée et signée.
C’est au contribuable de prouver qu'il / elle a déposé dans les délais la proposition de
déclaration (corrigée ou complétée).
Si la proposition de déclaration ne contient pas d'inexactitudes ou d'omissions et que les
données imprimées correspondent au statut fiscal, le contribuable ne doit pas retourner la
proposition de déclaration.
§4 - La proposition de déclaration, complétée par les éléments que le contribuable a signalé
dans le délai visé au §3, vaut déclaration.
Toutefois, lorsque le contribuable n’a pas respecté l’obligation visée au §3, alinéa 1er, la
proposition de déclaration est assimilée à une déclaration inexacte ou incomplète.
§5 - Le contribuable qui n’a pas reçu de formule de déclaration ou de proposition de
déclaration a l’obligation d’en réclamer une et est tenu de la renvoyer, dûment complétée et
signée, au plus tard le 31 décembre de l’année de l’exercice considéré. Il peut aussi remplir
cette déclaration par son espace personnel sur le site de l’Administration communale pour le
31 décembre de l’exercice considéré.
§6 - La déclaration reste valable pour les exercices d’imposition suivants jusqu’à révocation.
En cas de modification de la base imposable, le contribuable doit faire la déclaration par son
espace personnel sur le site de l’Administration communale ou se procurer une nouvelle
formule de déclaration et la renvoyer, dûment complétée et signée, à l’Administration
communale dans les dix jours de la survenance du fait. Sans préjudice des dispositions du
présent règlement, le nouveau formulaire de déclaration sert de base aux enrôlements
ultérieurs et vaut révocation expresse de la formule de déclaration précédente.
Article 9
Le contribuable est tenu de faciliter le contrôle de sa déclaration notamment en fournissant
tous les documents et renseignements qui lui seront réclamés à cet effet. En cas de non
remise de document, d’absence de coopération ou d'empêchement du contrôle fiscal par le
contribuable ou par un tiers, une amende administrative de 50€ sera imposée. Cette amende
sera établie et recouvrée selon les mêmes règles que celles prévues aux articles 11 à 13 du
présent règlement.
Article 10
L’absence de déclaration dans les délais prévus ou la déclaration incorrecte, incomplète ou
imprécise de la part du contribuable entraîne l’enrôlement d’office de la taxe sur base des
données dont la Commune dispose. Dans ce cas, la taxe enrôlée d’office est majorée d’un
montant égal à la moitié de la taxe due.
Avant de procéder à la taxation d’office, l’Administration communale notifie au contribuable,
par lettre recommandée à la poste, les motifs pour lesquels elle recourt à cette procédure,
les éléments sur lesquels se base la taxation, le mode de détermination de ces éléments,
ainsi que le montant de la taxe.
Le contribuable dispose d’un délai de trente jours calendrier, à compter du troisième jour
ouvrable suivant la date d’envoi de la notification, pour faire valoir ses observations par écrit.
Le contribuable est tenu de produire la preuve de l’exactitude des éléments qu’il invoque.
L’Administration communale procédera à l’enrôlement d’office de la taxe si au terme de ce
délai, le contribuable n’a émis aucune observation qui justifie l’annulation de cette
procédure.
Article 11
La taxe est recouvrée, soit via son espace personnel sur le site de l’Administration
communale, ou par paiement électronique au compte de la commune.

                                                 100
Article 12
Les rôles de la taxe sont arrêtés et rendus exécutoires par le Collège des Bourgmestre et
Echevins au plus tard le 30 juin de l’année qui suit l’exercice d’imposition.
La taxe enrôlée est payable dans les deux mois de l’envoi de l’avertissement-extrait de rôle.
A défaut de paiement dans ce délai, les sommes dues sont productives au profit de
l’Administration, de l’intérêt de retard calculé d’après les règles fixées par l’article 414 du
Code des impôts sur les revenus de 1992.
Article 13
La taxe est recouvrée par le Receveur communal conformément aux règles établies pour la
perception des impôts au profit de l’Etat.
Article 14
§1er - Le redevable ou son représentant peut introduire une réclamation, par écrit, contre le
montant de l’imposition établie, y compris toutes majorations et amendes, auprès du Collège
des Bourgmestre et Echevins, qui agit en tant qu’autorité administrative. A peine de nullité,
cette réclamation doit être signée et motivée et elle doit mentionner : les nom, qualité,
adresse ou siège du redevable à charge duquel l’imposition est établie, l’objet de la
réclamation et un exposé des faits et moyens.
§2 - Les réclamations doivent être introduites sous peine de déchéance, dans un délai de
trois mois, à compter du troisième jour ouvrable suivant la date d’envoi de l’avertissement-
extrait de rôle.
Un accusé de réception sera notifié dans les 15 jours après l’envoi ou du dépôt de la
réclamation.
§3 - Si le contribuable ou son représentant souhaite être entendu dans le cadre de l’examen
de sa réclamation, il doit en faire la demande explicite dans sa réclamation.
Article 15
Le présent règlement entre en vigueur le 1erjanvier 2020 et remplace le règlement approuvé
par le Conseil communal en sa séance du 21 novembre 2018.

                                  DE GEMEENTERAAD
   Besloten, met 35 stem(men) tegen 8 en 0 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

Gezien het raadsbesluit van 21 november 2018 betreffende de belasting op commerciële
publiciteitsonderstellen zichtbaar vanaf de openbare weg, goedkeurt voor de aanslagjaren
2019 tot 2023;
Gelet artikel 170, § 4 van de Grondwet, die zich wijdt aan de fiscale autonomie van de
gemeenten onder voorbehoud van wettelijke beperkingen;
Gelet op de nieuwe gemeentewet namelijk artikel 117, alinea 1, en artikel 118, alinea 1;
Gelet op de ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijke Raad van 3 april 2014 betreffende
de vestiging, de invordering en de geschillen inzake gemeentebelastingen, zoals gewijzigd tot
op heden;
Gelet op de wet van 23 maart 1999 betreffende de gerechtelijke regeling op gebied van
fiscaliteit;
Gelet op de ordonnantie van 14 mei 1998 betreffende de regeling van administratief toezicht
op de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, zoals gewijzigd tot op heden;
Gelet op de Gewestelijke Stedenbouwkundige Verordening;
Gelet op de beschikkingen van het algemeen politiereglement;
Gelet op de financiële toestand van de gemeente;
Overwegende de noodzaak voor de gemeente om aan haar verplichtingen te voldoen in
overeenstemming met de eisen van het beheersplan en de vereisten van artikel 252 NGW,
welke de gemeenten verplicht een begroting in evenwicht te realiseren;
Gezien de noodzaak voor de gemeente om ontvangsten te heffen ter dekking van de kosten
die door al haar activiteiten worden gemaakt, en voornamelijk om inkomsten te verzekeren
om te kunnen voldoen aan de financiële lasten in verband met haar verplichting om de
openbare veiligheid te waarborgen;
Overwegende dat het behoud van deze bron van inkomsten gerechtvaardigd is;
Overwegende dat de installatie van publiciteitsonderstellen om leefmilieu en esthetische
redenen moet worden ingeperkt;
Overwegende dat het niet discriminerend is om lichtgevende en niet-lichtgevende
onderstellen te onderscheiden, om een ontradend effect te hebben op deze met een hoge
zichtbaarheid van de reclame die waarschijnlijk een gevaar voor de weggebruiker vormt;

                                               101
Overwegende dat een té grote afleiding van de bestuurders moet vermeden worden om het
veilig verkeer te waarborgen. Vrij programmeerbare, verlichte publiciteitsmiddelen zoals
digitale schermen bezitten bepaalde kenmerken die door een verhoogde mentale belasting
en een verhoogde visueel-cognitieve afleiding inwerken op het kijk- en rijgedrag van
weggebruikers, waardoor er een merkelijk verhoogd risico op ongevallen bestaat en daarom
worden dergelijke publiciteitsmiddelen nog meer ontraden;
Overwegende dat de aanslagvoeten redelijk zijn en zeker in verhouding staan tot de winsten
die door dit type installatie worden gegenereerd, zodat aan de gemeente niet kan worden
verweten geen rekening te hebben gehouden met de bijdragende capaciteit van de
belastingbetalers;
Overwegend dat het noodzakelijk is dat een onderneming, activiteit of industrie een
uithangbord aanbrengt met als voornaamste doel het publiek te informeren over de locatie
van dergelijke bedrijven en hun identiteit ten opzichte van elkaar en die derhalve op geen
enkele wijze kunnen worden gelijkgesteld met een publiciteitsonderstel in de zin van dit
reglement;
Overwegend dat de onderstellen die door een publiekrechtelijke rechtspersoon, een
vereniging zonder winstoogmerk of een instelling van openbaar nut voor eigen rekening
worden gebruikt, om dezelfde redenen ook niet als reclame in de zin van het onderhavig
reglement moet worden beschouwd, dit wordt toegevoegd aan het feit dat deze
onderstellen van algemeen nut zijn;
Overwegend dat de vrijstelling van de belasting die is opgelegd voor het gebruik van
onderstellen die uitsluitend aan een liefdadigheidsinstelling toebehoren, die niet voor
winstgevende of voor commerciële activiteiten worden gebruikt, wordt gerechtvaardigd door
het feit dat de uitoefening op het grondgebied van de gemeente van deze activiteiten aldus
rechtstreeks en gunstig zijn gericht op het leven van zijn inwoners; dat het derhalve
gerechtvaardigd is dat de gemeentelijke autoriteiten door deze vrijstelling deze activiteiten
steunen;
Overwegende dat een vereenvoudiging van de aangifteprocedure aangewezen is ten einde
het administratief werk van zowel de belastingplichtige als van de gemeentelijke diensten te
verminderen;
Gelet bovendien, op de verslagen van het College van Burgemeester en Schepenen van 5 en
14 november en 10 december 2019 en het administratief dossier;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen;
BESLUIT:
Artikel 1
Er wordt, voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2024, een jaarlijkse belasting geheven op
commerciële publiciteitsonderstellen zichtbaar vanaf de openbare weg.
Artikel 2
De bepalingen van dit reglement zijn niet van toepassing op:
       1.    de borden en onderstellen aangebracht op een bepaalde plaats waar zij de
             activiteit, de handel of de industrie aanduiden die er wordt uitgeoefend;
       2.    de borden of onderstellen voor eigen rekening gebruikt door een
             publiekrechtelijke persoon, door een vereniging zonder winstoogmerk of door
             een instelling van openbare nut.
Artikel 3
Onder publiciteitsonderstellen wordt verstaan elke constructie in eender welk materiaal,
geplaatst langs de openbare weg of op een plaats in open lucht die zichtbaar is vanaf de
openbare weg, waarop reclame wordt aangebracht door aanplakking, vasthechting,
schildering of door elk ander middel, met inbegrip van de muren of gedeelten van muren en
de omheiningen die gehuurd of gebruikt worden om er reclame op aan te brengen, evenals
de onderstellen waarop verlichte en niet-verlichte reclameborden of lichtbeelden vertoond
worden.
Onder publiciteitsonderstellen worden ook, voor zowel mobiele als vaste toepassingen, de
digitale varianten gerekend, zoals lichtkranten, LED-walls, … die al dan niet vaste, wijzigende
of bewegende teksten en andere symbolen dragen en die al dan niet tegen een vergoeding
ter beschikking gesteld worden van geïnteresseerden, die een boodschap willen verspreiden.
Voor de muren of gedeelten ervan waarop reclame wordt aangebracht, moet de totale
bedekte oppervlakte beschouwd worden als één bord of publiciteitsonderstel ook indien er
verschillende reclames op voorkomen.



                                               102
Artikel 4
De jaarlijkse belasting wordt berekend per halve vierkante meter bruikbare oppervlakte.
Onder bruikbare oppervlakte dient men te verstaan de oppervlakte geschikt tot het gebruik
bij de aanplakking met uitzondering van de omlijsting.
De aanslagvoeten per vierkante meter worden op 1 januari 2020 als volgt vastgesteld:
-Voor de niet lichtgevende of niet verlichte onderstellen: 116,52€ per vierkante meter (Voet
1);
-Voor de lichtgevende of verlichte onderstellen: 210,00€ per vierkante meter (Voet 2);
-Voor de digitale onderstellen: 840,00€ per vierkante meter (Voet 3);
Deze aanslagvoeten zullen op 1 januari van het volgende jaar worden verhoogd met 2%
volgens onderstaande tabel:
          Aanslagjaar 2021       Aanslagjaar 2022       Aanslagjaar 2023     Aanslagjaar 2024
Voet 1 118,86 €                  121,23 €               123,66 €             126,13 €
Voet 2 214,20 €                  218,48 €               222,85 €             227,31 €
Voet 3 856,80 €                  873,94 €               891,41 €             909,24 €
Iedere fractie halve vierkante meter wordt tot een hogere halve vierkante meter afgerond.
De belastbare oppervlakte van het onderstel wordt berekend als volgt;
            als het slechts één vlak bevat: in functie van de afmetingen van het onderstel;
            als het verscheidene vlakken bevat: in functie van de totale oppervlakte van alle
             zichtbare vlakken;
            als het de opeenvolging of het aflopen van een serie reclame toelaat, zal de
             aanslagvoet van de belasting op de lichtgevende of verlichte of niet-verlichte
             publiciteitsonderstellen worden vermeerderd met het aantal opeenvolgende
             zichtbare vlakken reclame.
De belasting is verschuldigd voor het hele jaar, vanaf 1 januari, wat ook de datum van
installatie van het onderstel is.
Echter, voor onderstellen welk essentieel zijn verbonden aan een werf, zoals deze bedoelt in
Titel VI, Hoofdstuk III, Sectie 1, artikel 13 tot 15 van de Gewestelijke Stedenbouwkundige
Verordening van 21/11/2006 (reclamedoeken of dergelijke, reclame op werfdekzeilen,
reclame op werfafsluitingen), de belastingplichtige mag een berekening vragen naar
evenredigheid van het aantal maanden van effectieve installatie van het onderstel
gedurende het jaar. Iedere begonnen kalendermaand wordt als vol berekend.
Artikel 5
Is hoofdelijk belastingplichtig, de natuurlijke of rechtspersoon die over het recht om gebruik
te maken van het aanplakbord of onderstel beschikt, en subsidiair als de gebruiker onbekend
of in gebreke is, is het de eigenaar van de grond of van de muur waarop zich het bord
bevindt. In geval van mede-eigendom, is de belasting verschuldigd voor de hele grond of
muur, dat behoort aan het geheel van mede-eigenaars; echter wordt de belasting geëist
volgens ieders individuele aandeel in deze mede-eigendom.
Artikel 6
Indien het aanplakbord of onderstel, ingevolge een bevel van de overheid of in geval van
overmacht, verkleind of afgeschaft wordt, kan de belastingplichtige uit dien hoofde geen
afspraak maken op enige andere terugbetaling van de belasting of op een gedeelte ervan
voor de periode van het jaar die nog overblijft.
Artikel 7
Worden van deze belasting vrijgesteld:
       1.    de borden of onderstellen geplaatst ter gelegenheid van de lokale feesten;
       2.    de borden of onderstellen uitsluitend bestemd voor een werk of organisme
             zonder winstoogmerk met een liefdadig, artistiek, literair, wetenschappelijk doel
             of instelling van openbaar nut.
Artikel 8
§1 - Voor een welbepaald aanslagjaar, is de belastingplichtige ertoe gehouden aangifte te
doen bij het Gemeentebestuur. Hij kan deze aangifte ook doen via zijn persoonlijke ruimte op
de website van het gemeentebestuur voor 31 december van het desbetreffende aanslagjaar.
§2 - Echter, het Gemeentebestuur kan een belastingplichtige vrijstellen van de verplichting
tot aangifte en hem een voorstel van aangifte toesturen. Dit voorstel vermeldt de belastbare
grondslag alsook alle informatie en gegevens die in aanmerking zijn genomen.



                                              103
§3 - Indien op het voorstel van aangifte onjuistheden of onvolledigheden zijn vermeld of
indien de voorgedrukte gegevens niet overeenstemmen met de belastbare toestand, moet
de belastingplichtige het voorstel van aangifte binnen de termijn van 15 dagen na
verzending, gedag- en ondertekend indienen bij het gemeentebestuur, met een duidelijke en
volledige vermelding en opgave op het voorstel van aangifte van de correcte gegevens en/of
alle verbeteringen of aanvullingen. Het is de belastingplichtige die dient te bewijzen dat
hij/zij het (verbeterd of vervolledigd) voorstel van aangifte tijdig indiende.
Indien het voorstel van aangifte evenwel geen onjuistheden of onvolledigheden bevat en alle
voorgedrukte gegevens stroken met de belastbare toestand, moet de belastingplichtige het
voorstel van aangifte niet indienen bij het gemeentebestuur.
§4 - Het voorstel van aangifte, aangevuld met elementen door de belastingplichtige binnen
de periode bedoeld in §3, geldt als aangifte.
Echter, wanneer de belastingplichtige niet heeft voldaan aan de in §3, 1 ste alinea beoogde
verplichting, wordt de voorgestelde aangifte beschouwd als een onjuiste of onvolledige
verklaring.
§5 - De belastingplichtigen die geen aangifteformulier of voorstel van aangifte ontvangen
hebben, worden verzocht er één te vragen en zijn ertoe gehouden deze terug te sturen,
behoorlijk ingevuld en ondertekend, uiterlijk op 31 december van het desbetreffende
aanslagjaar. Hij kan deze aangifte ook doen via zijn persoonlijke ruimte op de website van het
gemeentebestuur voor 31 december van het desbetreffende aanslagjaar.
§6 - De aangifte blijft geldig voor de volgende aanslagjaren, tot herroeping.
In het geval van wijzigingen in de belastinggrondslag, moet de belastingplichtige aangifte
doen via zijn persoonlijke ruimte op de website van het gemeentebestuur of een nieuw
aangifteformulier aanvragen en deze naar behoren invullen, ondertekenen en terugsturen
naar de gemeente dit binnen de tien dagen na het ontstaan van de gebeurtenis.
Onverminderd de bepalingen van deze verordening, de nieuwe aangifte vormt de basis bij de
volgende inkohieringen en herroept uitdrukkelijk het vorige aangifteformulier.
Artikel 9
De belastingplichtige wordt ertoe gehouden de controle van zijn aangifte te
vergemakkelijken voornamelijk door het verstrekken van alle documenten en inlichtingen die
hem hierbij zouden worden gevraagd. Bij het niet voorleggen van documenten, gebrek aan
medewerking of verhinderen van de fiscale controle door de belastingplichtige of een derde,
wordt een administratieve geldboete opgelegd van 50€. Deze boete wordt gevestigd en
ingevorderd volgens dezelfde regels als voorzien in de artikels 11 tot 13 van dit reglement.
Artikel 10
Bij het ontbreken van de aangifte binnen de voorziene termijnen, of de onjuiste, onvolledige
of onduidelijke aangifte vanwege de belastingplichtige zal de aanslag van ambtshalve worden
gevestigd op basis van de gegevens waarover de Gemeente beschikt. In dit geval zal de
ingekohierde belasting worden verhoogd met het bedrag gelijk aan de helft van de
verschuldigde belasting.
Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve inkohiering, zal het gemeentebestuur per
aangetekend schrijven, de motieven betekenen aan de belastingplichtige, welke aanleiding
geven tot deze procedure, de elementen waarop de belasting is gebaseerd, de manier
waarop deze elementen werden vastgesteld en het bedrag van de belasting.
De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen, te rekenen vanaf
de derde werkdag die volgt op de verzending van de betekening, om schriftelijk zijn
opmerkingen te doen gelden. De belastingplichtige is ertoe gehouden het bewijs leveren van
de juistheid van de door hem aangevoerde elementen.
Het gemeentebestuur zal aan het einde van deze periode overgaan tot de ambtshalve
inkohiering indien de belastingplichtige geen opmerkingen heeft gemaakt die de annulering
van deze procedure rechtvaardigt.
Artikel 11
De belasting is te voldoen, hetzij via de persoonlijke ruimte op de website van het
gemeentebestuur, of per elektronische betaling op rekening van de gemeente.
Artikel 12
De kohieren van de belasting worden door het College van Burgemeester en Schepenen
opgemaakt en uiterlijk op 30 juni van het jaar volgend op het aanslagjaar afgesloten en
uitvoerbaar verklaard.



                                              104
De ingekohierde belasting is te betalen binnen de twee maanden na verzending van het
aanslagbiljet.
Bij gebrek aan betaling binnen de vastgestelde termijn zullen verwijlinteresten worden
gevorderd, berekend volgens de bepalingen vastgelegd in artikel 414 van het Wetboek op de
inkomstenbelastingen voor 1992
Artikel 13
De belasting is door de Gemeenteontvanger ingevorderd volgens de regels vastgesteld voor
het innen van belastingen ten voordele van de Staat.
Artikel 14
§1 - De belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger kan een bezwaar schriftelijk indienen
tegen de geheven belasting, alsook alle verhogingen of boetes, bij het College van
Burgemeester en Schepenen, die als bestuursoverheid handelt. Om de ongeldigheid te
vermijden, moet het bezwaarschrift ondertekend en met redenen omkleed zijn en moet
vermelden: de naam, hoedanigheid, adres of de zetel van de belastingplichtige waarvoor de
belasting is vastgesteld alsook het onderwerp van het bezwaar en een uiteenzetting van
feiten en middelen.
§2 - De bezwaren moeten ingediend worden, op straffe van nietigheid, binnen de termijn van
drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van
het aanslagbiljet.
Van het bezwaarschrift zal schriftelijk ontvangst bericht worden binnen de 15 dagen na de
verzending of de indiening van het bezwaarschrift.
§3 - Indien de belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger wenst gehoord te worden in het
kader van het onderzoek van zijn bezwaar, moet hij dit uitdrukkelijk vragen in zijn
bezwaarschrift.
Artikel 15
Dit onderhavige reglement treedt in voege op 1 januari 2020 en vervangt het reglement
goedgekeurd door de Gemeenteraad van 21 november 2018.


SP 33.- Taxe sur les surfaces commerciales - Exercices 2020 à 2024 – Renouvellement et
   modification -=- Belasting op de commerciële oppervlakten – Aanslagjaren 2020 tot
   2024 – Hernieuwing en wijziging

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Décidé, par 30 voix contre 8 et 5 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté -=- Besloten, met
30 stem(men) tegen 8 en 5 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
          Décidé, par 30 voix contre 8 et 5 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté

Revu sa délibération du 23 septembre 2015 votant le règlement-taxe sur les surfaces
commerciales pour un terme de 5 ans, expirant le 31 décembre 2020 ;
Vu l’article 170, § 4 de la Constitution qui consacre l’autonomie fiscale des Communes sous
réserve des exceptions légales.
Vu la nouvelle loi communale, notamment l’article 117, alinéa 1 et l’article 118, alinéa 1 ;
Vu l’ordonnance du Conseil de la Région de Bruxelles-Capitale du 3 avril 2014 relative à
l’établissement, au recouvrement et au contentieux en matière des taxes communales telle
que modifiée à ce jour ;
Vu la loi du 23 mars 1999 relative à l’organisation judiciaire en matière fiscale ;
Vu l’ordonnance du 14 mai 1998 organisant la tutelle administrative sur les communes de la
Région de Bruxelles-Capitale, telle que modifiée à ce jour ;
Vu la situation financière de la commune ;
Considérant la nécessité pour la commune de remplir ses obligations dans le respect des
exigences du plan de gestion et du prescrit de l’article 252 NLC lequel impose aux Communes
de réaliser l’équilibre budgétaire ;
Vu la nécessité pour la commune de prélever des recettes pour couvrir les dépenses qu’exige
l’ensemble de ses activités, et en particulier d’assurer les recettes permettant de faire face
aux charges financières liées à son obligation d’assurer la tranquillité publique, la sécurité
publique et la propreté publique :

                                               105
Considérant que le maintien de cette source de revenus se justifie.
Considérant que la perception de la taxe visée au présent règlement assure une répartition
équitable de la charge fiscale entre les différents contribuables sur le territoire de la
commune ;
Considérant que les surfaces commerciales d’ampleur constituent une activité économique
génératrice de revenus permettant raisonnablement de considérer que les exploitants actifs
dans ce secteur d'activité disposent de capacités contributives leur permettant de s'acquitter
des taxes mises à leur charge ;
Considérant que les surfaces commerciales créent dans leurs alentours des désagréments
pour la collectivité (tels que par exemples les problèmes de stationnement de véhicules, de
densité de trafic, de chargements/déchargements de marchandises accélérant le processus
de dégradation des voiries et induisant des situations d’insécurité pour les usagers, de
malpropreté,…) excédant ceux causés par l’exploitation de commerces de plus petites tailles,
ce qui justifie par ailleurs l’exonération qui leur a été consentie. Outre la protection de
l’environnement, ces recettes permettront de financer la revitalisation des noyaux
commerciaux et des mesures tendant à accroître la sécurité, l’entretien ou la réparation des
voiries ;
Considérant qu'une simplification de la procédure de déclaration est appropriée afin de
réduire la charge administrative pour le contribuable et les services communaux ;
Vu, pour le surplus, les rapports du Collège des Bourgmestre et Echevins des 22 octobre, 5 et
26 novembre 2019 et le dossier administratif ;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins,
ARRETE:
Article 1
Il sera perçu au profit de la commune de Schaerbeek, pour les exercices 2020 à 2024, une
taxe communale annuelle sur les surfaces commerciales.
Pour l’application du présent règlement, il y a lieu d’entendre par « surface commerciale »
l’ensemble des locaux accessibles au public dans lesquels sont vendus des biens meubles
contre rétribution, y compris les surfaces utilisées directement ou indirectement pour
l’exercice de l’activité tels que les locaux de rangement et/ou de stockage, à l’exclusion
toutefois des surfaces qui tombent sous l’application du règlement taxe sur les surfaces de
bureaux.
Article 2
L’impôt a pour base la surface brute de plancher hors sol utilisable aux fins définies à l’article
1.
Par « surface brute de plancher hors sol », on entend la totalité des planchers mis à couvert à
l’exclusion des locaux situés sous le niveau du sol qui sont affectés au parcage, aux caves, aux
équipements techniques et aux dépôts. Les dimensions des planchers sont mesurées au nu
extérieur des murs de façade, les planchers étant supposés continus, sans tenir compte de
leur interruption par les cloisons et murs intérieurs, par les gaines, cages d’escalier et
ascenseurs.
Article 3
La taxe est due par l’exploitant des surfaces commerciales. A défaut de paiement par
l’exploitant, la taxe sera récupérée auprès du propriétaire du fonds de commerce.
Article 4
En cas de cessation ou de début d’occupation de surfaces commerciales en cours d’exercice,
la taxe est établie sur base du nombre effectif de mois d’occupation. Pour l’application des
présentes dispositions, tout mois entamé compte en entier.
Article 5
Le taux est fixé, au 1erjanvier 2020, par surface commerciale à 7,17 €/m². Ce taux est majoré
au 1er janvier de l’année suivante au taux de 2 % conformément au tableau ci-dessous :
Exercice 2021        Exercice 2022        Exercice 2023      Exercice 2024
7,31 €               7,46 €               7,60 €             7,76 €
Article 6
Sont exonérés de la taxe :
- les premiers 400 m² ;




                                                 106
- les surfaces occupées par les établissements de culte reconnus officiellement ainsi que les
maisons de laïcité, les établissements d’enseignement et de soins (cliniques, polycliniques,
hôpitaux, ...) organisés ou subventionnés par les pouvoirs publics, les œuvres de
bienfaisance, les organismes s’occupant – sans but de lucre - d’aide sociale ou encore
d’activités culturelles et sportives pour autant qu’ils soient organisés ou subventionnés par
les pouvoirs publics.
Ces exonérations sont accordées d’office pour autant qu’elles soient justifiées.
Article 7
§1er- Pour un exercice d’imposition donné, le contribuable est tenu de remettre à
l’Administration communale une déclaration. Il peut aussi remplir cette déclaration par son
espace personnel sur le site de l’Administration communale.
§2 - Toutefois, l’administration communale peut dispenser un contribuable de l’obligation de
déclaration et lui envoyer une proposition de déclaration. Cette proposition mentionne la
base imposable ainsi que tous les renseignements et données qui ont été pris en
considération.
§3 - Si, dans la proposition de déclaration figurent des inexactitudes ou des omissions, ou si
les données pré imprimées ne correspondent pas à la base imposable, le contribuable est
tenu, dans un délai de 15 jours après l'expédition de la proposition de déclaration, de
soumettre à l’Administration la proposition de déclaration dûment corrigée, complétée,
datée et signée.
C’est au contribuable de prouver qu'il / elle a déposé dans les délais la proposition de
déclaration (corrigée ou complétée).
Si la proposition de déclaration ne contient pas d'inexactitudes ou d'omissions et que les
données imprimées correspondent au statut fiscal, le contribuable ne doit pas retourner la
proposition de déclaration.
§4 - La proposition de déclaration, complétée par les éléments que le contribuable a signalé
dans le délai visé au §3, vaut déclaration.
Toutefois, lorsque le contribuable n’a pas respecté l’obligation visée au §3, alinéa 1er, la
proposition de déclaration est assimilée à une déclaration inexacte ou incomplète.
§5 - Le contribuable qui n’a pas reçu de formule de déclaration ou de proposition de
déclaration a l’obligation d’en réclamer une et est tenu de la renvoyer, dûment complétée et
signée, au plus tard le 31 décembre de l’année de l’exercice considéré.
§6 - La déclaration reste valable pour les exercices d’imposition suivants jusqu’à révocation.
En cas de modification de la base imposable, le contribuable doit se procurer une nouvelle
formule de déclaration et la renvoyer, dûment complétée et signée, à l’Administration
communale dans les dix jours de la survenance du fait. Sans préjudice des dispositions du
présent règlement, le nouveau formulaire de déclaration sert de base aux enrôlements
ultérieurs et vaut révocation expresse de la formule de déclaration précédente.
Article 8
Le contribuable est tenu de faciliter le contrôle de sa déclaration notamment en fournissant
tous les documents et renseignements qui lui seront réclamés à cet effet. En cas de non
remise de document, d’absence de coopération ou d'empêchement du contrôle fiscal par le
contribuable ou par un tiers, une amende administrative de 50€ sera imposée. Cette amende
sera établie et recouvrée selon les mêmes règles que celles prévues aux articles 10 à 12 du
présent règlement.
Article 9
L’absence de déclaration dans les délais prévus ou la déclaration incorrecte, incomplète ou
imprécise de la part du contribuable entraîne l’enrôlement d’office de la taxe sur base des
données dont la Commune dispose. Dans ce cas, la taxe enrôlée d’office est majorée d’un
montant égal à la moitié de la taxe due.
Avant de procéder à la taxation d’office, l’Administration communale notifie au contribuable,
par lettre recommandée à la poste, les motifs pour lesquels elle recourt à cette procédure,
les éléments sur lesquels se base la taxation, le mode de détermination de ces éléments,
ainsi que le montant de la taxe.
Le contribuable dispose d’un délai de trente jours calendrier, à compter du troisième jour
ouvrable suivant la date d’envoi de la notification, pour faire valoir ses observations par écrit.
Le contribuable est tenu de produire la preuve de l’exactitude des éléments qu’il invoque.




                                                 107
L’Administration communale procédera à l’enrôlement d’office de la taxe si au terme de ce
délai, le contribuable n’a émis aucune observation qui justifie l’annulation de cette
procédure.
Article 10
La taxe est recouvrée, soit via son espace personnel sur le site de l’Administration
communale, ou par paiement électronique au compte de la commune.
Article 11
Les rôles de la taxe sont arrêtés et rendus exécutoires par le Collège des Bourgmestre et
Echevins au plus tard le 30 juin de l’année qui suit l’exercice d’imposition.
La taxe enrôlée est payable dans les deux mois de l’envoi de l’avertissement-extrait de rôle.
A défaut de paiement dans ce délai, les sommes dues sont productives au profit de
l’Administration, de l’intérêt de retard calculé d’après les règles fixées par l’article 414 du
Code des impôts sur les revenus de 1992.
Article 12
La taxe est recouvrée par le Receveur communal conformément aux règles établies pour la
perception des impôts au profit de l’Etat.
Article 13
§1er- Le redevable ou son représentant peut introduire une réclamation, par écrit, contre le
montant de l’imposition établie, y compris toutes majorations et amendes, auprès du Collège
des Bourgmestre et Echevins, qui agit en tant qu’autorité administrative. A peine de nullité,
cette réclamation doit être signée et motivée et elle doit mentionner : les nom, qualité,
adresse ou siège du redevable à charge duquel l’imposition est établie, l’objet de la
réclamation et un exposé des faits et moyens.
§2 - Les réclamations doivent être introduites sous peine de déchéance, dans un délai de
trois mois, à compter du troisième jour ouvrable suivant la date d’envoi de l’avertissement-
extrait de rôle.
Un accusé de réception sera notifié dans les 15 jours après l’envoi ou du dépôt de la
réclamation.
§3 - Si le contribuable ou son représentant souhaite être entendu dans le cadre de l’examen
de sa réclamation, il doit en faire la demande explicite dans sa réclamation.
Article 14
Le présent règlement entre en vigueur le 1erjanvier 2020 et remplace le règlement approuvé
par le Conseil communal en sa séance du 23 septembre 2015.

                                  DE GEMEENTERAAD
   Besloten, met 30 stem(men) tegen 8 en 5 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

Gezien het raadsbesluit van 23 september 2015, houdende stemming van het reglement
betreffende de belasting op de commerciële oppervlakten, voor een termijn van 5 jaar,
vervallend op 31 december 2020;
Gelet artikel 170, § 4 van de Grondwet, die zich wijdt aan de fiscale autonomie van de
gemeenten onder voorbehoud van wettelijke beperkingen;
Gelet op de nieuwe gemeentewet namelijk artikel 117, alinea 1, en artikel 118, alinea 1;
Gelet op de ordonnantie van het Brusselse Hoofdstedelijke Raad van 3 april 2014 betreffende
de vestiging, de invordering en de geschillen inzake gemeentebelastingen, zoals gewijzigd tot
op heden;
Gelet op de wet van 23 maart 1999 betreffende de gerechtelijke regeling op gebied van
fiscaliteit;
Gelet op de ordonnantie van 14 mei 1998 betreffende de regeling van administratief toezicht
op de gemeenten van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest, zoals gewijzigd tot op heden;
Gelet op de financiële toestand van de gemeente;
Overwegende de noodzaak voor de gemeente om aan haar verplichtingen te voldoen in
overeenstemming met de eisen van het beheersplan en de vereisten van artikel 252 NGW,
welke de gemeenten verplicht een begroting in evenwicht te realiseren;
Gezien de noodzaak voor de gemeente om ontvangsten te heffen ter dekking van de kosten
die door al haar activiteiten worden gemaakt, en voornamelijk om inkomsten te verzekeren
om te kunnen voldoen aan de financiële lasten in verband met haar verplichting om de
openbare rust, openbare veiligheid en openbare netheid te waarborgen;



                                               108
Overwegende dat het behoud van deze bron van inkomsten gerechtvaardigd is;
Overwegende dat de invordering van de in dit reglement bedoelde belasting een billijke
verdeling van de fiscale lasten waarborgt onder de verschillende belastingplichtigen op het
grondgebied van de gemeente;
Overwegende dat commerciële oppervlakten deel uitmaken van een inkomstgenererende
economische activiteit, hetgeen gegronde redenen biedt te vermoeden dat de uitbaters die
actief zijn in deze sector over de nodige middelen beschikken, die hen in staat moet stellen
zich te kwijten van de belastingen die op hen van toepassing zijn;
Overwegende dat de omvangrijke commerciële oppervlakten in hun omgeving meer overlast
creëren voor de leefgemeenschap (bijvoorbeeld meer parkeerproblemen, het dichtslibben
van het verkeer, het laden/lossen van goederen die de slijtage versnellen van de wegen en
hierdoor situaties van onveiligheid ontstaan voor de gebruikers, vervuiling, ...) dan die
veroorzaakt door kleinere handelszaken, die dan ook de vrijstelling rechtvaardigt die aan hen
werd verleend. Naast de bescherming van het milieu, zullen deze inkomsten de revitalisering
van commerciële centra en maatregelen om een verhoogde veiligheid, onderhoud of
reparatie van wegen financieren;
Overwegende dat een vereenvoudiging van de aangifteprocedure aangewezen is ten einde
het administratief werk van zowel de belastingplichtige als van de gemeentelijke diensten te
verminderen;
Gelet bovendien, op de verslagen van het College van Burgemeester en Schepenen van 22
oktober, 5 en 26 november 2019 en het administratief dossier;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen;
BESLUIT:
Artikel 1
Er wordt voor de aanslagjaren 2020 tot en met 2024, ten voordele van de gemeente
Schaarbeek, een jaarlijkse belasting ingevoerd op de commerciële oppervlakten.
Voor de toepassing van dit reglement dient onder “commerciële oppervlakten” te worden
verstaan, het geheel van lokalen toegankelijk voor het publiek waarin tegen betaling
goederen worden verkocht, met inbegrip van de oppervlakten rechtstreeks of onrechtstreeks
bestemd voor de uitoefening van de activiteit zoals bergingen en/of stockageruimten, met
uitzondering van de oppervlakten die onder de toepassing vallen van de belasting op
kantooroppervlakten.
Artikel 2
De belasting heeft als basis de bruto bovengrondse vloeroppervlakte welke gebruikt wordt
voor de in artikel 1 bepaalde activiteit.
Onder “bruto bovengrondse vloeroppervlakte” wordt verstaan, het totaal van de bedekte
vloeren met uitsluiting van de lokalen die zich onder de grond bevinden en bestemd zijn voor
het parkeren, als kelders, voor de technische uitrustingen en als opslagplaatsen. De
afmetingen van de vloeren zijn gemeten tussen de buitenkanten van de muurgevels; de
vloeren worden verondersteld doorlopend te zijn, zonder rekening te houden met een
onderbreking door wanden, binnenmuren, kokers, trappenhuizen en liften.
Artikel 3
De belasting is verschuldigd door de uitbater van de commerciële oppervlakten. Bij gebrek
aan betaling door de uitbater, zal de belasting worden gevorderd bij de eigenaar van het
handelsfonds.
Artikel 4
In geval van stopzetting of aanvang van bezetting van de commerciële oppervlakten in de
loop van het dienstjaar, wordt de belasting vastgesteld op basis van het effectieve aantal
bezette maanden. Voor de toepassing van de bijgaande bepalingen, zal iedere begonnen
maand als volledig worden gerekend.
Artikel 5
De aanslagvoet wordt op 1 januari 2020 vastgesteld op 7,17€/m² per commerciële
oppervlakte. Deze aanslagvoet zal ieder jaar op 1 januari worden verhoogd met 2% volgens
onderstaande tabel:
Aanslagjaar 2021         Aanslagjaar 2022       Aanslagjaar 2023        Aanslagjaar 2024
7,31 €                   7,46 €                 7,60 €                  7,76 €




                                              109
Artikel 6
Worden van deze belasting vrijgesteld:
- de eerste 400 m²;
- de oppervlakten gebruikt door instellingen van officieel erkende erediensten alsook de
huizen van het lekendom, de georganiseerde of door de overheid betoelaagde onderwijs- en
verzorgingsinstellingen (hospitalen, klinieken, poliklinieken,…), de weldadigheidswerken, de
organismen gebruik makend – zonder winstgevend doel – van sociale hulp of ook culturele
en sportieve activiteiten in zoverre zij door de overheid zijn betoelaagd.
Deze vrijstellingen worden ambtshalve toegestaan in zoverre de aanvraag vergezeld is van de
gestaafde stukken.
Artikel 7
§1 - Voor een welbepaald aanslagjaar, is de belastingplichtige ertoe gehouden aangifte te
doen bij het Gemeentebestuur. Hij kan deze aangifte ook doen via zijn persoonlijke ruimte op
de website van het gemeentebestuur.
§2 - Echter, het Gemeentebestuur kan een belastingplichtige vrijstellen van de verplichting
tot aangifte en hem een voorstel van aangifte toesturen. Dit voorstel vermeldt de belastbare
grondslag alsook alle informatie en gegevens die in aanmerking zijn genomen.
§3 - Indien op het voorstel van aangifte onjuistheden of onvolledigheden zijn vermeld of
indien de voorgedrukte gegevens niet overeenstemmen met de belastbare toestand, moet
de belastingplichtige het voorstel van aangifte binnen de termijn van 15 dagen na
verzending, gedag- en ondertekend indienen bij het gemeentebestuur, met een duidelijke en
volledige vermelding en opgave op het voorstel van aangifte van de correcte gegevens en/of
alle verbeteringen of aanvullingen. Het is de belastingplichtige die dient te bewijzen dat
hij/zij het (verbeterd of vervolledigd) voorstel van aangifte tijdig indiende.
Indien het voorstel van aangifte evenwel geen onjuistheden of onvolledigheden bevat en alle
voorgedrukte gegevens stroken met de belastbare toestand, moet de belastingplichtige het
voorstel van aangifte niet indienen bij het gemeentebestuur.
§4 - Het voorstel van aangifte, aangevuld met elementen door de belastingplichtige binnen
de periode bedoeld in §3, geldt als aangifte.
Echter, wanneer de belastingplichtige niet heeft voldaan aan de in §3, 1 stealinea beoogde
verplichting, wordt de voorgestelde aangifte beschouwd als een onjuiste of onvolledige
verklaring.
§5 - De belastingplichtigen die geen aangifteformulier of voorstel van aangifte ontvangen
hebben, worden verzocht er één te vragen en zijn ertoe gehouden deze terug te sturen,
behoorlijk ingevuld en ondertekend, uiterlijk op 31 december van het desbetreffende
aanslagjaar.
§6 - De aangifte blijft geldig voor de volgende aanslagjaren, tot herroeping.
In het geval van wijzigingen in de belastinggrondslag, moet de belastingplichtige een nieuw
aangifteformulier aanvragen en deze naar behoren invullen, ondertekenen en terugsturen
naar de gemeente dit binnen de tien dagen na het ontstaan van de gebeurtenis.
Onverminderd de bepalingen van deze verordening, de nieuwe aangifte vormt de basis bij de
volgende inkohieringen en herroept uitdrukkelijk het vorige aangifteformulier.
Artikel 8
De belastingplichtige wordt ertoe gehouden de controle van zijn aangifte te
vergemakkelijken voornamelijk door het verstrekken van alle documenten en inlichtingen die
hem hierbij zouden worden gevraagd. Bij het niet voorleggen van documenten, gebrek aan
medewerking of verhinderen van de fiscale controle door de belastingplichtige of een derde,
wordt een administratieve geldboete opgelegd van 50€. Deze boete wordt gevestigd en
ingevorderd volgens dezelfde regels als voorzien in de artikels 10 tot 12 van dit reglement.
Artikel 9
Bij het ontbreken van de aangifte binnen de voorziene termijnen, of de onjuiste, onvolledige
of onduidelijke aangifte vanwege de belastingplichtige zal de aanslag van ambtshalve worden
gevestigd op basis van de gegevens waarover de Gemeente beschikt. In dit geval zal de
ingekohierde belasting worden verhoogd met het bedrag gelijk aan de helft van de
verschuldigde belasting.
Vooraleer over te gaan tot de ambtshalve inkohiering, zal het gemeentebestuur per
aangetekend schrijven, de motieven betekenen aan de belastingplichtige, welke aanleiding
geven tot deze procedure, de elementen waarop de belasting is gebaseerd, de manier
waarop deze elementen werden vastgesteld en het bedrag van de belasting.



                                             110
De belastingplichtige beschikt over een termijn van dertig kalenderdagen, te rekenen vanaf
de derde werkdag die volgt op de verzending van de betekening, om schriftelijk zijn
opmerkingen te doen gelden. De belastingplichtige is ertoe gehouden het bewijs leveren van
de juistheid van de door hem aangevoerde elementen.
Het gemeentebestuur zal aan het einde van deze periode overgaan tot de ambtshalve
inkohiering indien de belastingplichtige geen opmerkingen heeft gemaakt die de annulering
van deze procedure rechtvaardigt.
Artikel 10
De belasting is te voldoen, hetzij via de persoonlijke ruimte op de website van het
gemeentebestuur, of per elektronische betaling op rekening van de gemeente.
Artikel 11
De kohieren van de belasting worden door het College van Burgemeester en Schepenen
opgemaakt en uiterlijk op 30 juni van het jaar volgend op het aanslagjaar afgesloten en
uitvoerbaar verklaard.
De ingekohierde belasting is te betalen binnen de twee maanden na verzending van het
aanslagbiljet.
Bij gebrek aan betaling binnen de vastgestelde termijn zullen verwijlinteresten worden
gevorderd, berekend volgens de bepalingen vastgelegd in artikel 414 van het Wetboek op de
inkomstenbelastingen voor 1992
Artikel 12
De belasting is door de Gemeenteontvanger ingevorderd volgens de regels vastgesteld voor
het innen van belastingen ten voordele van de Staat.
Artikel 13
§1 - De belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger kan een bezwaar schriftelijk indienen
tegen de geheven belasting, alsook alle verhogingen of boetes, bij het College van
Burgemeester en Schepenen, die als bestuursoverheid handelt. Om de ongeldigheid te
vermijden, moet het bezwaarschrift ondertekend en met redenen omkleed zijn en moet
vermelden: de naam, hoedanigheid, adres of de zetel van de belastingplichtige waarvoor de
belasting is vastgesteld alsook het onderwerp van het bezwaar en een uiteenzetting van
feiten en middelen.
§2 - De bezwaren moeten ingediend worden, op straffe van nietigheid, binnen de termijn van
drie maanden te rekenen vanaf de derde werkdag volgend op de datum van verzending van
het aanslagbiljet.
Van het bezwaarschrift zal schriftelijk ontvangst bericht worden binnen de 15 dagen na de
verzending of de indiening van het bezwaarschrift.
§3 - Indien de belastingplichtige of zijn vertegenwoordiger wenst gehoord te worden in het
kader van het onderzoek van zijn bezwaar, moet hij dit uitdrukkelijk vragen in zijn
bezwaarschrift
Artikel 14
Dit onderhavige reglement treedt in voege op 1 januari 2020 en vervangt het reglement
goedgekeurd door de Gemeenteraad van 23 september 2015.



DÉVELOPPEMENT STRATÉGIQUE ET DURABLE -=- STRATEGISCHE EN DUURZAME ONTWIKKELING (SDO)
Appui à la coordination -=- Steun bij de coördinatie
SP 34.- Fonds d'Impulsion à la Politique des Immigrés - Projet de répartition FIPI communal
   2020 - Approbation -=- Impulsfonds voor het Migrantenbeleid - Gemeentelijk
   verdelingsproject FIM 2020 - Goedkeuring

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
                      Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117 et 123 de la nouvelle loi communale ;



                                               111
Vu l’initiative du de la Commission Communautaire Française visant à créer un Fonds
d’Impulsion pour financer des projets dans le cadre de la Politique des Immigrés ;
Vu l'appel à projet 2020 lancé par la Commission Communautaire Française (COCOF)
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins du 10 décembre 2019
DECIDE
d’approuver le projet de répartition budgétaire présenté par le Collège des Bourgmestre et
Echevins pour les actions envisagées, en attendant la confirmation de la part de la
Commission Communautaire Française (COCOF) du montant attribué à Schaerbeek en 2020.

                                DE GEMEENTERAAD
        Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op de artikelen 117 en 123 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op het initiatief van de Franse Gemeenschapscommissie om een Impuls Fonds met het
oog projecten in het kader van het immigratiebeleid te financieren, te creëren;
Gelet op de oproep 2020 gelanceerd door de Franse Gemeenschapscommissie tot het
indienen van voorstellen
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen van 10 december 2019
BESLUIT
om de begroting toewijzingen zoals voorgesteld door het College van Burgemeester en
Schepenen voor de voorgenomen acties, goed te keuren, in afwachting van de bevestiging
van de Franse Gemeenschapscommissie (COCOF) van het toegekende bedrag voor
Schaarbeek in 2020.


Appui territorial et thématique -=- Territoriale en thematishe steun
SP 35.- Subvention de l'ASBL Espace P... , - Année 2019 - Approbation -=- Subsidie van VZW
   Espace P..., - Dienstjaar 2019 - Goedkeuring

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                 LE CONSEIL COMMUNAL
                     Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu l'article 117 de la nouvelle loi communale;
Vu la loi du 14 novembre 1983 relative au contrôle de l'octroi et de l'emploi de certaines
subventions et sa délibération du 15 janvier 1985;
Vu sa délibération du 27 février 2019 adoptant le budget communal pour l'exercice 2019;
Vu la délibération du Conseil communal du 27 mars 2019 adoptant le règlement relatif aux
subventions communales;
Vu la délibération du Conseil communal du 30 mai 2019 adoptant la répartition des subsides
aux associations
DECIDE
      1.     De modifier comme suit les subventions aux associations pour l'exercice 2019,
             pour un montant global de 90 000 euros:
             ◦    Espace P...                     80 000 euros
             ◦    Espace P...                     10 000 euros
      2.     d'approuver la convention avec l'ASBL Espace P... pour la promotion en
             français de l'ouvrage "En vraag niet waarom. Sexwerk in Belgïe", de Hans
             Vandecandelaere, valable du 20 décembre 2019 au 20 août 2020.

                                DE GEMEENTERAAD
        Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikel 117 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en
aanwending van sommige toelagen en gelet op zijn raadbesluit van 15 januari 1985;


                                             112
Gelet op de beraadslaging van 27 februari 2019 die de gemeentebegroting voor het
dienstjaar 2019 vaststelt;
Gelet op de beraadslaging van de gemeenteraad van 27 maart 2019 dit het reglement met
betrekking tot de gemeentelijke toelagen vaststelt;
Gelet op de beraadslaging van de gemeenteraad van 30 mei 2019 dit de verdeling van de
subsidies aan de verenigingen vaststelt;
BESLIST
      1.    Om de subsidies aan de verenigingen voor het dienstjaar 2019 te veranderen,
            voor een totaal bedrag van 90 000 euros:
            ◦     Espace P...                   80 000 euros
            ◦     Espace P...                   10 000 euros
      2.    om de overeenkomst tussen de gemeente en de VZW Espace P... van 20
            decembre 2019 tot 20 augustus 2020 voor de promotie van de boek "En vraag
            niet waarom. Sexwerk in Belgë" van Hans Vandecandelaere in frans goed te
            keuren


SP 36.- Subvention de l'ASBL Espace P... , - Année 2020 - Approbation -=- Subsidie van VZW
   Espace P..., - Dienstjaar 2020 - Goedkeuring

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                 LE CONSEIL COMMUNAL
                     Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu l'appel à projets avalisé par le Collège le 18 juillet 2017;
Vu la nécessité d'un travail d'accompagnement social auprès des personnes prostituées;
Vu la nécessité d'un relais de terrain entre les quartiers de prostitution et l'administration
communale;
Vu l'importance d'un travail de cohésion sociale entre les habitants et les personnes
prostituées dans le quartier Nord;
Vu la nécessité d'autonomiser les personnes prostituées face aux réseaux de traite des êtres
humains et au proxénétisme;
Vu le travail entrepris par Espace P..., désigné comme opérateur pour les deux lots de l'appel
à projets, et la nécessité de prolonger ce travail;
DECIDE
      1.    d'approuver la subvention de l'ASBL Espace P... à hauteur de 80.000€ pour la
            période courant du 1er janvier 2020 au 31 décembre 2020 sous réserve de
            l'approbation du budget 2020
      2.    d'approuver la convention entre la commune et l'ASBL Espace P...

                                 DE GEMEENTERAAD
         Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gezien de projectoproep goedgekeurd door het College op18 juli 2017;
Gezien de noodzaak van een sociale begeleiding van de prostituees;
Gezien de noodzaak van een contactpersoon tussen de prostitutiewijken en de
gemeentelijke administratie ;
Gezien het belang van een werk rond samenleving en integratie tussen de wijkbewoners en
de prostituees in de Noordwijk
Gezien de noodzaak van de verzelfstandiging van de prostituees ten opzichte van de
netwerken van mensenhandel en souteneurschap;
Gezien het werk van Espace P... als operator voor de twee percelen van de projectoproep en
de noodzakelijkheid het te verlengen;




                                               113
BESLUIT
     1.     om de subsidie van de VZW Espace P... van 80000€ voor de periode van 1 januari
            2020 tot 31 december 2020 goed te keuren onder voorbehoud van de
            goedkeuring van de gemeentelijke begroting 20209
     2.     de overeenkomst tussen de gemeente en de VZW Espace P... goed te keuren


Mobilité -=- Mobiliteit
SP 37.- Subvention « Bikes in Brussels » : approbation de la convention avec la Fondation
   Roi Baudouin -=- Subsidie « Bikes in Brussels »: goedkeuring van de overeenkomst met
   de Koning Boudewijnstichting

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                 LE CONSEIL COMMUNAL
                     Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu l’appel à projets « Bikes in Brussels » lancé par la Fondation Roi Baudouin ;
Considérant la volonté de la Fondation de soutenir les efforts d’aménagement et
d’équipement en faveur des cyclistes en Région de Bruxelles-Capitale ;
Considérant la volonté de la commune de Schaerbeek de répondre efficacement à la
demande croissante en termes de stationnement vélo ;
Vu la convention en annexe ;
Considérant que la collaboration Commune/Fondation qui en résulte est au bénéfice de tous
: la Commune, ses habitants, ses usagers et la cohérence de la politique de mobilité sur le
territoire régional ;
Sur proposition du Collège communal du 26 novembre 2019 ;
DÉCIDE:
D’approuver la convention ci-annexée entre la Fondation Roi Baudouin et la commune de
Schaerbeek.

                                  DE GEMEENTERAAD
          Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op de projectoproep "Bikes in Brussels" van de Koning Boudewijnstichting;
Gezien de wens van de Koning Boudewijnstichting om de inspanningen in termen van
ontwikkeling en apparatuur inspanningen voor fietsers ondersteunen;
Gezien de wens van de gemeente Schaarbeek om effectief te reageren op de groeiende
vraag van fietsparkeren;
Gelet op de overeenkomst toegevoegd aan het dossier;
Overwegende dat de medewerking Koning Boudewijnstichting/Gemeente ten gunste van
iedereen is: de Gemeente, zijn inwoners, zijn gebruikers en samenhang van het beleid inzake
mobiliteit op het regionale grondgebied;
Op voorstel van het College van 26 november 2019;
BESLIST:
De bijgevoegde overeenkomst tussen de Koning Boudewijnstichting en de Gemeente goed te
keuren.



AFFAIRES GÉNÉRALES -=- ALGEMENE ZAKEN
SP 38.- Règlement Général de Police - Approbation -=- Algemeen Politiereglement -
   Goedkeuring

      Ce point est retiré de l'ordre du jour -=- Dit punt werd aan de agenda onttrokken




                                              114
Affaires juridiques -=- Juridische zaken
SP 39.- Conclusion d'une convention tripartite entre la Commune, parking.brussels et Be-
   Mobile SA afin de transférer à parking.brussels le contrat liant la Commune et Be-
   Mobile pour l’exploitation de services de paiement de stationnement par SMS -
   Approbation -=- Afsluiting van een driepartijenovereenkomst tussen de Gemeente,
   parking.brussels en Be-Mobile NV om aan parking.brussels de overeenkomst tussen de
   Gemeente en Be-Mobile voor de uitbating van de SMS-parkeerbetalingsdiensten over
   te dragen - Goedkeuring

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Décidé, par 26 voix contre 5 et 12 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté -=- Besloten, met
26 stem(men) tegen 5 en 12 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
         Décidé, par 26 voix contre 5 et 12 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté

Vu la Nouvelle loi communale ;
Vu l’ordonnance du 22 janvier 2009 portant organisation de la politique du stationnement et
création de l’Agence du stationnement ;
Considérant que la Commune a conclu le 12 novembre 2019 avec parking.brussels une
convention de délégation des missions de contrôle et de perception des redevances du
stationnement sur le territoire de la Commune ;
Que, dans ce cadre, parking.brussels doit continuer d'assurer la possibilité de paiement des
redevances par sms ;
Que par conséquent une convention tripartite entre la Commune, parking.brussels et la SA
Be-Mobile doit être conclue afin de transférer à parking.brussels le contrat liant la Commune
et Be-Mobile pour l’exploitation de services de paiement de stationnement par SMS ;
DECIDE :
D’approuver la convention tripartite ci-jointe à conclure avec parking.brussels et la SA Be-
Mobile afin de transférer à parking.brussels le contrat liant la Commune et Be-Mobile pour
l’exploitation de services de paiement de stationnement par SMS ;

                                  DE GEMEENTERAAD
  Besloten, met 26 stem(men) tegen 5 en 12 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

Gezien de Nieuwe Gemeentewet ;
Gezien de ordonnantie van 22 januari 2009 houdende de organisatie van het parkeerbeleid
en de oprichting van het Brussels Hoofdstedelijk Parkeeragentschap ;
Overwegende dat de Gemeente op 12 november 2019 met parking.brussels een
overeenkomst van overdracht van de controle-en inningsopdracht van de
parkeerretributie op het gemeentelijke grondgebied afgesloten heeft ;
Dat in dit verband parking.brussels de mogelijkheid moet blijven bieden om de retributie per
sms te betalen ;
Dat dan ook een driepartijenovereenkomst tussen de Gemeente, parking.brussels en Be-
Mobile NV afgesloten moet worden om aan parking.brussels de overeenkomst tussen de
Gemeente en Be-Mobile voor de uitbating van de SMS-parkeerbetalingsdiensten over te
dragen ;
BESLIST :
De hierbij gevoegde met parking.brussels en Be-Mobile NV af te sluiten
driepartijenovereenkomst goed te keuren om aan parking.brussels de overeenkomst tussen
de Gemeente en Be-Mobile voor de uitbating van de SMS-parkeerbetalingsdiensten over te
dragen ;




                                              115
SP 40.- Transfert des missions de stationnement à parking.brussels et fin des missions de la
   S.A. RAUWERS CONTRÔLE en matière de stationnement : conclusion d'une convention
   entre la Commune et la S.A. RAUWERS CONTRÔLE afin de régler la gestion et la
   répartition des montants à percevoir par RAUWERS CONTRÔLE à partir du 1er janvier
   2020 -=- Overdracht aan parking.brussels van de parkeeropdrachten en einde van de
   parkeeropdrachten van RAUWERS CONTRÔLE N.V. : afsluiting van een overeenkomst
   tussen de Gemeente en de N.V. RAUWERS CONTRÔLE om het beheer en de verdeling
   van de geïnde bedragen door RAUWERS CONTROL vanaf 1 januari 2020 in te stellen

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Décidé, par 34 voix contre 5 et 4 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté -=- Besloten, met
34 stem(men) tegen 5 en 4 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
          Décidé, par 34 voix contre 5 et 4 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté

Vu la Nouvelle loi communale ;
Vu l'Ordonnance du 22 janvier 2009 portant organisation de la politique du stationnement et
création de l’Agence du stationnement ;
Considérant que la Commune a conclu le 12 novembre 2019 avec parking.brussels une
convention de délégation des missions de contrôle et de perception des redevances du
stationnement sur le territoire de la Commune ;
Considérant qu'à partir du 1er janvier 2020, il est mis fin aux missions en matière de
stationnement confiées à la S.A. RAUWERS CONTRÔLE par la convention du 29 novembre
1999 ;
Que la S.A. RAUWERS CONTRÔLE continuera cependant, après le 1er janvier 2020, à
percevoir les redevances établies jusqu'au 31 décembre 2019 ;
Qu'il convient dès lors de régler la gestion et le répartition des montants perçus par la S.A.
RAUWERS CONTRÔLE à partir du 1er janvier 2020 dans un avenant à la convention du 29
novembre 1999 ;
DECIDE :
D’approuver la convention ci-jointe à conclure avec la S.A. RAUWERS CONTRÔLE afin de
régler la gestion et la répartition des montants à percevoir par RAUWERS CONTRÔLE à partir
du 1er janvier 2020.

                                  DE GEMEENTERAAD
   Besloten, met 34 stem(men) tegen 5 en 4 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

Gezien de Nieuwe Gemeentewet ;
Gezien de ordonnantie van 22 januari 2009 houdende de organisatie van het parkeerbeleid
en de oprichting van het Brussels Hoofdstedelijk Parkeeragentschap ;
Overwegende dat de Gemeente op 12 november 2019 met parking.brussels een
overeenkomst van overdracht van de controle-en inningsopdracht van de
parkeerretributie op het gemeentelijke grondgebied afgesloten heeft ;
Overwegende dat de parkeeropdrachten die aan de N.V. RAUWERS CONTRÔLE zijn
toevertrouwd door een overeenkomst van 29 november 1999 vanaf 1 januari 2020 worden
beëindigd ;
Dat de N.V. RAUWERS CONTRÔLE echter na 1 januari 2020 zal blijven de retributie
vastgesteld tot 31 december 2019 ontvangen ;
Dat het daarom passend is om het beheer en de verdeling van de geïnde bedragen door de
N.V. RAUWERS CONTRÔLE te reguleren vanaf 1 januari 2020 in een wijziging van de
overeenkomst van 29 november 1999 ;
BESLIST :
De hierbij gevoegde met de N.V. RAUWERS CONTRÔLE af te sluiten overeenkomst goed te
keuren om het beheer en de verdeling van de geïnde bedragen door RAUWERS CONTRÔLE
vanaf 1 januari 2020 in te stellen.




                                               116
Gestion immobilière -=- Vastgoedbeheer
SP 41.- Bien communal sis avenue Félix Marchal, 1 à 1030 Schaerbeek - Nouvelle
   convention d'occupation (avec effet au 1er janvier 2020) à conclure avec l'asbl La
   Balsamine (concomitamment à la conclusion d'une "convention-cadre pluriannuelle de
   subventionnement" et d'un "plan d'objectifs annuel" inhérent, en application du
   Règlement communal du 27/03/2019 relatif à l'octroi, l'emploi et le contrôle des
   subventions communales) - Approbation -=- Gemeentelijk pand gelegen Félix
   Marchallaan, 1 te 1030 Schaarbeek - Nieuwe bezettingsovereenkomst (met
   inwerkingtreding op 1 januari 2020) te sluiten met de vzw La Balsamine (simultaan met
   het sluiten van een "raamovereenkomst voor meerdere jaren voor gemeentelijke
   subsidiëring" en van een "jaarlijks plan met doelstellingen" bij deze
   "raamovereenkomst voor meerdere jaren", in toepassing van het Gemeentelijk
   Reglement van 27/03/2019 betreffende de toekenning, aanwending en controle van
   gemeentelijke subsidies) - Goedkeuring

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                 LE CONSEIL COMMUNAL
                     Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117 et 232 de la Nouvelle loi communale;
Vu ses délibérations en sa séance du 28 octobre 2015, objet n° 39 de l'ordre du jour
(approbation du Règlement général pour l'occupation de locaux et terrains communaux) et
objet n° 40 de l'ordre du jour (approbation de douze modèles de conventions pour
l'occupation de locaux et terrains communaux);
Vu le rapport présenté au Collège des Bourgmestre et Echevins en séance du 10 décembre
2019;
Considérant qu'il convient de faire droit aux conclusions de ce rapport;
DECIDE:
D'approuver le projet de nouvelle convention relative à l'occupation du bien communal sis
avenue Félix Marchal, 1 à 1030 Schaerbeek, à conclure avec l'asbl La Balsamine
(concomitamment à la conclusion avec l'asbl La Balsamine d'une "convention-cadre
pluriannuelle de subventionnement communal" et d'un "plan d'objectifs annuel" inhérent à
cette "convention-cadre pluriannuelle" pour 2020 et les années suivantes, en application du
Règlement communal du 27/03/2019 relatif à l'octroi, l'emploi et le contrôle des subventions
communales).

                                DE GEMEENTERAAD
        Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gezien de artikelen 117 en 232 van de Nieuwe Gemeentewet;
Gezien haar beraadslagingen in haar zitting van 28 oktober 2015, voorwerp nr. 39 van
de agenda (goedkeuring van het Algemeen Reglement voor de bezetting van gemeentelijke
lokalen en terreinen) en voorwerp nr. 40 van de agenda (goedkeuring van twaalf
standaardovereenkomsten voor de bezetting van gemeentelijke lokalen en terreinen);
Gezien het verslag voorgelegd aan het College van Burgemeester en Schepenen in zitting van
10 december 2019;
Overwegende dat het past recht te doen op de conclusies van dit verslag;
BESLUIT:
Het ontwerp van nieuwe overeenkomst betreffende de bezetting van het gemeentelijke
pand gelegen Félix Marchallaan, 1 te 1030 Schaarbeek, te sluiten met de vzw La Balsamine
(simultaan met het sluiten met de vzw La Balsamine van een "raamovereenkomst voor
meerdere jaren voor gemeentelijke subsidiëring" en van een "jaarlijks plan met
doelstellingen" bij deze "raamovereenkomst voor meerdere jaren" voor 2020 en de volgende
jaren, in toepassing van het Gemeentelijk Reglement van 27/03/2019 betreffende de
toekenning, aanwending en controle van gemeentelijke subsidies), goed te keuren.

                                              117
SP 42.- Bâtiment angle rue de Gaucheret 199 et de la rue Destouvelles 35,37 - Deux
   logements situés au troisième étage - Bail emphytéotique avec l'asbl ASIS –
   Approbation -=- Gebouw op het hoek van Gaucheretstraat 199 en Destouvellesstraat
   35,37 - 2 appartementen op het derde verdieping - Erfpacht met vzw ASIS –
   Goedkeuring

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                 LE CONSEIL COMMUNAL
                     Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu l'article 117 de la Nouvelle Loi communale
Vu les obligations incombant à la Commune dans le cadre des subsides dont les immeubles à
transférer ont bénéficié pour leur acquisition, rénovation ou construction, et notamment
celles issues de
            a) l'ordonnance du 7 octobre 1993 organique de la revitalisation des quartiers,
             telle que modifiée
            b) l'ordonnance du 28 janvier 2010 organique de la revitalisation urbaine et de
             ses arrêtés d'exécution
            c) l'arrêté du gouvernement de la région de Bruxelles-Capitale en date du 4
             février 1999 relatif à la vente par les communes et les centres publics d'aide
             sociale de certains immeubles
Vu l'accord de majorité 2018-2024 prévoyant le transfert de gestion des logements
communaux au Foyer schaerbeekois et à l’asbl ASIS
Vu sa délibération du 03.12.2013 approuvant le plan communal Logement dont le transfert
des logements communaux constitue une des actions à entreprendre
Vu ses délibérations précédentes des 26.11.2014, 23.09.2015 et 29.11.2017 approuvant le
transfert de respectivement 15, 10 et 4 appartements à l'ASIS ;
Vu les statuts de l'agence immobilière sociale 'ASIS' et sa mission spécifique en matière de
logement
Vu la décision du Collège des Bourgmestre et Echevins du 10.12.2019
Considérant qu'il y a lieu de faire droit aux conclusions de cette décision
DECIDE :
d'adopter le bail emphytéotique, déposé au dossier, avec l'asbl Agence Schaerbeekoise
Immobilière Sociale (Chaussée de Haecht, 226 - 1030 Bruxelles) relatif à deux logements dans
un immeuble situé au coin de la rue Destouvelles 35-37 et de la rue Gaucheret 199 pour un
canon de 11.206,28 €/an pour une durée de 27 ans

                                DE GEMEENTERAAD
        Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op het artikel 117 van de Nieuwe Gemeentewet
Gelet op de verplichtingen van de Gemeente in het kader van de subsidies waarvan de over
te maken gebouwen hebben genieten bij hun verwerving, renovatie of bouw, en in het
bijzonder deze voortvloeiend uit :
          a) de ordonnantie van 7 oktober 1993 houdende organisatie van de
           herwaardering van wijken, zoals gewijzigd
          b) de ordonnantie van 28 januari 2010 houdende organisatie van de
           stadsherwaardering, en haar uitvoeringsbesluiten
          c) het besluit van Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 4 februari
           1999 betreffende de verkoop van bepaalde gebouwen door de gemeenten
Gelet op het meerderheidsakkoord 2018-2024 dat voorziet in de transfert van het beheer
van de gemeentewoningen aan de Schaarbeekse Haard en aan de vzw ASIS
Gelet op haar beraadslaging van 03.12.2013 tot goedkeuring van het gemeentelijk
Huisvestingsplan waarin de transfer van de gemeentewoningen een van de uit te voren
acties is

                                              118
Gelet op haar voormalige beraadslagingen van 26.11.2014, 23.09.2015 en 29.11.2017
waarbij 15, 10 en 4 appartementen aan ASIS toevertrouwd werden
Gelet op de statuten van de Sociale Verhuur Maatschappij 'ASIS' en haar specifieke opdracht
inzake huisvesting
Gelet op de beslissing van het College van Burgemeester en Schepenen dd. 10.12.2019
Overwegend dat het betaamt gevolg te geven aan de conclusies van deze beslissing
BESLUIT :
de erfpacht (neergelegd in het dossier) met de vzw ASIS (Haachtsesteenweg, 226 - 1030
Brussel) betreffend 2 appartemens in een gebouw die staat op de hoek van
Destouvellesstraat 35,37 en Gaucheretstraat 199 tegen een canon van 11.206.28 €/jaar voor
een tijdperk van 27 jaren aan te nemen


SP 43.- Convention d'occupation à titre précaire pour le terrain d'une superficie de
   731.97m² sis avenue Ernest Cambier sous patrimoine de la SNCB - Approbation -=-
   Precaire bezettingsovereenkomst voor de grond gelegen Ernest Cambierlaan met een
   oppervlakte van 731.97m² onder het NMBS erfgoed - Goedkeuring

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                 LE CONSEIL COMMUNAL
                     Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu l'article 117 de la Nouvelle Loi communale
Vu la délibération du Conseil en date du 22.12.2010 au sujet de la première convention
d'occupation à titre précaire
Vu la décision du Collège des Bourgmestre et Echevins du 19.11.2019 qui autorise le
placement d'une clôture autour du terrain
Vu la décision du Collège des Bourgmestre et Echevins du 03.12.2019 avalisant la nouvelle
convention
Considérant qu'il y a lieu de faire droit à ces décisions
DECIDE
D'adopter la convention d'occupation (pour des potagers) à titre précaire, déposée au
dossier, entre la Commune de Schaerbeek et Infrabel pour le terrain sis avenue Ernest
Cambier sous patrimoine SNCB P1/0260/0070/001 qui débute en date du 01.01.2020 et pour
un loyer de 1 euro par an pour une durée indéterminée avec terme possible avec préavis de
3 mois.

                                DE GEMEENTERAAD
        Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op het artikel 117 van de Nieuwe Gemeentewet
Gelet op haar beraadslaging dd 22.12.2010 van Gemeenteraad betreffende de eerste
precaire bezettingsovereenkomst
Gelet op de beslissing van het College van het Burgemeester en Schepenen dd 19.11.2019
die heeft zijn akkoord voor een nieuwe hek te plaatsen gegeven.
Gelet op de beslissing van het College van Burgemeester en Schepenen dd 03.12.2019
die zijn akkoord voor de nieuwe conventie gaf
Overwegende dat het betaamt gevolg geven aan deze beslissingen
BESLUIT
De precaire bezettingsovereenkomst (voor moestuinen), neergelegd in het dossier, tussen de
Gemeente Schaarbeek en Infrabel voor een grond gelegen Ernest Cambierlaan onder NMBS
erfgoed P1/0260/0070/001, die begint op dd 01.01.2020 tegen een huurprijs van 1
euro/jaar voor een onbepaalde termijn met mogelijke termijn na een opzegtermijn van 3
maanden.




                                             119
RESSOURCES HUMAINES -=- HUMAN RESOURCES
SP 44.- Avantages octroyés au personnel - Modification de la valeur faciale des titres-repas
   - Approbation -=- Voordelen toegekend aan het personeel - Wijziging van de nominale
   waarde van de maaltijdcheques - Goedkeuring

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
                      Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117, 119 et 145 de la nouvelle loi communale;
Vu la loi du 19 décembre 1974 organisant les relations entre les autorités publiques et les
syndicats des agents relevant de ces autorités ;
Vu l’article 19bis de l'Arrêté royal du 28 novembre 1969, pris en exécution de la loi du 27 juin
1969 revisant l'arrêté-loi du 28 décembre 1944 concernant la sécurité sociale des
travailleurs ;
Vu la délibération du Conseil communal du 28 février 2018 arrêtant le règlement relatif à
l’octroi de titres-repas au personnel communal;
Considérant que les titres-repas ne sont pas octroyés en remplacement ou en conversion
d'une rémunération;
Vu l'accord de principe du comité de concertation Commune-CPAS du 18 novembre 2019;
Vu le protocole d’accord unanime signé en séance du 4 décembre 2019 du Comité particulier
de négociation ;
Vu l'avis favorable du comité d'accompagnement du plan de redressement en date du 9
décembre 2019;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins du 14 novembre 2019;
ARRETE:
L'article 2 du règlement du 28 février 2018 relatif à l’octroi de chèques-repas au personnel
communal est modifié comme suit:
Article 2
Le montant du titre-repas est fixé à € 6,10 pour les prestations effectuées entre le 1er janvier
et le 31 décembre 2020 (mois de référence).
Les interventions de l’employeur et de l’agent sont fixées respectivement à € 5,01 et € 1,09.
Le montant du titre-repas est fixé à € 6,50 pour les prestations effectuées à partir du 1er
janvier 2021 (mois de référence).
Les interventions de l’employeur et de l’agent sont fixées respectivement à € 5,41 et € 1,09.
La participation de l’agent sera déduite de sa rémunération.
Le nombre de titres-repas et leur montant brut, diminué de la part personnelle du travailleur,
sont mentionnés sur la fiche de paie mensuelle du travailleur.

                                 DE GEMEENTERAAD
         Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op de artikelen 117, 119 en 145 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid
en de vakbonden van haar personeel;
Gelet op artikel 19bis van het Koninklijk Besluit van 28 november 1969 tot uitvoering van de
Wet van 27 juni 1969 tot herziening van de Besluitwet van 28 december 1944 betreffende de
maatschappelijke zekerheid der arbeiders;
Gelet op het Gemeenteraadsbesluit van 28 februari 2018 tot vaststelling van het reglement
betreffende de toekenning van maaltijdcheques aan het gemeentepersoneel;
Overwegende dat de maaltijdcheques niet ter vervanging of ter omzetting van loon worden
toegekend;
Gelet op het akkoord van het Overlegcomité Gemeente/OCMW op datum van 18 november
2019; Gelet op het protocol van unaniem akkoord ondertekend in vergadering van het
onderhandelingscomité op datum van 4 december 2019;

                                               120
Gelet op het advies van het Begeleidingscomité van het herstelplan op 9 december 2019;
Op voorstellen van het College van Burgemeester en Schepenen van 14 november 2019;
BESLUIT:
Het artikel 2 van het reglement van 28 februari 2018 tot toekenning van maaltijdcheques aan
het gemeentepersoneel wordt als volgt gewijzigd :
Artikel 2
Het bedrag van de cheque wordt vastgesteld op € 6,10 voor de prestaties van 1 januari tot en
met 31 december 2020 (referentiemaanden).
De bijdrage van de werkgever en van de beambte wordt respectievelijk vastgesteld op € 5,01
en € 1,09.
Het bedrag van de cheque wordt vastgesteld op € 6,50 voor de prestaties vanaf 1 januari
2021 (referentiemaanden).
De bijdrage van de werkgever en van de beambte wordt respectievelijk vastgesteld op € 5,41
en € 1,09.
De bijdrage van de beambte zal van zijn wedde afgetrokken worden.
Het aantal maaltijdcheques en het brutobedrag ervan, verminderd met het persoonlijk
aandeel van de werknemer, wordt op de maandelijkse loonfiche van de werknemer vermeld.


Carrière -=- Loopbaan
SP 45.- Convention cadre de mise à disposition de personnel par le CPAS de Schaerbeek
   dans le cadre de l'article 60§7 de la loi organique du 08.07.1976 - Approbation -=-
   Raamovereenkomst voor de terbeschikkingstelling van werknemers door het OCMW
   van Schaarbeek in het kader van artikel 60§7 van de organieke wet van 8.07.1976 -
   Goedkeuring

       Ce point est retiré de l'ordre du jour -=- Dit punt werd aan de agenda onttrokken


Traitements – Pensions -=- Wedden & pensioenen
SP 46.- Programmation sociale - Octroi d'une allocation de fin d'année 2019 - Approbation -
   =- Sociaal programma - Toekennen van een eindejaartoelage in 2019 - Goedkeuring

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
                      Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117 et 119 de la nouvelle loi communale;
Vu l'arrêté royal du 23 octobre 1979, accordant une allocation de fin d'année à certains
titulaires d'une fonction rémunérée à charge du Trésor public,tel qu'il a été notamment
modifié par l'arrêté royal du 3 décembre 1987 et par l’arrêté royal du 15 décembre 1999;
Vu l'arrêté royal n° 474 du 28 octobre 1986, portant création d'un régime de contractuels
subventionnés par l'Etat auprès de certains pouvoirs locaux, et notamment l'article 8;
Vu la loi du 19 décembre 1974 organisant les relations entre les autorités publiques et les
syndicats des agents relevant de ces autorités;
Considérant que les crédits nécessaires sont inscrits au budget 2019;
Vu le protocole d’accord unanime du Comité particulier de négociation relatif à la
réintroduction du bénéfice d'une allocation de fin d'année, signé en séance du 21 février
2018 ;
Vu l'accord du comité de concertation Commune-CPAS du 27 février 2018;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins du 17 décembre 2019;
ARRETE:
Article 1er.- Une allocation de fin d'année est accordée, pour l'année 2019 aux membres du
personnel non enseignant, étant soit agents statutaires nommés à titre définitif, soit agents
statutaires nommés en stage, soit membres du personnel sous contrat de travail, y compris
les agents contractuels subventionnés.

                                               121
Article 2.- Pour l'application du présent règlement, il faut entendre :
1°) par "rémunération", tout traitement, salaire, ou indemnité tenant lieu de traitement ou
de salaire, compte non tenu des augmentations ou des diminutions dues aux fluctuations de
l'indice des prix à la consommation;
2°) par "rétribution", la rémunération augmentée éventuellement de l'allocation de foyer ou
de résidence;
3°) par "rétribution brute", la rétribution affectée des augmentations ou des diminutions
dues aux fluctuations de l'indice des prix à la consommation;
4°) par "prestations complètes", les prestations dont l'horaire est tel qu'elles absorbent
totalement une activité professionnelle normale;
5°) par "période de référence", la période qui s'étend du 1er janvier au 30 septembre de
l'année considérée.
Article 3.-        § 1er.- Bénéficie de la totalité du montant de l'allocation, l'intéressé qui, en
tant que titulaire d'une fonction comportant des prestations complètes, a bénéficié de la
totalité de sa rémunération pendant toute la durée de la période de référence.
                   § 2.- Lorsque l'intéressé n'a pas bénéficié de la totalité de la rémunération
visée au § 1er, en tant que titulaire d'une fonction comportant des prestations complètes ou
des prestations incomplètes, le montant de l'allocation est réduit au prorata de la
rémunération qu'il a effectivement perçue.
Article 4.- Le montant de l'allocation de fin d'année, accordée pour l'année 2019, ne peut
dépasser le résultat de l'opération suivante :
a) une partie forfaitaire déterminée par la circulaire ministérielle n°675 du 25 novembre
2019, soit pour 2019: 385,7226 € ;
b) une partie variable s'élevant à 2,5 % de la rétribution annuelle qui a servi de base au calcul
de la rétribution due au bénéficiaire au cours du mois d'octobre 2019, à multiplier par X
neuvièmes, X représentant le nombre de mois ou de parties de mois au cours desquels
l'intéressé a bénéficié de sa rémunération pendant la période de référence.
Dans le cas où l'intéressé n'a pas bénéficié de sa rétribution pour octobre 2019, la rétribution
annuelle à prendre en considération pour fixer la partie variable de l'allocation est celle qui
aurait servi de base pour calculer la rétribution d'octobre 2019 si celle-ci avait été due.
Article 5.- L'allocation de fin d'année est payée en une fois au cours du mois de décembre
2019.
Article 6.- L'allocation de fin d'année est soumise aux retenues prévues en application des
dispositions de la loi du 27 juin 1969 revisant l'arrêté-loi du 28 décembre 1944 concernant la
sécurité sociale des travailleurs, sauf pour les bénéficiaires qui sont soumis exclusivement au
régime d'assurance obligatoire contre la maladie et l'invalidité, secteur des soins de santé.
Une cotisation du secteur soin de santé pour les membres du personnel statutaire est due
sur le montant de la partie fixe de l’allocation de fin d’année qui est supérieur au montant
octroyé en 1990.
Article 7.- Les dispositions de l’arrêté royal du 9 mai 1984 prévoyant les règles relatives au
cumul de l’allocation de fin d’année dans le secteur public seront appliquées le cas échéant.

                                 DE GEMEENTERAAD
         Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op de artikelen 117 en 119 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op het koninklijk besluit van 23 oktober 1979 houdende toekenning van een
eindejaarstoelage aan sommige titularissen van een ten laste van de Schatkist bezoldigd
ambt, zoals ze onder meer werd gewijzigd bij koninklijk besluit van 3 december 1987 en bij
koninklijk besluit van 15 december 1999;
Gelet op het koninklijk besluit nr 474 van 28 oktober 1986, houdende opzetting van een
stelsel van de door de Staat gesubsidieerde contractuelen bij sommige plaatselijke besturen,
en onder meer het artikel 8;
Gelet op de wet van 19 december 1974 tot regeling van de betrekkingen tussen de overheid
en de vakbonden van haar personeel;
Overwegende dat de nodige kredieten in de begroting van 2019 zijn opgenomen;
Gelet op het protocol van unaniem akkoord van het onderhandelingscomité over de
herinvoering van een eindejaarstoelage, ondertekend op 21 februari 2018;



                                                 122
Gelet op het akkoord van het Overlegcomité Gemeente/OCMW op datum van 27 februari
2018;
Op voorstellen van het College van Burgemeester en Schepenen 17 december 2019;
BESLUIT:
Artikel 1.- Een eindejaarstoelage wordt, voor het jaar 2019, toegekend aan het niet-
onderwijzend personeel, die of in vast verband, of in stage benoemd zijn, of onder contract
zijn, inbegrepen de gesubsidieerde contractuelen.
Artikel 2.- Voor de toepassing van onderhavig reglement, moet worden verstaan:
1°) onder "beloning", elke wedde, loon of in de plaats daarvan gestelde vergoeding, zonder
rekening te houden met de vermeerderingen of verminderingen ten gevolge van de
schommelingen van het indexcijfer van de consumptieprijzen;
2°) onder "bezoldiging", de beloning, eventueel vermeerderd met de haard- of
standplaatstoelage;
3°) onder "brutobezoldiging", de bezoldiging met de vermeerderingen of de verminderingen
tengevolge van de schommelingen van het indexcijfer van de consumptieprijzen;
4°) onder "volledige prestaties", de prestaties waarvan het uurrooster zo is dat ze een
volledige normale beroepsactiviteit innemen;
5°) onder "verwijzingsperiode", de periode gaande van 1 januari tot 30 september van het in
aanmerking genomen jaar.
Artikel 3.- § 1.- Geniet van de totaliteit van het toelagebedrag de belanghebbende die, als
titularis van een ambt houdende volledige prestaties, genoten heeft van de totaliteit van zijn
bezoldiging gedurende de ganse duur van de verwijzingsperiode.
         § 2.- Ingeval de belanghebbende niet genoten heeft van de totaliteit van de onder § 1
bedoelde bezoldiging, als titularis van een ambt houdende volledige of onvolledige
prestaties, wordt het toelagebedrag verminderd in prorata met de bezoldiging die hij
werkelijk geïnd heeft.
Artikel 4.- Het bedrag van de eindejaarstoelage, toegekend voor het jaar 2019, mag niet de
uitkomst van de volgende bewerking te boven gaan:
a) een forfaitair gedeelte bepaald door de ministeriële omzendbrief nr 675 van 25 november
2019, hetzij voor 2019: 385,7226 €;
b) een variabel gedeelte bedragende 2,5 percent van de jaarlijkse bezoldiging welke tot
grondslag diende voor de berekening van de aan de gerechtigde verschuldigde bezoldiging
voor de maand oktober 2019, te vermenigvuldigen met X negenden, X zijnde het aantal
maanden of gedeelten van maanden waarvoor de belanghebbende zijn beloning tijdens de
verwijzingsperiode heeft genoten.
Wanneer de belanghebbende voor oktober 2019 van zijn bezoldiging niet genoten heeft, is
de voor de berekening van het veranderlijk deel van de toelage in aanmerking te nemen
jaarlijkse bezoldiging, die welke tot grondslag zou hebben gediend voor de berekening van de
bezoldiging van oktober 2019, indien deze verschuldigd was geweest.
Artikel 5.- De eindejaarstoelage wordt in één keer uitbetaald tijdens de maand december
2019.
Artikel 6.- De eindejaarstoelage is onderworpen aan de voorziene afhoudingen in toepassing
van de bepalingen van de wet van 27 juni 1969 herziend het wetsbesluit van 28 december
1944 aangaande de sociale zekerheid voor arbeiders, uitgenomen voor de begunstigden die
uitsluitend onderworpen zijn aan het regime van de verplichte verzekering tegen ziekte en
invaliditeit, sector van de gezondheidsverzorging. Een bijdrage van de sector geneeskundige
verzorging voor de vastbenoemde personeelsleden is verschuldigd op het bedrag van het
vast gedeelte van de eindejaarstoelage dat hoger is dan het bedrag toegekend in 1990.
Artikel 7.- De beschikkingen van het koninklijk besluit van 9 mei 1984 tot voorziening van de
regels in verband met het cumuleren van de eindejaarstoelage in de openbare sector zullen
in voorkomend geval toegepast worden.




                                              123
INFRASTRUCTURES -=- INFRASTRUCTUUR
Equipement -=- Uitrusting
SP 47.- Acquisition de diverses fournitures et/ou divers services répondant aux besoins des
    services - Marchés publics de faible montant conclus par facture acceptée - Semaine
    48/19 - Pour information -=- Aankoop van diverse leveringen en/of diensten die
    beantwoorden aan de behoeften van de diensten - Overheidsopdrachten van beperkte
    waarde gesloten door een aanvaarde factuur - Week 48/19 - Ter informatie

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                        LE CONSEIL COMMUNAL
                            Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 234 et 236 de la nouvelle loi communale;
Vu la loi du 17 juin 2016 – notamment son article 92 - relative aux marchés publics
Vu l'arrêté royal du 18 avril 2017 - notamment ses articles 6, 7 et 124 - relatif à la passation
des marchés publics dans les secteurs classiques;
Vu l'arrêté royal du 14 janvier 2013 - notamment son article 5 - établissant les règles
générales d’exécution des marchés publics ;
Vu l’ordonnance du 14 mai 1998 organisant la tutelle administrative sur les communes de la
Région de Bruxelles-Capitale ;
Vu la décision du 26/11/2019 du Collège des Bourgmestre et Echevins approuvant la
procédure de passation et les conditions des marchés ayant pour objet « Acquisition des
diverses fournitures et/ou divers services répondant aux besoins des services » ;
Considérant que les dépenses seront financées par emprunts et/ou subsides;
Considérant que les crédits nécessaires ont été inscrits à cet effet au budget extraordinaire
pour 2019 ;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins;
PREND POUR INFORMATION :
La décision du Collège des Bourgmestre et Echevins du 26 novembre 2019 de passer des
marchés publics de faible montant conclus par facture acceptée, ayant pour objet
« Acquisition des diverses fournitures et/ou divers services répondant aux besoins des
services » selon la liste suivante :
                            Type                                                   Montant
BC     Article budgétaire                 Service concerné Objet                             Adjudicataire
                            financement                                            TVAC
3111   875/744-51/642       Emprunt       EEP              Pinces à déchets        3569,5    Glasdon
3122   875/744-51/642       Emprunt       EEP              Panneaux d'interdiction 3516,56   Poncelet
3156   767/744-51/812       Emprunt       BIB FR           Bacs à BD, Serre livres 8127,57   Mobidecor
3160   767/744-51/812       Emprunt       BIB FR           Casier de retour        2462,35   Schulz
3104   137/744-51/620       Emprunt       Mag-CTR          Laine d'acier           94,96     Miniox
                                          Mag-Gestion
3105   137/744-51/620       Emprunt                        Peinture primer       186,34      Miniox
                                          Immo.


                                  DE GEMEENTERAAD
          Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikelen 234 en 236 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op de wet inzake overheidsopdrachten van 17 juin 2016 - in het bijzonder artikel 92 ;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 18 april 2017 plaatsing van overheidsopdrachten in
klassieke sectoren - in het bijzonder artikelen 6, 7 en 124 ;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene
uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten - in het bijzonder artikel 5 ;
Gelet op de ordonnantie van 14 mei 1998 houdende regeling van het administratief toezicht
op de gemeenten van het Brusselse hoofdstedelijke Gewest ;
Gelet op de beslissing van 26/11/2019 van het College van Burgemeester en Schepenen die
de plaatsingsprocedure en de voorwaarden goedkeurt voor de opdrachten met als voorwerp
"Aankoop van diverse leveringen / diensten die beantwoorden aan de behoeften van de
diensten" ;


                                                     124
Overwegende dat de uitgave zal gefinancierd worden door leningen en/of toelagen;
Overwegende dat de nodige kredieten hiervoor zijn ingeschreven op de buitengewone
begroting van 2019;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen;
NEEMT KENNIS VAN :
De beslissing van het College van Burgemeester en Schepenen van 26 november 2019 om
overheidsopdrachten van beperkte waarde gesloten door een aanvaarde factuur , met als
voorwerp "Aankoop van diverse leveringen en / of diensten die beantwoorden aan de
behoeften van de diensten" te plaatsen , volgens de volgende lijst :
                                              Betrokken                                  Bedrag
BB     Begrotingsartikel Soort financiering                    Voorwerp van de uitgave              Opdrachtnemer
                                              dienst                                     BTWI
3111   875/744-51/642 Leningen                EEP              afvaltangen               3569,5     Glasdon
3122   875/744-51/642 Leningen                EEP              Verbodsborden             3516,56    Poncelet
                                                               Stripbakken,
3156   767/744-51/812 Leningen                BIB FR                                     8127,57    Mobidecor
                                                               boekensteunen
3160   767/744-51/812 Leningen                BIB FR           Retourneerdoos            2462,35    Schulz
3104   137/744-51/620 Leningen                Mag-CTR          Staalwol                  94,96      Miniox
                                              Mag-Gestion
3105   137/744-51/620 Leningen                                 Grondverf                 186,34     Miniox
                                              Immo.



SP 48.- Acquisition de diverses fournitures et/ou divers services répondant aux besoins des
   services - Marchés publics de faible montant conclus par facture acceptée - Semaine
   49/19 - pour information -=- Aankoop van diverse leveringen en/of diensten die
   beantwoorden aan de behoeften van de diensten - Overheidsopdrachten van beperkte
   waarde gesloten door een aanvaarde factuur - Week 49/19 - ter informatie

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                        LE CONSEIL COMMUNAL
                            Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 234 et 236 de la nouvelle loi communale;
Vu la loi du 17 juin 2016 – notamment son article 92 - relative aux marchés publics
Vu l'arrêté royal du 18 avril 2017 - notamment ses articles 6, 7 et 124 - relatif à la passation
des marchés publics dans les secteurs classiques;
Vu l'arrêté royal du 14 janvier 2013 - notamment son article 5 - établissant les règles
générales d’exécution des marchés publics ;
Vu l’ordonnance du 14 mai 1998 organisant la tutelle administrative sur les communes de la
Région de Bruxelles-Capitale ;
Vu la décision du 03/12/2019 du Collège des Bourgmestre et Echevins approuvant la
procédure de passation et les conditions des marchés ayant pour objet « Acquisition des
diverses fournitures et/ou divers services répondant aux besoins des services » ;
Considérant que les dépenses seront financées par emprunts et/ou subsides;
Considérant que les crédits nécessaires ont été inscrits à cet effet au budget extraordinaire
pour 2019 ;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins;
PREND POUR INFORMATION :
La décision du Collège des Bourgmestre et Echevins du 03 décembre 2019 de passer des
marchés publics de faible montant conclus par facture acceptée, ayant pour objet
« Acquisition des diverses fournitures et/ou divers services répondant aux besoins des
services » selon la liste suivante :
                                                                                   Montant
BC     Article budgétaire             Service concerné       Objet de la dépense                   Adjudicataire
                                                                                   TVAC
3206   766/734/60/642         Emprunt EEP                    Plantes               1406,2          BVDA De Swaef
3256   300/744-51/310         Emprunt DSD                    Talkie Walkie         6132,62         Flash Services




                                                            125
                                 DE GEMEENTERAAD
         Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikelen 234 en 236 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op de wet inzake overheidsopdrachten van 17 juin 2016 - in het bijzonder artikel 92 ;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 18 april 2017 plaatsing van overheidsopdrachten in
klassieke sectoren - in het bijzonder artikelen 6, 7 en 124 ;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene
uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten - in het bijzonder artikel 5 ;
Gelet op de ordonnantie van 14 mei 1998 houdende regeling van het administratief toezicht
op de gemeenten van het Brusselse hoofdstedelijke Gewest ;
Gelet op de beslissing van 03/12/2019 van het College van Burgemeester en Schepenen die
de plaatsingsprocedure en de voorwaarden goedkeurt voor de opdrachten met als voorwerp
"Aankoop van diverse leveringen / diensten die beantwoorden aan de behoeften van de
diensten" ;
Overwegende dat de uitgave zal gefinancierd worden door leningen en/of toelagen;
Overwegende dat de nodige kredieten hiervoor zijn ingeschreven op de buitengewone
begroting van 2019;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen;
NEEMT KENNIS VAN :
De beslissing van het College van Burgemeester en Schepenen van 03 december 2019 om
overheidsopdrachten van beperkte waarde gesloten door een aanvaarde factuur , met als
voorwerp "Aankoop van diverse leveringen en / of diensten die beantwoorden aan de
behoeften van de diensten" te plaatsen , volgens de volgende lijst :
                                                                               Bedrag
BB     Begrotingsartikel            Betrokken dienst Voorwerp van de uitgave             Opdrachtnemer
                                                                               BTWI
3206   766/734/60/642       Leningen EEP             Planten                   1406,2    BVDA De Swaef
3256   300/744-51/310       Leningen DSD             Talkie Walkie             6132,62   Flash Services



SP 49.- Acquisition de diverses fournitures et/ou divers services répondant aux besoins des
   services - Marchés publics de faible montant conclus par facture acceptée - Semaine
   50/19 - Pour information -=- Aankoop van diverse leveringen en/of diensten die
   beantwoorden aan de behoeften van de diensten - Overheidsopdrachten van beperkte
   waarde gesloten door een aanvaarde factuur - Week 50/19 - Ter informatie

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                       LE CONSEIL COMMUNAL
                           Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 234 et 236 de la nouvelle loi communale;
Vu la loi du 17 juin 2016 – notamment son article 92 - relative aux marchés publics
Vu l'arrêté royal du 18 avril 2017 - notamment ses articles 6, 7 et 124 - relatif à la passation
des marchés publics dans les secteurs classiques;
Vu l'arrêté royal du 14 janvier 2013 - notamment son article 5 - établissant les règles
générales d’exécution des marchés publics ;
Vu l’ordonnance du 14 mai 1998 organisant la tutelle administrative sur les communes de la
Région de Bruxelles-Capitale ;
Vu la décision du 10/12/2019 du Collège des Bourgmestre et Echevins approuvant la
procédure de passation et les conditions des marchés ayant pour objet « Acquisition des
diverses fournitures et/ou divers services répondant aux besoins des services » ;
Considérant que les dépenses seront financées par emprunts et/ou subsides;
Considérant que les crédits nécessaires ont été inscrits à cet effet au budget extraordinaire
pour 2019 ;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins;



                                                     126
PREND POUR INFORMATION :
La décision du Collège des Bourgmestre et Echevins du 10 décembre 2019 de passer des
marchés publics de faible montant conclus par facture acceptée, ayant pour objet
« Acquisition des diverses fournitures et/ou divers services répondant aux besoins des
services » selon la liste suivante :
                                 Type        Service                                    Montant
BC     Article budgétaire                                     Objet                             Adjudicataire
                                 financement concerné                                   TVAC
3301   706/744-51/920            Emprunt     Ens-Com          Mobilier de bureau        950,87  Manutan
       706/744-51/920                                         Mobilier et fourniture
3322                             Emprunt        Ens-Com                                 3183,51     Manutan
       700/741-51/920                                         bureau


                                  DE GEMEENTERAAD
          Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikelen 234 en 236 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op de wet inzake overheidsopdrachten van 17 juin 2016 - in het bijzonder artikel 92 ;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 18 april 2017 plaatsing van overheidsopdrachten in
klassieke sectoren - in het bijzonder artikelen 6, 7 en 124 ;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene
uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten - in het bijzonder artikel 5 ;
Gelet op de ordonnantie van 14 mei 1998 houdende regeling van het administratief toezicht
op de gemeenten van het Brusselse hoofdstedelijke Gewest ;
Gelet op de beslissing van 10/12/2019 van het College van Burgemeester en Schepenen die
de plaatsingsprocedure en de voorwaarden goedkeurt voor de opdrachten met als voorwerp
"Aankoop van diverse leveringen / diensten die beantwoorden aan de behoeften van de
diensten" ;
Overwegende dat de uitgave zal gefinancierd worden door leningen en/of toelagen;
Overwegende dat de nodige kredieten hiervoor zijn ingeschreven op de buitengewone
begroting van 2019;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen;
NEEMT KENNIS VAN :
De beslissing van het College van Burgemeester en Schepenen van 10 december 2019 om
overheidsopdrachten van beperkte waarde gesloten door een aanvaarde factuur , met als
voorwerp "Aankoop van diverse leveringen en / of diensten die beantwoorden aan de
behoeften van de diensten" te plaatsen , volgens de volgende lijst :
                                 Soort            Betrokken     Voorwerp van de        Bedrag
BB     Begrotingsartikel                                                                          Opdrachtnemer
                                 financiering     dienst        uitgave                BTWI
3301   706/744-51/920            Leningen         Ens-Com       kantoormeubilair       950,87     Manutan
       706/744-51/920
3322                             Leningen         Ens-Com       kantoormeubilair       3183,51 Manutan
       700/741-51/920



SP 50.- Fournitures de décapants et produits pour la protection du bois - Procédure de
   passation et fixation des conditions du marché public de faible montant - Pour
   information -=- Levering van strippers en producten voor houtbescherming -
   Plaatsingsprocedure en vaststelling van de voorwaarden van de overheidsopdracht van
   beperkte waarde - ter in kennis stelling

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                        LE CONSEIL COMMUNAL
                            Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117, 234, 234bis et 236 de la nouvelle loi communale;
Vu la loi du 17 juin 2016 relative aux marchés publics
Vu l'arrêté royal du 18 avril 2017 relatif à la passation des marchés publics dans les secteurs
classiques;



                                                       127
Vu les articles rendus applicables de l'arrêté royal du 14 janvier 2013 établissant les règles
générales d’exécution des marchés publics ;
Vu la loi du 17 juin 2013 relative à la motivation, à l'information et aux voies de recours en
matière de marchés publics, de certains marchés de travaux, de fournitures et de services et
de concessions ;
Vu l’ordonnance du 14 mai 1998 organisant la tutelle administrative sur les communes de la
Région de Bruxelles-Capitale ;
Vu la décision du 10 décembre 2019 du Collège des Bourgmestre et Echevins approuvant la
procédure de passation et les conditions du marché public de faible montant conclu par
facture acceptée ayant pour objet la fourniture de décapants et produits pour la protection
du bois ;
Considérant que les dépenses seront financées par emprunts ;
Considérant que les crédits nécessaires ont été inscrits à cet effet au budget 2019, 2020 et
2021 ;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins;
PREND POUR INFORMATION :
La décision du Collège des Bourgmestre et Echevins du 10 décembre 2019 de passer un
marché public de faible montant conclu par facture acceptée, ayant pour objet la fourniture
de décapants et produits pour la protection du bois sur une période d'un an
reconductible une fois aux conditions du cahier des charges scha/equip/2019/075.
La dépense, sera imputée aux différents articles prévus à cet effet aux budgets ordinaires et
extraordinaires de 2019 et 2020 et 2021 aux codes fonctionels et économiques adéquats et
sera financée par le mode de financement arrêté.

                                 DE GEMEENTERAAD
         Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikelen 117, 234, 234bis en 236 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op de wet overheidsopdrachten van 17 juin 2016 ;
Gelet op het Koninklijk Besluit plaatsing van overheidsopdrachten in klassieke sectoren van
18 april 2017;
Gelet op de desbetreffende artikelen van het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot
bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten;
Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de
rechtsmidddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen
en diensten en concessies;
Gelet op de ordonnantie van 14 mei 1998 houdende regeling van het administratief toezicht
op de gemeenten van het Brusselse hoofdstedelijke Gewest ;
Gelet op de beslissing van 10 december 2019 van het College van Burgemeester en
Schepenen die de plaatsingsprocedure en de voorwaarden goedkeurt voor de
overheidsopdracht van beperkte waarde met als voorwerp de levering van strippers en
producten voor houtbescherming ;
Overwegende dat de uitgave zal gefinancierd worden door leningen;
Overwegende dat de nodige kredieten hiervoor zijn ingeschreven op de begroting van 2019,
2020 et 2021;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen;
NEEMT KENNIS VAN :
De beslissing van het College van Burgemeester en Schepenen van 10 décembre 2019 om
een overheidsopdracht van beperkte waarde met als voorwerp de levering van strippers en
producten voor houtbescherming voor een periode van één jaar, eenmaal hernieuwbaar te
plaatsen overeenkomstig de voorwaarden van het bestek SCHA/EQUIP/2019/075.
De uitgave, zal worden aangerekend op de verschillende hiertoe op de gewone en
buitengewone begrotingen van 2019, 2020 en 2021 voorziene artikels met de adequate
functionele en economische codes en zal worden gefinancierd met de vastgestelde
financieringswijze.




                                               128
SP 51.- Marché de fournitures pour l'achat de matériel de gymnastique pour les écoles
   communales - Choix de la procédure de passation et fixation des conditions du marché -
   Pour information -=- Opdracht voor leveringen voor de aankoop van turnmateriaal voor
   de gemeentelijke scholen - Keuze van de plaatsingsprocedure en vaststelling van de
   voorwaarden van de opdracht - Ter informatie

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
                      Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117, 234, 234bis et 236 de la Nouvelle loi communale ;
Vu la loi du 17 juin 2016 relative aux marchés publics ;
Vu l'arrêté royal du 18 avril 2017 relatif à la passation des marchés publics dans les secteurs
classiques ;
Vu l'arrêté royal du 14 janvier 2013 établissant les règles générales d’exécution des marchés
publics ;
Vu la loi du 17 juin 2013 relative à la motivation, à l'information et aux voies de recours en
matière de marchés publics, de certains marchés de travaux, de fournitures et de services et
de concessions ;
Vu la décision du 26 novembre 2019 du Collège des Bourgmestre et Echevins approuvant la
procédure de passation et les conditions d'un marché public de fournitures ayant pour
objet l'achat de matériel de gymnastique pour les écoles communales ;
Considérant que la dépense sera financée par emprunts ;
Considérant que les crédits nécessaires ont été inscrits à cet effet au budget extraordinaire
pour 2019 ;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins ;
PREND POUR INFORMATION :
      1.     La décision du Collège des Bourgmestre et Echevins du 26 novembre 2019 de
             passer un marché public de fournitures ayant pour objet l'achat de matériel de
             gymnastique pour les écoles communales.
      2.     La dépense, d'un montant estimé à 72 520,95€ TVAC, sera imputée à
             l’article 700/744-51/ - /920 du budget extraordinaire 2019 et financée par
             emprunts.

                                 DE GEMEENTERAAD
         Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikelen 117, 234, 234bis en 236 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op de wet overheidsopdrachten van 17 juin 2016 ;
Gelet op het Koninklijk Besluit plaatsing van overheidsopdrachten in klassieke sectoren van
18 april 2017;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene
uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten;
Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de
rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten, bepaalde opdrachten voor werken, leveringen
en diensten en concessies;
Gelet op de beslissing van 26 november 2019 van het College van Burgemeester en
Schepenen die de plaatsingsprocedure en de voorwaarden goedkeurt voor de
overheidsopdracht voor leveringen met als voorwerp de aankoop van turnmateriaal voor de
gemeentelijke scholen ;
Overwegende dat de uitgave zal gefinancierd worden door leningen;
Overwegende dat de nodige kredieten hiervoor zijn ingeschreven op de buitengewone
begroting van 2019;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen;




                                                129
NEEMT TER INFORMATIE
    1.   De beslissing van het College van Burgemeester en Schepenen van 26 november
         2019 om een overheidsopdracht voor leveringen met als voorwerp de aankoop
         van turnmateriaal voor de gemeentelijke scholen .
    2.   De uitgave, geraamd op 72 520,95€ BTW inbegrepen, zal geboekt worden op
         artikel 700/744-51/ - /920 van de buitengewone begroting 2019 en gefinancierd
         worden door leningen.


SP 52.- Marché public de fourniture ayant pour objet l'achat d'armoire à vestiaire - Marché
   public de faible montant passé par une facture acceptée - Mode de passation et
   conditions du marché - Pour information -=- Overheidsopdracht van levering met als
   voorwerp aankoop van garderobekast - Overheidsopdracht van beperkte waarde
   gesloten door een aanvaarde factuur - Gunningswijze en voorwaarden van de opdracht
   - Ter informatie

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
                      Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 234 et 236 de la nouvelle loi communale;
Vu la loi du 17 juin 2016 – notamment son article 92 - relative aux marchés publics
Vu l'arrêté royal du 18 avril 2017 - notamment ses articles 6, 7 et 124 - relatif à la passation
des marchés publics dans les secteurs classiques;
Vu l'arrêté royal du 14 janvier 2013 - notamment son article 5 - établissant les règles
générales d’exécution des marchés publics ;
Vu l’ordonnance du 14 mai 1998 organisant la tutelle administrative sur les communes de la
Région de Bruxelles-Capitale ;
Vu la décision du 10/12/2019 du Collège des Bourgmestre et Echevins approuvant la
procédure de passation et les conditions des marchés ayant pour objet « Achat d'armoire à
vestiaire» ;
Considérant que les dépenses seront financées par emprunts ;
Considérant que les crédits nécessaires ont été inscrits à cet effet au budget extraordinaire
pour 2019 ;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins;
PREND POUR INFORMATION :
      1.     La décision du Collège des Bourgmestre et Echevins du 10 décembre 2019 de
             passer des marchés publics de faible montant conclus par facture acceptée, ayant
             pour objet « Achat d'armoire à vestiaire ».
      2.     La dépense, estimée à 26.261,24€ TVA comprise, sera imputée à l’article 104/741-
             51/-/700 (6.441,44€) et à l'article 700/741-51/-/920 (19.819,8 €) de 2019 et
             seront financée par emprunts.

                                 DE GEMEENTERAAD
         Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikelen 234 en 236 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op de wet inzake overheidsopdrachten van 17 juin 2016 - in het bijzonder artikel 92 ;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 18 april 2017 plaatsing van overheidsopdrachten in
klassieke sectoren - in het bijzonder artikelen 6, 7 en 124 ;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene
uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten - in het bijzonder artikel 5 ;
Gelet op de ordonnantie van 14 mei 1998 houdende regeling van het administratief toezicht
op de gemeenten van het Brusselse hoofdstedelijke Gewest ;




                                               130
Gelet op de beslissing van 10/12/2019 van het College van Burgemeester en Schepenen die
de plaatsingsprocedure en de voorwaarden goedkeurt voor de opdracht met als voorwerp
"Aankoop van garderobekast" ;
Overwegende dat de uitgave zal gefinancierd worden door leningen ;
Overwegende dat de nodige kredieten hiervoor zijn ingeschreven op de buitengewone
begroting van 2019;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen;
NEEMT TER INFORMATIE:
      1.   De beslissing van het College van Burgemeester en Schepenen van 10
           december 2019 tot plaatsing van een overheidsopdracht van beperkte waarde
           gesloten door een aanvaarde factuur , met als voorwerp "Aankoop van
           garderobekast".
      2.   De uitgave, geschat op 26.261,24€ BTW inbegrepen, zal geboekt worden op
           artikel 104/741-51/-/700 (6.441,44€) en op artikels 700/741-51/-/920 (19.819,8
           €) van de buitengewone begroting 2019 en zullen gefinancierd worden door
           leningen.


SP 53.- Marché public de services ayant pour objet la maintenance du progiciel VOCALCOM
   call center - Choix de la procédure de passation et fixation des conditions du marché -
   pour information -=- Overheidsopdracht voor diensten met als voorwerp onderhoud
   van de progiciel VOCALCOM Center - Keuze van de procedure en vaststelling van de
   voorwaarden van de overheidsopdracht - ter informatie

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
                      Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 234 et 236 de la nouvelle loi communale;
Vu la loi du 17 juin 2016 - notamment son article 42, §1er, 1°d ii - relative aux marchés
publics et à certains marchés de travaux, de fournitures et de services ;
Vu la loi du 17 juin 2013 relative à la motivation, à l'information et aux voies de recours en
matière de marchés publics et de certains marchés de travaux, de fournitures et de services ;
Vu l’arrêté royal du 18avril 2017 relatif à la passation des marchés publics dans les secteurs
classiques;
Vu l'arrêté royal du 14 janvier 2013 établissant les règles générales d’exécution des marchés
publics et des concessions de travaux publics modifié par l'arrêté royal du 22 juin 2017 ;
Vu l’ordonnance du 14 mai 1998 organisant la tutelle administrative sur les communes de la
Région de Bruxelles-Capitale ;
Vu la décision du collège du 10 décembre 2019 de passer le marché public de services ayant
pour objet la maintenance du progiciel VOCALCOM call center sur base de l'article 42 §1 1°d
ii de la loi du 17 juin 2016 relative aux marchés publics suivant les conditions décrites dans le
cahier spécial des charges SCHA/EQUIP/2019/067 suivant la consultation du seul opérateur
économique capable pour des raisons techniques de fournir les services souhaités étant la
firme Vocalcom dont le siège est établi à Jan Emiel Mommaertslaan 20A, 1831 Diegem,
BELGIUM
Considérant que les crédits nécessaires ont été inscrits à cet effet au budget extraordinaire
pour 2019 ;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins;
DECIDE
       1.     De passer le marché public de services pour des prestations de maintenance du
              progiciel VOCALCOM sur base de l'article 42 §1 1°d ii de la loi du 17 juin 2016
              relative aux marchés publics suivant les conditions décrites dans le cahier spécial
              des charges SCHA/EQUIP/2019/067 suivant la consultation du seul opérateur
              économique capable pour des raisons techniques de fournir les services souhaités
              étant la firme Vocalcom dont le siège est établi à Jan Emiel Mommaertslaan 20A,
              1831 Diegem, BELGIUM

                                                131
     2.     La dépense estimée pour ce marché s'élève à 145.000,-€ tvai et sera imputée sur
            l'AB 104 747 60 113 et sera financée par emprunts

                                  DE GEMEENTERAAD
          Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikelen 234 en 236 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op de wet van 17 juni 2016 -in het bijzonder artikel 42, §1er, 1°d ii -betreffende de
overheidsopdrachten en sommige opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en
diensten;
Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de
rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken,
leveringen en diensten ;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 18 april2017 plaatsing overheidsopdrachten klassieke
sectoren ;
Gelet op het Koninklijk Besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene
uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken
gewijzigd bijhet Koninklijk Besluit van 22 juni 2017;
Gelet op de ordonnantie van 14 mei 1998 houdende regeling van het administratief toezicht
op de gemeenten van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest ;
Gelet op de beslissing van het college van 10 december 2019 tot plaatsing van een
overheidsopdracht voor diensten met als voorwerp het onderhoud van de progiciel
VOCALCOM Center mits onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking op
grond van artikel 42 §1 1°d ii van de Wet van 17 juni 2016 inzake overheidsopdrachten ,
volgens de voorwaarden van het bestek SCHA/EQUIP/2019/067 ingevolge raadpleging van de
enige ondernemer bij machte om technische redenen de gewenste diensten te verrichten
zijnde de firma Vocalcom waarvan de zetel is gevestigd te Jan Emiel Mommaertslaan 20A,
1831 Diegem, BELGIUM
Overwegende dat de nodige kredieten hiervoor zijn ingeschreven op de buitengewoneen de
gewone begroting van 2019;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen;
BESLUIT
      1.     De overheidsopdracht voor diensten met als voorwerp het onderhoud van de
             progiciel VOCALCOM te plaatsen mits onderhandelingsprocedure zonder
             voorafgaande bekendmaking op grond van artikel 42 §1 1°dii van de Wet van 17
             juni 2016 inzake overheidsopdrachten , volgens de voorwaarden van het bestek
             SCHA/EQUIP/2019/067 ingevolge raadpleging van de enige ondernemer bij
             machte om technische redenen de gewenste diensten te verrichten zijnde de
             firma Vocalcom waarvan de zetel is gevestigd te Jan Emiel Mommaertslaan 20A,
             1831 Diegem, BELGIUM
      2.     De voor deze opdracht geschatte uitgave bedraagt 145.000,-€ BTW inbegrepen ,
             zal geboekt worden op het begrotingsartikel 104 747 60 113 en zal gefinancierd
             worden door leningen


Bâtiment -=- Gebouwen
SP 54.- Audit pour la sécurisation de divers bâtiments communaux - Extension de la mission
   - Pour information -=- Audit voor de beveiliging van verschillende gemeentegebouwen -
   Uitbreiding van de opdracht - Ter informatie

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
                      Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117, 234 et 236 de la nouvelle loi communale;




                                               132
Vu la loi du 15 juin 2006 - en particulier son article 26, §1er, 1° a - relative aux marchés
publics et à certains marchés de travaux, de fournitures et de services, telle qu'elle a été
modifiée à ce jour;
Vu l'arrêté royal du 15 juillet 2011 relatif à la passation des marchés publics dans les secteurs
classiques;
Vu l'arrêté royal du 14 janvier 2013 établissant les règles générales d'exécution des marchés
publics et des concessions de travaux publics, tel qu'il a été modifié à ce jour;
Vu la décision du collège des bourgmestre et échevins du 21 février 2017 d'approuver le
lancement d'un marché public de services afin de désigner un bureau d'études à même de
réaliser un audit pour la sécurisation de divers bâtiments communaux (mission estimée
à 100.000€ TVAC);
Considérant que cette décision a été prise pour information au conseil communal du 29 mars
2017;
Vu la décision du collège des bourgmestre et échevins du 13 juin 2017 de désigner
l'adjudicataire ayant remis l'offre économiquement la plus avantageuse pour une somme de
99.825€ TVAC;
Considérant que l'audit a été réalisé à la satisfaction de l'administration;
Considérant que l'architecte communale en charge de l'Hôtel communal a émis le souhait
d'étendre la mission de l'audit à des travaux relatifs à la sécurité, qui doivent être réalisés
dans le bâtiment susmentionné;
Considérant que le coût estimé d'extension de la mission s'élèverait à 6.000€ TVAC;
Considérant que cette somme est disponible à l'article 137/747-60/622 du budget
extraordinaire 2019;
PREND POUR INFORMATION
L'augmentation de la dépense susmentionnée.

                                 DE GEMEENTERAAD
         Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op de artikelen 117, 234 en 236 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op de wet van 15 juni 2006 - inzonderheid artikel 26, § 1, 1° a - betreffende de
overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor aanneming van werken, leveringen en
diensten, zoals zij tot op heden werd gewijzigd;
Gelet op het koninklijk besluit van 15 juli 2011 betreffende de plaatsing van
overheidsopdrachten - klassieke sectoren;
Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene
uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken,
zoals tot op heden gewijzigd;
Gelet op het collegebesluit van 21 februari 2017 om een overheidsopdracht van diensten te
lanceren met het oog op de aanduiding van een studiebureau voor het realiseren van een
audit betreffende de beveiliging van verschillende gemeentegebouwen (opdracht geraamd
op 100.000 €, BTW inbegrepen);
Overwegende dat dit besluit op 29 maart 2017 door de gemeenteraad ter informatie werd
genomen;
Gelet op het collegebesluit van 13 juni 2017 tot aanduiding van de opdrachtnemer die de
economisch voordeligste offerte indiende, voor de som van 99.825 €, BTW inbegrepen;
Overwegende dat de audit tot de volle tevredenheid van het bestuur werd uitgevoerd;
Overwegende dat de gemeentearchitecte verantwoordelijk voor het Gemeentehuis de wens
heeft geuit om de auditopdracht uit te breiden met beveiligingswerken die in dit gebouw
dienen te worden uitgevoerd;
Overwegende dat de kostenraming voor de uitbreiding van de opdracht 6.000 € bedraagt,
BTW inbegrepen;
Overwegende dat deze som beschikbaar is op artikel 137/747-60/-/622 van de buitengewone
begroting over 2019;
NEEMT TER INFORMATIE
de verhoging van bovenvermelde uitgave.




                                                133
SP 55.- Rénovation des chaufferies du centre scolaire Roodebeek, de l'athénée Fernand
   Blum (Renan) et du lycée Emile Max (Haecht) - centrale des marchés SIBELGA-
   UPREG/INTERFIN - augmentation de la dépense - pour information -=- Renovatie van de
   stookruimtes van het scholencomplex Roodebeek, het Atheneum Fernand Blum
   (Renan) en het Emile Max Lyceum (Haacht) - opdrachtencentrale SIBELGA-
   UPREG/INTERFIN - verhoging van de uitgave - ter informatie

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
                      Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117 et 234 de la nouvelle loi communale ;
Vu la loi du 17 juin 2016 - notamment son article 47 - relative aux marchés publics ;
Vu la loi du 17 juin 2013 relative à la motivation, à l'information et aux voies de recours en
matière de marchés publics et de certains marchés de travaux, de fournitures et de services
et de concessions ;
Vu l’arrêté royal du 18 avril 2017 relatif à la passation des marchés publics dans les secteurs
classiques;
Vu la délibération au conseil communal du 21 décembre 2016 approuvant l'adhésion de la
commune à la centrale des marchés UPREG de l'intercommunale INTERFIN pour la passation,
l'exécution et le financement de travaux, de fournitures et de services visant à une utilisation
performante et rationnelle de l'énergie au profit des pouvoirs locaux de la Région de
Bruxelles-Capitale;
Vu la délibération au collège du 19 décembre 2017 approuvant la décision d’INTERFIN de
désigner SANIDEAL à 6060 Gilly , en qualité d'adjudicataire du marché de travaux visant à la
rénovation des chaufferies du centre scolaire Roodebeek, de l'athénée Fernand Blum (Renan)
et du lycée Emile Max (Haecht), sur base de son offre du 27 septembre 2017, engageant la
dépense de 548.867,86 € aux articles 722/724-60/-/51 ( 241.427,84 € pour l'école 11/13
Roodebeek) et 731/724-60/-/51 (195.373,82 € pour AFB Renan et 112.066,20 € pour LEM
Haecht) du budget extraordinaire 2017 en faveur de l'entreprise SANIDEAL et chargeant le
Département Subventions et Partenariat de transmettre le dossier d’attribution à la
Fédération Wallonie-Bruxelles afin de solliciter un accord ferme de subvention visant la part
communale, après déduction de l’intervention de Sibelga de 270.000 € TVAC;
Vu la décision du collège, en date du 12 juin 2018 d'approuver:
            le décompte 1A de 5.130,40 € TVAI du 30 mars 2018 pour tubage supplémentaire
             dans la chaufferie de la direction;
            le décompte 3A de 3.882,82 € TVAI du 26 mai 2018 pour hydraulique de la
             crèche;
            le décompte 5 de 987,13 € TVAI du 22 mai 2018 pour remplacement du
             circulateur de l'école 11;
Vu le décompte 6 de 4.806,36 € TVAI du 26 novembre 2018 pour remplacement des modules
BACNET 2.0 des circulateurs de l'école 11;
Vu le décompte 7 de 3.570,85 € TVAI du 25 février 2018 pour remplacement de vannes et
divers à l'école 11 ainsi qu'au lycée Emile Max;
Vu le décompte 8 de 944,46 € TVAI du 13 mars 2019 pour matelas vannes collecteurs
existants à l'école 13;
Considérant que ces trois derniers décomptes, pour un montant de 9.321,67 € ont été jugés
indispensables à la poursuite du chantier, ont été acceptés et exécutés;
Considérant que les travaux sont terminés;
Considérant que le total des décomptes acceptés et exécutés s'élève à 19.322,02 €;
PREND POUR INFORMATION
la décision du collège des bourgmestre et échevins du 3 décembre 2019 :
      1.     d'approuver les suppléments relatifs aux décomptes 6, 7 et 8, déjà exécutés
      2.     d'autoriser le paiement de la facture de SANIDEAL n°190040, du 28 février 2019,
             relative à ces décomptes


                                               134
     3.     d'imputer la dépense de 9.321,67 € à l'article 722/724-60/-/622 de 2019
     4.     d'approuver la majoration du coût des travaux (+20.000 €) estimés initialement à
            548.867,86 €

                                  DE GEMEENTERAAD
          Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op de artikelen 117 en 234 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op de wet van 17 juni 2016 betreffende de overheidsopdrachten - inzonderheid het
artikel 47;
Gelet op de wet van 17 juni 2013 betreffende de motivering, de informatie en de
rechtsmiddelen inzake overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken,
leveringen, diensten en concessies;
Gelet op het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten
in de klassieke sectoren;
Gelet op het raadsbesluit van 21 december 2016 tot goedkeuring van de toetreding van de
gemeente tot de opdrachtencentrale UPREG van de Intercommunale INTERFIN voor de
plaatsing, uitvoering en financiering van werken, leveringen en diensten op het vlak van
performant en rationeel energiegebruik ten behoeve van de plaatselijke besturen van het
Brussels Hoofdstedelijk Gewest;
Gelet op het collegebesluit van 19 december 2017 houdende goedkeuring van de beslissing
van INTERFIN om SANIDEAL te 6060 Gilly aan te duiden als opdrachtnemer voor de opdracht
van werken betreffende de renovatie van de stookruimtes van het scholencomplex
Roodebeek, het Atheneum Fernand Blum (Renan) en het Emile Max Lyceum (Haacht), op
basis van haar offerte van 27 september 2017; de uitgave ten belope van 548.867,86 € wordt
hiertoe vastgelegd op de artikels 722/724-60/-/51 (241.427,84 € voor school 11/13
Roodebeek) en 731/724-60/-/51 (195.373,82 € voor het AFB Renan en 112.066,20 € voor het
EML Haacht) van de buitengewone begroting over 2017 ten voordele van de onderneming
SANIDEAL en aan het Departement Subsidies en Partenariaat wordt gevraagd het
toewijzingsdossier over te maken aan de Federatie Wallonië-Brussel voor het aanvragen van
een vaste belofte van toelage voor het gemeentelijke aandeel, na aftrek van de interventie
van Sibelga voor een bedrag van 270.000 € BTW inbegrepen;
Gelet op het collegebesluit van 12 juni 2018 houdende goedkeuring van :
           verrekening 1A voor 5.130,40 € BTWi van 30 maart 2018 voor bijkomende
            tuberingen in de stookkamer van de directie;
           verrekening 3A voor 3.882,82 € BTWi van 26 mei 2018 pour de hydraulica van het
            kinderdagverblijf;
           verrekening 5 voor 987,13 € BTWi van 22 mei 2018 voor de vervanging van
            de circulator van school 11;
Gelet op verrekening 6 voor 4.806,36 € BTWi van 26 november 2018 voor de vervanging van
de 2.0 BACNET-modules van de circulators van school 11;
Gelet op verrekening 7 voor 3.570,85 € BTWi van 25 februari 2018 voor de vervanging van
afsluiters en diversen in school 11 en in het Emile Max Lyceum;
Gelet op verrekening 8 voor 944,46 € BTWi van 13 maart 2019 voor bestaande
beschermingslagen, kranen en verzamelleidingen in school 13;
Overwegende dat deze laatste drie verrekeningen, voor een bedrag van 9.321,67 €, absoluut
noodzakelijk bleken te zijn voor het vervolg van de werf, en ze bijgevolg werden aanvaard en
uitgevoerd;
Overwegende dat de werken beëindigd zijn;
Overwegende dat het totaal van de aanvaarde en uitgevoerde verrekeningen 19.322,02 €
bedraagt;
NEEMT TER INFORMATIE
het collegebesluit van 3 december 2019, namelijk :
      1.    goedkeuring van de meerwerken betreffende de verrekeningen 6, 7 en 8, die
            reeds zijn uitgevoerd
      2.    instemmen met de betaling van de factuur van SANIDEAL Nr. 190040, van 28
            februari 2019, betreffende deze verrekeningen
      3.    aanrekening van de uitgave van 9.321,67 € op artikel 722/724-60/-/622 van 2019
      4.    goedkeuring van de verhoging van de kosten voor deze werken (+ 20.000 €), die
            oorspronkelijk op 548.867,86 € werden geraamd.

                                              135
SP 56.- Ecole 2/12- Etudes relatives à la rénovation des chaufferies dans le cadre de la
   centrale des marchés de l'Intercommunale INTERFIN - Majoration de la dépense - Pour
   information -=- School 2/12- Studies betreffende de renovatie van de stookkamers in
   het kader van de opdrachtencentrale van de Intercommunale INTERFIN - Verhoging van
   de uitgave - Ter informatie

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
                      Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117, 234 et 236 de la nouvelle loi communale;
Vu la loi du 17 juin 2016 relative aux marchés publics, telle qu'elle a été modifiée à ce jour;
Vu l'arrêté royal du 18 avril 2017 relatif à la passation des marchés publics dans les secteurs
classiques, tel qu'il a été modifié à ce jour;
Vu l'arrêté royal du 14 janvier 2013 établissant les règles générales d'exécution des marchés
publics et des concessions de travaux publics, tel qu'il a été modifié à ce jour;
Vu l'ordonnance du 27 juillet 2017 modifiant la Nouvelle loi communale en vue de préciser
les règles de compétences en matière de marchés publics communaux;
Vu la délibération au conseil communal du 21 décembre 2016 approuvant l'adhésion de la
commune à la centrale des marchés UPREG de l'intercommunale INTERFIN pour la passation,
l'exécution et le financement de travaux, de fournitures et de services visant à une utilisation
performante et rationnelle de l'énergie au profit des pouvoirs locaux de la Région de
Bruxelles-Capitale;
Considérant que, dans ce cadre, la commune décide de confier à un bureau d'études privé,
par le biais de Sibelga, l'étude de projet ainsi que le suivi des travaux de rénovation de la
chaufferie de l'école 2/12;
Considérant obtenir ainsi un rendement amélioré de l'ordre de 20%;
Considérant que les procédures administratives de passation du marché public de
services ont été entièrement menées par Sibelga.
Vu la fiche de projet SIBELGA-NRClick du 21 mai 2019;
Considérant que les honoraires du bureau d'études, d'un montant de 28.140 € seront à payer
sur le compte de SIBELGA;
Vu la délibération au conseil communal du 19 juin 2019, prenant pour information la décision
du collège des bourgmestre et échevins du 11 juin 2019, d'approuver la prise en charge de
l'étude ainsi que le suivi des travaux de rénovation de la chaufferie de l'école 2/12 par
Sibelga dans le cadre de la centrale des marchés de l'intercommunale INTERFIN;
Considérant que des demandes de travaux supplémentaires ont été formulées en cours
d'étude;
Vu la fiche de projet SIBELGA-NRClick du 29 octobre 2019 pour ces demandes particulières;
Considérant que, compte tenu cette demande de travaux supplémentaire, le prix de l'étude
s'élève à 31.000 €;
Vu la décision du collège des bourgmestre et échevins du 3 décembre 2019 de:
      1.     Approuver la majoration de la dépense (+2.857,00 €) relative à l'étude du projet
             de rénovation de la chaufferie de l'école 2/12 (classes maternelles et primaires)
             dans le cadre de la centrale des marchés de l'intercommunale INTERFIN
      2.     Financer la dépense par emprunt
PREND POUR INFORMATION
la décision précitée du collège des bourgmestre et échevins

                                 DE GEMEENTERAAD
         Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op de artikelen 117, 234 en 236 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op de wet van 17 juni 2016 betreffende de overheidsopdrachten, zoals tot op heden
gewijzigd;

                                               136
Gelet op het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten
in de klassieke sectoren, zoals tot op heden gewijzigd;
Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot vaststelling van de algemene
uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken,
zoals tot op heden gewijzigd;
Gelet op de ordonnantie van 27 juli 2017 tot wijziging van de nieuwe gemeentewet teneinde
de bevoegdheidsregels inzake gemeentelijke overheidsopdrachten te verduidelijken;
Gelet op het raadsbesluit van 21 december 2016 houdende goedkeuring van de toetreding
van de gemeente tot de opdrachtencentrale UPREG van de Intercommunale INTERFIN voor
de plaatsing, uitvoering en financiering van werken, leveringen en diensten met het oog op
een performant en rationeel energiegebruik ten behoeve van de plaatselijke besturen van
het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;
Overwegende dat, in dit kader, de gemeente beslist heeft de projectstudie en de opvolging
van de renovatiewerken aan de stookkamer van school 2/12 door tussenkomst van
Sibelga, aan een privéstudiebureau toe te vertrouwen;
Overwegende dat op die manier het rendement met ongeveer 20% zou worden verbeterd;
Overwegende dat de administratieve procedures voor de plaatsing van de overheidsopdracht
van diensten volledig door Sibelga werden uitgevoerd;
Gelet op de projectfiche SIBELGA-NRClick van 21 mei 2019;
Overwegende dat de erelonen van het studiebureau, voor een bedrag van 28.140 €, op de
rekening van SIBELGA moeten worden overgemaakt;
Gelet op het raadsbesluit van 19 juni 2019, nemende ter informatie het collegebesluit van 11
juni 2019 om de tenlasteneming door Sibelga goed te keuren van de studie en de opvolging
van de renovatiewerken van de stookkamer van school 2/12, in het kader van de
opdrachtencentrale van de Intercommunale INTERFIN;
Overwegende dat tijdens de studie aanvragen werden geformuleerd voor bijkomende
werken;
Gelet op de projectfiche SIBELGA-NRClick van 29 oktober 2019 voor deze bijzondere
aanvragen;
Overwegende dat, rekening houdend met deze aanvraag voor bijkomende werken, de prijs
van de studie 31.000 € beloopt:
Gelet op het collegebesluit van 3 december 2019 houdende :
      1.    goedkeuring van de verhoging van de uitgave (+ 2.857,00 €) betreffende de
            projectstudie voor de renovatie van de stookkamer van school 2/12 (kleuter- en
            lagere afdeling) in het kader van de opdrachtencentrale van de intercommunale
            INTERFIN
      2.    financiering van de uitgave met een lening.
NEEMT TER INFORMATIE
voormeld collegebesluit


SP 57.- CTR côté Anatole France - Dépannage ascenseur 42000122054 - Procédure de
   passation et conditions du marché - Pour information -=- TCR kant Anatole France -
   Herstelling lift 42000122054 - Plaatsingsprocedure en voorwaarden van de opdracht -
   Ter informatie

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
                      Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117, 234 et 236 de la nouvelle loi communale;
Vu la loi du 17 juin 2016 - en particulier son article 92 - relative aux marchés publics, telle
qu'elle a été modifiée à ce jour;
Vu l'arrêté royal du 18 avril 2017 relatif à la passation des marchés publics dans les secteurs
classiques, tel qu'il a été modifié à ce jour;



                                                137
Vu l'arrêté royal du 14 janvier 2013 établissant les règles générales d'exécution des marchés
publics et des concessions de travaux publics, tel qu'il a été modifié à ce jour;
Vu l'ordonnance du 27 juillet 2017 modifiant la Nouvelle loi communale en vue de préciser
les règles de compétences en matière de marchés publics communaux;
Considérant que l'ascenseur n°42000122054 du CTR est en panne;
Vu la nécessité de remplacer le câble limiteur de vitesse de la cabine;
Vu le devis de la société en charge de la maintenance et du dépannage de cet appareil, d'un
montant de 3.005,43 €, pour effectuer ce travail;
Vu la difficulté de mise en concurrence sous peine de perdre le bénéfice de la garantie de
l'entretien périodique;
Vu la décision du collège des bourgmestre et échevins du 10 décembre 2019 qui décide:
      1.     d'approuver le devis n°145610271 du 19 novembre 2019 de la
             société adjudicataire de la maintenance et du dépannage de l'ascenseur équipant
             le CTR
      2.     d'imputer la dépense à l'article 137/724-60/-622 du budget extraordinaire 2019
      3.     de financer la dépense par emprunt
PREND POUR INFORMATION
la décision précitée du collège des bourgmestre et échevins

                                 DE GEMEENTERAAD
         Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op de artikelen 117, 234 en 236 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op de wet van 17 juni 2016 - in het bijzonder zijn artikel 92 - betreffende de
overheidsopdrachten, zoals tot op heden gewijzigd;
Gelet op het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten
in de klassieke sectoren, zoals tot op heden gewijzigd;
Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot vaststelling van de algemene
uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken,
zoals tot op heden gewijzigd;
Gelet op de ordonnantie van 27 juli 2017 tot wijziging van de nieuwe gemeentewet teneinde
de bevoegdheidsregels inzake gemeentelijke overheidsopdrachten te verduidelijken;
Overwegende dat lift nr. 42000122054 van het TCR defect is;
Gelet op de noodzaak om de snelheidsbegrenzer-kabel van de cabine te vervangen;
Gelet op het bestek voor de uitvoering van dit werk, voor een bedrag van 3.005,43 € , van de
firma die belast is met het onderhoud en de herstelling van dit toestel;
Gelet op de moeilijkheid om een beroep te doen op de mededinging op het gevaar af de
garantie van het periodieke onderhoud te verliezen;
Gelet op het collegebesluit van 10 december 2019, houdende:
      1.    goedkeuring van het bestek nr. 145610271 van 19 november 2019, van de firma
            die als opdrachthouder belast is met het onderhoud van de lift waarmee het
            gebouw TCR is uitgerust;
      2.    aanrekening van de uitgave op artikel 137/724-60/-622 van de buitengewone
            begroting over 2019;
      3.    financiering van de uitgave met een lening
NEEMT TER INFORMATIE
bovenvermeld collegebesluit


SP 58.- Ecole La Vallée - Etude relative à la rénovation des chaufferies dans le cadre de la
   centrale des marchés de l'Intercommunale INTERFIN - Pour information -=- School La
   Vallée - Studies betreffende de renovatie van de stookkamers in het kader van de
   opdrachtencentrale van de Intercommunale INTERFIN - Ter informatie

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd




                                               138
                                  LE CONSEIL COMMUNAL
                      Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117, 234 et 236 de la nouvelle loi communale;
Vu la loi du 17 juin 2016 relative aux marchés publics, telle qu'elle a été modifiée à ce jour;
Vu l'arrêté royal du 18 avril 2017 relatif à la passation des marchés publics dans les secteurs
classiques, tel qu'il a été modifié à ce jour;
Vu l'arrêté royal du 14 janvier 2013 établissant les règles générales d'exécution des marchés
publics et des concessions de travaux publics, tel qu'il a été modifié à ce jour;
Vu l'ordonnance du 27 juillet 2017 modifiant la Nouvelle loi communale en vue de préciser
les règles de compétences en matière de marchés publics communaux;
Vu la délibération au conseil communal du 21 décembre 2016 approuvant l'adhésion de la
commune à la centrale des marchés UPREG de l'intercommunale INTERFIN pour la passation,
l'exécution et le financement de travaux, de fournitures et de services visant à une utilisation
performante et rationnelle de l'énergie au profit des pouvoirs locaux de la Région de
Bruxelles-Capitale;
Considérant que, dans ce cadre, la commune décide de confier à un bureau d'études privé,
par le biais de Sibelga, l'étude de projet ainsi que le suivi des travaux de rénovation de la
chaufferie de l'école La Vallée, Grande rue au Bois 76-78;
Considérant obtenir ainsi un rendement amélioré de l'ordre de 25%;
Considérant que les procédures administratives de passation du marché public de
services ont été entièrement menées par Sibelga.
Vu la fiche de projet SIBELGA-NRClick du 29 octobre 2019;
Considérant que les honoraires du bureau d'études, d'un montant de 10.662 € seront à payer
sur le compte de SIBELGA;
Vu la décision du collège des bourgmestre et échevins du 3 décembre 2019:
      1.     Approuver la prise en charge de l'étude ainsi que le suivi des travaux de
             rénovation de la chaufferie de l'école La Vallée par Sibelga dans le cadre de la
             centrale des marchés de l'intercommunale INTERFIN
      2.     Financer la dépense par emprunt
PREND POUR INFORMATION
la décision précitée du collège des bourgmestre et échevins

                                 DE GEMEENTERAAD
         Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op de artikelen 117, 234 en 236 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op de wet van 17 juni 2016 betreffende de overheidsopdrachten, zoals tot op heden
gewijzigd;
Gelet op het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten
in de klassieke sectoren, zoals tot op heden gewijzigd;
Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot vaststelling van de algemene
uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken,
zoals tot op heden gewijzigd;
Gelet op de ordonnantie van 27 juli 2017 tot wijziging van de nieuwe gemeentewet teneinde
de bevoegdheidsregels inzake gemeentelijke overheidsopdrachten te verduidelijken;
Gelet op het raadsbesluit van 21 december 2016 houdende goedkeuring van de toetreding
van de gemeente tot de opdrachtencentrale UPREG van de Intercommunale INTERFIN voor
de plaatsing, uitvoering en financiering van werken, leveringen en diensten met het oog op
een performant en rationeel energiegebruik ten behoeve van de plaatselijke besturen van
het Brussels Hoofdstedelijk Gewest;
Overwegende dat, in dit kader, de gemeente beslist heeft de projectstudie en de opvolging
van de renovatiewerken aan de stookkamer van school La Vallée, Grote Bosstraat 76-78,
door tussenkomst van Sibelga, aan een privé studiebureau toe te vertrouwen;
Overwegende dat op die manier het rendement met ongeveer 25% zou worden verbeterd;
Overwegende dat de administratieve procedures voor de plaatsing van de overheidsopdracht
van diensten volledig door Sibelga werden uitgevoerd;
Gelet de projectfiche SIBELGA-NRClick van 29 oktober 2019;



                                                139
Overwegende dat de erelonen van het studiebureau, voor een bedrag van 10.662 €, op de
rekening van SIBELGA moeten worden overgemaakt;
Gelet op het collegebesluit van 3 december 2019 houdende :
      1.   goedkeuring dat Sibelga de studie op zich neemt en de opvolging van de
           renovatiewerken aan de stookkamer van school La Vallée in het kader van de
           opdrachtencentrale van de intercommunale INTERFIN
      2.   financiering van de uitgave met een lening.
NEEMT TER INFORMATIE
voormeld collegebesluit


SP 59.- Bâtiments communaux - Fourniture et pose de revêtement souple de sol - Marché
   stock de travaux - Pour information -=- Gemeentegebouwen - Levering en plaatsing van
   een soepele vloerbekleding - Stock-opdracht voor werken - Ter informatie

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
                      Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117, 234 et 236 de la nouvelle loi communale;
Vu la loi du 17 juin 2016 relative aux marchés publics - en particulier son article 42, §1er, 1°
a - telle qu'elle a été modifiée à ce jour;
Vu l'arrêté royal du 18 avril 2017 relatif à la passation des marchés publics dans les secteurs
classiques, tel qu'il a été modifié à ce jour;
Vu l'arrêté royal du 14 janvier 2013 établissant les règles générales d'exécution des marchés
publics et des concessions de travaux publics, tel qu'il a été modifié à ce jour;
Vu l'ordonnance du 27 juillet 2017 modifiant la Nouvelle loi communale en vue de préciser
les règles de compétences en matière de marchés publics communaux;
Considérant qu'un revêtement souple de sol est placé dans certains locaux dans le cadre de
rénovation ou de nouvelles construction;
Considérant que ce type de revêtement est privilégié en raison de son effet isolant et
amortissant ainsi que ses qualités acoustiques;
Considérant qu’il convient de confier ces travaux de fourniture et de pose de revêtement
souple de sol à une entreprise privée;
Considérant que le coût de l’opération est estimé à 50.000€ TVAC;
Considérant que les commandes s'effectueront au fur et à mesure des besoins et que le
marché stock de travaux est adéquat pour se faire;
Vu la décision du Collège des Bourgmestre et Echevins du 26 novembre 2019 par laquelle il
décide:
       1.    d’approuver le principe du marché visant au marché stock de travaux de
             fourniture et de pose de revêtement souple de sol dans divers bâtiments
             communaux;
       2.    d’arrêter la procédure de passation et les conditions du marché : procédure
             négociée sans publication préalable, après consultation de firmes spécialisées et
             aux conditions du CSC Scha/Infra/2019/036;
       3.    d’imputer la dépense estimée à 50.000€ à l'article 137/724-60/-/620 du budget
             extraordinaire 2019;
       4.    de financer la dépense par l'emprunt.
PREND POUR INFORMATION
La décision précitée du Collège des Bourgmestre et Echevins du 26 novembre 2019

                                 DE GEMEENTERAAD
         Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op de artikelen 117, 234 en 236 van de nieuwe gemeentewet;



                                                140
Gelet op de wet van 17 juni 2016 betreffende de overheidsopdrachten, zoals tot op heden
gewijzigd;
Gelet op het koninklijk besluit van 18 april 2017 betreffende plaatsing overheidsopdrachten
in de klassieke sectoren, zoals tot op heden gewijzigd;
Gelet op het koninklijk besluit van 14 januari 2013 tot vaststelling van de algemene
uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten en van de concessies voor openbare werken,
zoals tot op heden gewijzigd;
Gelet op de ordonnantie van 27 juli 2017 tot wijziging van de nieuwe gemeentewet teneinde
de bevoegdheidsregels inzake gemeentelijke overheidsopdrachten te verduidelijken;
Overwegende dat een soepele vloerbekleding in sommige lokalen wordt geplaatst in het
kader van renovaties of nieuwbouw ;
Overwegende dat de voorkeur wordt gegeven aan dit type bekleding omwille van zijn
goede isolerende, schokdempende en akoestische eigenschappen;
Overwegende dat het aangewezen is deze opdracht van levering en plaatsing van soepele
vloerbekledingen, toe te vertrouwen aan een privé-onderneming;
Overwegende dat de kosten voor deze operatie werden geraamd op 50.000 €, BTW
inbegrepen;
Overwegende dat de bestellingen zullen worden geplaatst naar gelang van de behoeften en
de stock-opdracht hiertoe de aangewezen procedure is;
Gelet op het Collegebesluit van 26 november 2019 houdende:
      1.    principiële goedkeuring van een stock-opdracht voor werken voor de levering en
            plaatsing van een soepele vloerbekleding in verschillende gemeentegebouwen ;
      2.    vaststelling van de plaatsingsprocedure en de voorwaarden van de opdracht:
            onderhandelingsprocedure zonder voorafgaande bekendmaking, na raadpleging
            van gespecialiseerde firma’s, aan de voorwaarden van het bestek
            Scha/Infra/2019/036;
      3.    aanrekening van de op 50.000 EUR geraamde uitgave, op artikel 137/724-60/-
            /620 van de buitengewone begroting over 2019;
      4.    financiering van de uitgave met een lening.
NEEMT TER INFORMATIE
Voornoemd besluit van het College van Burgemeester en Schepenen van 26 november 2019


Contrats de quartier -=- Wijkcontracten
SP 60.- Contrat de quartier durable Helmet - Opération immobilière 2 (IM2 - rue de
   l'Agriculture 110-112) et Espace public 7 (EP7 - rue de l'Agriculture 110-112) - Marché
   d’étude - Avenant à la convention – Supplément honoraires – Relance et reprise du
   marché - Approbation -=- Duurzaam wijkcontract Helmet - Vastgoedoperatie 2 (VO2 -
   Landbouwstraat 110-112) en Openbare ruimte 7 (OR7 - Landbouwstraat 110-112) -
   Studieopdracht – Aanhangsel bij de overeenkomst – Bijkomende erelonen–
   Herlancering en herneming van de opdracht – Goedkeuring

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                 LE CONSEIL COMMUNAL
                     Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117, 234 et 236 de la nouvelle loi communale ;
Vu la loi du 24 décembre 1993 relative aux marchés publics et à certains marchés de travaux,
de fournitures et de services ;
Vu l’arrêté royal du 8 janvier 1996 relatif aux marchés publics de travaux, de fournitures et
de services et aux concessions de travaux publics ;
Vu l’ordonnance du 28 janvier 2010 organique de la revitalisation urbaine ;
Vu l’arrêté du Gouvernement de la Région de Bruxelles Capitale du 27 mai 2010 portant
exécution de cette ordonnance ;
Vu l’arrêté de l’Exécutif du 16 décembre 2010 approuvant le programme du contrat de
quartier durable Helmet ;

                                              141
Vu l’approbation par le Conseil communal des modifications du programme du contrat de
quartier durable Helmet en date du 19 septembre 2012 ;
Considérant que la rénovation et la transformation de l'immeuble sis rue de l'Agriculture
110-112 à destination d'une MCAE (Maison communale d'accueil de l'enfance) pour partie et
de logements pour le solde, ainsi que la démolition d'un entrepôt en intérieur d'îlot pour la
construction d'une crèche et l'aménagement d'un espace vert pour le solde, constitue les
opérations IM2 et EP7 de ce programme ;
Considérant qu’en date du 04 décembre 2012, le Conseil a décidé de passer le marché
d’étude par procédure négociée avec publicité pour un montant estimé à 271.473,33 € ;
Considérant qu’en date du 12 novembre 2013, le Collège a désigné l’association
momentanée Low architecten bvba comme auteur de projet pour l’opération reprise sous
rubrique ;
Considérant qu’en date du 25 juin 2014, le Conseil a décidé de passer le marché de travaux
par adjudication publique et qu’en date du 04 novembre 2014, le Collège a décidé d’attribuer
le marché des travaux à la société HULLBRIDGE ASSOCIATED SA pour un montant de
2.480.003,80 € TVAC ;
Considérant qu’en date du 20 juin 2017, le Collège a pris acte des difficultés rencontrées avec
l’entreprise sur ce chantier et du caractère inéluctable du recours à la prise de mesures
d'office ;
Considérant qu’en date du 22 août 2017, le Collège a autorisé l’asbl RenovaS à engager la
prise de mesure d’office par le biais de la procédure de marchés pour comptes ;
Considérant que les travaux sont actuellement à l’arrêt et qu’en date du 12 décembre 2017,
un constat de la situation du chantier a été effectué en présence notamment de l’entreprise,
du bureau d’étude et l’Architecte/Expert ;
Considérant que la situation de chantier a amené le bureau d’études à prolonger ses
interventions vu le retard pris lors du marché de travaux initial ;
Considérant que la relance d’un nouveau marché de travaux nécessite des prestations
supplémentaires du bureau d’études dans le cadre des phases d’adjudication et de suivi de
chantier et qu’au regard de la situation spécifique de ce chantier, il faut prendre en
considération les frais d'honoraires supplémentaires dans le cadre de la relance et reprise du
marché ;
Considérant que l’augmentation des honoraires représente un montant supplémentaire de
122.000,00 € TVAC ;
Considérant qu’en date du 20 février 2018, le Collège a approuvé l’avenant à la convention
initiale portant les honoraires de 244.416,00 € TVAC à 366.416,00 € TVAC et a également été
approuvé lors du Conseil Communal du 28 février 2018 ;
Considérant que le bureau d’étude ayant après coup refusé de signer l’avenant en l’état,
exigeant de pouvoir bénéficier d’honoraires complémentaires en cas de prolongation du 2 ème
chantier ;
Considérant qu’une consultance juridique a été menée par la Commune auprès du bureau
Equals Partners afin d’étudier les possibilités de modifications de la convention initiale au
regard de la nouvelle législation relative aux marchés publics ;
Considérant l’article 37 de la version initiale de l’A.R. du 14 janvier 2013 établissant les règles
générales d'exécution des marchés publics ;
Considérant qu’il est possible d’avoir recours à l’article 38/2 de l’arrêté royal exécution, tel
que modifié par l’A.R. du 22 juin 2017 modifiant l’arrêté royal du 14 janvier 2013 établissant
les règles générales d'exécution des marchés publics et des concessions des travaux publics ;
Considérant le rapport d’expertise du bureau juridique d’Equals Partners annexé à la
présente délibération ;
Considérant que cette expertise ainsi qu’une négociation avec le bureau d’études a permis
de définir les modalités d’un avenant intégrant les demandes du bureau d’études tout étant
compatible avec la législation (voir avenant annexé à la présente délibération) ;
Considérant que l’augmentation des honoraires représente un montant supplémentaire de
126.340,06 € TVAC ;
Considérant que le montant du marché d’étude doit être majoré pour atteindre un nouveau
montant de 397.813.39 € ;
Considérant que les frais d’études liés à la majoration ont été engagés à l'article 922/747-60-
07/57 du budget extraordinaire 2018 et seront financés par prélèvement sur fonds de
réserve extraordinaire ;

                                                 142
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins en date du 10 décembre 2019 ;
DECIDE :
      1.   D’approuver le nouvel avenant à la convention initiale pour la mission d'étude,
           portant les honoraires de 244.416,00 € TVAC à 370.756,06 € TVAC (supplément
           de 126 340,06 € TVAC) ;
      2.   De prendre acte de l’imputation engagé du montant supplémentaire à
           concurrence de 137.000,00 € TVAC (avenant + réserve prolongation de délais) à
           l’article 922/747-60-07/57 du budget extraordinaire 2018 ;
      3.   De financer ce montant supplémentaire de 126.340,06 € TVAC par prélèvement
           sur fonds de réserve extraordinaire

                                DE GEMEENTERAAD
        Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op de artikelen 117, 234 en 236 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op de wet van 24 december 1993 met betrekking tot openbare aanbestedingen voor
werken en sommige aanbestedingen voor werken, leveringen en diensten;
Gelet op het koninklijk besluit van 8 januari 1996 betreffende de overheidsopdrachten voor
werken, leveringen en diensten en de gunning van openbare werken;
Gelet op de organieke ordonnantie van 28 januari 2010 betreffende de stadshernieuwing;
Gelet op het besluit van de Regering van het Brussels Hoofdstedelijk Gewest van 27 mei 2010
betreffende de uitvoering van deze ordonnantie;
Gelet op het besluit van de Executieve van 16 december 2010 dat het programma van het
duurzaam wijkcontract Helmet goedkeurt;
Gelet op de goedkeuring door de Gemeenteraad van de wijzigingen van het programma van
het duurzaam wijkcontract Helmet, op datum van 19 september 2012;
Overwegende dat de renovatie en verbouwing van het gebouw gelegen op landbouwstraat
110-112 met het oog op een MCAE (Ontvangst van kinderen Gemeentehuis) voor een deel
en woningen voor de rest, zodat de afbraak van een opslagplaats in het huizenblok
binnenterrein voor de nieuwbouw van een kinderbewaarplaats en de inrichting van een
groene ruimte, de operaties VO2 en OR7 van dit programma vormt;
Overwegende dat de Raad op 04 december 2012 heeft beslist om de studieopdracht te
gunnen via onderhandelingsprocedure met bekendmaking voor een bedrag geraamd op
271.473,33 € ;
Overwegende dat het College op 12 november 2013, de tijdelijke vereniging Low architecten
bvba heeft aangeduid als projectauteur voor de operatie vermeld in rubriek;
Overwegende dat het College op 25 juni 2014 heeft beslist om de opdracht voor werken te
gunnen via openbare aanbesteding en dat het College op 04 november heeft beslist om de
opdracht voor werken te gunnen aan de firma HULLBRIDGE ASSOCIATED SA voor een bedrag
van 2.480.003,80 € BTWI;
Overwegende dat het College op 20 juni 2017, akte heeft genomen van de moeilijkheden die
de onderneming ondervond op de werf en het onvermijdelijk karakter van het ambtshalve
treffen van maatregelen;
Overwegende dat het College op 22 augustus 2017, de asbl RenovaS de toestemming heeft
verleend om over te gaan tot het ambtshalve nemen van maatregelen via de procedure van
opdracht voor rekening;
Overwegende dat de werken heden stilliggen en dat op 12 december 2017 een
situatiebeschrijving van de werf werd opgemaakt in aanwezigheid van de onderneming, het
studiebureau en de Architect/Expert;
Overwegende dat de situatie van de werf het studiebureau heeft aangezet tot het verlengen
van haar tussenkomst gezien de vertraging op gelopen tijden de oorspronkelijke opdracht
voor werken;
Overwegende dat de herlancering van een nieuwe opdracht voor werken bijkomende
prestaties vereist van het studiebureau in het kader van de aanbesteding- en opvolgingsfasen
en dat ten gevolge van de specifieke situatie van deze werf, rekening moet worden
gehouden met het kader van de herlancering en herneming van de opdracht;
Overwegende dat de vermeerdering van de erelonen een bijkomend bedrag van
122.000,00 € BTWI betekent;



                                              143
Overwegende dat het college op 20 februari 2018 het aanhangsel bij de oorspronkelijke
overeenkomst waarbij de erelonen van 244.416,00 € BTWI naar 366.416,00 € BTWI werden
gebracht, heeft goedgekeurd en dat dit ook werd goedgekeurd tijdens de gemeenteraad van
28 februari 2018;
Overwegende dat het studiebureau naderhand heeft geweigerd om het aanhangsel als
dusdanig te ondertekenen maar bijkomende erelonen eist in geval van verlenging van de 2 de
werf;
Overwegende dat een juridisch advies werd ingewonnen door de Gemeente bij het bureau
Equals Partners teneinde de mogelijkheden voor wijzigingen van de oorspronkelijke
overeenkomst ten opzichte van de nieuwe wetgeving inzake de overheidsopdrachten te
bestuderen;
Gezien artikel 37 van de oorspronkelijke versie van het KB van 14 januari 2013 tot bepaling
van de algemene uitvoeringsregels van de overheidsopdrachten;
Overwegende dat het mogelijk is om een beroep te doen op artikel 38/2 van het koninklijk
besluit uitvoering, zoals gewijzigd door het KB van 22 juni 2017 tot wijziging van het
koninklijke besluit van 14 januari 2013 tot bepaling van de algemene uitvoeringsregels van de
overheidsopdrachten en de concessie van overheidswerken;
Gezien het expertiseverslag van het juridisch bureau Equals Partners in bijlage bij
onderhavige beraadslaging;
Overwegende dat deze expertise evenals een onderhandeling met het studiebureau heeft
toegelaten om de bepalingen van het aanhangsel vast te leggen dat de eisen van het
studiebureau omvat en toch compatibel is met de wetgeving (zie aanhangsel in bijlage bij
onderhavige beraadslaging);
Overwegende dat de vermeerdering van de erelonen een bijkomend bedrag van 126.340,06
€ BTWI betekent;
Overwegende dat het bedrag van de studieopdracht moet vermeerderd worden om tot een
nieuw bedrag van 397.813,39 € te komen;
Overwegende dat de studiekosten verbonden met de vermeerdering werden geboekt in
artikel 922/747-60-07/57 van de buitengewone begroting 2018 en zullen gefinancierd
worden door opname uit het buitengewoon reservefonds;
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen op 10 december 2019;
BESLIST:
      1.    Het nieuwe aanhangsel bij de oorspronkelijke overeenkomst voor de
            studieopdracht, waarbij de erelonen van 244.416,00 € BTWI naar 370.756,06 €
            BTWI worden gebracht (supplement van 126 340,06 € BTWI) goed te keuren;
      2.    Akte te nemen van de boeking van het bijkomend bedrag van 137.000,00 € BTWI
            (aanhangsel + reserve verlenging van termijnen) op artikel 922/747-60-07/57 van
            de buitengewone begroting 2018 ;
      3.    Dit bijkomende bedrag van 126.340,06 € BTWI te financieren door opname uit
            het buitengewoon reservefonds.



VIE CITOYENNE -=- BURGERLEVEN (LEVEN IN DE GEMEENTE)
SP 61.- Asbl "A vos côtés 1030" - Convention annuelle 2019 - Approbation -=- VZW "A vos
    côtés 1030" - Jaarlijkse overeenkomst 2019 – Goedkeuring

      Madame Nyssens intervient
      Madame Lorenzino répond

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                 LE CONSEIL COMMUNAL
                     Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117 et 123 de la Nouvelle Loi communale;



                                              144
Vu la loi du 14 novembre 1983 relative au contrôle de l'octroi et de l'emploi de certains
subsides;
Vu la délibération du Conseil communal de mars 2019 adoptant le nouveau règlement relatif
à l'octroi, l'emploi et le contrôle de subventions communales,
Considérant que la convention telle que proposée au Collège est conforme au nouveau
règlement d'octroi de subsides de mars 2019;
Sur proposition du Collège des Bourgmestres et échevins du 10 décembre 2019;
DECIDE:
D'approuver la convention annuelle 2019 entre la Commune et l'asbl "A vos côtés 1030".

                                 DE GEMEENTERAAD
         Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikelen 117 en 123 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning van het
gebruik van sommige toelagen;
Gelet op de beraadslaging van de gemeenteraad van maart 2019 goedkeurend het nieuwe
reglement betreffende de uitreiking, het gebruik en de controle van gemeentelijke toelagen;
Overwegend dat de overeenkomst zoals voorgesteld aan het College in overeenstemming is
met de subsidieregeling van maart 2019;
Op voorstel van het College van Burgmeester en Schepenen van 10 december 2019;
BESLUIT:
De jaarlijkse overeenkomst 2019 tussen de gemeente en de VZW "A vos côtés 1030" goed te
keuren


Bibliothèques francophones -=- Franstalige bibliotheken
SP 62.- Bibliothèques francophones : introduction d’une demande de reconduction de
   reconnaissance auprès de la Féd. Wallonie-Bruxelles dans le cadre du décret du
   30/04/09, approbation du Plan quinquennal de développement 2021-2025. -=-
   Franstalige bibliotheken : indiening van een verlengingsaanvraag tot erkenning bij de
   Federatie Wallonië-Brussel in het kader van het decreet van 30/04/09, goedkeuring van
   het vijfjarenplan van ontwikkeling 2021-2025.

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
                      Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu le décret du 30 avril 2009 et son arrêté d’application du 19 juillet 2011.
Vu que pour continuer à bénéficier du système de subventions prévu par la Fédération
Wallonie-Bruxelles et par la Cocof, il est nécessaire d’introduire une demande de
reconduction de reconnaissance dans le cadre du texte de loi.
Vu la décision du Collège des Bourgmestre et Echevins de décider d’introduire une demande
de reconduction de reconnaissance à la date du 1er janvier 2021 en tant qu’« Opérateur
direct du Réseau public de la lecture » dans la catégorie 3 (remise du dossier pour le 31
janvier 2020).
DECIDE
D'approuver la demande de reconduction de la reconnaissance auprès de la Fédération
Wallonie-Bruxelles dans le cadre du décret du 30/04/09 et d'approuver le Plan quinquennal
de développement 2021-2025

                                 DE GEMEENTERAAD
         Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Aangezien het decreet van 30 april 2009 en zijn uitvoeringsbesluit van 19 juli 2011.



                                               145
Opgelet dat, om van het systeem van subsidies, dat door de Federatie Wallonië-Brussel en de
Cocof voorzien is, verder te genieten, is het noodzakelijk, een verlenging van het
herkenningsverzoek in het kader van de wettekst in te dienen.
Gelet op het besluit van het College van Burgermeester en Schepenen, een
erkenningsverzoek op eerste januari 2021 als “directe operator van het publieke lectuurnet”
in categorie 3 in te voeren (aflevering van het dossier voor 31 januari 2020).
BESLUIT
De verlengingsaanvraag tot erkenning bij de Federatie Wallonië-Brussel in het kader van het
Decreet van 30/04/09, het vijfjarenplan van ontwikkeling 2021-2025 goed te keuren


Enseignement néerlandophone -=- Nederlandstalig onderwijs
SP 63.- Approbation du composition du conseil scolaire de GBS Paviljoen. -=- Goedkeuring
   van de samenstelling van de schoolraad van school GBS Paviljoen.

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                 LE CONSEIL COMMUNAL
                     Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu la nouvelle loi communal, art. 119;
Vu le Décret du 2 avril 2004 sur la participation à l'école et le Conseil de l'enseignement
flamand , en particulier son article 12;
Considérant que le conseil scolaire est composé ou bien par élection, ou bien par
désignation de représentants du conseil pédagogique et du conseil des parents;
Considérant qu'il existe un conseil pédagogique et un conseil des parents dans l'école GBS
Paviljoen;
Considérant que par conséquent, des élections ne doivent pas être organisées pour désigner
des représentants du personnel et des représentants des parents;
Vu l'approbation du Collège des Bourgmestre et Echevins en séance du 3 décembre 2019;
DECIDE :
D'approuver la composition du conseil scolaire de l'école GBS Paviljoen.
Les représentants du conseil pédagogique pour le conseil scolaire sont:
          Jill Goovaerts
          Ilham Agazar
          Mirja Burgsteijn
          Karima Bahri
          Elien Van Goidsenhove
          Sofie Sergoigne
          Nymfe Berbé
          Rens Gijsen
          Anass Ben Al Abed
          Steffi Degraeve
Les représentants du conseil des parents pour le conseil scolaire sont:
          Hajar Driss
          Fatiha Achinif
          Roufaida Zizaoui
          Thomas Schoenmaekers
          Latifa Arraj
          Naima Hadj Ahmed
          Naziha Stitou
          Samira El Barghout
          Fatoumata Diallo
          Janetta Apazouva




                                             146
Il y aura une présence Christine Schelfhout, chef de service de l'enseignement
Néerlandophone, pour chaque conseil scolaire, ainsi que la présence de l'échevine de
l'enseignement Néerlandophone, madame Adelheid Byttebier.

                                DE GEMEENTERAAD
        Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op de nieuwe gemeentewet, art. 119;
Gelet op het Decreet van 2 april 2004 betreffende participatie op school en de Vlaamse
Onderwijsraad, in het bijzonder artikel 12;
Overwegende dat de schoolraad wordt samengesteld, hetzij door verkiezingen, hetzij door
aanduiding van vertegenwoordigers vanuit de pedagogische raad en vanuit de ouderraad;
Overwegende dat er een pedagogische raad en een ouderraad bestaat binnen GBS Paviljoen;
Overwegende dat er bijgevolg geen verkiezingen moeten worden georganiseerd om de
geleding van het personeel en de geleding van de ouders samen te stellen;
Gelet op de goedkeuring van het College van Burgemeester en Schepenen in zitting van 3
december 2019;
BESLIST :
De samenstelling van de schoolraad voor de school GBS Paviljoen goed te keuren.
Afvaardiging vanuit de pedagogische raad naar de schoolraad:
          Jill Goovaerts
          Ilham Agazar
          Mirja Burgsteijn
          Karima Bahri
          Elien Van Goidsenhove
          Sofie Sergoigne
          Nymfe Berbé
          Rens Gijsen
          Anass Ben Al Abed
          Steffi Degraeve
Afvaardiging vanuit de ouderraad naar de schoolraad:
          Hajar Driss
          Fatiha Achinif
          Roufaida Zizaoui
          Thomas Schoenmaekers
          Latifa Arraj
          Naima Hadj Ahmed
          Naziha Stitou
          Samira El Barghout
          Fatoumata Diallo
          Janetta Apazouva
Voor het schoolbestuur zal Schepen voor Nederlandstalig Onderwijs, Adelheid Byttebier,
aanwezig zijn op de schoolraad. Vanuit de administratie zal Christine Schelfhout, diensthoofd
Nederlandstalig Onderwijs, de vergaderingen van de schoolraad bijwonen.


Commerces - Economie - Emploi -=- Handel - Economie - Tewerkstelling
SP 64.- Octroi de subsides pour l'exercice 2019 relatifs au soutien aux associations de
   commerçants - Approbation -=- Toekennen van subsidies, voor het dienstjaar 2019, aan
   de verenigingen van de handelaars - Goedkeuring

      Monsieur van den Hove intervient
      Madame de Fierlant répond

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd




                                              147
                                  LE CONSEIL COMMUNAL
                      Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117 et 123 de la nouvelle loi communale;
Vu sa délibération du 19 juin 2019 adoptant la modification budgétaire 2 de l'exercice 2019;
Vu sa délibération du Collège des Bourgmestre et Echevins du 10 décembre 2019;
DECIDE
De répartir comme suit les subsides aux associations de commerçants de Schaerbeek pour
l'année 2019, pour un montant de 5.000€, prévu à l'article 520/332-02/ AC/832 du budget
ordinaire de 2019:
      1.     "Association des commerçants Josaphat" : 1.000€
      2.     "Association des commerçants Dailly": 1.000€
      3.     "Association des commerçants Brabant": 1.000€
      4.     "Association des commerçants Helmet": 1.000€
      5.     "Association des commerçants Pavillon" : 1.000€

                                 DE GEMEENTERAAD
         Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikels 117 en 123 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op zijn raadsbesluit van 19 juni 2019 dat de begrotingswijzigingen 2 van de
boekjaar 2019 aanvaard;
Gelet op zijn raadsbesluit van het College van Burgemeester en Schepenen van 10 december
2019;
BESLUIT
De subsidies aan de folklorische groepen van Schaarbeek voor het dienstjaar 2019, voor een
totaal bedrag van 5.000€, voorzien bij artikel 520/332-02/ AC/832 van het gewoon budget
2019, als volgt te verdelen:
      1.    "Vereniging van de handelaars Josaphat" : 1.000€
      2.    "Vereniging van de handelaars Dailly": 1.000€
      3.    "Vereniging van de handelaars Brabant": 1.000€
      4.    "Vereniging van de handelaars Helmet": 1.000€
      5.    "Vereniging van de handelaars Paviljoen": 1.000€


Sports -=- Sport
SP 65.- A.S.B.L. C.T.T. Royal Alpa - Subvention exceptionnelle 2019 - Convention annuelle -
   Approbation -=- V.Z.W. "C.T.T. Royal Alpa" - Uitzonderlijk subsidie 2019 - Jaarlijkse
   overeenkomst - Goedkeuring

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
                      Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu l'article 117 de la nouvelle loi communale ;
Vu la loi du 26 juillet 1971 organisant les agglomérations et fédérations de communes;
Vu l'arrêté royal du 30 juillet 1985 modifié par l'arrêté royal du 19 janvier 1989 réglant la
tutelle administrative sur l'agglomération bruxelloise et les communes qui composent la
Région de Bruxelles-Capitale;
Vu l'article 10 de la loi du 17 juillet 1973, garantissant la protection des tendances
idéologiques et philosophiques;
Vu la loi du 14 novembre1983 relative au contrôle de l'octroi et de l'emploi de certaines
subventions et sa délibération du 15 janvier 1985;
Vu sa délibération du 27 février 2019 adoptant la modification budgétaire pour l’exercice
2019;



                                                148
Vu le règlement sur les subsides octroyés aux cercles sportifs, adopté en séance du 27 mars
2019;
Considérant qu'un crédit de 25.000 € est prévu à à l’article 764/332-02/-AF/841 du budget
ordinaire 2019 pour l'octroi de subsides aux clubs sportifs;
Considérant que l'ASBL "C.T.T. Royal Alpa" souhaite participer au Championnat d'Europe de
Tennis de table;
Considérant la volonté de la Commune de soutenir les clubs sportifs soucieux d'atteindre le
plus haut niveau;
Vu le rapport du 10 décembre 2019 du Collège des Bourgmestre et Échevins;
Considérant qu’il y a lieu d'y faire droit ;
DECIDE
d'approuver la signature de la convention entre la Commune et l'A.S.B.L. C.T.T. Royal Alpa

                                 DE GEMEENTERAAD
         Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikel 117 van de nieuwe gemeentewet ;
Gelet op de wet van 26 juli 1971 op de agglomeraties en federaties van de gemeenten;
Gelet op koninklijk besluit van 30 juli 1985 gewijzigd bij koninklijk besluit van 19 januari 1989
tot regeling van het administratief toezicht op de Brusselse agglomeratie en de gemeenten
die tot het Brussels Hoofdstedelijk Gewest behoren;
Gelet op artikel 10 van de wet van 17 juli 1973, waarbij de bescherming van de ideologische
en filosofische strekkingen gewaarborgd wordt;
Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en
aanwending van sommige toelagen en gelet op zijn raadbesluit van 15 januari 1985;
Gelet op zijn raadsbesluit van 27 februari 2019 die de budgettaire wijziging voor het
dienstjaar 2019 aanvaard;
Gelet op het reglement op de subsidies toegestaan aan de sportclubs, beraadslaagd op 27
mars 2019;
Overwegende dat in uitgaven een krediet van 25.000 € voorzien is op artikel 764/332-02/-
AF/841 van het gewoon budget 2019 voor de subsidies toegestaan aan de sportclubs;
Overwegende dat de VZW "C.T.T. Royal Alpa“ aan het europese Kampioenschap
van Tafeltennis wil deelnemen;
Overwegende de wil van de Gemeente om te ondersteunen de sportclubs bezorgd om het
hoogste niveau te bereiken;
Gelet op het verslag van 10 december 2019 van het College van Burgemeester en
Schepenen;
Overwegende dat het betaamt hieraan een gunstig gevolg te geven;
BESLUIT
De ondertekening van de overeenkomst tussen de Gemeente en de V.Z.W. "C.T.T. Royal
Alpa", goed te keuren


SP 66.- Convention annuelle entre la Commune et l'ASBL Sports Schaerbeekois -
   Approbation -=- Jaarlijkse overeenkomst tussen de Gemeente en de VZW Sports
   Schaerbeekois - Goedkeuring

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
                      Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu l'article 117 de la nouvelle loi communale ;
Vu la loi du 26 juillet 1971 organisant les agglomérations et fédérations de communes;
Vu l'arrêté royal du 30 juillet 1985 modifié par l'arrêté royal du 19 janvier 1989 réglant la
tutelle administrative sur l'agglomération bruxelloise et les communes qui composent la
Région de Bruxelles-Capitale;

                                                 149
Vu l'article 10 de la loi du 17 juillet 1973, garantissant la protection des tendances
idéologiques et philosophiques;
Vu la loi du 14 novembre1983 relative au contrôle de l'octroi et de l'emploi de certaines
subventions et sa délibération du 15 janvier 1985;
Vu sa délibération du 27 février 2019 adoptant la modification budgétaire pour l’exercice
2019;
Vu le règlement sur les subsides adopté en séance du 27 mars 2019;
Considérant qu'un crédit total de 302.000 € est prévu aux différents articles du budget
ordinaire 2019 pour l'octroi de subsides à l'asbl Sport Schaerbeekois;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins du 10 décembre 2019;
DECIDE :
d'approuver la convention liant la Commune et l'asbl Sports Schaerbeekois

                                 DE GEMEENTERAAD
         Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikel 117 van de nieuwe gemeentewet ;
Gelet op de wet van 26 juli 1971 op de agglomeraties en federaties van de gemeenten;
Gelet op koninklijk besluit van 30 juli 1985 gewijzigd bij koninklijk besluit van 19 januari 1989
tot regeling van het administratief toezicht op de Brusselse agglomeratie en de gemeenten
die tot het Brussels Hoofdstedelijk Gewest behoren;
Gelet op artikel 10 van de wet van 17 juli 1973, waarbij de bescherming van de ideologische
en filosofische strekkingen gewaarborgd wordt;
Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en
aanwending van sommige toelagen en gelet op zijn raadbesluit van 15 januari 1985;
Gelet op zijn raadsbesluit van 27 februari 2019 die de budgettaire wijziging voor het
dienstjaar 2019 aanvaard;
Gelet op het reglement op de subsidies beraadslaagd op 27 mars 2019;
Overwegende dat in uitgaven een totaal krediet van 302.000 € voorzien is voor de
verschillende artikelen van het gewoon budget 2019 voor de toekenning van subsidies aan
de vzw "Sport Schaerbeekois";
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen van 10 december 2019;
BESLIST :
de overeenkomst tussen de gemeente en de VZW "Sports Schaerbeekois" goed te keuren;



ENSEIGNEMENT COMMUNAL FRANCOPHONE -=- FRANSTALIG GEMEENTELIJK ONDERWIJS
SP 67.- Règlement d'Ordre Intérieur des cours de promotion sociale - Approbation -=-
   Huishoudelijk reglement van de cursussen voor sociale promotie - Goedkeuring

       Monsieur Bouhjar intervient
       Madame la Bourgmestre ff répond

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Décidé, par 39 voix contre 0 et 4 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté -=- Besloten, met
39 stem(men) tegen 0 en 4 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
          Décidé, par 39 voix contre 0 et 4 abstention(s). 3 membres n'ont pas voté

Vu l'article 119 de la nouvelle loi communale ;
Vu le décret du 24 juillet 1997 définissant les missions prioritaires de l’enseignement
fondamental et de l’enseignement secondaire et organisant les structures propres à les
atteindre ;
Vu la décision du Collège des Bourgmestre et échevins du 10 décembre 2019 ;
DECIDE
D'approuver le Règlement d'ordre intérieur de l'école de la Promotion sociale de Schaerbeek.



                                                150
                                  DE GEMEENTERAAD
   Besloten, met 39 stem(men) tegen 0 en 4 onthouding(en). 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikel 119 van de nieuwe gemeentewet ;
Gelet op het Decreet van 24 juli 1997 betreffende de prioritaire opdrachten van het basis- en
secundair onderwijs en de organisatie van de structuren om deze te verwezenlijken ;
Gelet op de goedkeuring door het College van Burgemeester en Schepenen in zitting van 10
december 2019 ;
BESLIST
Het huishoudelijk reglement van de school voor Sociale Promotie, goed te keuren.


Stratégie et contrôle interne (Perecs) -=- Strategie en interne controle
SP 68.- ASBL Centre des Ressources Humaines - Plan d'objectifs 2019 - Approbation -=- VZW
   Centre des Ressources Humaines - Jaarlijks plan met doelstellingen 2019 - Goedkeuring

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
                      Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117 et 123 de la Nouvelle Loi Communale.
Vu la loi du 14 novembre 1983 relative au contrôle de l’octroi et de l’emploi de certaines
subventions.
Vu la délibération du Conseil communal du 27 mars 2019 adoptant le règlement relatif aux
subventions communales.
DECIDE
d'approuver le plan d'objectifs 2019 de l'ASBL Centre des Ressources Humaines

                                 DE GEMEENTERAAD
         Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikelen 117 en 123 van de nieuwe gemeentewet.
Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en het
gebruik van sommige toelagen.
Gelet op de beraadslaging van de Gemeenteraad van 27 maart 2019 goedkeurend het
reglement betreffende de gemeentelijke toelagen.
BESLIST
om het jaarlijks plan met doelstellingen 2019 van de VZW Centre des Ressources Humaines,
goed te keuren.


SP 69.- ASBL Ecoles des Jeunes football club Crossing de Schaerbeek en abrégé EDJ Crossing
   - Convention 2019 - Approbation -=- VZW Ecoles des Jeunes football club Crossing de
   Schaerbeek afgekort EDJ Crossing - Overeenkomst 2019– Goedkeuring

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                  LE CONSEIL COMMUNAL
                      Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu les articles 117 et 123 de la Nouvelle Loi Communale;
Vu la Loi du 14 novembre 1983 relative au contrôle de l'octroi et de l'emploi de certains
subsides;



                                               151
Vu la délibération du Conseil communal du 19 mars 2019 adoptant le règlement relatif à
l'octroi, l'emploi et le contrôle de subventions communales;
Sur proposition du Collège des Bourgmestre et Echevins du 10/12/19
DECIDE
d'approuver la convention 2019 avec l'ASBL Ecoles des Jeunes football club Crossing de
Schaerbeek en abrégé EDJ Crossing

                                DE GEMEENTERAAD
        Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gelet op artikelen 117 en 123 van de nieuwe gemeentewet;
Gelet op de wet van 14 november 1983 betreffende de controle op de toekenning en het
gebruik van sommige toelagen;
Gelet op de beraadslaging van de Gemeenteraad van 19 maart 2019 goedkeurend het
reglement betreffende de uitreiking, het gebruik en de controle van gemeentelijke toelagen,
Op voorstel van het College van Burgemeester en Schepenen van 10/12/19
BESLUIT
de overeenkomst 2019 met de vzw "Ecoles des Jeunes football club Crossing de Schaerbeek
en abrégé EDJ Crossing", goed te keuren.



POINT EN URGENCE -=- PUNT IN SPOED
VIE CITOYENNE -=- BURGERLEVEN (LEVEN IN DE GEMEENTE)
Solidarité et Egalité des chances -=- Solidariteit & Gelijke kansen
SP 90.- L'émergence de nouvelles masculinités : l'autre voix vers l'égalité - Convention de
    valorisation avec la RTBF - Modification du montant total - Approbation -=- De opkomst
    van nieuwe masculiniteiten : de andere stem voor gelijkheid -
    Waarderingsovereenkomst met de RTBF - Wijziging van het totale bedrag - Goedkeuring

DÉCISION DU CONSEIL -=- BESLISSING VAN DE RAAD
L'urgence est admise à l'unanimité. -=- De dringendheid wordt eenparig aangenomen.
Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté -=- Goedgekeurd met eenparigheid van
stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

                                 LE CONSEIL COMMUNAL
                     Approuvé à l'unanimité. 3 membres n'ont pas voté

Vu la nouvelle loi communale,
Vu les articles 117 et 123,
Considérant la décision du Collège du 15 octobre 2019 d’approuver l’organisation d’un
événement de sensibilisation autour des masculinités le 19 novembre 2019 à la salle des
mariages
Considérant qu’il y était mentionné un partenariat entre la commune et les grenades RTBF,
Considérant que des frais techniques à concurrence de 2500€ ont été validés par le Collège
des Bourgmestre et Echevins,
Considérant que ce montant ne fait pas état de la TVA, amenant le total définitif à 3025€
TCC,
Vu la décision du Collège des Bourgmestre et Echevins du 19 novembre 2019 approuvant le
montant de 2500€,
Vu la décision du Collège des Bourgmestre et Echevins du 17 décembre 2019 approuvant la
modification du pavé budgétaire qui contient le montant modifié de 3025€ TCC,
DECIDE:
D’approuver la modification budgétaire concernant convention d’aide à la production avec la
RTBF, modifiant le montant de 2500€ à 3025€




                                             152
                                DE GEMEENTERAAD
        Goedgekeurd met eenparigheid van stemmen. 3 leden hebben niet gestemd

Gezien de nieuwe gemeentewet,
Gelet op de artikelen 117 en 123, en met name op de artikelen 117 en 123,
Gezien het besluit van het College van 15 oktober 2019 om de organisatie van een
bewustmakingsevenement over masculiniteiten op 19 november 2019 in de trouwzaal goed
te keuren
Overwegende dat er sprake was van een partnerschap tussen de gemeente en de RTBF-
granaten,
Aangezien de technische kosten tot 2500€ zijn gevalideerd door het College van
Burgemeester en Schepenen,
Aangezien in dit bedrag geen BTW is begrepen, komt het uiteindelijke totaal uit op 3025€,
Gezien de beslissing van het College van Burgemeester en Schepenen van 19 november 2019
tot goedkeuring van het bedrag van 2500€,
Gezien het besluit van het College van Burgemeester en Schepenen van 17 december 2019
tot goedkeuring van de wijziging van het begrotingspakket dat het gewijzigde bedrag van
3025€ bevat,
BESLIST:
de begrotingswijziging met betrekking tot de productiesteunovereenkomst met de RTBF
goed te keuren, waarbij het bedrag wordt gewijzigd van 2500€ in 3025€.



                                          *****
      Vote nominal sur les points 9 à 16, 19 à 69 et le point 90 -=- Hoofdelijke stemming
      op de punten 9 tot 16, 19 tot 69 en punt 90
                                          *****



                                          *****
Après le point 90 vote nominal auquel participent les conseillers communaux suivants -=-
Na het punt 90 hoofdelijke stemming waaraan de volgende gemeenteraadsleden
deelnemen : Mme-mevr. Cécile Jodogne; MM.-hh. Vincent Vanhalewyn, Sadik Koksal; M.-h.
Mehmet Bilge; Mme-mevr. Adelheid Byttebier; M.-h. Michel De Herde; M.-h. Frederic Nimal,
Mmes-mevr. Sihame Haddioui, Deborah Lorenzino, M.-h. Thomas Eraly, Mme-mevr. Lorraine
de Fierlant; MM.-hh. Bernard Guillaume, Bernard Clerfayt, Georges Verzin, Emin Ozkara,
Ibrahim Dönmez, Abobakre Bouhjar, Mme-mevr. Angelina Chan, MM.-hh. Axel Bernard,
Hasan Koyuncu, Mmes-mevr. Sophie Querton, Done Sonmez, M.-h. Quentin van den Hove,
Mme-mevr. Fatiha El Khattabi, MM.-hh. Arnaud Verstraete, Taoufik Ben addi, Matthieu
Degrez, Mmes-mevr. Claire Geraets, Leila Lahssaini, Myriam Boxus, M.-h. Youssef Hammouti,
Mmes-mevr. Fatima Ben Abbou, Leticia Sere, Lucie Petre, MM.-hh. Abdelhakim El Karaoui,
Emel Dogancan, Yusuf Yildiz, Mohammed Abkoui, Mmes-mevr. Naima Belkhatir, Emel Kose,
Vanessa Loodts, Marie Nyssens, MM.-hh. Hamza BOUKHARI, Cedric Mahieu, Elyass EL
YAKOUBI, Mamadou Bah.


                                         *****




                                             153
                        RESULTAT DU VOTE – UITSLAG VAN DE STEMMING
                                                                                    OUI – JA : O
                                                                                 NON – NEEN : N
                                                                 ABSTENTION – ONTHOUDING :      -
                            PAS DE VOTE/VOTE ANONYME – GEEN STEM/ANONIEME STEMMING : ––––
Points de l'O.J.                  9-16, 34-37, 41-44, 46-66, 68-69,
                                                                    27, 29, 33     20, 22, 30
Punten agenda                                    90
VANHALEWYN VINCENT                                O                     O              O
KOKSAL SADIK                                      O                     O              O
BILGE MEHMET                                      O                     O              O
BYTTEBIER ADELHEID                                O                     O              O
DE HERDE MICHEL                                   O                     O              O
NIMAL FREDERIC                                    O                     O              O
HADDIOUI SIHAME                                   O                     O              O
LORENZINO DEBORAH                                 O                     O              O
ERALY THOMAS                                      O                     O              O
DE FIERLANT LORRAINE                              O                     O              O
GUILLAUME BERNARD                                 O                     O              O
CLERFAYT BERNARD                                  O                     O              O
VERZIN GEORGES                                    O                     O              O
OZKARA EMIN                                     ––––                  ––––           ––––
DÖNMEZ IBRAHIM                                    O                     N              N
BOUHJAR ABOBAKRE                                  O                     N              N
CHAN ANGELINA                                     O                     O              O
BERNARD AXEL                                      O                     O              N
KOYUNCU HASAN                                     O                     N              N
QUERTON SOPHIE                                    O                     O              O
SONMEZ DONE                                       O                     N              N
VAN DEN HOVE QUENTIN                              O                     O              O
EL KHATTABI FATIHA                                O                     O              O
VERSTRAETE ARNAUD                                 O                     O              O
BEN ADDI TAOUFIK                                  O                     N              N
DEGREZ MATTHIEU                                   O                     N              N
GERAETS CLAIRE                                  ––––                  ––––           ––––
LAHSSAINI LEILA                                   O                     O              N
BOXUS MYRIAM                                      O                     O              O
HAMMOUTI YOUSSEF                                ––––                  ––––           ––––
BEN ABBOU FATIMA                                  O                     O              N
SERE LETICIA                                      O                     O              O
PETRE LUCIE                                       O                     O              O
EL KARAOUI ABDELHAKIM                             O                     O              N
DOGANCAN EMEL                                     O                     O              O
YILDIZ YUSUF                                      O                      -             O
ABKOUI MOHAMMED                                   O                     N              N
BELKHATIR NAIMA                                   O                     N              N
KOSE EMEL                                         O                      -             O
LOODTS VANESSA                                    O                     O              O
DESMEDT EMILIE                                  ––––                  ––––           ––––
NYSSENS MARIE                                     O                     -              O
BOUKHARI HAMZA                                    O                     -              O
MAHIEU CEDRIC                                     O                     -              O
EL YAKOUBI ELYASS                                 O                     O              O
BAH MAMADOU                                       O                     O              O
JODOGNE CÉCILE                                    O                     O              O
    OUI-JA                                        43                    30             31
    NON-NEEN                                       0                     8             12
    ABSTENTIONS - ONTHOUDINGEN                     0                     5              0


                                            154
                         RESULTAT DU VOTE – UITSLAG VAN DE STEMMING
                                                                                   OUI – JA : O
                                                                                NON – NEEN : N
                                                                   ABSTENTION – ONTHOUDING :   -
                             PAS DE VOTE/VOTE ANONYME – GEEN STEM/ANONIEME STEMMING : ––––
Points de l'O.J.
                                         4, 6, 8         28, 31-32       5, 7       19, 25
Punten agenda
VANHALEWYN VINCENT                          O                O            O           O
KOKSAL SADIK                                O                O            O           O
BILGE MEHMET                                O                O            O           O
BYTTEBIER ADELHEID                          O                O            O           O
DE HERDE MICHEL                             O                O            O           O
NIMAL FREDERIC                              O                O            O           O
HADDIOUI SIHAME                             O                O            O           O
LORENZINO DEBORAH                           O                O            O           O
ERALY THOMAS                                O                O            O           O
DE FIERLANT LORRAINE                        O                O            O           O
GUILLAUME BERNARD                           O                O            O           O
CLERFAYT BERNARD                            O                O            O           O
VERZIN GEORGES                              O                O            -           O
OZKARA EMIN                               ––––              ––––        ––––         ––––
DÖNMEZ IBRAHIM                              N                 N           N           N
BOUHJAR ABOBAKRE                            N                 N           N           N
CHAN ANGELINA                               O                O             -          O
BERNARD AXEL                                N                O            N           N
KOYUNCU HASAN                               N                 N           N           N
QUERTON SOPHIE                              O                O            O           O
SONMEZ DONE                                 N                 N           N           N
VAN DEN HOVE QUENTIN                        O                O            O           O
EL KHATTABI FATIHA                          O                O            O           O
VERSTRAETE ARNAUD                           O                O            O           O
BEN ADDI TAOUFIK                            N                 N           N           N
DEGREZ MATTHIEU                             N                 N           N           N
GERAETS CLAIRE                              N               ––––          N          ––––
LAHSSAINI LEILA                             N                O            N           N
BOXUS MYRIAM                                O                O            O           O
HAMMOUTI YOUSSEF                            N               ––––          N          ––––
BEN ABBOU FATIMA                            N                O            N           N
SERE LETICIA                                O                O            O           O
PETRE LUCIE                                 O                O            O           O
EL KARAOUI ABDELHAKIM                       N                O            N           N
DOGANCAN EMEL                               O                O            O           O
YILDIZ YUSUF                                O                O            N            -
ABKOUI MOHAMMED                             N                 N           N           N
BELKHATIR NAIMA                             N                 N           N           N
KOSE EMEL                                   O                O            N            -
LOODTS VANESSA                              O                O            O           O
DESMEDT EMILIE                            ––––              ––––        ––––         ––––
NYSSENS MARIE                               O                O            N            -
BOUKHARI HAMZA                              O                O            N            -
MAHIEU CEDRIC                               O                O            N            -
EL YAKOUBI ELYASS                           O                O            O           O
BAH MAMADOU                                 O                O            O           O
JODOGNE CÉCILE                              O                O            O           O
    OUI-JA                                 31                35           24          26
    NON-NEEN                               14                 8           19          12
    ABSTENTIONS - ONTHOUDINGEN              0                 0           2            5
                         RESULTAT DU VOTE – UITSLAG VAN DE STEMMING


                                                155
                                                                                 OUI – JA : O
                                                                              NON – NEEN : N
                                                                 ABSTENTION – ONTHOUDING :   -
                             PAS DE VOTE/VOTE ANONYME – GEEN STEM/ANONIEME STEMMING : ––––
Points de l'O.J.
                                          3                21           24          26
Punten agenda
VANHALEWYN VINCENT                        O                O            O           O
KOKSAL SADIK                              O                O            O           O
BILGE MEHMET                              O                O            O           O
BYTTEBIER ADELHEID                        O                O            O           O
DE HERDE MICHEL                           O                O            O           O
NIMAL FREDERIC                            O                O            O           O
HADDIOUI SIHAME                           O                O            O           O
LORENZINO DEBORAH                         O                O            O           O
ERALY THOMAS                              O                O            O           O
DE FIERLANT LORRAINE                      O                O            O           O
GUILLAUME BERNARD                         O                O            O           O
CLERFAYT BERNARD                          O                O            O           O
VERZIN GEORGES                            O                O            O           O
OZKARA EMIN                              ––––             ––––        ––––         ––––
DÖNMEZ IBRAHIM                            O                N            -            -
BOUHJAR ABOBAKRE                          O                N            -            -
CHAN ANGELINA                             O                O            O           O
BERNARD AXEL                              O                N            N           O
KOYUNCU HASAN                             O                N             -           -
QUERTON SOPHIE                            O                O            O           O
SONMEZ DONE                               O                N             -           -
VAN DEN HOVE QUENTIN                      O                O            O           O
EL KHATTABI FATIHA                        O                O            O           O
VERSTRAETE ARNAUD                         O                O            O           O
BEN ADDI TAOUFIK                          O                N            -            -
DEGREZ MATTHIEU                           O                N            -            -
GERAETS CLAIRE                            O               ––––        ––––         ––––
LAHSSAINI LEILA                           O                N            N           O
BOXUS MYRIAM                              O                O            O           O
HAMMOUTI YOUSSEF                          O               ––––        ––––         ––––
BEN ABBOU FATIMA                          O                N            N           O
SERE LETICIA                              O                O            O           O
PETRE LUCIE                               O                O            O           O
EL KARAOUI ABDELHAKIM                     O                N            N           O
DOGANCAN EMEL                             O                O            O           O
YILDIZ YUSUF                              O                N             -          O
ABKOUI MOHAMMED                           O                N             -           -
BELKHATIR NAIMA                           O                N             -           -
KOSE EMEL                                 O                N             -          O
LOODTS VANESSA                            O                O            O           O
DESMEDT EMILIE                           ––––             ––––        ––––         ––––
NYSSENS MARIE                             O                N            -           O
BOUKHARI HAMZA                            O                N            -           O
MAHIEU CEDRIC                             O                N            -           O
EL YAKOUBI ELYASS                         O                O            O           O
BAH MAMADOU                               O                O            O           O
JODOGNE CÉCILE                            O                O            O           O
    OUI-JA                                45               26           26          35
    NON-NEEN                               0               17            4           0
    ABSTENTIONS - ONTHOUDINGEN             0                0           13           8




                                              156
                         RESULTAT DU VOTE – UITSLAG VAN DE STEMMING
                                                                                   OUI – JA : O
                                                                                NON – NEEN : N
                                                                   ABSTENTION – ONTHOUDING :   -
                             PAS DE VOTE/VOTE ANONYME – GEEN STEM/ANONIEME STEMMING : ––––
Points de l'O.J.
                                           39                40           67
Punten agenda
VANHALEWYN VINCENT                          O                O            O
KOKSAL SADIK                                O                O            O
BILGE MEHMET                                O                O            O
BYTTEBIER ADELHEID                          O                O            O
DE HERDE MICHEL                             O                O            O
NIMAL FREDERIC                              O                O            O
HADDIOUI SIHAME                             O                O            O
LORENZINO DEBORAH                           O                O            O
ERALY THOMAS                                O                O            O
DE FIERLANT LORRAINE                        O                O            O
GUILLAUME BERNARD                           O                O            O
CLERFAYT BERNARD                            O                O            O
VERZIN GEORGES                              O                O            O
OZKARA EMIN                               ––––              ––––        ––––
DÖNMEZ IBRAHIM                              -                O            -
BOUHJAR ABOBAKRE                            -                O            -
CHAN ANGELINA                               O                O            O
BERNARD AXEL                                -                 -           O
KOYUNCU HASAN                               -                O             -
QUERTON SOPHIE                              O                O            O
SONMEZ DONE                                 -                O            O
VAN DEN HOVE QUENTIN                        O                O            O
EL KHATTABI FATIHA                          O                O            O
VERSTRAETE ARNAUD                           O                O            O
BEN ADDI TAOUFIK                            -                O            O
DEGREZ MATTHIEU                             -                O            O
GERAETS CLAIRE                            ––––              ––––        ––––
LAHSSAINI LEILA                             -                 -           O
BOXUS MYRIAM                                O                O            O
HAMMOUTI YOUSSEF                          ––––              ––––        ––––
BEN ABBOU FATIMA                            -                 -           O
SERE LETICIA                                O                O            O
PETRE LUCIE                                 O                O            O
EL KARAOUI ABDELHAKIM                       -                 -           O
DOGANCAN EMEL                               O                O            O
YILDIZ YUSUF                                N                 N           O
ABKOUI MOHAMMED                             -                O             -
BELKHATIR NAIMA                             -                O            O
KOSE EMEL                                   N                 N           O
LOODTS VANESSA                              O                O            O
DESMEDT EMILIE                            ––––              ––––        ––––
NYSSENS MARIE                               N                 N           O
BOUKHARI HAMZA                              N                 N           O
MAHIEU CEDRIC                               N                 N           O
EL YAKOUBI ELYASS                           O                O            O
BAH MAMADOU                                 O                O            O
JODOGNE CÉCILE                              O                O            O
    OUI-JA                                 26                34           39
    NON-NEEN                                5                 5           0
    ABSTENTIONS - ONTHOUDINGEN             12                 4           4


                                                157
                RÉSULTAT DES VOTES ANONYMES – UITSLAG VAN ANONIEME STEMMINGEN

                                                                                ABSTENTION/
NUMÉRO DU POINT/ PUNT NUMMER              OUI/ JA            NON/ NEE
                                                                                ONTHOUDING
17                                          38                   0                   7
18                                          37                   0                   8




ORDRE DU JOUR (REPRISE) -=- AGENDA (VERVOLG)
POINT(S) INSCRIT(S) À LA DEMANDE DE CONSEILLERS COMMUNAUX -=- PUNT(EN) OPGETEKEND OP VERZOEK VAN
GEMEENTERAADSLEDEN
SP 91.- La rue Habiba-Ahmed à Schaerbeek (Point de Monsieur Axel BERNARD) -=- De
   Habiba-Ahmedstraat in Schaarbeek (Punt van de heer Axel BERNARD)

       Monsieur Bernard expose le point
       Madame la Bourgmestre ff répond
       Monsieur Bernard intervient
       Madame la Bourgmestre ff répond


SP 92.- Quel échéancier et quelle participation pour le nouveau Plan Climat? (Demande de
   Madame Marie NYSSENS) -=- Wat is de termijn voor en de deelname aan een Nieuw
   Klimaatplan? (Verzoek van Mevrouw Marie NYSSENS)

       Madame Nyssens expose le point
       Monsieur Vanhalewyn répond
       Madame Nyssens et Madame Loodts interviennent
       Monsieur Vanhalewyn répond



La séance publique est levée à 0 heure et 30 minutes -=- De openbare vergadering wordt
beëindigd om 00.30 uur.




                                                 158

transparencia/groupes-locaux/bru-schaerbeek/bruschcnscmn/2019-12-18_gbrucmnsch-cnscmn_sp-pv/start.txt · Dernière modification : 2021/09/10 00:37 de patrick