Date: 12/07/2018

• Source: https://www.ibz.rrn.fgov.be/fr/commissions/publicite-de-ladministration/avis/2018/ADVIES-2018-86.pdf
• Copie locale: advies-2018-86.pdf

Commissie voor de toegang tot en het
hergebruik van bestuursdocumenten

      Afdeling openbaarheid van bestuur




                      12 juli 2018




                 ADVIES 2018-86

met betrekking tot het verkrijgen van toegang tot het
              volledige fiscaal dossier

                     (CTB/2018/83)
                                                                        2

   1. Een overzicht

1.1. Bij een niet nader vermeld contact tussen meester Guy Schiepers en
de BBI Brugge is een ontmoeting geregeld met betrekking tot de toegang
tot het fiscaal dossier van de EVBA X.

1.2. Uit een e-mail van 24 februari 2017 blijkt dat een afspraak gemaakt
voor 9 maart 2017 via een e-mail van 13 februari 2017, voor meester
Schiepers niet mogelijk is. Hij vroeg in zijn e-mail van 13 februari 2017
om het dossier voorafgaandelijk te kunnen inzien.

1.3. Bij e-mail van 6 maart 2017 antwoordt de BBI Brugge dat ze geen
bezwaar heeft tegen de inzage van het fiscaal dossier en wordt
voorgesteld om de inzage te laten doorgaan op 22 maart 2017.

1.4. Op 22 maart 2017 vindt inzage plaats. Uit het document “Inzage van
documenten” (Circ. 210) blijkt dat meester Alexander Delafonteyne
volgende opmerkingen heeft neergeschreven:
- facturen: Y, Z vleeswaren en NV A
- map vooronderzoek + verkregen rapporten bij visitatie
Daarnaast is vermeld dat de gevraagde documenten per e-mail zullen
worden overgemaakt aan de raadsman.

1.5. Bij aangetekende brief van 9 maart 2018 die ook per e-mail aan de
BBI Brugge wordt verstuurd, vragen meesters Alexander Delafonteyne
en Guy Schiepers om een afschrift van het integrale dossier en meer
bepaald zowel de stukken waarvan de BBI meent dat deze cliënten
aanbelangen als deze die hem zogenaamd niet zouden aanbelangen. Het
betreft zowel de stukken uit het BTW-dossier als deze uit het dossier
inkomstenbelastingen. Verder verzoeken ze om ook een gedetailleerde
inventaris over te maken van alle stukken waarvan afschrift wordt
bezorgd.

1.6. Bij brief van 20 maart 2018 meldt de BBI Brugge dat de aanvragers
de toegang krijgen onder de vorm van inzage en dat op grond van de wet
van 11 april 1994 ‘betreffende de openbaarheid van bestuur’ (hierna: wet
van 11 april 1994) geen verplichting op het bestuur rust om een
inventaris op te maken.
                                                                          3

1.7. Bij brief van 23 maart 2018 herhalen de aanvragers hun verzoek en
wijzen erop dat de wet van 11 april 1994 ook inhoudt dat zij een kopie
kunnen verkrijgen.

1.8. Bij brief van 13 april 2018 meldt de BBI dat ze zich niet verzet tegen
inzage en dat ter gelegenheid van die inzage de aanvragers om uitleg
kunnen verzoeken en eventueel afschrift kunnen krijgen van de
documenten waarvan zij inzage hebben genomen. De aanvragers worden
uitgenodigd een aantal data voor te stellen om hun inzagerecht uit te
oefenen.

1.9. Bij brief van 18 april 2018 melden de aanvragers dat de BBI
Brugge een foutieve lezing voorhoudt van artikel 4 van de wet van 11
april 1994. In deze brief moet worden vastgesteld dat de aanvraag
wordt uitgebreid en niet enkel betrekking heeft op de BVBA X, maar
ook tot het dossier inzake inkomstenbelastingen en BTW van de heer en
mevrouw B.
1.10. Bij uitgewisselde e-mails op 18 april 2018 blijkt dat een
afspraak wordt geregeld voor 15 mei 2018.

1.11. Bij aangetekende brief van 18 april 2018 die ook via e-mail
ter kennis van de BBI Brugge werd gebracht, melden de aanvragers dat
geen inventaris van het volledige administratieve dossier of
van het voorgelegde administratieve dossier werd voorgelegd en
dat haar niet alle stukken uit het fiscaal dossier werden bezorgd.
Zij verzoeken opnieuw om een afschrift van het volledige
administratieve dossier evenals van het door hen ondertekende
document met betrekking tot de inzage.

1.12. Bij brief van de inspectie van de BBI van Brugge van 15 juni 2018
weerlegt de BBI Brugge de beweringen van de aanvragers dat zij slechts
een selectie van het fiscaal dossier heeft voorgelegd en stelt voor om een
kopie van het volledige dossier te bezorgen.

1.13. Bij brief van 27 juni 2018 dienen de aanvragers bij de BBI
Brugge een verzoek in dat zij een verzoek tot heroverweging noemen.
Diezelfde dag dienen zij bij de Commissie voor de toegang tot en het
hergebruik van bestuursdocumenten, afdeling openbaarheid van
bestuur, hierna Commissie genoemd, een verzoek om een advies in.
                                                                     4

1.14. Bij brief van 27 juni 2018 geven de aanvragers een repliek op de
brief van de BBI Brugge.

   2. De ontvankelijkheid van de adviesaanvraag

De Commissie is van mening dat de aanvraag niet ontvankelijk is. De
wetgever heeft geen specifieke eisen gesteld aan het verzoek tot
heroverweging. Het is voldoende dat de aanvragers te kennen geven dat
ze moeilijkheden ondervinden om de raadpleging of de verbetering van
een bestuursdocument te verkrijgen op grond van de wet van 11 april
1994. De brief van 23 maart 2018 moet dan ook in dat licht worden
gezien als het verzoek tot heroverweging zodat de aanvragers op dat
ogenblik ook een verzoek om advies aan de Commissie moesten richten.
De wet van 11 april 1994 vereist immers dat tegelijkertijd met het
verzoek tot heroverweging bij de FOD Financiën ook een verzoek om
advies bij de Commissie wordt ingediend. Over dat verzoek tot
heroverweging van 23 maart 2018 bij de FOD Financiën moet hoe dan
ook worden geacht dat deze reeds een eindbeslissing heeft genomen. In
ieder geval heeft de Commissie in dit geval geen enkele bevoegdheid
meer.


Brussel, 12 juli 2018.




   F. SCHRAM                                            K. LEUS
   secretaris                                          voorzitster