Date: 1/8/2016

• Source: https://www.ibz.rrn.fgov.be/fr/commissions/publicite-de-ladministration/avis/2016/ADVIES-2016-70.pdf
• Copie locale: advies-2016-70.pdf

 Commissie voor de toegang tot en het
 hergebruik van bestuursdocumenten

       Afdeling openbaarheid van bestuur




                     1 augustus 2016




                   ADVIES 2016-70

met betrekking tot de weigering toegang te geven tot
de lijst van negatieve selectie en de verdeelsleutel met
 datum van verdeling van de lijst “negatieve selectie”
                      (CTB/2016/67)
                                                                            2

1. Een overzicht

1. Bij brief van 2 juni 2016 de heer X aan de minister van Justitie om een
kopie van volgende bestuursdocumenten:
- de lijst “negatieve selectie”, waaruit blijkt dat ondergetekende tot deze
zgn. “negatieve selectie behoort”;
- de verdeelsleutel met datum van verdeling (wie is op de hoogte en
sedert wanneer) van de (lijst) “negatieve selectie” van ondergetekende.

2. Omdat hij geen reactie krijgt op zijn aanvraag binnen de door de wet
bepaalde termijn, dient de aanvrager bij brief van 7 juli 2016 bij de
Minister van Justitie een verzoek tot heroverweging in, waarvan
evenwel geen kopie aan de Commissie is bezorgd. Bij brief van dezelfde
dag vraagt zij de Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van
bestuursdocumenten, afdeling openbaarheid van bestuur, hierna
Commissie genoemd om een advies.

   2.    De ontvankelijkheid van de adviesaanvraag

De Commissie is van mening dat de aanvraag ontvankelijk is voor zover
hij zoals hij aangeeft aan de Minister voor Justitie ook bij brief van 7 juli
2016 een verzoek tot heroverweging aan de minister van Justitie heeft
gericht. De adviesaanvraag is immers slechts ontvankelijk wanneer de
aanvrager voldaan heeft aan de wettelijke vereiste van de gelijktijdigheid
van het verzoek tot heroverweging aan de minister van Justitie en het
verzoek om advies aan de Commissie.

   3. De gegrondheid van de adviesaanvraag

De Commissie twijfelt of er wel documenten bestaan die voldoen aan de
omschrijving die de aanvrager eraan geeft. De beslissing over de
voorlopige vrijheidsstelling komt immers niet toe aan de minister, maar
wel aan de strafuitvoeringsrechtbanken die op grond van een concreet
dossier hierover beslissen.

Het recht van toegang tot bestuursdocumenten is slechts van toepassing
op bestuursdocumenten, d.w.z. dat verondersteld is dat zij bestaan.

Als er eventueel toch – wat weinig waarschijnlijk is – één of meer
documenten die op de aanvraag betrekking hebben, zouden bestaan dat
                                                                     3

komt het aan de minister toe om wanneer hij meent dat ze niet openbaar
kunnen worden gemaakt één of meer uitzonderingsgronden in te roepen
aanwezig in artikel 6 van de wet van 11 april 1994 en dit inroepen in
concreto en pertinent te motiveren. Voor zover dit niet mogelijk is,
moeten deze bestuursdocumenten openbaar worden gemaakt.


Brussel, 1 augustus 2016.




   F. SCHRAM                                          M. BAGUET
   secretaris                                         voorzitster