Date: 2/9/2013

• Source: https://www.ibz.rrn.fgov.be/fr/commissions/publicite-de-ladministration/avis/2013/ADVIES-2013-39.pdf
• Copie locale: advies-2013-39.pdf

Commissie voor de toegang tot en het
hergebruik van bestuursdocumenten

      Afdeling openbaarheid van bestuur




                  2 september 2013




                ADVIES 2013-39

met betrekking tot documenten die aan de grondslag
 liggen voor de regelgeving overheidsopdrachten
                   (CTB/2013/72)
                                                                         2

   1. Een overzicht

Bij brief van 3 juli 2013 vraagt de heer X inzage in alle verslagen van de
Commissie overheidsopdrachten, met inbegrip van alle geformuleerde
voorstellen, inclusief de naam van de persoon of de instantie die het
voorstel doet vanaf begin 1992 tot en met 26 september 1996 met
betrekking alle artikelen in het koninklijk besluit van 8 januari 1996 en
het koninklijk besluit en zijn bijlage van 26 september 1996 m.b.t.
overheidsopdrachten en inzonderheid alles wat betrekking heeft op de
artikelen 96, 98, 110, 111, 112, 113, 114, 115 van het koninklijk besluit
van 8 januari 1996 en de artikelen “3 en 4 AUR, 3, 20, 43, 67, 71, 72, 73,
74, 75 AAV”

Omdat hij geen antwoord ontvangt op zijn vraag binnen de door de wet
van 11 april 1994 betreffende de openbaarheid van bestuur gestelde
termijn van dertig dagen, dient hij bij brief van 7 augustus 2013 een
verzoek tot heroverweging in. Diezelfde dag verzoekt hij de Commissie
voor de toegang tot en het hergebruik van bestuursdocumenten, afdeling
openbaarheid van bestuur, hierna Commissie genoemd, om een advies.

   2. De ontvankelijkheid van de adviesaanvraag

De Commissie stelt vast dat de adviesaanvraag ontvankelijk is. Artikel 8,
§ 2 van de wet van 11 april 1994 betreffende de openbaarheid van
bestuur bepaalt dat de aanvrager een verzoek tot heroverweging aan een
federale administratieve overheid kan indienen wanneer hij
moeilijkheden ondervindt om toegang te krijgen tot een
bestuursdocument. In dat geval moet hij tegelijkertijd een verzoek om
advies indienen bij de Commissie. Beide aanvragen werden tegelijkertijd
ingediend.

   3. De gegrondheid van de adviesaanvraag

Artikel 32 van de Grondwet en de wet van 11 april 1994 betreffende de
openbaarheid van bestuur gaan uit van de principiële openbaarheid van
alle bestuursdocumenten. De openbaarmaking kan dan ook slechts
worden geweigerd wanneer geen belang wordt aangetoond voor de
toegang tot documenten van persoonlijke aard of wanneer een of meer
uitzonderingsgronden moet worden ingeroepen en dit inroepen in
concreto en op pertinente wijze kan worden gemotiveerd.
                                                                        3



De Commissie wil in het bijzonder wijzen op de uitzondering aanwezig
in artikel 6, § 2, 3° van de wet van 11 april 1994 op grond waarvan een
administratieve overheid de openbaarmaking moet weigeren wanneer de
openbaarmaking van het bestuursdocument afbreuk doet aan het geheim
van de beraadslagingen van de federale Regering en van de
verantwoordelijke overheden die afhangen van de federale uitvoerende
macht, of waarbij een federale overheid betrokken is. Deze
uitzonderingsgrond beoogt de bescherming van de standpunten van de
deelnemers van een beraadslagingsproces, maar verhindert wel niet de
openbaarmaking van het resultaat van een beraadslagingproces.

De Commissie wenst in herinnering te brengen dat enkel informatie aan
de openbaarmaking kan worden onttrokken, waarop een
uitzonderingsgrond van toepassing is en dat alle andere informatie in een
bestuursdocument dan ook openbaar moet worden gemaakt.


Brussel, 2 september 2013.




   F. SCHRAM                                             M. BAGUET
   secretaris                                            voorzitster