Date: 14/11/2011

• Source: https://www.ibz.rrn.fgov.be/fr/commissions/publicite-de-ladministration/avis/2011/ADVIES-2011-326.pdf
• Copie locale: advies-2011-326.pdf

Commissie voor de toegang tot en het
hergebruik van bestuursdocumenten

    Afdeling openbaarheid van bestuur




                 14 november 2011




               ADVIES 2011-326

  over de weigering om toegang te verlenen tot
                 auditverslagen
                  (CTB/2011/328)
                                                                        2

   1. Een overzicht

Bij mail van 4 oktober 2011 vroeg de heer X aan de FOD Financiën om
een afschrift van volgende documenten:
    - de interne auditverslagen van de FOD Financiën van de afgelopen
       5 jaar;
    - de interne auditverslagen van de Afdeling Thesaurie van de
       afgelopen 5 jaar.

Omdat hij geen reactie ontvangt op zijn aanvraag, vraagt hij in een mail
van 6 november 2011 aan de Commissie voor de toegang tot en het
hergebruik van bestuursdocumenten, afdeling openbaarheid van bestuur,
hierna Commissie genoemd, om zich hierover in een advies uit te
spreken. Bij mail van 6 november 2011 dient hij een verzoek tot
heroverweging in bij de FOD Financiën.

   2. De ontvankelijkheid van de aanvraag

De Commissie is van mening dat de aanvrager voldaan heeft aan de
wettelijke vereiste van de gelijktijdigheid van het verzoek tot
heroverweging aan de FOD Financiën en het verzoek om advies aan de
Commissie.

De Commissie is van mening dat het verzoek om advies ontvankelijk is.

   3. De gegrondheid van de aanvraag

Artikel 32 van de Grondwet en de wet van 11 april 1994 betreffende de
openbaarheid van bestuur gaan uit van de principiële openbaarheid van
alle bestuursdocumenten.

In principe moet de aanvrager geen belang aantonen, tenzij voor de
toegang tot documenten van persoonlijke aard. Een document van
persoonlijke aard wordt door de wet van 11 april 1994 betreffende de
openbaarheid van bestuur gedefinieerd als een “bestuursdocument dat
een beoordeling of een waardeoordeel bevat van een met naam genoemd
of gemakkelijk identificeerbaar natuurlijk persoon of de beschrijving van
een gedrag waarvan het ruchtbaar maken aan die persoon kennelijk
nadeel kan berokkenen” (art. 1, tweede lid, 3° van de wet van 11 april
1994). Voor zover bepaalde informatie in de gevraagde auditrapporten
                                                                     3

onder het begrip “document van persoonlijke aard” valt, toont de
aanvrager geen belang aan en moet de toegang tot deze informatie dan
ook worden geweigerd.

De FOD Financiën moet de openbaarmaking weigeren wanneer hij één
of meer uitzonderingsgronden die voorkomen in artikel 6 van de wet van
11 april 1994 kan of moet inroepen en hij dit in concreto en op
pertinente wijze motiveert. De Commissie ziet niet onmiddellijk een
juridische   grondslag   om     de   toegang    tot    de    gevraagde
bestuursdocumenten te weigeren.

De Commissie wenst er op te wijzen dat zelfs indien één of meer
uitzonderingsgronden wordt ingeroepen en in concreto gemotiveerd, alle
informatie in een bestuursdocument die niet onder een
uitzonderingsgrond valt, vooralsnog openbaar moet worden gemaakt.


Brussel, 14 november 2011.




   F. SCHRAM                                             J. BAERT
   secretaris                                           voorzitter