Table des matières

Cadas > Cada fédérale > Publicité de l'administration > Avis

Advies 101

Met betrekking tot het verkrijgen van een kopie van examenvragen, de antwoorden op de examenvragen en de correcte antwoorden op de test

Date: 5/09/2019

Transposition

 Commissie voor de toegang tot en het
 hergebruik van bestuursdocumenten

       Afdeling openbaarheid van bestuur




                   5 september 2019




                 ADVIES 2019-101

 met betrekking tot het verkrijgen van een kopie van
examenvragen, de antwoorden op de examenvragen en
          de correcte antwoorden op de test

                    (CTB/2019/97)
                                                                         2

   1. Een overzicht

1.1. Bij e-mail van 30 juli 2019 vraagt de heer X aan de afgevaardigde van
de FOD Beleid en Ondersteuning (FOD BOSA) bij de RSZ of Selor al dan
niet voorziet in de mogelijkheid om volledige inzage te verkrijgen van de
door hem afgelegde test – Specifieke Module Bevordering B – Deel 1
waaraan hij op vrijdag 21 juni 2016 bij Selor deelnam en waarvan Selor
hem op donderdag 18 juli 2019 het resultaat meedeelde. Hieronder
verstaat de heer Smets volledige inzage van de te beantwoorden vragen,
zijn antwoorden op die vragen evenals de correcte antwoorden op de test.
Bovendien vraagt hij uitdrukkelijk een kopie van deze documenten.
Daarnaast stelt hij ook volgende vragen:
“- Kan mij bevestigd worden dat bij aanvang van de test, op het mij ter
beschikking gestelde computerscherm, werd meegedeeld dat er bij wat als
een foutief antwoord zou worden beschouwd, dit tot geen verlies van
punten zou leiden, en dat er dus geen sprake was van een penalisatie van
een foutief antwoord?
- Graag een uitgebreide bespreking van de wijze waarop de test verbeterd
werd, zowel wat betreft de exacte weging van de normatieve als de
ipsatieve berekeningen, en de uitgebreide, duidelijke, pertinente en
draagkrachtige motivering van de aan mij toegekende score.
- Graag een zo uitgebreid als mogelijk duidelijk feedbackrapport met
betrekking tot de door mij gegeven antwoorden.”

1.2. In haar antwoord van 9 augustus 2019 antwoordt de afgevaardigde van
de FOD BOSA bij de RSZ dat het mogelijk is om een test-inzage aan te
vragen bij Selor. Tijdens de inzage van de situationele beoordelingstesten
kunnen de kandidaten hun test bekijken evenals de door hen gegeven
antwoorden. Zij hebben echter geen toegang tot de correcte antwoorden
op de testen. Deze testen evalueren de redeneervaardigheid van
kandidaten en voorspellen de gedragstendensen die kandidaten vertonen
in hun functie. Het betreft geen kennistesten waarop men kan slagen mits
een uitgebreide voorbereiding. De redeneervaardigheden en
gedragsmatige competenties kunnen niet worden ingestudeerd maar
worden ontwikkeld gedurende de loopbaan mede door de opgedane
ervaringen. Indien de kandidaten tijdens een inzage toegang zouden
hebben tot de correcte antwoorden, zou dit de doelstelling van de testen,
met name het voorspellen en evalueren van de competenties en
vaardigheden ondermijnen bij een volgende testafname. In werkelijkheid
zou Selor dan de technische kennis evalueren die kandidaten hebben over
                                                                         3

de test of de competenties. De aanvrager wordt verzocht te laten weten of
hij effectief een inzage wenst. Daarnaast krijgt de aanvrager ook een
antwoord op zijn andere gestelde vragen.

1.3. Bij e-mail van 20 augustus 2019 dient de aanvrager een verzoek tot
heroverweging in bij de afgevaardigde van BOSA bij de RSZ. Bij e-mail
van dezelfde dag vraagt zij de Commissie voor de toegang tot en het
hergebruik van bestuursdocumenten, afdeling openbaarheid van bestuur,
hierna Commissie genaamd, om een advies.


   2. De ontvankelijkheid van de aanvraag

De Commissie is van oordeel dat het verzoek om advies ontvankelijk is
voor zover het betrekking heeft op het verkrijgen van een afschrift van de
gevraagde bestuursdocumenten. Het verzoek tot heroverweging bij de
afgevaardigde van de FOD BOSA bij het RSZ en het verzoek om advies
aan de Commissie zijn zoals de wet van 11 april 1994 ‘betreffende de
openbaarheid van bestuur’ (hierna: wet van 11 april 1994) voorschrijft,
gelijktijdig ingediend.

3. De gegrondheid van de aanvraag

Artikel 32 van de Grondwet en de wet van 11 april 1994 huldigen
principieel het recht van toegang tot alle bestuursdocumenten. De toegang
tot bestuursdocumenten kan slechts worden geweigerd wanneer één of
meer uitzonderingsgronden kunnen of moeten worden ingeroepen die
zich bevinden in artikel 6 van de wet van 11 april 1994 en dit inroepen in
concreto en op pertinente wijze kan worden gemotiveerd. Slechts
uitzonderingsgronden die bij wet zijn opgelegd kunnen worden
ingeroepen en bovendien geldt dat ze beperkend geïnterpreteerd moeten
worden (Arbitragehof, arrest nr. 17/97 van 25 maart 1997, overweging
B.2.1 en 2.2 en Arbitragehof, arrest nr. 150/2004 van 15 september 2004,
overweging B.3.2).

De Commissie stelt vast dat de aanvrager enkel inzage kan krijgen in de
test met de door hem gegeven antwoorden. Een kopie wordt hem
geweigerd evenals de toegang tot de correcte antwoorden op de teksten.
                                                                            4

De wet van 11 april 1994 huldigt het principe dat er bij de beoordeling van
de aanvraag geen onderscheid mag worden gemaakt tussen de wijzen
waarop het recht van toegang tot bestuursdocumenten kan worden
uitgeoefend. De keuze van de wijze van uitoefening van het recht van
toegang komt enkel aan de aanvrager toe. Wel wordt het verkrijgen van
een kopie onderworpen aan het eventueel betalen van een vergoeding
conform het koninklijk besluit van 17 augustus 2007 ‘tot vaststelling van
het bedrag van de vergoeding verschuldigd voor het ontvangen van een
afschrift van een bestuursdocument of een document met milieu-
informatie’. Voor zover de examenopgaven en oplossingen moeten
worden opgevat als een auteursrechtelijk beschermd werk in de zin van
Boek XI, Titel 5 van het Wetboek van Economisch Recht, is de toegang in
de vorm van het afleveren van een kopie onderworpen aan de
toestemming van de auteursrechthebbende. De Commissie heeft echter in
eerdere adviezen geoordeeld dat dit enkel het geval is voor zover de
auteursrechthebbende een derde is en het auteursrecht niet in handen is
van de overheid.

Een weigering die is gebaseerd op het feit dat de doelstelling van de testen,
met name het voorspellen en evalueren van de competenties en
vaardigheden zou worden ondermijnd bij een volgende testafname, vormt
geen wettelijke grondslag om de toegang tot de correcte antwoorden te
weigeren noch een reden om een kopie te weigeren van de vragen en de
door de kandidaat verstrekte antwoorden.

De FOD BOSA is er dan ook toe gehouden toegang te verlenen tot de
gevraagde documenten in de vorm zoals die door verzoeker is gevraagd zo
hij geen uitzonderingsgronden of eventuele andere beperking inroept die
zijn grondslag vindt in de artikelen 6 en 9 van de wet van 11 april 1994 en
dit inroepen behoorlijk in concreto motiveert.


Brussel, 5 september 2019.




   F. SCHRAM                                                  K. LEUS
   secretaris                                                voorzitster