Table des matières

Cadas > Cada fédérale > Publicité de l'administration > Avis

Advies 84

Met betrekking tot het verkrijgen van een reeks documenten de Orde der Dierenartsen

Date: 12/07/2018

Transposition

Commissie voor de toegang tot en het
hergebruik van bestuursdocumenten

    Afdeling openbaarheid van bestuur




                    12 juli 2018




                ADVIES 2018-84

 met betrekking tot het verkrijgen van een reeks
     documenten de Orde der Dierenartsen

                   (CTB/2018/81)
                                                                       2

   1. Een overzicht

1.1. Bij aangetekende brief van 21 maart 2018 vraagt meester Ann
Coolsaet namens mevrouw X aan de Hoge Raad van de Orde der
Dierenartsen om een kopie van volgende bestuursdocumenten:
1) de brief/e-mail/fax van 04.07.2013 waarmee de heer Thierry
Tramasure (toenmalige voorzitter van de Franstalige gewestelijke raad en
vicevoorzitter van de Hoge Raad) aan de heer Mathieu Hubaux van de
FOD Volksgezondheid en Veiligheid van de Voedselketen het
standpunt/antwoord bezorgde op de vraag van de auditeur bij de Raad
van State over de voorgenomen (en inmiddels doorgevoerde) wijziging
aan artikel 23 van de wet van 19 december 1950 ‘tot instelling van de
Orde der Dierenartsen’.
2) de vraag van de heer Hubeaux die tot het antwoord vermeld onder
punt 1 leidde;
3) de verslagen van het Bureau en van de Hoge Raad waarin de
bestuursdocumenten vermeld onder 1) en/of 2) ter sprake kwamen;
4) het verslag van de Hoge Raad van 12 april 2016 ‘betreffende de
verkiesbaarheid van de uittredende leden van de gewestelijke raden voor
de gemengde raad van beroep’;
5) de antwoorden/adviezen/persoonlijke meningen/interpretaties/ e.d.m.
die ter voorbereiding van de beslissing vermeld onder punt 4 werden
ontvangen van mevrouw Delorge, dr. Mathieu Hubaux, dr. Guy
Gadeyne, prof. Sarne De Vliegher en eventuele anderen die werden
bevraagd;
6) de vragen die werden voorgelegd aan de onder punt 5) vermelde
personen en die tot de antwoorden hebben geleid vermeld onder punt 5);
7) Verslag(en) van de Hoge Raad en/of het Bureau waar werd beslist de
adviezen, antwoorden e.d.m. vermeld onder 5) in te winnen.
8) verslag(en) van de Hoge Raad en/of het Bureau waar de adviezen,
antwoorden e.d.m. vermeld onder 5) werden besproken;
9) verslag(en) van de vergadering(en) waarop aanwezig waren de
magistraten van de Franstalige gewestelijke raad en de Franstalige
gemengde raad van beroep dd. 18 en 20 mei 2016;
10) Verslag(en) van de Franstalige gewestelijke raad waarin de
vergaderingen van 18 en 20 mei 2016 vermeld onder 9) ter sprake
kwamen;
11) verslag(en) van de Hoge Raad en/of het Bureau waar de documenten
vermeld onder 9) en 10) of de daar bedoelde vergaderingen van 18 en 20
mei 2016 werden besproken;
                                                                       3

12) alle beslissingen en verslagen van de Hoge Raad en van de door de
Hoge Raad opgerichte werkgroep wetgeving in verband met het advies
dat aan de Orde der Dierenartsen is gevraagd over de ontwerpwetteksten
die tot de wijziging van de artikelen 10, 11 en 23 van de wet van 19
december 1950 door de wet van 19 maart 2014 hebben geleid;
13) de agenda en alle bijhorende stukken/dossiers ter voorbereiding van
de Hoge Raad van 13 oktober 2016, alsook het verslag van deze zitting
van de Hoge Raad in verband met de beslissing om het mandaat van een
aantal uittredende leden van de Hoge Raad te verlengen en de
omstandigheden die daartoe aanleiding gaven.

1.2. Omdat niet tijdig is ingegaan op het verzoek, dient de aanvraagster
bij aangetekende brief van 3 mei 2018 een verzoek tot heroverweging in
bij de Orde der Dierenartsen. Ze vraagt bij aangetekende brief van
dezelfde datum ook om een advies van de Commissie voor de toegang tot
en het hergebruik van bestuursdocumenten, afdeling openbaarheid van
bestuur, hierna Commissie genoemd.

1.3. Op haar zitting van 4 juni 2018 verleent de Commissie over het
verzoek een advies dat zowel aan de Orde der Dierenartsen als aan de
aanvraagster werd bezorgd op 11 juni 2018. HierinGeen toegang tot
juridische databanken via IBZ, maar wel via KU Leuven wijst ze op de
algemene principes die uit artikel 32 van de Grondwet en de wet van 11
april 1994 betreffende de openbaarheid van bestuur voortvloeien.

1.4 De aanvraagster dient bij brief van 21 juni 2018 een nieuw verzoek
tot heroverweging in bij de Orde der Dierenartsen tegen de beslissing
van de Orde der Dierenartsen van 19 mei 2018 ontvangen op 25 mei
2018, waarin deze de openbaarmaking weigert en die zij heeft ontvangen
op 25 mei 2018. Bij brief van dezelfde datum vraagt ze de Commissie om
een nieuw advies.

   2.   De ontvankelijkheid van de adviesaanvraag

De Commissie is van mening dat de aanvraag niet ontvankelijk is. De
Commissie moet immers vaststellen dat de aanvraagster met betrekking
tot dezelfde problematiek al een verzoek tot heroverweging heeft
ingediend bij de Orde der Dierenartsen en een verzoek om advies heeft
gericht aan de Commissie. De Commissie heeft over deze adviesaanvraag
een advies uitgebracht zodat de Commissie haar bevoegdheid heeft
                                                                        4

uitgeput. Vanaf dat ogenblik de bevoegdheid van de Commissie om zich
nog verder uit te spreken in deze zaak, op te bestaan. Bovendien stelt de
Commissie vast dat de aanvraagster ondertussen een beslissing van de
Orde der Dierenartsen heeft ontvangen, een beslissing die werd
genomen, nadat zij reeds een verzoek tot heroverweging had ingediend
en nog vooraleer de Commissie haar advies had uitgebracht. De
aanvraagster heeft nagelaten de uitdrukkelijke beslissing van de Orde
der Dierenartsen van 19 mei 2018 dat zij reeds op 25 mei heeft
ontvangen onverwijld ter kennis te brengen van de Commissie waarbij
zij nochtans een verzoek om advies had ingediend. Hieruit volgt dat de
Commissie er bij het verlenen van haar advies op 4 juni 2018 geen
rekening mee heeft kunnen houden. Van een diligente aanvrager mag
worden verwacht dat hij medewerking verleent bij de behandeling van
zijn zaak en documenten die eventueel een ander licht kunnen werpen
op de aan de Commissie voorgelegde zaak, aan haar voorlegt. De
Commissie kan enkel betreuren dat dit niet is gebeurd en moet voorts
vaststellen dat hoe dan ook haar bevoegdheid te dezen is uitgeput.

Brussel, 12 juli 2018.




   F. SCHRAM                                               K. LEUS
   secretaris                                             voorzitster