Table des matières

Cadas > Cada fédérale > Publicité de l'administration > Avis

Advies 14

Met betrekking tot een weigering om toegang te verlenen tot de berekeningen en vergelijkingen die aan de grondslag liggen van een schattingsverslag

Date: 3/2/2014

Transposition

Commissie voor de toegang tot en het
hergebruik van bestuursdocumenten

     Afdeling openbaarheid van bestuur




                   3 februari 2014




                ADVIES 2014-14

  met betrekking tot een weigering om toegang te
verlenen tot de berekeningen en vergelijkingen die
 aan de grondslag liggen van een schattingsverslag
                    (CTB/2014/3)
                                                                        2

   1. Een overzicht

Bij mail van 7 november 2013 vraagt de heer X aan de FOD Financiën de
berekeningen en vergelijkingen ontvangen die geleid hebben tot het
bedrag van 125,00 euro/m2 van de geschatte bouwgronden Denderleeuw
Hazelaarstraat sociale verkaveling met kenmerk 41-011DEWACO 86/DC
in het schattingsverslag van 29 november 2005.

De FOD Financiën wijst in haar brief van 3 december 2013 de aanvraag
af op grond van artikel 6, § 1, 6° van de wet van 11 april 1994
betreffende de openbaarheid van bestuur en haalt hiervoor als
argumentatie een passage aan uit de voorbereidende werken van de wet
van 11 april 1994. Ze verwijst de aanvrager ook door om bepaalde
informatie te verwerven bij het Ontvangkantoor der Registratie of op het
Hypotheekkantoor aan te vragen.

Bij brief en mail van 31 december 2013 verwerpt de heer X de
argumentatie van de FOD Financiën en herhaalt zijn vraag om toegang.

Bij brief van 6 januari 2014 trekt hij zijn mail en brief van 31 december
2013 in en dient een verzoek tot heroverweging in. Tegelijkertijd wendt
hij zich tot de Commissie voor de toegang tot en het hergebruik van
bestuursdocumenten, afdeling openbaarheid van bestuur, hierna
Commissie genoemd, om een advies.

   2. De ontvankelijkheid van de adviesaanvraag

De Commissie is van oordeel dat de adviesaanvraag ontvankelijk is. Ze
stelt immers vast dat de aanvrager heeft voldaan aan de wettelijke
vereiste van artikel 8, § 2 van de wet van 11 april 1994 betreffende de
openbaarheid van bestuur op grond waarvan het verzoek tot
heroverweging en het verzoek om advies tegelijkertijd moeten worden
ingediend.

   3. De gegrondheid van de adviesaanvraag

Artikel 32 van de Grondwet en de wet van 11 april 1994 betreffende de
openbaarheid van bestuur gaan uit van de principiële openbaarheid van
alle bestuursdocumenten. Een administratieve overheid kan slechts
beslissen om gevraagde bestuursdocumenten niet openbaar te maken als
                                                                        3

zij zich kan beroepen op één of meer uitzonderingsgronden vermeld in
artikel 6 van de wet van 11 april 1994 en dit inroepen in concreto en op
pertinente wijze motiveert.

De Commissie wenst er vooraf op te wijzen dat de wet van 11 april 1994
slechts van toepassing is voor zover de gevraagde informatie in bestaande
bestuursdocumenten voorhanden is, waarbij een bestuursdocument staat
voor “alle informatie, in welke vorm ook, waarover een administratieve
overheid beschikt”.

De Commissie stelt vast dat de FOD Financiën zich beroept op artikel 6,
§ 1, 6° van de wet van 11 april 1994 om het verzoek om toegang af te
wijzen op grond waarvan een administratieve overheid de vraag om
inzage, uitleg op mededeling in afschrift van een bestuursdocument
afwijst wanneer zij heeft vastgesteld dat het belang van de openbaarheid
niet opweegt tegen de bescherming van een federaal economisch of
financieel belang, de munt of het openbaar krediet”. De FOD Financiën
laat daarbij na om in concreto te verantwoorden waarom zij meent dat
deze uitzonderingsgrond van toepassing is, maar verwijst gewoon naar
een passage uit de parlementaire voorbereiding van de wet waarin het
volgende is opgenomen: “Omtrent de uitzonderingsgrond met
betrekking tot de federale economische en financiële belangen kunnen
uit de Nederlandse partkijk de volgende voorbeelden aangehaald
worden: raming door de overheid van de kosten die met de bouw van
gebouwen voor rijksdiensten gemoeid zullen zijn, behoren tijdens de
aanbestedingsprocedure niet openbaar gemaakt te worden. Hetzelfde
geldt met betrekking tot bepaalde gegevens waarover de
Aankoopcomités van de Staat beschikken” (Parl. St. Kamer van
Volksvertegenwoordigers, 1992-1993, nr. 1112/1, 17).

Uit de parlementaire voorbereiding is duidelijk uit te maken dat slechts
hoogstens bepaalde gegevens waarover de Aankoopcomités van de Staat
beschikken in aanmerking kunnen komen om onder de
uitzonderingsgrond van artikel 6, § 1, 6° van de wet van 11 april 1994 te
vallen, namelijk gegevens waarvoor in concreto kan worden aangetoond
dat het openbaar maken schade zou kunnen veroorzaken aan de federale
economische of financiële belangen. Bovendien moet de FOD Financiën
ook afwegen of het belang dat gediend is met de openbaarheid niet
zwaarder doorweegt dan het beschermde belang, voor zover dit al
bestaat in dit concrete geval. In elk geval ontbreekt een dergelijke
                                                                           4

motivering. Voor zover de FOD Financiën deze niet kan geven is ze
ertoe gehouden de gevraagde documenten openbaar te maken.

Zelfs als dit het geval is, wil de Commissie wijzen op artikel 6, § 4 van de
wet van 11 april 1994 op grond waarvan enkel informatie die onder een
uitzonderingsgrond valt, aan de openbaarheid kan worden onttrokken.


Brussel, 3 februari 2014.




   F. SCHRAM                                               M. BAGUET
   secretaris                                              voorzitster